Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 december 2011, nr. WJZ/351394 (10144), tot wijziging van de Regeling archeologische monumentenzorg in verband met de vaststelling van het uitkeringsplafond voor 2012 voor specifieke uitkeringen ten behoeve van archeologisch onderzoek

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 4, eerste lid, van het Besluit archeologische monumentenzorg;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE REGELING ARCHEOLOGISCHE MONUMENTENZORG

Artikel 3 van de Regeling archeologische monumentenzorg komt te luiden:

Artikel 3. Uitkeringsplafond 2008 tot en met 2012

Het uitkeringsplafond, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Besluit archeologische monumentenzorg, bedraagt voor het jaar 2008 € 2.000.000, voor het jaar 2009 € 2.500.000, voor het jaar 2010 € 1.876.000, voor het jaar 2011 € 2.875.000 en voor het jaar 2012 € 250.000.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 2011, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van de uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot vaststelling van het plafond voor 2012 voor de toekenning van specifieke uitkeringen aan provincies en gemeenten ter bestrijding van excessieve kosten als gevolg van archeologisch onderzoek.

Het uitkeringsplafond voor 2012 bedraagt 250 duizend euro.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

Naar boven