Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 13 december 2011, nr. WJZ / 11175345, tot wijziging van de Regeling kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs (Regeling kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs 2012)

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op artikel 2 van de Kaderwet LNV-subsidies, artikel 2.5.4, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 2.14 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 3, eerste lid, wordt na de eerste volzin ingevoegd: Aan deze aanvragen kan de Minister in het openstellingsbesluit als gevolg van beleidsprioriteiten nadere voorschriften en criteria stellen.

B

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen d, e en f worden geletterd e, f en g.

2. Er wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • d. de mate van co-financiering door partners van buiten de onderwijskolom;

C

Aan artikel 25 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. De rapportage van het programma bevat tevens een beschrijving van:

    • a. het verloop van de activiteiten van de programmaonderdelen die binnen het programma plaatsvinden, en

    • b. de mate waarin de in onderdeel a genoemde activiteiten hebben bijgedragen aan de in de aanvraag omschreven doelstellingen.

ARTIKEL II

De toelichting van het controleprotocol wordt gewijzigd als volgt:

Na ‘Artikel 5: vaststellen dat in de financiële verantwoording uitsluitend als kosten zijn opgenomen de in artikel 5 genoemde kosten’ wordt ingevoegd:

Een nadere uitwerking van de loonkosten en kosten derden is als volgt:

  • 1. Onder ‘kosten personeel onderwijsinstellingen’ vallen kosten van de volgende medewerkers:

    • a. medewerkers met een vaste/tijdelijke aanstelling bij een onderwijsinstelling;

    • b. medewerkers (zonder specifieke expertise) die via een uitzendbureau bij een onderwijsinstelling werken;

    • c. medewerkers die gedetacheerd zijn vanuit een andere onderwijsinstelling en daar een vaste/tijdelijke aanstelling hebben.

  • 2. Onder ‘kosten inhuur derden’ vallen kosten van:

    • a. freelancers met specifieke expertise;

    • b. de inhuur van een ondersteuningsinstelling, bedrijf, maatschappelijke organisatie of onderzoeksinstelling met specifieke expertise of voorzieningen. Medewerkers kunnen hierbij door deze externe instellingen gedetacheerd worden. (Maar niet door een onderwijsinstelling, want dan vallen die kosten onder ‘kosten personeel onderwijsinstellingen’);

    • c. medewerkers met specifieke expertise die via een uitzendbureau werkzaam zijn. Deze medewerkers zijn geen docenten die voor de klas staan; ze zijn niet aangenomen om onderwijs te geven op instellingen of om reguliere ondersteuningswerkzaamheden te verrichten zoals secretariaatswerkzaamheden.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 13 december 2011

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

De KIGO is het instrument van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: EL&I) voor het faciliteren en richten van de agendering en programmering van de acties van het groene onderwijs in GKC-verband die bijdragen aan de doelen zoals in de MeerjarenAfspraak 2011-2015 zijn vastgelegd. De KIGO-subsidies zijn bestemd voor programma’s en programmaonderdelen die bijdragen aan betere ontsluiting, verspreiding en benutting van beschikbare kennis voor de beleidsprioriteiten van de Minister en doorwerking hebben op de kwaliteit en actualiteit van het onderwijsaanbod.

Ten opzichte van 2011 is de volgende wijziging doorgevoerd:de minister kan bij de openstelling nadere voorschriften stellen voor prioriteiten van zijn beleid, zoals topsectoren.

2. Administratieve lasten

De doorgevoerde technische wijzigingen hebben geen invloed op de administratieve lasten. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de Regeling openstellingen en prioriteiten groen onderwijs 2012.

3. Vaste verandermomenten

Met deze publicatie wordt afgeweken van de in het Kabinetsstandpunt inzake Vaste Verandermomenten neergelegde uitgangspunten in die zin dat de publicatie niet twee maanden voor een vast verandermoment (in dit geval 1 januari 2012) plaatsvindt maar enkele dagen daarvoor. Er is niet gekozen voor een latere datum van inwerkingtreding omdat de gebruikers van de Regeling kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs veel baat hebben bij een snelle en duidelijke bekendmaking van de wijzigingen van de Regeling kennisverspreiding en innovatie groen onderwijs. Het hanteren van de standaardtermijn zou hieraan afbreuk doen.

II. Artikelen

Artikel A

Door middel van deze wijziging kan de Minister aan aanvragen nadere voorschriften en criteria stellen. Voor de openstelling 2012 geeft het de minister de mogelijkheid om prioriteiten te stelling op basis van zijn topsectorenbeleid.

Artikel B

De mate van co-financiering door partners van buiten de onderwijskolom is als criterium toegevoegd omdat daarmee de instellingen duidelijkheid kunnen geven over de mate van betrokkenheid van het bedrijfsleven bij de uitvoering van het programma of het programmaonderdeel.

Artikel C

Aan artikel 25 is een lid toegevoegd. Dit lid omvat een extra eis ten aanzien van de inhoud van de rapportage die onderdeel uitmaakt van het verzoek tot vaststelling van de verleende subsidie.

Artikel II

In de toelichting van het controleprotocol is een specificatie opgenomen van wat onder ‘kosten personeel onderwijsinstellingen’ en ‘kosten inhuur derden’ wordt verstaan. Een specificatie is gewenst om te kunnen vaststellen dat de instellingen binnen het maximum percentage blijven van inhuur van derden. Dit jaar bestaat de mogelijkheid dat onderwijspersoneel dat wordt ingehuurd onder ‘kosten personeel onderwijsinstellingen’ kan worden geboekt.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

Naar boven