Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 14 december 2011, nr. IenM/BSK-2011/162877, tot wijziging van de Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Financiën en na overleg met de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

Gelet op de artikelen 3.31, tweede lid, en 3.42a, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001;

Besluit:

ARTIKEL I

De Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009 wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

‘Bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan’ wordt vervangen door: Investeringen in bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan.

2. De bijlage wordt vervangen door de bijlage bij deze regeling.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 14 december 2011

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J.J. Atsma.

BIJLAGE

Paragraaf 1 Algemeen

  • 1. Deze bijlage wordt aangehaald als: Milieulijst milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen 2012.

  • 2. Investeringen waarvan de code begint met:

    • een F of G, behorende tot categorie I van de milieu-investeringsaftrek, komen voor 36% van het investeringsbedrag in aanmerking voor een investeringsaftrek;

    • een A of D, behorende tot categorie II van de milieu-investeringsaftrek, komen voor 27% van het investeringsbedrag in aanmerking voor investeringsaftrek;

    • een B of E, behorende tot categorie III van de milieu-investeringsaftrek, komen voor 13,5% van het investeringsbedrag in aanmerking voor investeringsaftrek;

    • een A, B, C of F komen in aanmerking voor 75% willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

  • 3. Tot de in paragraaf 2 genoemde bedrijfsmiddelen worden tevens gerekend voorzieningen, zoals leidingen, appendages en meet- en regelapparatuur, die technisch noodzakelijk zijn voor en uitsluitend dienstbaar zijn aan deze bedrijfsmiddelen en geen zelfstandige betekenis hebben.

    Tot de in paragraaf 2 genoemde bedrijfsmiddelen worden tevens gerekend de certificaten die in deze bijlage worden vereist.

  • 4. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    A 5100

    Mobiele machine voor (wegen)bouw, grondverzet of op- en overslag

    A 5110

    Mobiele machine voor onderhoud van de openbare ruimte of bedrijfsterreinen

    B 5130

    Emissiearme land-, tuin- of bosbouwmachine

    B 5170

    Geluid- en emissiearm mobiel aggregaat, compressor of pomp

    A 5200

    Mobiele machine voor hefwerkzaamheden

    voldoen aan de in paragraaf 2, bij het betreffende bedrijfsmiddel, vermelde eisen aan het geluidsvermogensniveau. Dit wordt aangetoond met een EG-typegoedkeuringsverklaring en een verklaring van gelijkvormigheid. In de EG-typegoedkeuringsverklaring wordt het gewaarborgde en gemeten geluidsvermogensniveau aangegeven conform de Regeling geluidemissie buitenmaterieel. Met een verklaring van gelijkvormigheid verklaart de leverancier of importeur dat het geleverde bedrijfsmiddel overeenkomt met een gemeten exemplaar, waarvan met de EG-typegoedkeuringsverklaring is aangetoond dat deze aan de gestelde emissie-eisen voldoet. Voor de technische beoordeling van het bedrijfsmiddel kan de Minister van Infrastructuur en Milieu de EG-typegoedkeuringsverklaring en de verklaring van gelijkvormigheid opvragen. De verklaring van gelijkvormigheid door de leverancier wordt opgesteld met gebruikmaking van een door de Minister van Infrastructuur en Milieu vastgesteld model dat verkrijgbaar is bij NL Milieu & Leefomgeving.

    Een geluidmeting geschiedt door een daartoe bevoegde, door de Minister op grond van artikel 5 van de Regeling geluidemissie buitenmaterieel aangewezen, keuringsinstantie, een zogeheten ‘notified body’.

    Een mobiele puinbreker en autolaadkraan als genoemd in respectievelijk bedrijfsmiddel A 5100 en A 5200 voldoen aan de in paragraaf 2, bij het betreffende bedrijfsmiddel, vermelde geluideisen en gaan vergezeld van een verklaring van gelijkvormigheid afgegeven door de leverancier of importeur overeenkomstig een door de Minister van Infrastructuur en Milieu vastgesteld model dat verkrijgbaar is bij NL Milieu & Leefomgeving. De meting geschiedt door een daartoe bevoegde, door de Minister van Infrastructuur en Milieu op grond van artikel 5 van de Regeling geluidemissie buitenmateriaal aangewezen, keuringsinstantie, een zogeheten ‘notified body’, volgens de meetmethoden die zijn opgenomen in de door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu uitgegeven VAMIL-publicatiereeks 11 en 13.

    Het geluiddrukniveau (LpA) als omschreven in bedrijfsmiddel B 5130, sub 3b voor een trekker wordt gemeten volgens richtlijn 2009/63/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende bepaalde onderdelen en eigenschappen van landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PbEU 2009 L 214).

  • 5. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    B 5090

    Mobiele machine voor heiwerkzaamheden

    A 5100

    Mobiele machine voor (wegen)bouw, grondverzet of op- en overslag

    B 5130

    Emissiearme land-, tuin- of bosbouwmachine

    B 5170

    Geluid- en emissiearm mobiel aggregaat, compressor of pomp

    A 5200

    Mobiele machine voor hefwerkzaamheden

    voldoen aan de in paragraaf 2, bij het betreffende bedrijfsmiddel, vermelde eisen aan de luchtzijdige emissies door de verbrandingsmotor van het bedrijfsmiddel. Dit wordt aangetoond met een EG-typegoedkeuringsverklaring en een verklaring van gelijkvormigheid. In de EG-typegoedkeuringsverklaring worden de emissiewaarden van het bedrijfsmiddel op basis van het Besluit typegoedkeuring luchtverontreiniging trekkers en motoren voor mobiele machines aangegeven. Met een verklaring van gelijkvormigheid verklaart de leverancier of importeur dat het geleverde bedrijfsmiddel overeenkomt met een gemeten exemplaar, waarvan met een EG-typegoedkeuringsverklaring is aangetoond dat deze aan de gestelde emissie-eisen voldoet. Voor de technische beoordeling van het bedrijfsmiddel kan de Minister van Infrastructuur en Milieu de EG-typegoedkeuringsverklaring en de verklaring van gelijkvormigheid opvragen. De verklaring van gelijkvormigheid door de leverancier wordt opgesteld met gebruikmaking van een door de Minister van Infrastructuur en Milieu vastgesteld model dat verkrijgbaar is bij NL Milieu & Leefomgeving.

    Bij de emissie-eisen wordt onderscheid gemaakt tussen motoren die werken met een constant toerental en motoren die werken met een variabel toerental. Met de grenswaarden van fase IIIa voor motoren met een constant toerental of fase IIIb voor een variabel toerental (als omschreven in richtlijn 2004/26 EG1) worden de grenswaarden verstaan, bedoeld in het Besluit typegoedkeuring luchtverontreiniging trekkers en motoren voor mobiele machines.

    Voor fase IIIa (ook wel TIER 3 genoemd) gelden de volgende grenswaarden:

    Nettovermogen

    Koolmonoxide

    Som van koolwaterstof en stikstofoxiden

    Deeltjes

    P

    CO

    CH+NOx

    PM

    [kW]

    [g/kWh]

    [g/kWh]

    [g/kWh]

    130 ≤ P < 560

    3,5

    4,0

    0,20

    75 ≤ P < 130

    5,0

    4,0

    0,30

    37 ≤ P < 75

    5,0

    4,7

    0,40

    19 ≤ P < 37

    5,5

    7,5

    0,60

    Voor fase IIIb (ook wel TIER 4 genoemd) gelden de volgende grenswaarden:

    Nettovermogen

    Koolmonoxide

    koolwaterstof

    stikstofoxiden

    Deeltjes

    P

    CO

    CH

    NOx

    PM

    [kW]

    [g/kWh]

    [g/kWh]

    [g/kWh]

    [g/kWh]

    130 ≤ P < 560

    3,5

    0,19

    2,0

    0,025

    75 ≤ P < 130

    5,0

    0,19

    3,3

    0,025

    56 ≤ P < 75

    5,0

    0,19

    3,3

    0,025

    37 ≤ P < 56

    5,0

    4,7

     

    0,025

    De milieuvriendelijke landbouwtrekker, genoemd in bedrijfsmiddel B 5130, voldoet aan het Besluit typekeuring luchtverontreiniging trekkers en motoren voor mobiele machines.

    Landbouwtrekkers werken met een variabel toerental, wat inhoudt dat landbouwtrekkers voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen voldoen aan fase IIIb (ook wel TIER 4 genoemd).

  • 6. De bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    B 1030

    Duurzaam vaartuig

    B 1031

    Duurzame energieopwekking en aandrijving voor een binnenvaartschip

    A 1160

    Waterhydraulisch systeem

    B 4151

    Geluidsreducerend smeersysteem voor tram- en treinstellen of rangeerterreinen

    B 5090

    Mobiele machine voor heiwerkzaamheden

    A 5100

    Mobiele machine voor (wegen)bouw, grondverzet of op- en overslag

    A 5110

    Mobiele machine voor onderhoud van de openbare ruimte of bedrijfsterreinen

    B 5120

    Mobiele schonings- of tarrareinigingsinstallatie

    B 5125

    Ombouw naar biologisch afbreekbare, niet-toxische hydrauliekolie van de mobiele machines in het wagenpark

    B 5130

    Emissiearme land-, tuin- of bosbouwmachine

    A 5200

    Mobiele machine voor hefwerkzaamheden

    A 7100

    Hennegat- of schroefaskokerafdichtingsinstallatie

    A 8101

    Automatisch smeersysteem

    voldoen aan de in paragraaf 2, bij het betreffende bedrijfsmiddel, vermelde eisen aan het gebruik van water, bio-olie of -vet in een hydraulisch of een smeersysteem. Dit wordt aangetoond met een verklaring van de producent of leverancier. Uit die verklaring van de producent of leverancier blijkt dat het hydraulische of het smeersysteem van het betreffende bedrijfsmiddel is voorzien van water, een bio-olie of een vet dat eenvoudig biologisch afbreekbaar en niet-toxisch is. Uit die verklaring blijkt verder dat bij het gebruik van een dergelijke olie, een dergelijk vet of water de garantiebepalingen voor het bedrijfsmiddel onverkort van toepassing zijn.

    Niet-toxische olie is eenvoudig biologisch afbreekbaar als daarvoor, door een daartoe geaccrediteerde organisatie, een certificaat is afgegeven op basis van het Europees Ecolabel, danwel, voor zover het betreft olie voor mobiele schonings- of tarrascheidingsinstallaties (code B 5120), ombouw naar biologisch afbreekbare, niet-toxische hydrauliekolie van de mobiele machines in het wagenpark (code B 5125), emissiearme land-, tuin-, en bosbouwmachines (code B 5130) en vet, daarvoor een Blauer Engel-certificaat is afgegeven.

    Voor bio-olie voor duurzaam gebruik in de bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    A 5100

    Mobiele machine voor (wegen)bouw, grondverzet of op- en overslag

    A 5110

    Mobiele machine voor onderhoud van de openbare ruimte of bedrijfsterreinen

    B 5120

    Mobiele schonings- of tarrareinigingsinstallatie

    B 5125

    Ombouw naar biologisch afbreekbare, niet-toxische hydrauliekolie van de mobiele machines in het wagenpark

    B 5130

    Emissiearme land-, tuin- of bosbouwmachine

    A 5200

    Mobiele machine voor hefwerkzaamheden

    geldt tevens dat een onderhoudscontract is afgesloten waarin, voor ten minste twee jaar na aflevering van de machine, is geregeld dat bij het onderhoud van het hydraulische of smeersysteem uitsluitend gebruik wordt gemaakt van de in deze regeling vereiste bio-olie, blijkend uit bovengenoemde verklaring van de producent of leverancier, of in het kwaliteits- of milieuzorgsysteem van het bedrijf is geregeld dat bij het onderhoud van de betreffende machines uitsluitend gebruik wordt gemaakt van de in deze regeling vereiste bio-olie.

    Indien het hydraulische of smeersysteem gevuld is met water en er kans op bevriezing bestaat, worden aan het systeem slechts stoffen toegevoegd die nodig zijn om het vriespunt te verlagen. Waterhydrauliek of -smering wordt in ieder geval vereist bij de bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    B 1030

    Duurzaam vaartuig

    B 1031

    Duurzame energieopwekking en aandrijving voor een binnenvaartschip

    A 1160

    Waterhydraulisch systeem

    A 7100

    Hennegat- of schroefaskokerafdichtingsinstallatie.

  • 7. Ten aanzien van de bedrijfsmiddelen, genoemd onder de codes

    F 1001

    Test- of pilotinstallatie voor een innovatieve milieuvriendelijke techniek

    A 1005

    Milieuvriendelijke installatie die voor het eerst wordt toegepast in Nederland

    A 1140

    Milieuvriendelijk product met certificaat

    F 1147

    Apparatuur of civieltechnische werken voor zeer duurzame dienstverlening of productie

    A 1148

    Apparatuur of civieltechnische werken voor verregaande duurzame dienstverlening of productie

    B 1149

    Apparatuur of civieltechnische werken voor verdergaande duurzame dienstverlening of productie

    E 1150

    Apparatuur of civieltechnische werken voor duurzame dienstverlening of productie

    F 3000

    VOS-emissiereducerende technieken binnen de metaalindustrie

    F 4000

    Apparatuur voor procesgeïntegreerde reductie van stofontwikkeling

    F 4001

    Apparatuur voor reductie van fijn stofemissie tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering

    C 4003

    Apparatuur voor procesgeïntegreerde reductie van geurstoffen

    F 7000

    Biodiversiteitversterkende apparatuur of werken

    F 7010

    Natuurvriendelijke voorzieningen in de bebouwde ruimte

    B 8000

    Apparatuur voor vermindering van grondstoffengebruik voor verpakkingen (ombouw of vervanging)

    A 8001

    Terugwinningsinstallatie voor grondstoffen uit restafval

    A 8002

    Waterbesparende installatie voor grote ondernemingen (ten minste 250 liter per jaar per geïnvesteerde euro)

    A 8003

    Waterbesparende installatie voor kleine en middelgrote ondernemingen (ten minste 50 liter per jaar per geïnvesteerde euro)

    A 8004

    Installatie voor het tegengaan van kalkaanslag of bio-fouling

    F 8005

    Mestverwerkingsinstallatie met terugwinning van fosfaat of stikstof

    F 8006

    Terugwinningsinstallatie voor fosfaten uit afvalwater, urine of zuiveringsslib

    F 8007

    Terugwinningsinstallatie voor fosfaat uit slibverbrandingsas

    B 8008

    Terugwinningsinstallatie voor grondstoffen uit afvalwater

    A 8009

    Apparatuur ter vermindering van de mate van vervuiling in het afvalwater

    A 8010

    Water- en grondstofbesparende installatie

    B 8011

    Verwerkingsinstallatie voor zuiveringsslib bij afvalverwerkende bedrijven

    A 8012

    Verwerkingsinstallatie voor industrieel zuiveringsslib op de eigen inrichting

    B 8014

    Apparatuur voor grondstoffenhergebruik binnen de ketenprojecten van LAP2 of de grondstoffenrotonde

    F 8020

    Nieuwe apparatuur vervaardigd van hergebruikte onderdelen

    wordt, op een daartoe strekkend verzoek van de Minister van Infrastructuur en Milieu, een meerkostenberekening overgelegd volgens de definities van Verordening (EG) nr. 1147/20082 en wordt aangetoond dat:

    • met het betreffende bedrijfsmiddel milieuvoordelen worden behaald, en

    • een groter milieurendement wordt gehaald dan wettelijk verplicht is.

    Het niveau van de milieuprestatie van een bedrijfsmiddel als hiervoor genoemd, is ten minste gelijkwaardig aan het niveau van de milieuprestaties van de andere bedrijfsmiddelen genoemd in de Milieulijst in paragraaf 2 van deze bijlage.

  • 8. Indien in deze bijlage bepaalde meetvoorschriften, testmethoden, verklaringen of certificaten worden gesteld of voorgeschreven, worden daarmee gelijkgesteld gelijkwaardige meetvoorschriften, testmethoden of gelijkwaardige verklaringen of certificaten, die worden gebruikt om bedrijfsmiddelen te toetsen of zijn afgegeven ten aanzien van een bedrijfsmiddel.

Paragraaf 2 Bedrijfsmiddelen

F 1000

Productieapparatuur voor bioplastics of voor het maken van producten van bioplastics

  • a. bestemd voor: het uitsluitend produceren van plastics of plastic producten die gemaakt zijn van grondstoffen van biologische oorsprong, waarbij de grondstoffen van het bioplastic biologisch afbreekbaar of composteerbaar zijn volgens NEN-EN 13432:2000,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor het produceren van (producten van) bioplastics.

Toelichting: Structuurverbetering van de (producten van) bioplastics met natuurlijke vezels is toegestaan. De biologische afbreekbaarheid of composteerbaarheid van die vezels hoeft niet te worden aangetoond. Als de plastic grondstoffen niet biologisch afbreekbaar of composteerbaar zijn volgens NEN-EN 13432:2000, maar wel van biologische oorsprong, kan de investering wellicht in aanmerking komen onder F 1003.

F 1001

Test- of pilotinstallatie voor een innovatieve milieuvriendelijke techniek

  • a. bestemd voor: het op pilotschaal beproeven van een innovatieve techniek om het werkingsprincipe aan te tonen,

    • die door het bedrijf dat de melding doet (mede) is ontwikkeld,

    • die kan worden aangemerkt als de beste oplossing voor een bepaald milieuprobleem, geen (of zeer beperkte) negatieve effecten heeft op andere milieucompartimenten en niet tot verhoging van grondstofinzet leidt,

    • die niet als volwaardige productie-installatie ingezet wordt, en

    • die niet primair is gericht op energiebesparing of -opwekking,

  • b. bestaande uit: een test- of pilotinstallatie.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 1.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de Algemene bepalingen (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden waaronder uw investering kan voldoen, bevestigen wij desgewenst schriftelijk.

F 1003

Productieapparatuur voor (half)producten op basis van groene grondstoffen

  • a. bestemd voor: de verwerking van onderstaande grondstoffen tot een (half)product, niet zijnde een voedingsmiddel, voor zover dat (half)product nog niet gangbaar is, of als voor dat (half)product een niet hernieuwbare grondstof gangbaar is, en waarbij het restproduct eventueel een energietoepassing krijgt. Alleen in aanmerking komt de verwerking van (grond)stoffen oorspronkelijk afkomstig uit:

    • de landbouw,

    • het aquatisch milieu (alleen plantaardig), of

    • primaire en secundaire reststromen oorspronkelijk afkomstig uit bovengenoemde bronnen,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor het verwerken van bovengenoemde grondstoffen, inclusief voorbewerkingsapparatuur.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 5.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Wij adviseren u gezien de eisen die aan dit bedrijfsmiddel worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden waaronder uw investering kan voldoen, bevestigen wij desgewenst schriftelijk.

U kunt bij dit bedrijfsmiddel denken aan raffinage van biomassastromen (zoals gras), biochemie, natuurlijke vezels of verwerking van mest tot bijvoorbeeld kunstmest, zolang het geen gangbare toepassing is en een niet hernieuwbare toepassing vervangt.

A 1005

Milieuvriendelijke installatie die voor het eerst wordt toegepast in Nederland

  • a. bestemd voor: het toepassen van een voor Nederland nieuwe milieuvriendelijke techniek:

    • die kan worden aangemerkt als de beste oplossing voor een bepaald milieuprobleem, geen (of zeer beperkte) negatieve effecten heeft op andere milieucompartimenten en niet tot verhoging van grondstofinzet leidt,

    • die eventueel in het buitenland reeds wordt toegepast,

    • waarvoor de belastingplichtige het recht heeft van eerste toepassing in Nederland voor deze specifieke techniek (contractueel vastgelegd),

    • die niet primair is gericht op energiebesparing of -opwekking, en

    • waarbij alleen de eerste toepassing in Nederland in aanmerking komt,

  • b. bestaande uit: milieuvriendelijke installatie.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de Algemene bepalingen (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 1009

Milieuvriendelijke mobiele machine, zelfrijder, aggregaat of pomp voor biologische productie of verwerking

  • a. bestemd voor: de productie of verwerking van primaire biologische landbouwproducten volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een certificaat Biologische Productie Nederland van Skal voor de betreffende productie of verwerking, met een machine, een zelfrijder, aggregaat of pomp die voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel B 5125, B 5120, B 5130, B 5170 of A 5200,

  • b. bestaande uit: milieuvriendelijke machine, zelfrijder, aggregaat of pomp.

Toelichting: Met landbouwproducten wordt alle dierlijke en plantaardige productie bedoeld, dus ook het kweken van bomen, struiken en de teelt van niet eetbare teelten. Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 vindt u op www.skal.nl.

A 1010

Productieapparatuur of -voorzieningen voor biologische landbouwproducten of fruit

  • a. bestemd voor: het produceren van primaire biologische landbouwproducten of fruit volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een certificaat Biologische Productie Nederland van Skal voor de betreffende productie, waardoor het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen, synthetische (mest)stoffen of ontsmettingsmiddelen wordt beperkt of vermeden,

  • b. bestaande uit: (aanpassen van) productieapparatuur of -voorzieningen, die bijdragen aan het beperken of vermijden van het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen, synthetische (mest)stoffen of ontsmettingsmiddelen, exclusief mobiele machines, zelfrijders, aggregaten, pompen en gebouwen.

Toelichting: Onder productieapparatuur en -voorzieningen wordt verstaan apparatuur voor het bewerken van het land, het verzorgen en oogsten van de gewassen, het verkoopklaar maken en het opslaan van de geoogste producten op locatie, maar ook het verkrijgen, inpakken en opslaan van primaire dierlijke producten, zoals melk en eieren. Met landbouwproducten wordt alle dierlijke en plantaardige productie bedoeld, dus ook het kweken van bomen, struiken en de teelt van niet eetbare teelten.

Investeringen in gebouwen voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie kunnen worden gemeld onder B 1026. Investeringen in biologische kassen en stallen kunnen worden gemeld onder codes B 1088, F 1089 en A 1101. Mobiele machines, zelfrijders, aggregaten en pompen voor Skal-productie kunnen onder A 1009 worden gemeld. Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 vindt u op www.skal.nl.

A 1011

Verwerkingsapparatuur voor lokale verwerking van biologische landbouwproducten, fruit, gekweekte vis, schaal- of schelpdieren

  • a. bestemd voor: het verwerken van zelf gekweekte primaire biologische landbouwproducten, fruit, vis, schaal- of schelpdieren, of reststromen daarvan, tot een (half)product volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een certificaat Biologische Productie Nederland van Skal voor de betreffende verwerking, waarbij:

    • de verwerking plaatsvindt op het eigen bedrijf en

    • de verwerkingsapparatuur voor ten minste 80% wordt gebruikt voor de productie van een (half)product volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007,

  • b. bestaande uit: (aanpassen van) verwerkingsapparatuur en -voorzieningen, exclusief gebouwen en mobiele machines.

Toelichting: Met landbouwproducten worden alle dierlijke en plantaardige producten bedoeld. Op basis van de verwerkingscijfers van het eerste half jaar wordt vastgesteld of aan de gestelde norm wordt voldaan.

Investeringen in gebouwen voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie kunnen worden gemeld onder B 1026. Mobiele machines voor de verwerking van Skal-producten kunnen onder A 1009 worden gemeld. Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 vindt u op www.skal.nl.

B 1012

Verwerkingsapparatuur voor biologische landbouwproducten, fruit, gekweekte vis, schaal- of schelpdieren

  • a. bestemd voor: het verwerken van primaire biologische landbouwproducten, fruit, gekweekte vis, schaal- of schelpdieren, of reststromen daarvan, tot een (half)product volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een certificaat Biologische Productie Nederland van Skal voor de betreffende verwerking, waarbij de verwerkingsapparatuur voor ten minste 20% wordt gebruikt voor de productie van een (half)product volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007,

  • b. bestaande uit: (aanpassen van) verwerkingsapparatuur en -voorzieningen, exclusief gebouwen en mobiele machines.

Toelichting: Met landbouwproducten worden alle dierlijke en plantaardige producten bedoeld. Op basis van de verwerkingscijfers van het eerste half jaar wordt vastgesteld of aan de gestelde norm wordt voldaan.

Investeringen in gebouwen voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie kunnen worden gemeld onder B 1026. Mobiele machines voor de verwerking van Skal-producten kunnen onder A 1009 worden gemeld. Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 vindt u op www.skal.nl.

E 1020

Zeer duurzaam utiliteitsgebouw volgens de maatlat Groen Financiering

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw dat gerealiseerd is volgens de eisen van de vigerende maatlat Groen Financiering wat blijkt uit de Groen Verklaring voor het betreffende gebouw,

  • b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek.

B 1021

Duurzame renovatie bestaand utiliteitsgebouw volgens de maatlat van Groen Financiering

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw dat gerenoveerd is volgens de eisen van de vigerende maatlat Groen Financiering wat blijkt uit de Groen Verklaring voor het betreffende gebouw,

  • b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 1022

Zeer duurzaam grootschalig gerenoveerd of nieuw gebouw volgens DGBC of GPR Gebouw

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de eisen van:

    • 1. het niveau 'excellent' (4 sterren) van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw) van de Dutch Green Building Council (DGBC), wat blijkt uit een (voorlopig) certificaat van de DGBC, waarbij:

      • sprake is van ten minste 9 punten bij het onderdeel Ene 1 (CO2 emissiereductie), en

      • binnen drie jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier jaar een definitief certificaat wordt overgelegd volgens het dan vigerende niveau ‘outstanding’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten van de Dutch Green Building Council (BREEAM-NL Nieuwbouw), of

    • 2. de maatlat van GPR Gebouw 4 met een score van ten minste 8,0 voor de thema’s Energie, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde en ten minste 7,5 voor Milieu, wat blijkt uit een uitdraai van de GPR Gebouw berekening opgesteld of goedgekeurd door een GPR Gebouw Expert, en

      • waarbij het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd,

  • b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Investeringen in woningen komen niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Informatie over de Dutch Green Building Council en GPR Gebouw 4 kan worden gevonden op respectievelijk www.dgbc.nl en www.gprgebouw.nl.

Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

B 1023

Duurzaam grootschalig gerenoveerd of nieuw gebouw volgens DGBC of GPR Gebouw

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de eisen van:

    • 1. het niveau 'very good' (3 sterren) van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw) van de Dutch Green Building Council (DGBC), wat blijkt uit een (voorlopig) certificaat van de DGBC, waarbij:

      • sprake is van ten minste 6 punten bij het onderdeel Ene 1 (CO2 emissiereductie), en

      • binnen drie jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier jaar een definitief certificaat wordt overgelegd volgens het dan vigerende niveau 'very good' van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten van de Dutch Green Building Council (BREEAM-NL Nieuwbouw), of

    • 2. de maatlat van GPR Gebouw 4 met een score van ten minste 7,5 voor de thema’s Energie, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde en ten minste 7,0 voor Milieu, wat blijkt uit een uitdraai van de GPR Gebouw berekening opgesteld of goedgekeurd door een GPR Gebouw Expert, en

      • waarbij het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd,

  • b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Investeringen in woningen komen niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Informatie over de Dutch Green Building Council en GPR Gebouw 4 kan worden gevonden op respectievelijk www.dgbc.nl en www.gprgebouw.nl.

Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

F 1024

Zeer duurzaam kleinschalig gerenoveerd gebouw volgens DGBC of GPR Gebouw

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw, waarvan vastgesteld is dat het gebouw na opwaardering voldoet aan de eisen van:

    • 1. het niveau 'excellent' (4 sterren) op het aspect 'Asset' van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Bestaande Bouw en Gebruik) van de DGBC, wat blijkt uit een (voorlopig) certificaat van de DGBC, en waarbij binnen 3 jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overleg dan wel binnen 4 jaar een definitief certificaat wordt overlegd volgens het dan vigerende niveau 'outstanding' van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten van de DGBC (BREEAM-NL Bestaande Bouw en Gebruik), of

    • 2. de maatlat van GPR Gebouw 4 met een score van ten minste 8,0 voor de thema’s Energie, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde en ten minste 7,5 voor Milieu, wat blijkt uit een uitdraai van de GPR Gebouw berekening opgesteld of goedgekeurd door een GPR Gebouw Expert, en

      • waarbij het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd,

  • b. bestaande uit: apparatuur of civieltechnische werken, die aantoonbaar noodzakelijk zijn om te voldoen aan de onder a gestelde eisen.

Toelichting: Investeringen in woningen komen niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Informatie over de Dutch Green Building Council en GPR Gebouw 4 kan worden gevonden op respectievelijk www.dgbc.nl en www.gprgebouw.nl.

Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

A 1025

Duurzaam kleinschalig gerenoveerd gebouw volgens DGBC of GPR Gebouw

  • a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw, waarvan vastgesteld is dat het gebouw na opwaardering voldoet aan de eisen van:

    • 1. het niveau 'very good' (3 sterren) op het aspect 'Asset' van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Bestaande Bouw en Gebruik) van de DGBC, wat blijkt uit een (voorlopig) certificaat van de DGBC, en waarbij binnen 3 jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overleg dan wel binnen 4 jaar een definitief certificaat wordt overlegd volgens het dan vigerende niveau 'very good' van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten van de DGBC (BREEAM-NL Bestaande Bouw en Gebruik), of

    • 2. de maatlat van GPR Gebouw 4 met een score van ten minste 7,5 voor de thema’s Energie, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde en ten minste 7,0 voor Milieu, wat blijkt uit een uitdraai van de GPR Gebouw berekening opgesteld of goedgekeurd door een GPR Gebouw Expert, en

      • waarbij het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd,

  • b. bestaande uit: apparatuur of civieltechnische werken, die aantoonbaar noodzakelijk zijn om te voldoen aan de onder a gestelde eisen.

Toelichting: Investeringen in woningen komen niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Informatie over de Dutch Green Building Council en GPR Gebouw 4 kan worden gevonden op respectievelijk www.dgbc.nl en www.gprgebouw.nl.

Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

B 1026

Nieuw gebouw of (mobiel) verblijf voor gecertificeerde dienstverlening of productie

  • a. bestemd voor: het verlenen van milieuvriendelijke diensten of het produceren van milieuvriendelijke producten met of in een nieuw gebouw of (mobiel) verblijf, niet zijnde een tuinbouwkas of een stal,

    • voor bedrijven waarbij door de gebouweigenaar verrichte dienstverlening of productie voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel A 1010, A 1011, B 1012, B 1087, B 1088, F 1089, B 1098, A 1101, F 1147, A 1148 of B 1149, wat blijkt uit een certificaat voor de betreffende dienstverlening of productie,

    • waarbij het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd, en

    • dat een Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) van ten hoogste 0,85 (Qpres;tot/Qpres;toel. ≤ 0,85) en waarbij de uitwendige scheidingsconstructie een warmteweerstand over de constructie (Rc) van ten minste 2,25 m2K/W heeft en de ramen, deuren en kozijnen een warmtedoorlatingscoëfficiënt (U) van ten hoogste 2,8 W/m2K hebben. Als er geen sprake is van een wettelijke verplichting ten aanzien van de EPC dient het gebouw ten minste aan de bovengenoemde Rc- en U-waarden te voldoen,

  • b. bestaande uit: een nieuw gebouw of (mobiel) verblijf, inclusief apparatuur.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 2.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

De aftopping van € 2.000.000 geldt per bedrijfsmiddel. In dit geval geldt de aftopping daarom per gebouw of (mobiel) verblijf.

B 1030

Duurzaam vaartuig

  • a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over binnenwateren of voor het bestrijden van calamiteiten op binnenwateren met een vaartuig, dat voldoet aan de volgende criteria:

    • 1. de romp voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel B 1032,

    • 2. als het vaartuig een eigen energieopwekking of aandrijving heeft, is dit een duurzame energieopwekking respectievelijk aandrijving als bedoeld in bedrijfsmiddel B 1031, en

    • 3. als op het vaartuig huishoudelijk afvalwater vrijkomt wordt dit opgevangen volgens de eisen van bedrijfsmiddel B 7094 of behandeld in een installatie die voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel B 7091,

  • b. bestaande uit: een vaartuig.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 2.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Zowel binnenvaartschepen, duwbakken, schepen zonder eigen voortstuwing als rondvaartboten kunnen onder deze omschrijving vallen.

B 1031

Duurzame energieopwekking en aandrijving voor een binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: de energievoorziening of aandrijving van een binnenvaartschip voor het vervoer van personen of goederen over binnenwateren of voor het bestrijden van calamiteiten op binnenwateren met een installatie, die voldoet aan de volgende criteria, waarbij de eigenaar van het schip met meetrapporten of certificaten aantoont dat aan de vereiste specificaties wordt voldaan. Voor de energieopwekking en aandrijving van het schip geldt dat:

    • 1. de hoofdmotor bestaat uit één van de volgende alternatieven:

      • 1a. een elektromotor of vloeibaar aardgasmotor (LNG) of samengeperst aardgasmotor (CNG),

      • 1b. een dual fuel motor: een motor die werkt op basis van een mengsel van diesel en aardgas als brandstof,

      • 1c. een motor die voldoet aan de eisen van CCR fase 2 en voorzien is van een nageschakeld systeem voor deeltjesverwijdering (gecertificeerd roetfilter) als bedoeld in bedrijfsmiddel A 4086 en een NOx-reductiesysteem als bedoeld in bedrijfsmiddel F 2133,

      • 1d. een motor die voldoet aan de eisen gesteld aan de motoren van fase IIIa als bedoeld in het Besluit typegoedkeuring luchtverontreiniging trekkers en motoren voor mobiele machines, of

      • 1e. een diesel-geïntegreerd elektrisch systeem voor voorstuwing en de overige vermogensbehoefte, waarbij de dieselmotor ten minste voldoet aan de eisen gesteld onder 1c of 1d,

    • 2. het hulpvermogen uit de volgende voorzieningen bestaat:

      • 2a. als het hulpvermogen niet gegenereerd wordt door een diesel-geïntegreerd elektrisch systeem, een systeem als bedoeld onder 1a, 1b, 1c of 1d, en

      • 2b. een aansluitvoorziening voor het betrekken van walstroom, als bedoeld in bedrijfsmiddel F 2211,

    • 3. de aandrijving/voortstuwing:

      • 3a. is asloos of de afdichting van de schroefaskoker vindt zo plaats, dat geen olie of vet in het water terecht komt, bijvoorbeeld met een retourvetsysteem, of een systeem als bedoeld in bedrijfsmiddel A 7100, en

      • 3b. wordt gerealiseerd door één van de volgende technieken:

        • een (roer)propeller: een constructie, waarbij de schroef is bevestigd aan een verticale as, die 360 graden gedraaid kan worden,

        • een contraroterende propeller,

        • een straalbuis: een schroef die aangebracht is in een koker,

        • een vector oppervlakteschroef, of

        • een aangepaste keerkoppeling bij dubbele scheepsschroef die het mogelijk maakt dat bij het varen met één aangedreven schroef de niet aangedreven schroef vrij kan meedraaien

    • 4. het stuurwerk aan de volgende eisen voldoet:

      • 4a. de afdichting van de hennegatkoker vindt zo plaats, dat geen olie of vet in het water terecht komt, bijvoorbeeld met een retourvetsysteem, of een systeem als bedoeld in bedrijfsmiddel A 7100, en

      • 4b. een energiebesparend roersysteem bestaande uit: een spoilersysteem (per schroef twee roerensysteem met vaste spoiler, of een drie-roerensysteem, waarbij de spoiler of het kleine middenroer is geplaatst op de hartlijn van de schroefas) of een dolfijnroer-, of roerpropeller-, of contraroterend roerpropellersysteem,

  • b. bestaande uit: een motor, een aandrijving, een stuurinstallatie, (eventueel) een generator en (eventueel) nageschakelde technieken.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 1.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Elektrische, hybride of gasmotoren voor een binnenvaartschip kunnen worden gemeld onder F 5060. Onder aardgas wordt ook verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt.

Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

B 1032

Duurzame romp van een binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over binnenwateren, of voor het bestrijden van calamiteiten op binnenwateren, met een schip waarvan de romp voldoet aan onderstaande criteria, waarbij de eigenaar van het schip met meetrapporten of certificaten aantoont dat aan de vereiste specificaties wordt voldaan. De romp van het schip:

    • 1a. bestaat uit kunststof, of

    • 1b. is voorzien van een milieuvriendelijke antifouling, als bedoeld in bedrijfsmiddel F 7080,

    • 2. heeft glad afgewerkte ankers en kluizen als het schip is voorzien van kluisankers,

    • 3. heeft een beschermingssysteem tegen corrosie dat geen offeranodes bevat, zoals opgedrukte stroom, als een beschermingssysteem tegen corrosie wordt gebruikt, en

    • 4. heeft een kunststof of stalen buikdenning, als een buikdenning wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een metalen of kunststof romp van het binnenvaartschip, (eventueel) een milieuvriendelijke antifouling, (eventueel) een beschermingssysteem tegen corrosie en (eventueel) een buikdenning.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 500.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Een kunststof of stalen buikdenning voor een bestaand binnenvaartschip kan apart gemeld worden onder E 7103.

F 1040

Productiesysteem voor algen

  • a. bestemd voor: het produceren van algen, waarbij de geproduceerde algen worden ingezet als grondstof voor het kweken van vis, schaal- of schelpdieren of het produceren van hoogwaardige grondstoffen voor ondermeer bestrijdingsmiddelen, voedingsmiddelen, cosmetica of farmaceutica, waarbij het restproduct eventueel een energietoepassing krijgt,

  • b. bestaande uit: (eventueel) een bioreactor, (eventueel) een open zee-systeem, (eventueel) een doseersysteem, (eventueel) een behandelingseenheid voor recirculatie of hergebruik van de voedingsoplossing, (eventueel) een oogstsysteem en (eventueel) apparatuur voor verwerking tot grondstof.

F 1041

Vergistingsinstallatie met algenreactor

  • a. bestemd voor: het vergisten van organische reststromen en/of mest, waarbij:

    • het digestaat en de geproduceerde CO2 als voeding dienen voor een algenreactor,

    • de geproduceerde algen worden ingezet als (grondstof voor) veevoer, biobrandstof of voor hoogwaardigere toepassingen, en

    • het restproduct eventueel een energietoepassing krijgt,

  • b. bestaande uit: een vergister, een productiesysteem voor algen, (eventueel) mestvoorbewerkingsapparatuur, (eventueel) een doseersysteem, (eventueel) een behandelingseenheid voor recirculatie of hergebruik van de voedingsoplossing, (eventueel) een oogstsysteem, (eventueel) apparatuur voor verwerking tot grondstof, (eventueel) een gasmotor, (eventueel) een generator en (eventueel) biogasopwerkingsapparatuur.

A 1042

Algen-, wieren- of eendenkroossysteem

  • a. bestemd voor: het verwerken van afvalwater of dierlijke mest door biologische afbraak door algen, wieren of eendenkroos, waarbij de algen, wieren of het eendenkroos geoogst worden,

  • b. bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, een vloeistofdicht bassin, een schoepenrad of een pomp, een continu meetsysteem en oogstapparatuur.

F 1043

Kroosverwijderinstallatie

  • a. bestemd voor: het verwijderen van kroos uit watergangen door een automatisch werkend en drijvend apparaat, waarbij het verwijderde kroos wordt verwerkt tot veevoer of een ander hoogwaardig product en waarbij het restproduct eventueel een energietoepassing krijgt,

  • b. bestaande uit: een schoepenwiel, drijvers, een motor, (eventueel) zonnepanelen, (eventueel) een accu en een transportband.

B 1044

Productieapparatuur voor zilte teelt

  • a. bestemd voor: het telen van zilte gewassen zonder dat gebruik gemaakt wordt van bestrijdingsmiddelen en andere chemische toevoegingen, en waarbij de zilte teelt is toegestaan volgens de vigerende milieuvergunning of omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor de teelt van zilte gewassen.

B 1050

Werf voor het uitsluitend milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen, -platforms of binnenvaartschepen

  • a. bestemd voor: het selectief en milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen, zeeplatforms en eventueel binnenvaartschepen door een werf die gecertificeerd is volgens ISO 14001:2004 en waarbij alle milieubelastende verontreinigingen conform ISO- en/of NEN-normen worden verwijderd

  • b. bestaande uit: demontage-apparatuur, straalapparatuur, een hydraulische staalpers, apparatuur voor brandpreventie, stoomheaters voor zware olie, een ballastwaterbehandelingsinstallatie, opslagtanks voor vrijkomende vloeistoffen, een reinigingsinstallatie voor vloeistoftanks, een asbestverwijderingsinstallatie, een asbestdecontaminatie-eenheid met stoffilterinstallatie, een verschrottingsinstallatie, een rookgasbehandelingssysteem en vloeistofdichte vloeren.

F 1060

Gewichtsbesparende funderingspaal

  • a. bestemd voor: het funderen van gebouwen of kunstwerken met een betonnen heipaal die:

    • voldoet aan BRL 2352 van 1 december 2008, en

    • is voorzien van een gewichtsbesparend element waardoor de heipaal ten minste 20% lichter is dan een conventionele betonpaal,

  • b. bestaande uit: een betonnen heipaal met een gewichtsbesparend element, (eventueel) een warmtewisselend element en (eventueel) een aansluiting op betonkernactiverend systeem.

F 1070

Houtmodificatie-installatie

  • a. bestemd voor: het chemisch of thermisch modificeren van hout waardoor de duurzaamheid van het hout wordt verhoogd zonder toepassing van houtverduurzamingsmiddelen door een installatie die voldoet aan de eisen van de BRL 0605 van 31 maart 2003 ‘Gemodificeerd Hout’,

  • b. bestaande uit: een houtmodificatie-installatie.

A 1080

Rijsimulator

  • a. bestemd voor: het lesgeven in rijvaardigheid door autorijscholen met een rijsimulator,

  • b. bestaande uit: een rijsimulator, bedieningsmiddelen, LCD-projectoren en een computer.

B 1087

Kas voor milieuvriendelijke productie met Milieukeur

  • a. bestemd voor: het milieuvriendelijk produceren van gewassen of producten in een kas volgens de eisen van Milieukeur en waarvan,

    • is vastgesteld dat de kas voldoet aan de eisen van Milieukeur, wat blijkt uit een certificaat Milieukeur dat is afgegeven door de daartoe bevoegde instantie, en

    • voor een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het Besluit glastuinbouw door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen is afgegeven dat rechtsgeldig is ten tijde van de melding,

  • b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen, exclusief assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n), scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan of produceren van CO2, elektriciteit of warmte.

Toelichting: Informatie over Milieukeur kan worden gevonden op www.smk.nl.

Het (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen dat voor nieuw op te richten glasopstanden is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan. Het afgegeven besluit hoeft niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar- en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.

B 1088

Kas voor biologische teelt

  • a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een kas volgens de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland, en waarvan voor een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het Besluit glastuinbouw door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen is afgegeven dat rechtsgeldig is ten tijde van de melding,

  • b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische of klimaattechnische voorzieningen, exclusief assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n), scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan en produceren van CO2, elektriciteit of warmte.

Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl.

Het (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen dat voor nieuw op te richten glasopstanden is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan. Het afgegeven besluit hoeft niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar- en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.

F 1089

Groen Label Kas voor biologische teelt

  • a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een kas volgens de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland, en

    • waarvan is vastgesteld dat de kas voldoet aan de eisen van het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9), met een minimumniveau van 85 punten voor extensieve teelt en 115 punten voor intensieve teelt. Dat voldaan wordt aan de eisen van het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9) blijkt uit een (voorlopig) certificaat GLK9 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie,

    • waarbij voor alle kassen die onder de criteria voor extensieve teelt worden gecertificeerd bij definitieve oplevering moet worden aangetoond dat het totale energieverbruik op basis van ten minste 1 jaar teelt minder is geweest dan 25 kubieke meter aardgasequivalenten per vierkante meter per jaar. De tuinder toont dit aan door na 1 jaar teelt het werkelijke energiegebruik van het voorgaande jaar te laten controleren op basis van facturen en meetgegevens en de gegevens in het energiecertificaat,

    • waarvan voor een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het Besluit glastuinbouw door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen is afgegeven dat rechtsgeldig is ten tijde van de aanmelding, en

    • waarbij binnen drie jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier jaar een definitief certificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende maatlat Groen Label Kas en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische of klimaattechnische voorzieningen, exclusief assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n), scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan en produceren van CO2, elektriciteit of warmte.

Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl. Het (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen dat voor nieuw op te richten glasopstanden is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan. Het afgegeven besluit hoeft niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar- en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.

Het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9), ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.groenlabelkas.nl.

A 1090

Groen Label Kas

  • a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een Groen Label Kas,

    • waarvan is vastgesteld dat de kas voldoet aan de eisen van het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9), met een minimumniveau van 85 punten voor extensieve teelt en 115 punten voor intensieve teelt. Dat voldaan wordt aan de eisen van het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9) blijkt uit een te overleggen voorlopig certificaat GLK9 dat voor meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad van Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie,

    • waarbij voor alle kassen die onder de criteria voor extensieve teelt worden gecertificeerd bij definitieve oplevering moet worden aangetoond dat het totale energieverbruik op basis van ten minste 1 jaar teelt minder is geweest dan 25 kubieke meter aardgasequivalenten per vierkante meter per jaar. De tuinder toont dit aan door na 1 jaar teelt het werkelijke energiegebruik van het voorgaande jaar te laten controleren op basis van facturen en meetgegevens en de gegevens in het energiecertificaat,

    • voor een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het Besluit glastuinbouw door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen is afgegeven dat rechtsgeldig is ten tijde van de melding,

    • waarbij binnen drie jaar na afgifte van het voorlopig certificaat een definitief certificaat wordt overlegd, dan wel binnen vier jaar een definitief certificaat wordt overlegd volgens de dan vigerende maatlat Groen Label Kas en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels) en teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen.

    De investering in de Groen Label Kas komt ten hoogste voor het volgende bedrag per vierkante meter gecertificeerd teeltoppervlak in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen:

    Gewasgroep

    € per vierkante meter intensieve teelt

    € per vierkante meter extensieve teelt

    Groenten

    110

    120

    Bloemen

    170

    145

    Potplanten

    190

    160

    Uitgangsmateriaal

    230

    160

Toelichting: Het (ontwerp)besluit omgevingsvergunning voor bouwen dat voor nieuw op te richten glasopstanden is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan. Het afgegeven besluit hoeft niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar- en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.

Het Certificatieschema Groen Label Kas 9 (GLK9) ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.groenlabelkas.nl.

F 1091

Groen Label Kas met duurzame viskwekerij

  • a. bestemd voor: het gecombineerd bedrijfsmatig telen van gewassen en kweken van vis, waarbij uitwisseling van water, warmte en CO2 plaatsvindt en waarvan is vastgesteld dat,

    • de kas voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel A 1090, en

    • de viskwekerij voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel F 7048,

  • b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), een viskwekerij, teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen, exclusief assimilatiebelichting, cyclische belichting, een bedrijfsruimte, de ruimten bedoeld voor het personeel, scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan of produceren van CO2, elektriciteit of warmte.

B 1098

Stal voor milieuvriendelijke productie met Milieukeur

  • a. bestemd voor: het milieuvriendelijk houden van dieren in een stal volgens de eisen van Milieukeur en waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van Milieukeur, wat blijkt uit een certificaat Milieukeur dat is afgegeven door de daartoe bevoegde instantie,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

Toelichting: Informatie over Milieukeur kan worden gevonden op www.smk.nl.

A 1099

Proefstal

  • a. bestemd voor: het houden van dieren in een stalsysteem waarvoor een bijzondere emissiefactor is vastgesteld als bedoeld in artikel 3 van de Regeling ammoniak en veehouderij en waarbij wordt voldaan aan de meetverplichtingen bedoeld in die regeling,

  • b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakreducerende systemen, mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld voor personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

Toelichting: Meer informatie over de proefstalregeling kan worden gevonden op www.agentschapnl.nl/rav.

A 1101

Stal voor biologische veehouderij met vermindering van de ammoniakemissie

  • a. bestemd voor: het houden van vee in een bedrijf dat dierlijke landbouwproducten produceert volgens de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland, en waarbij in de stal eenzelfde emissiearme staltechniek wordt toegepast als in een huisvestingssysteem dat is opgenomen in bijlage 1 van de Regeling ammoniak en veehouderij of waarvoor een bijzondere emissiefactor is vastgesteld als bedoeld in artikel 3 van de Regeling ammoniak en veehouderij,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer- en opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl.

A 1103

Duurzame melkveestal

  • a. bestemd voor: het houden van melkvee in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDV 6 – melkveestallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 6 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

    De investering in een duurzame melkveestal komt ten hoogste voor het volgende bedrag per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen:

    0–3 punten extra:

    € 4.400 per dierplaats

    4–10 punten extra:

    € 4.800 per dierplaats

    > 10 punten extra:

    € 5.200 per dierplaats.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

De investeringen in jongvee-ruimten mogen worden gebruikt ter onderbouwing van het maximum bedrag tot een maximum van eenzelfde aantal jongveeplaatsen als het aantal melkveeplaatsen waarvoor is gecertificeerd.

A 1104

Duurzame vleeskalverenstal

  • a. bestemd voor: het houden van vleeskalveren in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDV 6 – vleeskalverstallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 6 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

A 1113

Duurzame varkensstal

  • a. bestemd voor: het houden van varkens in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDV 6 – varkensstallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 6 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

    De investering in een duurzame varkensstal komt ten hoogste voor het volgende bedrag per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen:

    Vleesvarkens

     

    0–5 punten extra:

    € 400 per dierplaats

    6–10 punten extra:

    € 450 per dierplaats

    >10 punten extra:

    € 500 per dierplaats

    Gespeende biggen

     

    0–1 punten extra:

    € 200 per dierplaats

    2–5 punten extra:

    € 215 per dierplaats

    > 5 punten extra:

    € 225 per dierplaats

    Guste en dragende zeugen

    0–1 punten extra:

    € 1.000 per dierplaats

    2–3 punten extra:

    € 1.200 per dierplaats

    > 3 punten extra:

    € 1.400 per dierplaats

    Kraamzeugen

     

    0–3 punten extra:

    € 2.500 per dierplaats

    4–6 punten extra:

    € 3.000 per dierplaats

    > 6 punten extra:

    € 3.500 per dierplaats

    Dekberen

     

    ≥ 0 punten extra:

    € 3.400 per dierplaats.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

A 1122

Duurzame konijnen-, eenden- of kalkoenenstal

  • a. bestemd voor: het houden van konijnen, eenden of kalkoenen in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDV 6 – konijnenstallen of pluimveestallen, onderdeel eenden- of kalkoenenstal, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 6 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

A 1123

Duurzame pluimveestal

  • a. bestemd voor: het houden van pluimvee, niet zijnde eenden of kalkoenen, in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDV 6 – pluimveestallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 6 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting, klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.

    De investering in een duurzame pluimveestal komt ten hoogste voor het volgende bedrag per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen:

    Opfok legouderdieren en leghennen

    0–4 punten extra:

    € 18,50 per dierplaats

    5–10 punten extra:

    € 21,50 per dierplaats

    >10 punten extra:

    € 22,50 per dierplaats

    Productie legouderdieren en leghennen

    0–8 punten extra:

    € 25,00 per dierplaats

    9–12 punten extra:

    € 28,00 per dierplaats

    > 12 punten extra:

    € 31,50 per dierplaats

    Opfok vleeskuikenouderdieren

    0–4 punten extra:

    € 23,25 per dierplaats

    5–10 punten extra:

    € 27,00 per dierplaats

    > 10 punten extra:

    € 29,00 per dierplaats

    Productie vleeskuikenouderdieren

    0–4 punten extra:

    € 45,50 per dierplaats

    5–10 punten extra:

    € 51,50 per dierplaats

    > 10 punten extra:

    € 54,00 per dierplaats

    Vleeskuikens

     

    0–3 punten extra:

    € 14,00 per dierplaats

    4–6 punten extra:

    € 15,50 per dierplaats

    > 6 punten extra:

    € 17,50 per dierplaats.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

A 1140

Milieuvriendelijk product met certificaat

  • a. zijnde: een product dat voldoet aan de eisen van één van de onderstaande keurmerken. Dit wordt aangetoond door een certificaat, met het juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie.

    • Cradle-to-Cradle, niveau Gold (zie www.cradletocradle.nl),

    • DUBOkeur (zie www.dubokeur.nl),

    • Europees Ecolabel (zie www.smk.nl),

    • Milieukeur, niet zijnde glastuinbouwproducten en vee (zie www.smk.nl), of

    • Nordic Ecolabel (zie www.nordic-ecolabel.org),

  • b. bestaande uit: een product dat voldoet aan de duurzaamheidseisen van het betreffende keurmerk, exclusief gebouwen en, in geval van nieuwbouw of renovatie, gebouwgebonden apparatuur en appendages.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de Algemene bepalingen (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Producten zijn niet altijd bedrijfsmiddelen in fiscale zin. Alleen bedrijfsmiddelen die worden geactiveerd komen in aanmerking. Bijvoorbeeld gebruiksgoederen vallen hier niet onder. Vraag in geval van twijfel de Belastingtelefoon (0800-0543).

Dit bedrijfsmiddel betreft producten. De productieapparatuur hiervoor kan in aanmerking komen onder F 1147, A 1148 of B 1149. Investeringen in gebouwen voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie kunnen worden gemeld onder B 1026.

F 1147

Apparatuur of civieltechnische werken voor zeer duurzame dienstverlening of productie

  • a. bestemd voor: het verlenen van duurzame diensten of het uitsluitend produceren van duurzame producten volgens de eisen van één van de onderstaande keurmerken. Dit wordt aangetoond door een certificaat, met het juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie.

    • Cradle-to-Cradle, niveau Silver (zie www.cradletocradle.nl),

    • CO2-prestatieladder, niveau 5 voor een kleine onderneming in de zin van het Europese Milieusteunkader, waarbij in geval van energiebesparing ook een ander milieuvoordeel wordt behaald (zie www.skao.nl),

    • Green Globe (zie www.greenglobe.nl),

    • Green Key, niveau goud (zie www.greenkey.nl), of

    • MVO-prestatieladder, niveau 5 (zie www.mvoprestatieladder.nl),

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur of civieltechnische werken, die bijdragen aan de duurzaamheidseisen van het betreffende keurmerk, exclusief gebouwen en, in geval van nieuwbouw of renovatie, gebouwgebonden apparatuur en appendages.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

De gehele investering die nodig is om bij te dragen aan de duurzaamheidseisen en daarmee een certificaat (op het juiste niveau) te verkrijgen en te behouden kan worden gemeld. Voorbeeld: bij waterbesparing komen alle kosten in aanmerking, die technisch noodzakelijk zijn voor de waterbesparing en daar uitsluitend dienstbaar aan zijn. Een waterbesparende sproeikop en het leidingwerk naar deze sproeikop mogen worden gemeld. Het leidingwerk waaraan ook niet-waterbesparende maatregelen gekoppeld zijn mag niet worden gemeld.

Investeringen in grootschalige renovatie van een gebouw of een nieuw gebouw voor milieuvriendelijke dienstverlening of productie kunnen worden gemeld onder B 1026. Milieuvriendelijke producten met een certificaat kunnen in aanmerking komen onder A 1140.

A 1148

Apparatuur of civieltechnische werken voor verregaande duurzame dienstverlening of productie

  • a. bestemd voor: het verlenen van duurzame diensten of het uitsluitend produceren van duurzame producten volgens de eisen van één van de onderstaande keurmerken. Dit wordt aangetoond door een certificaat, met het juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie.

    • Barometer in beheer bij SMK, niveau goud (zie www.smk.nl),

    • Blauwe Vlag betreffende het onderdeel ‘verduurzaming van de jachthaven’, zoals genoemd in de criteria voor jachthavens van Blauwe Vlag (zie www.blauwevlag.nl),

    • CO2-prestatieladder, niveau 4 voor een kleine onderneming en niveau 5 voor een onderneming die geen kleine onderneming is in de zin van het Europese Milieusteunkader, waarbij in geval van energiebesparing ook een ander milieuvoordeel wordt behaald (zie www.skao.nl),

    • DUBOkeur (zie www.dubokeur.nl),

    • Europees Ecolabel (zie www.smk.nl),

    • Green Key, niveau zilver (zie www.greenkey.nl),

    • Milieukeur, niet zijnde glastuinbouwproducten en vee (zie www.smk.nl), of

    • MVO-prestatieladder, niveau 4 (zie www.mvoprestatieladder.nl),

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur of civieltechnische werken, die bijdragen aan de duurzaamheidseisen van het betreffende keurmerk, exclusief gebouwen en, in geval van nieuwbouw of renovatie, gebouwgebonden apparatuur en appendages.

Toelichting: zie onder F 1147.

B 1149

Apparatuur of civieltechnische werken voor verdergaande duurzame dienstverlening of productie

  • a. bestemd voor: het verlenen van duurzame diensten of het uitsluitend produceren van duurzame producten volgens de eisen van één van de onderstaande keurmerken. Dit wordt aangetoond door een certificaat, met het juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie.

    • Barometer in beheer bij SMK, niveau zilver (zie www.smk.nl),

    • CO2-prestatieladder, niveau 3 voor een kleine onderneming en niveau 4 voor een onderneming die niet een kleine onderneming is in de zin van het Europese Milieusteunkader, waarbij in geval van energiebesparing ook een ander milieuvoordeel wordt behaald (zie www.skao.nl),

    • Green Key, niveau brons (zie www.greenkey.nl), of

    • MVO-prestatieladder, niveau 3 (zie www.mvoprestatieladder.nl),

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur of civieltechnische werken, die bijdragen aan de duurzaamheidseisen van het betreffende keurmerk, exclusief gebouwen en, in geval van nieuwbouw of renovatie, gebouwgebonden apparatuur en appendages.

Toelichting: zie onder F 1147.

E 1150

Apparatuur of civieltechnische werken voor duurzame dienstverlening of productie

  • a. bestemd voor: het verlenen van duurzame diensten of het uitsluitend produceren van duurzame producten volgens de eisen van één van de onderstaande keurmerken. Dit wordt aangetoond door een certificaat, met juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie.

    • Barometer in beheer bij SMK, niveau brons (zie www.smk.nl),

    • CO2-prestatieladder, niveau 2 voor een kleine onderneming en niveau 3 voor een onderneming die niet een kleine onderneming is in de zin van het Europese Milieusteunkader, waarbij in geval van energiebesparing ook een ander milieuvoordeel wordt behaald (zie www.skao.nl),

    • ‘Erkend Duurzaam’ van Bovag (zie www.bovag.nl), of

    • MVO-prestatieladder, niveau 2 voor een klein bedrijf in de zin van het Europese Milieusteunkader (zie www.mvoprestatieladder.nl),

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur of civieltechnische werken, die bijdragen aan de duurzaamheidseisen van het betreffende keurmerk, exclusief gebouwen en, in geval van nieuwbouw of renovatie, gebouwgebonden apparatuur en appendages.

Toelichting: zie onder F 1147.

A 1160

Waterhydraulisch systeem

  • a. bestemd voor: het overbrengen van kracht met een hydraulisch systeem, waarbij water als hydrauliekvloeistof wordt toegepast. Aan het water mogen geen stoffen worden toegevoegd, anders dan vriespuntverlagende middelen bij systemen die beneden het vriespunt opereren,

  • b. bestaande uit: een hydrauliekpomp, besturings- en regelkleppen, een waterhydraulische hydromotor en een cilinder.

C 1170

Visvriendelijk en geluidarm waterkrachtsysteem

  • a. bestemd voor: het opwekken van energie door een niet-axiale rotor met watergesmeerde magnetische of kunststof lagers,

  • b. bestaande uit: een waterkrachtsysteem.

A 1190

Windgekoelde condensor

  • a. bestemd voor: het condenseren van koudemiddel in een koelinstallatie door buitenlucht zonder gebruik te maken van ventilatoren of spuiwater,

  • b. bestaande uit: een windgekoelde condensor.

A 1210

Gesloten beitsinstallatie voor roestvrijstalen producten

  • a. bestemd voor: het beitsen van roestvrijstalen producten voor herstel van de passieve chroomoxidehuid door in een afgesloten ruimte het product te besproeien met een beitsvloeistof zonder oxiderend zuur, waarbij de gebruikte beitsvloeistof en het spoelwater worden opgevangen en gerecirculeerd,

  • b. bestaande uit: een gesloten beitsinstallatie, een laadsysteem en een recirculatiesysteem.

F 1220

Driedimensionaal lasergraveerapparaat voor stempels

  • a. bestemd voor: het vervaardigen van stempels door de stempels driedimensionaal te graveren met een laser, voor:

    • het slaan van metalen voorwerpen zoals munten en penningen, waarbij de stempels niet gehard of verchroomd worden, of

    • het drukken van waardepapieren,

  • b. bestaande uit: laserapparatuur, een optiek en opto-mechanica.

F 1230

Textielverfmachine op basis van CO2

  • a. bestemd voor: het waterloos verven van textiel met superkritisch CO2, waarbij de gebruikte kleurstoffen hergebruikt kunnen worden,

  • b. bestaande uit: een droogverfinstallatie en een doseringseenheid voor superkritische CO2.

F 1240

Software voor duurzame productontwikkeling

  • a. bestemd voor: het, door een kleine of middelgrote onderneming (KMO) in de zin van het Europese Milieusteunkader, verduurzamen van producten op basis van ontwerpsoftware, die ten minste 4 van de volgende milieuparameters inzichtelijk maakt:

    • fosfaatemissie,

    • SOx-emissie,

    • NOx-emissie,

    • CO2-emissie,

    • watergebruik,

    • energieverbruik, of

    • hergebruik van materialen of componenten,

  • b. bestaande uit: ontwerpsoftware.

F 2030

CO2- of N2-vulstation voor transportkoeling

  • a. bestemd voor: het afleveren van vloeibare CO2 of stikstof als koelmiddel van cryogene koelinstallaties van vrachtwagens of vaartuigen voor transport van goederen,

  • b. bestaande uit: afleverkast of -zuil, pomp, bufferopslag en card reader.

Toelichting: Installaties voor het vullen van stationaire installaties met CO2 of stikstof komen niet in aanmerking.

F 2040

Waterstofafleverstation

  • a. bestemd voor: het afleveren van gasvormige waterstof als motorbrandstof voor voertuigen, waarbij de waterstof in gasvorm wordt geleverd aan het afleverstation,

  • b. bestaande uit: een afleverzuil, compressoren, een bufferopslag en (eventueel) een lokale waterstofzuiveringseenheid.

F 2041

Oplaadpunt voor elektrische voer- of vaartuigen

  • a. bestemd voor: het laden van accu’s van voer- of vaartuigen, die een elektromotor als hoofdmotor hebben, aan het elektriciteitsnet of een brandstofcel via een openbaar stroomafnamepunt of een stroomafnamepunt bij een fietsenstalling of een parkeerplaats,

  • b. bestaande uit: een oplaadsysteem, (eventueel) een meetsysteem, (eventueel) een betaalsysteem, (eventueel) een lockerkast met een stroomafnamepunt per locker, (eventueel) zonnepaneel en (eventueel) een stekkerherkenningssysteem.

Toelichting: Onder voertuig wordt hier ook verstaan fiets of bromfiets.

F 2043

Accuwisselstation

  • a. bestemd voor: het volautomatisch verwisselen van accu’s van elektrische auto’s,

  • b. bestaande uit: een accuwisselstation en (eventueel) accu's.

B 2045

Afleverstation voor hoge blend biobrandstoffen

  • a. bestemd voor: het afleveren van de biobrandstoffen B30, B100, E85, E95, biomethanol of PPO als motorbrandstof voor voertuigen,

  • b. bestaande uit: een afleverzuil en een bufferopslag voor biobrandstof.

F 2050

Aardgasaflever- of aardgasvulpunt

  • a. bestemd voor: het afleveren van aardgas als motorbrandstof voor voer- of vaartuigen, door een installatie die, voor zover van toepassing, voldoet aan de eisen gesteld in de PGS 25: 2009, en waarbij ten minste de helft van de afleverpunten van de afleverkast- of zuil wordt gebruikt voor het afleveren van aardgas, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan CNG, LNG en biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,

  • b. bestaande uit: een afleverkast of -zuil, een compressor, een bufferopslag, (eventueel) een droger en (eventueel) een betaalsysteem, waarbij de compressor, (eventueel) een bufferopslag, droger en betaalsysteem alleen in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen voor zover deze worden gebruikt voor het opslaan, afleveren en betalen van aardgas.

Toelichting: PGS staat voor Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen.

A 2055

Brandstofreinigingssysteem

  • a. bestemd voor: het reinigen van in een tank opslagen brandstof, waarbij water en bezinksel wordt verwijderd, bij:

    • 1. een tankstation voor de verkoop van brandstoffen;

    • 2. een thuistankinstallatie, waar per jaar vanuit de tank minder dan 100.000 liter wordt afgeleverd,

  • b. bestaande uit: een ontwateringseenheid, een pomp, een grof- en een fijnfilter.

F 2061

Onbemand, geautomatiseerd systeem voor het stallen en verhuren van fietsen

  • a. bestemd voor: het onbemand, automatisch uitgeven en innemen van verhuurfietsen of betaald stallen van fietsen, ten behoeve van voor- en natransport van reizigers,

  • b. bestaande uit: een inname- en uitgiftesysteem, een elektronisch pasleessysteem, een registratiesysteem, (eventueel) een accu-oplaadpunt, (eventueel) een transportmechanisme en (eventueel) een locatiezuil.

Toelichting: Computergestuurde kluizen, boxen en standaarden met slotsysteem voor fietsen komen ook in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 2069

Koolwaterstofemissiereducerende techniek (ten minste 75% vermindering)

  • a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van koolwaterstoffen uit de rookgassen van stationaire gas- of dieselmotoren, waarbij de koolwaterstofemissie met ten minste 75% wordt gereduceerd, en waarbij de emissie van koolwaterstoffen ten hoogste 1.200 milligram per normaal kubieke meter (3% O2) bedraagt,

  • b. bestaande uit: koolwaterstofemissiereducerende apparatuur of aanpassing van een bestaande motor en (eventueel) een roetfilter.

A 2070

Koolwaterstofemissiereducerende techniek (ten minste 50% vermindering)

  • a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van koolwaterstoffen uit de rookgassen van stationaire gas- of dieselmotoren, waarbij de koolwaterstofemissie met ten minste 50% wordt gereduceerd, en waarbij de emissie van koolwaterstoffen ten hoogste 1.200 milligram per normaal kubieke meter (3% O2) bedraagt,

  • b. bestaande uit: koolwaterstofemissiereducerende apparatuur of aanpassing van een bestaande motor en (eventueel) een roetfilter.

F 2101

Ontgassingsinstallatie voor transportcontainers

  • a. bestemd voor: het ontgassen van transportcontainers door afzuiging van lucht gevolgd door behandeling van de afgezogen lucht, ter voorkoming van emissie van ontsmettingsgassen of andere luchtverontreinigende stoffen naar de buitenlucht,

  • b. bestaande uit: een afzuiginstallatie, een filterinstallatie, gasdetectieapparatuur en (eventueel) gasnabehandelingsapparatuur.

B 2120

Luchtemissiebeperkende voorziening voor een bestaande stookinstallatie

  • a. bestemd voor: het verminderen van luchtzijdige emissies van een stookinstallatie die vóór 1 april 2010 in gebruik is genomen door toepassing van een nageschakelde techniek, waardoor de emissie van NOx, SO2, totaal stof of CxHy voldoet aan de emissiegrenswaarden gesteld in paragraaf 2.1 van het Besluit emissie-eisen middelgrote stookinstallaties (BEMS),

  • b. bestaande uit: emissiebeperkende nageschakelde techniek en (eventueel) aanpassing van een bestaande stookinstallatie.

Toelichting: Informatie over het Besluit emissie-eisen middelgrote stookinstallaties (BEMS) kunt u vinden op www.infomil.nl. Technieken die emissies verder verminderen dan vereist is volgens het BEMS kunt u vinden in hoofdstuk 2, 3 en 4 van de Milieulijst, waarbij veelal een hoger financieel voordeel verkregen kan worden.

F 2130

Oxyfuel-verbrandingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het verbranden van brandstoffen met zuivere zuurstof, met uitzondering van toepassingen in de be- en verwerking van metalen, metaalverbindingen en glas,

  • b. bestaande uit: een gasscheidingsinstallatie en (aanpassingen aan) een verbrandingsinstallatie.

A 2131

Selectieve katalytische reductie-installatie (SCR)

  • a. bestemd voor: het door chemische reductie omzetten van stikstofoxiden in afgassen van de onderstaande installaties:

    • een industriële proces- of verbrandingsinstallatie, waardoor de NOx-emissie lager is dan 50 milligram per normaal kubieke meter (bij 3% O2), gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A,

    • motoren van een zeeschip waarbij een NOx-verwijderingsrendement van ten minste 85% wordt bereikt of

    • een industriële proces- of verbrandingsinstallatie op de BES-eilanden, Curaçao, Sint Maarten of Aruba, waarbij een NOx-verwijderingsrendement van ten minste 85% wordt bereikt,

  • b. bestaande uit: een katalysator en een ammoniak- of ureuminjectiesysteem.

Toelichting: Een Stoom- en Gasturbine (STEG) wordt gezien als een verbrandingsinstallatie en kan onder deze code worden gemeld. Een SCR-installatie op een binnenvaartschip kan worden gemeld onder F 2133.

A 2132

Selectieve non-katalytische reductie-installatie (SNCR)

  • a. bestemd voor: het omzetten van NOx in afgassen van installaties met injectie van ureum of ammoniak door een reductie-installatie met een NOx-verwijderingsrendement van ten minste 85%, waardoor de NOx-emissie lager is dan 50 milligram per normaal kubieke meter (bij 3% O2), gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A,

  • b. bestaande uit: een ammoniak- of ureuminjectiesysteem.

F 2133

NOx-reductiesysteem voor een binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: het verwijderen van NOx uit de afgassen van binnenvaartschepen door het uitrusten van de dieselmotoren met een NOx-reductiesysteem (retrofit) zoals een SCR-katalysator en waarbij,

    • de NOx-uitstoot niet meer bedraagt dan 2 gram per kilowattuur voor nieuwe motoren en 3 gram per kilowattuur voor bestaande motoren, en

    • de NOx-uitstoot kan worden aangetoond met een NOx-meetrapport waarbij de NOx-metingen uitgevoerd zijn conform ISO 8178:1994,

  • b. bestaande uit: een NOx-reductiesysteem en (eventueel) NOx meetrapport.

Toelichting: Dieselmotoren op een binnenvaartschip die in aanmerking kunnen komen zijn voortstuwingsmotoren, boegschroeven, aggregaten en (beladings-)pompen. SCR-installaties voor motoren van een zeeschip kunnen worden gemeld onder A 2131. Roetfilters kunnen geplaatst worden in combinatie met SCR-katalysatoren (retrofitinstallaties) zoals genoemd in F 2133. Roetfilters voor een binnenvaartschip kunnen worden gemeld onder code A 4086.

Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

A 2138

Verwarmingsketel met geïntegreerde low-NOx-brander < 30 milligram per normaalkubieke meter

  • a. bestemd voor: het verwarmen van water met een ketel met een geïntegreerde brander, waarbij de rookgassen niet meer dan 30 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober 2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een ketel met een geïntegreerde brander.

A 2139

Verwarmingsketel met low-NOx-voorzetbrander < 40 milligram per normaalkubieke meter

  • a. bestemd voor: het verwarmen van water of het produceren van lagedrukstoom (ten hoogste 5 bar en ten hoogste 110 °C) met een combinatie van een ketel en een voorzetbrander, waarbij de rookgassen niet meer dan 40 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober 2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een voorzetbrander en een ketel.

B 2140

Verwarmingsketel met low-NOx-brander voor stoom of thermische olie < 60 milligram per normaalkubieke meter

  • a. bestemd voor: het produceren van hogedrukstoom (ten minste 5 bar) of het verwarmen van thermische olie met een combinatie van een ketel en een brander, waarbij de rookgassen niet meer dan 60 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober 2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een brander en een ketel.

F 2152

Gekoelde dubbeldek trailer

  • a. bestemd voor: het gekoeld transport van goederen, met uitzondering van het vervoer van levende dieren, met een trailer voorzien van een dubbele laadvloer ter vergroting van het te beladen oppervlak in de trailer, waarbij de koelinstallatie een cryogene koelinstallatie is of door de vrachtwagenmotor is aangedreven,

  • b. bestaande uit: een dubbeldek trailer en een koelinstallatie.

F 2154

Vouwkisten voor bulktransport van bloembollen

  • a. bestemd voor: het in bulk vervoeren van bloembollen in kisten die invouwbaar zijn, zodat deze ten minste 75% minder ruimte innemen als de kisten leeg getransporteerd worden,

  • b. bestaande uit: een transportbesparende vouwkist.

F 2160

Noodstroomvoorziening met brandstofcelsysteem

  • a. bestemd voor: het, bij uitval van de primaire stroomvoorziening, garanderen van de stroomvoorziening met een brandstofcelsysteem, waarbij de ingezette brandstof direct wordt omgezet in elektrische energie,

  • b. bestaande uit: een (systeem van) brandstofcel(len) en (eventueel) een elektriciteitsomzetter.

A 2171

Benuttingssysteem voor CO2 van derden binnen de glastuinbouw

  • a. bestemd voor: het toepassen van CO2 van derden voor CO2-bemesting in een tuinbouwkas,

  • b. bestaande uit: een verdeelstation, een aansluiting op een CO2-distributiesysteem, (eventueel) een compressor, (eventueel) een drukreduceerstation en (eventueel) een rookgasreiniging.

F 2180

Gesloten plasmareinigingssysteem op basis van NF3 (vervanging)

  • a. bestemd voor: het intern reinigen van procesapparatuur voor het produceren van halfgeleiders of zonnecellen met NF3 in een gesloten systeem, ter vervanging van een bestaand reinigingsproces op basis van C2F6,

  • b. bestaande uit: gesloten plasmareinigingssysteem.

F 2181

SF6-vrij hoog- of middenspanningsschakelsysteem (vervanging)

  • a. bestemd voor: het doorschakelen van hoog- en middenspanning in een transformatorstation, waarbij bestaande SF6-bevattende schakelsystemen worden vervangen door gevacumeerde of gekoelde schakelsystemen die geen SF6 bevatten,

  • b. bestaande uit: een vacuüm last- of vermogensschakelaar of een gekoelde last- of vermogensschakelaar.

B 2182

Transformator met plantaardige olie

  • a. bestemd voor: het omzetten van hoogspanning naar laagspanning door een transformator die is geïsoleerd met uitsluitend plantaardige olie,

  • b. bestaande uit: een transformator.

F 2210

Walstroominstallatie op de kade

  • a. bestemd voor: het leveren van walstroom aan schepen, niet zijnde pleziervaartuigen, zodat de eigen generatoren niet gebruikt worden als de schepen aan de kade liggen,

  • b. bestaande uit: een walstroomkast met één of meerdere aansluitpunten, (eventueel) een aan de walstroomkast gekoppeld betalingssysteem, (eventueel) een omvormer naar 60 Hertz en transformatorstation(s).

F 2211

Walstroomaansluiting aan boord van het schip

  • a. bestemd voor: het gebruik maken van aangeboden walstroom aan boord van een schip, niet zijnde een pleziervaartuig, zodat de eigen generator niet gebruikt wordt als het schip aan de kade ligt,

  • b. bestaande uit: aansluitpunt(en), aanpassing van het elektrische systeem aan boord en een verlengkabel om een verbinding tussen het schip en de walstroomkast te kunnen maken.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 7.500 van het investeringsbedrag in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Deze aftopping geldt niet voor walstroomaansluitingen aan boord van zeegaande schepen.

Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

F 3000

VOS-emissiereducerende technieken binnen de metaalindustrie

  • a. bestemd voor: het voorkomen, terugwinnen of beperken van de emissie van vluchtige organische stoffen (VOS) bij het reinigen, lijmen of coaten van metalen waarbij:

    • 1. voor een bedrijf dat niet onder het Oplosmiddelenbesluit valt, maar wel onder het Activiteitenbesluit (type B) en aan de eisen van het Activiteitenbesluit voldoet, een vermindering van het VOS-verbruik (in kilogram per jaar) wordt behaald van ten minste 30% ten opzichte van de bestaande situatie, berekend op basis van de oplosmiddelenboekhouding conform het Activiteitenbesluit en ten minste twee van de volgende technieken worden toegepast:

      • 1a. een reinigings- of ontvettingsinstallatie als bedoeld in bedrijfsmiddel A 3080,

      • 1b. een microgolfdroger of infrarood- of UV-belichtings- of elektronenstraaleenheid als bedoeld in bedrijfsmiddel F 3161,

      • 1c. een opbrenginstallatie voor oplosmiddelvrije lak als bedoeld in bedrijfsmiddel F 3162,

      • 1d. een dubbele mechanische asafdichting als bedoeld in bedrijfsmiddel F 6140,

      • 1e. een terugwininstallatie voor waterverdunbare verf, lak, inkt of lijm als bedoeld in bedrijfsmiddel F 8300,

      • 1f. een aftapinstallatie als bedoeld in bedrijfsmiddel F 8301,

      • 1g. een gesloten wasautomaat voor verfgereedschap als bedoeld in bedrijfsmiddel A 9341,

      • 1h. een gesloten reinigingsinstallatie zonder vluchtige organische stoffen (VOS) als bedoeld in bedrijfsmiddel A 9342, of

      • 1i. één of meer andere technieken met vergelijkbare milieuwinst als onder 1a tot en met 1h genoemd, of

    • 2. voor een bedrijf dat onder het Oplosmiddelenbesluit valt en daarnaast eventueel ook onder het Activiteitenbesluit valt, waarbij:

      • een totale VOS emissie (in kilogram per jaar) wordt behaald die ten minste 30% lager is dan de beoogde emissie, bepaald volgens toetsing aan regime 1, door toepassing van ten minste twee technieken zoals omschreven in de codes genoemd onder punt 1a tot en met 1i, of

      • de concentratie VOS in het afgas (in milligram C of VOS per normaal kubieke meter) ten minste 30% lager is dan de afgaseis in het Oplosmiddelenbesluit of ten minste 30% lager is dan de eis voor diffuse emissie in het Oplosmiddelenbesluit, bepaald volgens toetsing aan regime 2, waarbij het bedrijf aan de eisen van het Oplosmiddelenbesluit voldoet en ten minste 2 van de volgende technieken worden toegepast:

        • 2a. de technieken zoals genoemd onder 1a tot en met 1h,

        • 2b. een biologisch luchtfilter voor vluchtige organische stoffen als bedoeld in bedrijfsmiddel B 3051,

        • 2c. een gas-en dampadsorber met regeneratie als bedoeld in bedrijfsmiddel B 3054,

        • 2d. een (katalytische) oxidatie-installatie voor luchtreiniging als bedoeld in bedrijfsmiddel B 4052, of

        • 2e. één of meer andere technieken met vergelijkbare milieuwinst als onder 2a tot en met 2d genoemd,

  • b. bestaande uit: VOS-emissiereducerende apparatuur.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Met een bedrijf dat onder het Oplosmiddelenbesluit valt, zoals genoemd bij punt 2, wordt bedoeld een bedrijf dat bijvoorbeeld bij activiteit 8, overige coatingsprocessen zoals genoemd in het Oplosmiddelenbesluit, een verbruiksdrempel van meer 5 ton VOS per jaar overschrijdt.

Bij punt 2, het tweede gedachtestreepje wordt gesproken over ten minste 30% lager dan de eis voor diffuse emissie. Voor bijvoorbeeld activiteit 8, overige coatingsprocessen zoals genoemd in het Oplosmiddelenbesluit, wordt hiermee ten minste 30% van 20% bedoeld. Dit komt overeen met een vermindering van de diffuse emissie met ten minste 14%.

B 3040

Emissiearme houtkachel met een vermogen < 50 kiloWatt

  • a. bestemd voor: het verwarmen van water met een houtkachel, met een vermogen van ten hoogste 50 kiloWatt, in combinatie met een nageschakelde techniek, zoals een elektrostatisch of schuimkeramisch filter, om gasvormige verontreinigingen in de rookgassen te verwijderen,

  • b. bestaande uit: een houtkachel met een nageschakelde luchtemissiebeperkende techniek.

    Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek.

B 3051

Biologisch luchtfilter voor vluchtige organische stoffen

  • a. bestemd voor: de microbiologische afbraak van vluchtige organische stoffen uit afgassen,

  • b. bestaande uit: een bak of vat met biomassa op dragermateriaal, een ventilator, (eventueel) een filterbevochtigingsinstallatie, (eventueel) een afgasbevochtigingsinstallatie, (eventueel) een demister en (eventueel) een afgassenkoelinstallatie.

B 3054

Gas- en dampadsorber met regeneratie

  • a. bestemd voor:

    • het verwijderen van vluchtige organische stoffen, geurstoffen en dampen uit afgassen door adsorptie, gevolgd door regeneratie van het adsorptiemiddel en terugwinning of vernietiging van de vluchtige organische stoffen, of

    • het verwijderen van zware metalen uit afgassen door adsorptie, gevolgd door regeneratie van het adsorptiemiddel en terugwinning van de metalen,

  • b. bestaande uit: een adsorber en een regeneratie-eenheid.

F 3056

Ontgassingsinstallatie voor scheepstanks

  • a. bestemd voor: het ontgassen van scheepstanks die gebruikt zijn voor het vervoer van vluchtige koolwaterstoffen, waarbij de afgevangen gassen worden gereinigd en de koolwaterstoffen worden teruggewonnen of vernietigd,

  • b. bestaande uit: een ontgassingsinstallatie en een luchtreinigingsinstallatie.

Toelichting: Onder deze code valt ook een ontgassingsinstallatie aan boord van een schip of op een ponton.

A 3057

Reinigingsinstallatie voor scheepstanks

  • a. bestemd voor: het na het lossen, verwijderen van benzeen, tolueen, styreen, gechloreerde koolwaterstoffen en/of brandstoffen uit scheepstanks door lucht in de scheepstank af te zuigen en te wassen, waarbij het wasmedium de achtergebleven damp opneemt en binnen de reguliere afvalkanalen wordt verwerkt,

  • b. bestaande uit: een afzuiginstallatie, een gaswasser, en (eventueel) een buffertank.

B 3060

Biogaswasser

  • a. bestemd voor: het verwijderen van gasvormige verontreinigingen uit afgassen die niet afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties of stallen, door een biologische gaswasinstallatie, waarbij er geen sprake is van het opwaarderen van gas, zoals biogas of stortgas, tot een hoogwaardiger brandstof,

  • b. bestaande uit: biomassa op dragermateriaal, een tank, (eventueel) een ventilator, (eventueel) een druppelvanger, (eventueel) een chemicaliëndoseerinstallatie en (eventueel) een wasvloeistofbehandelingssysteem.

F 3061

Gaswasser voor een aluminiumsmelterij

  • a. bestemd voor: het ontzwavelen van afgassen van een aluminiumsmelterij door het oplossen van de verontreinigende stoffen in een vloeistof,

  • b. bestaande uit: een gaswasser.

A 3063

Plasma-omzetter voor gasvormige verontreinigingen

  • a. bestemd voor: het in een niet-thermisch plasmaveld ontleden van gasvormige verontreinigingen in ruimtelucht, niet bestemd voor productie, of afgassen of andere naar buiten af te voeren lucht, waarbij de verontreinigingen worden omgezet in onschadelijke stoffen of uiteenvallen in hun elementaire componenten,

  • b. bestaande uit: een hoogspanningsbron, een reactiekamer, een besturingssysteem en (eventueel) een katalysator.

Toelichting: Apparatuur voor de reiniging van lucht door oxidatie kan gemeld worden onder code B 4052.

B 3070

Oxidatiebed voor zuivering van lucht

  • a. bestemd voor: het biologisch reinigen van lucht of het gelijktijdig in één reactor biologisch reinigen van lucht en afvalwater, niet afkomstig van afval- of slibverwerkingsinstallaties, waarbij het verwijderingsrendement voor geurstoffen in de lucht ten minste 90% bedraagt,

  • b. bestaande uit: een oxidatiebed.

A 3080

Reinigings- of ontvettingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het ontvetten en reinigen van metalen (half-)producten door een installatie waarin uitsluitend reinigingsmiddelen zonder vluchtige organische oplosmiddelen worden gebruikt, en waarbij het gebruikte reinigingsmiddel wordt gerecirculeerd,

  • b. bestaande uit: een ontvettings- en reinigingsinstallatie, pompen, (eventueel) een verwarmingssysteem, (eventueel) een drooginstallatie en (eventueel) een water-of badreinigingsinstallatie.

Toelichting: Ook poederontvetting of reiniging met superkritische CO2 komen in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 3131

Ontzwavelingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het ontzwavelen van afgassen die niet afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties, raffinaderijen of petrochemische installaties, door een installatie met een zwavelverwijderingsrendement van ten minste 95%, waarbij elementair zwavel of zwavelverbindingen als zwavelzuur of zwaveligzuur worden gevormd en nuttig worden toegepast,

  • b. bestaande uit: (eventueel) wastorens, (eventueel) een concentratieverhogingsstap of indikker, (eventueel) reactoren, (eventueel) een membraaninstallatie, (eventueel) een neutralisatie-installatie, (eventueel) een oxidatiereactor, (eventueel) een chemicaliëndosering en (eventueel) een condensatie-eenheid, waarbij de apparatuur voor de productie of nuttige toepassing van zwavel of zwavelverbindingen niet in aanmerking komt voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 3150

Textielreinigingssysteem met CO2

  • a. bestemd voor: het reinigen van textiel met CO2,

  • b. bestaande uit: een reinigingsinstallatie, een toevoereenheid, een mengsysteem, een pomp en een opslagsysteem voor CO2.

F 3151

Natreinigingssysteem

  • a. bestemd voor: het reinigen van bovenkleding door een nat proces op basis van water in plaats van perchloorethyleen, waarbij de gereinigde bovenkleding met een gasgestookte roterende droger wordt gedroogd,

  • b. bestaande uit: een reinigingsmachine, een droger en (eventueel) een vormdroger.

E 3153

Gesloten textielreinigingsmachine met halogeenvrije oplosmiddelen

  • a. bestemd voor: het reinigen van niet-natwasbaar textiel in een gesloten textielreinigingsmachine ter vervanging van een bestaande PER-reinigingsmachine,

    • die in één cyclus textiel reinigt en droogt,

    • die reinigt met niet-toxische, halogeenvrije oplosmiddelen van klasse A III met een vlampunt boven 55°C en die lichter zijn dan water,

    • die voorzien is van een droogsysteem op basis van een warmtepomp,

    • waarin het oplosmiddel wordt teruggewonnen in een emissievrij destillatiesysteem, en

    • waarbij de bestaande PER-reinigingsmachine wordt verwijderd,

  • b. bestaande uit: een computergestuurde textielreinigingsmachine, een warmtepomp, elektronische droogcontrole, een koelcompressor, een waterafscheider, een overvulbeveiliging van het destillatie- en residuvat en een emissievrij vul- en uitruimsysteem.

F 3161

Microgolfdroger of infrarood- of UV-belichtings- of elektronenstraaleenheid

  • a. bestemd voor: het doen uitharden van lakken, verven of lijmen door microgolven of infrarood- of UV-belichting of versnelde elektronen,

  • b. bestaande uit: een microgolfdroger of infrarood- of UV-lampen of elektronenstraaleenheid en (eventueel) een afzuiging, exclusief het doorvoersysteem.

F 3162

Opbrenginstallatie voor oplosmiddelvrije lak

  • a. bestemd voor: het opbrengen van lakken die uitharden onder invloed van microgolven of infrarood- of UV-licht of versnelde elektronen,

  • b. bestaande uit: een lakopbrenginstallatie, (eventueel) een lakterugwinningsinstallatie, een microgolfdroger of infrarood- of UV-lampen of een elektronenstraaleenheid en (eventueel) een in de laklijn opgenomen schuurmachine, exclusief de spuitcabine en het transportsysteem.

A 3180

Vlamloze thermische naverbrander voor afgassen

  • a. bestemd voor: het naverbranden van vluchtige organische stoffen en aromatische koolwaterstoffen afgassen met behulp van een keramisch bed dat wordt verhit, waarbij:

    • het afgas niet direct in contact staat met de open vlam van de brander(s),

    • de NOx-emissie niet meer bedraagt dan 10 milligram per nominaal kubieke meter (11% O2), en

    • het netto energieverbruik niet meer bedraagt dan 75 kilojoule per nominaal kubieke meter afgas,

  • b. bestaande uit: een vlamloze thermische naverbrander.

A 3211

Druktorens voor waterloze offset

  • a. bestemd voor: het bedrukken van materiaal zoals papier, karton, textiel of kunststof door een offsetdrukmachine die waterloze inkten verbruikt,

  • b. bestaande uit: druktorens en (eventueel) een droogeenheid.

F 4000

Apparatuur voor procesgeïntegreerde vermindering van stofontwikkeling

  • a. bestemd voor: het met ten minste 80% verminderen van het ontstaan van stof, al dan niet in combinatie met het verwijderen van andere milieuschadelijke componenten, tijdens een industrieel productieproces door aanpassing of vervanging van het betreffende productieproces, waarbij:

    • de reststofemissie naar de buitenlucht niet meer bedraagt dan 5 milligram stof per normaal kubieke meter,

    • de aard en de functie van het proces en het product nagenoeg dezelfde blijven,

    • de vermindering van de stofontwikkeling gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,

    • in de berekening van de vermindering van stofemissie het effect van eventueel nageschakelde techniek (bijvoorbeeld een doekfilter) buiten beschouwing wordt gelaten,

    • eventuele wijzigingen van de productiecapaciteit in de berekening van besparing worden verrekend, en

    • eventuele end-of-pipe-toepassingen en investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om het ontstaan van stof te beperken of te voorkomen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

De aanpassing of vervanging van het productieproces voorkomt dat stof of een groot deel daarvan ontstaat tijdens tussenstappen of aan het eind van het proces.

F 4001

Apparatuur voor vermindering van stofemissie tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering

  • a. bestemd voor: het afscheiden van stof uit afgas of luchtstroom tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering (bijvoorbeeld tijdens een storing) door een vast opgestelde ontstoffingsinstallatie, waarbij de stofemissie naar de buitenlucht niet meer dan 20 milligram stof per normaal kubieke meter bevat,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de emissie van stof te verminderen tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Met niet-reguliere bedrijfsvoering wordt bedoeld: storingen, onderhoud aan de (reinigings)technieken en opstarten en stoppen van installaties of processen. Bedrijfsmiddelen die de stofemissie tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering kunnen beperken zijn bijvoorbeeld twee parallel geschakelde stoffilters waarbij in geval van uitval van één van de twee filters toch sprake is van ontstoffing.

C 4003

Apparatuur voor procesgeïntegreerde vermindering van geurstoffen

  • a. bestemd voor: het met ten minste 90% verminderen van de uitstoot van stoom en daarmee samenhangende geurstoffen, al dan niet in combinatie met andere milieuschadelijke componenten, door aanpassing of vervanging van een productieproces middels een gesloten systeem waarbij:

    • de aard en de functie van het proces en het product nagenoeg dezelfde blijven,

    • de vermindering van de geurstoffen gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,

    • in de berekening van de vermindering van geuremissie het effect van eventueel nageschakelde techniek buiten beschouwing wordt gelaten,

    • eventuele wijzigingen van de productiecapaciteit in de berekening van besparing worden verrekend,

    • de besparing wordt berekend ten opzichte van het gehele investeringsbedrag dat met de aanpassing of vervanging is gemoeid, en

    • eventuele end-of-pipe-toepassingen en investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen,

  • b. bestaande uit: apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de vermindering van de geurstoffen te bereiken en (eventueel) een condensorvat.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

E 4051

Luchtreinigingsinstallatie op basis van elektrostatische en centrifugale krachten

  • a. bestemd voor: het door elektrostatische en centrifugale krachten verwijderen van pathogenen, geur en stof in afgassen afkomstig van de industrie, waarbij in geval van ontstoffing de reststofemissie niet meer dan 1 milligram stof per normaal kubieke meter bedraagt,

  • b. bestaande uit: een luchtzuiveringsinstallatie, (eventueel) een (katalytische) oxidatie-eenheid, (eventueel) een UV-lamp en (eventueel) een ozon- of zuurstofradicaalgenerator.

B 4052

(Katalytische) Oxidatie-installatie voor luchtreiniging

  • a. bestemd voor: het (al dan niet katalytisch) oxideren met waterstofperoxide, zuurstofradicalen, ozon of UV-bestraling,

    • van pathogenen, geur- of koolwaterstoffen in naar buiten te blazen luchtstromen, of

    • voor desinfectie van ruimtelucht bij industriële toepassingen als alternatief voor het gebruik van chemicaliën,

  • b. bestaande uit: een oxidatie-installatie, (eventueel) doseer- of injectieapparatuur, (eventueel) een waterstofperoxidewasser, (eventueel) een wastoren, (eventueel) een katalysator, (eventueel) een ozongenerator, (eventueel) een restozonabsorber of -vernietiger en (eventueel) een zuurstofradicaalgenerator.

Toelichting: Apparatuur voor de reiniging van lucht met niet-thermische plasma kan gemeld worden onder code A 3063.

F 4070

Filtrerende stofafscheider voorafgegaan door puntgerichte afzuiging

  • a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes uit een afgas of luchtstroom waarbij:

    • puntgericht afgezogen lucht van stof wordt ontdaan met een vast opgestelde filtrerende stofafscheider, waardoor de lucht die naar buiten wordt afgevoerd niet meer dan 1 milligram stof per normaal kubieke meter bevat, voor zover deze restemissie niet verplicht is volgens de Arbeidsomstandighedenwet, en

    • de aanschaf van de ontstoffingsinstallatie ten minste € 10.000 bedraagt,

  • b. bestaande uit: een filtrerende stofafscheider, een ventilator en (eventueel) apparatuur benodigd om de condities van de te reinigen gassen aan te passen voor stofafscheiding op basis van filtratie.

Toelichting: Arboverplichtingen zoals genoemd in dit bedrijfsmiddel gelden bijvoorbeeld als gefilterde lucht gedeeltelijk of geheel wordt gerecirculeerd in de bedrijfsruimte.

A 4071

Filtrerende stofafscheider voorafgegaan door ruimtelijke afzuiging

  • a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes uit een afgas of luchtstroom waarbij:

    • ruimtelijk afgezogen lucht van stof wordt ontdaan met een filtrerende stofafscheider, waardoor de lucht die naar buiten wordt afgevoerd niet meer dan 1 milligram stof per normaal kubieke meter bevat, voor zover deze restemissie niet verplicht is volgens Arbeidsomstandighedenwet, en

    • de aanschaf van de ontstoffingsinstallatie ten minste € 10.000 bedraagt,

  • b. bestaande uit: een filtrerende stofafscheider, een ventilator en (eventueel) apparatuur benodigd om de condities van de te reinigen gassen aan te passen voor stofafscheiding op basis van filtratie.

Toelichting: Arboverplichtingen zoals genoemd in dit bedrijfsmiddel gelden bijvoorbeeld als gefilterde lucht gedeeltelijk of geheel wordt gerecirculeerd in de bedrijfsruimte.

A 4072

Niet-filtrerende ontstoffingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes uit een afgas- of luchtstroom, al dan niet in combinatie met andere milieuschadelijke componenten, met een niet-filtrerende stofafscheider, waarbij aantoonbaar kan worden gemaakt dat scheidingsrendementen worden behaald van ten minste 99,5% voor PM10 en ten minste 70% voor PM5,

  • b. bestaande uit: een niet-filtrerende stofafscheider, (eventueel) een ventilator en (eventueel) een systeem voor het terugvoeren van de grondstof.

F 4073

Stofemissiereducerende technieken voor pluimveestallen

  • a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van stof van een pluimveestal zonder stal(ontwerp)certificaat MDV 5 of 6, door toepassing van één of meer technieken die als zodanig zijn aangemerkt in de op grond van artikel 66, aanhef en onder c, van de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 gepubliceerde lijst van emissiefactoren fijnstof voor veehouderij zoals gepubliceerd op www.overheid.nl, voor zover deze voorziening niet wettelijk verplicht is,

  • b. bestaande uit: stofemissiereducerende technieken.

Toelichting: De lijst van emissiefactoren vindt u op http://wetten.overheid.nl/BWBR0022817/geldigheidsdatum_19-10-2011.

D 4074

Meertraps-ontstoffingsinstallatie voor sinterfabriek

  • a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes en schadelijke gassen uit de afgassen van een sinterfabriek, waarbij gebruik wordt gemaakt van ten minste twee afzonderlijke scheidingssystemen, waaronder een filtrerende afscheider, waardoor de stofemissie naar de buitenlucht ten hoogste 10 milligram stof per normaal kubieke meter bedraagt,

  • b. bestaande uit: een meertraps-ontstoffingsinstallatie, (eventueel) een doseerinstallatie, (eventueel) een reactor en (eventueel) een wastoren.

E 4075

Stofvrij doseersysteem voor poeders of granulaten

  • a. bestemd voor: het stofvrij doseren van poeders of vrijstromende vaste stoffen in continu- of batchprocessen binnen de chemische of levensmiddelenindustrie waarbij:

    • de dosering onder het vloeistofniveau plaatsvindt waarbij door een optimale vermenging geen stof vrijkomt, of

    • het doseersysteem gesloten is en voorzien van een zelfreinigend luchtfilter waardoor de lucht die ontsnapt niet meer dan 2 milligram per normaal kubieke meter bevat,

  • b. bestaande uit: een gesloten doseersysteem, (eventueel) een (geïntegreerd) luchtfilter, (eventueel) een doseerschroef, (eventueel) een weeginrichting, (eventueel) een voorafgaand gesloten transportsysteem op basis van onderdruk, (eventueel) een vacuümpomp en (eventueel) een ontvangsthopper (al dan niet met procesconditionerende technieken).

A 4085

Gesloten roetfilter voor een niet-gekentekend voer- of werktuig

  • a. bestemd voor: het verwijderen van roetdeeltjes uit de uitlaatgassen van vast opgestelde dieselmotoren en mobiele werktuigen voor grondverzet, landbouw en wegenbouw met een roetfilter:

    • dat niet in aanmerking komt voor de Subsidieregeling Roetfilters Mobiele Werktuigen,

    • met een verwijderingsrendement van ten minste 90%,

    • dat voldoet aan de eisen van TRGS 554 of dat staat op de roetfilterlijst van VERT (Verminderung der Emissionen von Real-Dieselmotoren im Tunnelbau) of BAFU (Bundesambt für Umwelt) of op de typegoedkeuingslijst van de RDW (Rijksdienst voor het Wegverkeer),

    • waarvoor geen verplichting geldt volgens of krachtens de Arbeidsomstandighedenwet, en

    • waarbij het filter niet is voorzien van een bypass-voorziening voor als het filter vol is,

  • b. bestaande uit: een gesloten roetfilter.

Toelichting: De roetfilterlijsten van VERT en BAFU zijn te vinden op www.vert-certification.eu en www.bafu.admin.ch.

A 4086

Gesloten roetfilter voor een binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: het verwijderen van roetdeeltjes, eventueel in combinatie met andere schadelijke luchtverontreinigingen, uit de rookgassen van binnenvaartschepen, met een gesloten roetfilter dat voldoet aan de eisen van TRGS 554 of dat staat op de roetfilterlijst van VERT (Verminderung der Emissionen von Real-Dieselmotoren im Tunnelbau) of BAFU (Bundesambt für Umwelt), en dat voorzien is van een:

    • actief regeneratiesysteem, of

    • passief regeneratiesysteem in combinatie met een SCR-katalysator,

  • b. bestaande uit: een gesloten roetfilter en een actief of passief regeneratiesysteem.

Toelichting: Roetfilters kunnen geplaatst worden in combinatie met SCR-katalysatoren (retrofitintstallaties) zoals genoemd in F 2133. De roetfilterlijsten van VERT en BAFU zijn te vinden op www.vert-certification.eu en www.bafu.admin.ch.

Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

F 4089

Snuffelpalen voor stofdetectie en -registratie

  • a. bestemd voor: het continu optisch online detecteren, registreren en terugrekenen van stofemissies tot bedrijfsemissies rondom op- en overslagen met een verwachte fijn stof emissie van ten minste 25 ton per jaar, om de stofemissie te beheren en te minimaliseren,

  • b. bestaande uit: stofdetectieapparatuur op basis van een optische techniek en registratieapparatuur.

B 4090

Watermist/microschuim-ontstoffing

  • a. bestemd voor: het beperken van stofverspreiding bij sorteerlijnen, puinbreek- en recyclinginstallaties en bij op- en overslagen van stortgoed of bulkgoederen, door bevochtiging of afdekken van het stortgoed met zeer fijn verneveld water al dan niet voorzien van volledig biologisch afbreekbare toevoegingen die de ontstoffing bevorderen of de stofdeeltjes afdekken,

  • b. bestaande uit: (eventueel) een watervernevelingssysteem, (eventueel) een bindmiddelvoorraadvat, (eventueel) een mengsysteem en (eventueel) een schuimtoedieningssysteem.

A 4092

Gesloten beladingssysteem

  • a. bestemd voor: het met een sluitkegel, een opblaasbare band of een stofrok verminderen van stofemissies door filtering van de uittredende lucht, bij het laden of lossen van vrachtwagens of schepen, waarbij de verbinding op onderdruk wordt gehouden bij toepassing van een sluitkegel of een stofrok,

  • b. bestaande uit: een beladingsbalg met een sluitkegel, een opblaasbare band of een stofrok, een filteraansluiting of een geïntegreerd stoffilter en (eventueel) een ventilator.

A 4093

Mobiele lostrechter

  • a. bestemd voor: het lossen van bulkgoederen in een mobiele lostrechter die de grijper van de loskraan geheel kan omvatten en die is voorzien van onderafzuiging en een filter met uitblaasopeningen in de losinrichting zodanig dat het verwaaien van stof wordt voorkomen,

  • b. bestaande uit: een lostrechter, een filter en afzuigventilatoren.

A 4094

Flexibel klepsysteem voor overslag van bulkgoederen

  • a. bestemd voor: het verminderen van stofemissies bij overslag van bulkgoederen door afdekking van de stortbunker of -trechter met een flexibel klepsysteem, waardoor het af te zuigen luchtvolume met ten minste 70% wordt verminderd en waarbij onder de flexibele kleppen onderdruk wordt gehandhaafd,

  • b. bestaande uit: flexibele kleppen en vacuümpompen.

F 4095

Gesloten transportband

  • a. bestemd voor: het stofvrij transporteren van bulkgoederen door een transportsysteem waarbij het bulkgoed volledig wordt omsloten door een transportband van flexibel materiaal, die in een pijpvorm wordt dichtgevouwen,

  • b. bestaande uit: een flexibele transportband, (eventueel) een ophanging, (eventueel) bandondersteuning, aandrijving en een los- en laadsysteem, exclusief het opslagsysteem.

B 4096

Wrijvingsarme en stofemissiebeperkende transportband

  • a. bestemd voor: het verminderen van stofemissies bij het transporteren van bulkgoederen door een transportband die in een trog in een gesloten omkasting loopt, waarbij door het in stand houden van een luchtfilm tussen de trog en de transportband de wrijving wordt geminimaliseerd,

  • b. bestaande uit: gesloten trogsecties, een aandrijving, een transportband, een spaninrichting en een luchtvoorziening, exclusief het opslagsysteem.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste 20% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek.

F 4098

Gesloten op- of overslag van kolen of andere niet-agrarische droge bulkgoederen

  • a. bestemd voor: het ter beperking van de verspreiding van stofdeeltjes naar de buitenlucht op- of overslaan van kolen, erts, mineralen, stofvormend afval of biomassa niet voor dierlijke consumptie, in een gesloten opslagruimte voorzien van ontstoffingsinstallatie, waarbij:

    • de capaciteit bulkgoederenopslag ten minste 10 ton bedraagt,

    • de bulkgoederen vallen onder de stuifklasse S4 en S5 zoals genoemd in de Nederlandse Emissierichtlijn lucht (NeR),

    • in geval van een opslagruimte of loods sprake is van bronafzuigpunten,

    • de luchtstroom die eventueel naar buiten wordt afgevoerd van stof wordt ontdaan waardoor de luchtstroom minder dan 5 milligram stof per normaal kubieke meter bevat, en

    • het laden, lossen of transport van de bulkgoederen volledig gesloten plaatsvindt,

  • b. bestaande uit: een gesloten opslag, loods of silo, een ontstoffingsinstallatie, (eventueel) een mechanisch en afgesloten systeem voor het vullen en legen van de gesloten opslag, en (eventueel) een brandveiligheidssysteem ter beperking van het broeirisico.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 4.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 4099

Gesloten overkapping van een puinbreker

  • a. bestemd voor: het beperken van verspreiding van geluid alsmede stofdeeltjes naar de buitenlucht door het breken van puin met een vast opgestelde puinbreker en het aanverwante puintransport onder een gesloten overkapping te laten plaatsvinden, waarbij de luchtstroom die naar buiten wordt afgevoerd van stof wordt ontdaan waardoor de luchtstroom minder dan 5 milligram stof per normaal kubieke meter bevat,

  • b. bestaande uit: een gesloten overkapping of loods met geluidwerende voorzieningen en een ontstoffingsinstallatie.

A 4102

Lasergraveersysteem voor natuursteen

  • a. bestemd voor: het stofvrij aanbrengen van afbeeldingen en tekst op natuursteen met een CO2-laserstraal,

  • b. bestaande uit: een lasergraveerinstallatie, een besturingssysteem en een afzuiginstallatie.

B 4110

Platenkoeler, -droger of -warmtewisselaar voor indirect halogeenvrij koelen, drogen of verwarmen in de kunstmest- en voedingsmiddelenindustrie

  • a. bestemd voor: het indirect koelen, drogen of verwarmen van vrijstromende vaste stoffen in de kunstmest- en voedingsmiddelenindustrie, waardoor het ontstaan van stof, al dan niet in combinatie met andere gasvormige verontreinigingen, wordt voorkomen of geminimaliseerd, en waarbij het energieverbruik niet groter is dan bij toepassing van een directe koel-, droog- of verwarmingstechniek en in geval van koeling uitsluitend halogeenvrije koelmiddelen worden gebruikt,

  • b. bestaande uit: een platenkoeler, -droger of -warmtewisselaar.

Toelichting: Bij een indirect systeem komen het medium en het te koelen, te drogen of te verwarmen product niet met elkaar in contact. Het indirect koelen, drogen of verwarmen van vloeistoffen komt niet in aanmerking.

A 4130

Roestvrijstalen dipkoeltank voor schaaldieren op een vissersschip

  • a. bestemd voor: het aan boord van een vissersschip conserveren van schaaldieren door een vast opgesteld, luchtdicht afsluitbaar roestvrijstalen vat, waarin SC-20 als conserveringsmiddel wordt gebruikt, ter vervanging van dipkoeling met natriumbisulfiet of een derivaat daarvan,

  • b. bestaande uit: luchtdicht afsluitbaar roestvrijstalen vat.

F 4140

Alkalizoutvrije vulcanisatie-installatie (ombouw of vervanging)

  • a. bestemd voor: het vulcaniseren van rubber met waterstofperoxide, waardoor het vulcaniseren met alkalizouten wordt vermeden, door aanpassing of vervanging van een bestaande installatie,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) een vulcanisatie-installatie.

B 4141

Gesloten malsysteem voor kunstharsverwerking

  • a. bestemd voor: het verwerken van kunstharsen in een gesloten mal voorzien van een vacuüminjectie- of overdruksysteem ter vermijding van styreenemissies,

  • b. bestaande uit: een vacuüm- of persinstallatie, een gesloten malsysteem, injectie-apparatuur en (eventueel) een oven.

B 4150

Regeleenheid elektrodynamisch remmen

  • a. bestemd voor: het geluidarm remmen van een diesellocomotief in het snelheidsgebied tot 30 kilometer per uur,

  • b. bestaande uit: een elektronische regeleenheid voor dynamisch remmen.

B 4151

Geluidsreducerend smeersysteem voor tram- en treinstellen of rangeerterreinen

  • a. bestemd voor: het verminderen van rem- of frictiegeluid van tram- of treinstellen of afremsystemen op rangeerterreinen door het op de wielen of rails aanbrengen van een microfilm van water of biologisch afbreekbaar, niet-toxisch smeervet,

  • b. bestaande uit: een smeersysteem.

C 4155

Geluidsreducerende voorzieningen voor lichte propellervliegtuigen

  • a. bestemd voor: het terugbrengen van het brongeluidsniveau van een licht propellervliegtuig door aanpassing van het vliegtuig of vervanging door een nieuw vliegtuig, waarbij:

    • 1. voor vliegtuigen met een ten hoogste toegelaten startmassa M van 5.700 kilogram of minder het ten hoogste toegelaten geluidsniveau gemeten volgens ICAO, annex 16 van 7 oktober 2004, hoofdstuk 6 niet meer mag bedragen dan:

      M [in kilogram]

      geluidsniveau [in dB(A)]

      5.700 tot 1.500

      76

      1.500 tot 600

      64 + (M-600)/75

      600 of minder

      64

    • 2. voor vliegtuigen met een maximaal toegelaten startmassa M van 8.618 kilogram of minder het maximaal toegelaten geluidsniveau gemeten volgens ICAO, annex 16 van 7 oktober 2004, hoofdstuk 10 niet meer mag bedragen dan:

      M [in kilogram]

      geluidsniveau [in dB(A)]

      8.618 tot 1.325

      80

      1.325 tot 618

      68 + (M-618)*12/707

      618 of minder

      68

  • b. bestaande uit: (eventueel) een geluiddemper op de uitlaat, (eventueel) een drie- of meerbladige propeller en (eventueel) aandrijfeenheden waarbij het maximum (start-) vermogen wordt bereikt bij een propellertoerental kleiner dan of gelijk aan 2.200 rpm.

    Het bedrijfsmiddel, ingeval van een nieuw vliegtuig, komt voor ten hoogste € 37.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: ICAO staat voor International Civil Aviation Organization.

B 4161

Geluidarme opbouw voor gekoelde bakwagen, trekker, oplegger, aanhanger of bestelwagen

  • a. bestemd voor: het verminderen van piekniveau's tijdens het laden en lossen in de bebouwde omgeving door het aanbrengen van geluidarme voorzieningen op een bakwagen, trekker, oplegger, aanhanger of bestelwagen, waarbij:

    • de aanwezige motor ten minste voldoet aan de Euro 5-eisen,

    • het geluidsdrukniveau LpA(7,5m) ten hoogste 60 dB(A) bedraagt gemeten volgens de Meetmethode voor piekgeluiden bij laden en lossen, rapport DGT-RPT-020131 van 11 november 2002 opgesteld door TNO, en

    • de koelinstallatie een cryogene koelinstallatie is of door de vrachtwagenmotor aangedreven,

  • b. bestaande uit: een bakwagen, trekker, oplegger, aanhanger of bestelwagen met een geluidarme vloer, geluidarme wanden, een geluidarme laadklep, (eventueel) een geluidarme topklep, (eventueel) een geluidarme roldeur, (eventueel) een geluidarme zijdeur, een koelinstallatie en (eventueel) een achteruitrijdpiepje.

A 4162

Motorgeluidreducerende voorzieningen voor een bakwagen, trekker of bestelwagen

  • a. bestemd voor: het stiller maken van een conventionele bakwagen, trekker of bestelwagen, voorzien van een motor die ten minste aan de Euro 5-eisen voldoet, tijdens het laden en lossen in de bebouwde omgeving door:

    • een aanpassing in het motormanagementsysteem (silent-mode),

    • een elektronisch geregelde ventilatorkoppeling,

    • een grotere uitlaaddemper die op commando gedempt kan worden en afblaasdempers voor het luchtdrukremsysteem, en

    • waarbij het geluidsdrukniveau LpA(7,5m) ten hoogste 72 dB(A) bedraagt gemeten volgens de Meetmethode voor piekgeluiden bij laden en lossen van 7 mei 2008 (referentienummer 008.16348/01.01) opgesteld door TNO,

  • b. bestaande uit: bovenstaande voorzieningen voor vermindering van het motorgeluid.

B 4170

Geluidarm bedrijfsterrein

  • a. bestemd voor: het verlagen van het geluid(druk)niveau van een bedrijfsterrein met 3 dB(A) ten opzichte van de wettelijke verplichting, door een bedrijf dat reeds voldoet aan de vigerende geluideisen,

  • b. bestaande uit: geluidarme technieken en isolatiemateriaal, exclusief (aanpassingen aan) mobiele machines en transportmiddelen.

Toelichting: Voorbeelden van geluidarme technieken zijn het aanpassen van rijroutes op het bedrijfsterrein, het treffen van voorzieningen aan bedrijfsgebouwen die de weerkaatsing van het geluid verminderen, dempen van puntbronnen en toepassing van geluidarme, vast opgestelde ventilatoren en aggregaten.

F 4180

Afvoersysteem voor vocht uit de kas tijdens lichtscherming in de nanacht

  • a. bestemd voor: het afvoeren van vocht uit de kas tijdens de lichtscherming in de nanacht, zodanig dat de lichtschermen ook in de nanacht geheel gesloten blijven en warmte in de kas wordt opgeslagen,

  • b. bestaande uit: een systeem voor het afvoeren van vocht uit de kas in de nanacht en (eventueel) apparatuur voor het geschikt maken van teruggewonnen condenswater als gietwater, exclusief natte koeltorens.

F 4181

Lichtvervuilingbeperkende buitenverlichting

  • a1. bestemd voor: het ’s avonds en ’s nachts verminderen van lichtvervuiling door aanpassing of vervanging van bestaande verstorende lichtbronnen in de open lucht door energiezuinige lichtbronnen (bij voorkeur Led-lampen) met dezelfde of lagere lichtintensiteit als de vervangen lichtbronnen met een installatielabel van ten minste niveau B conform de aanbeveling ‘handleiding energielabeling openbare verlichting 2010’ van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV), in lichtverstrooiingsbeperkende armaturen, waarbij indien mogelijk gebruik gemaakt wordt van windenergie, zonne-energie of aanwezigheidssensoren,

  • b1. bestaande uit: buitenverlichting in lichtverstrooiingsbeperkende armaturen, (eventueel) Led-markeringen, (eventueel) een windturbine of zonnepaneel, (eventueel) een regelunit en aanwezigheidssensoren, of

  • a2. bestemd voor: het 's avonds verlichten van sport- of recreatieterreinen door Led-verlichting in lichtverstrooiingsbeperkende armaturen met een specifieke lichtstroom van ten minste 84 lumen per Watt gemeten conform LM-79-08,

  • b2. bestaande uit: Led-lampen in lichtverstrooiingsbeperkende armaturen.

Toelichting: Voor meer informatie over milieuvriendelijke verlichting, waaronder de Richtlijn Openbare Verlichting 2011 en het Handboek Licht-Donker, zie www.nsvv.nl en www.agentschapnl.nl/openbareverlichting.

C 5040

Luchtmatras of zeil voor voorstuwing van een zeeschip

  • a. bestemd voor: het voortbewegen van een zeeschip door met een luchtmatras of zeil gebruik te maken van windenergie, voor zover het zeeschip niet wordt ingezet voor de recreatievaart,

  • b. bestaande uit: een luchtmatras of zeiltuigage, een lanceer- of hijsinrichting, een strijkinrichting en een regeleenheid.

F 5050

Brandstofcelsysteem voor mobiele werktuigen en transportmiddelen

  • a. bestemd voor: het in een mobiel werktuig of een transportmiddel opwekken van elektrische energie met een vermogen van ten hoogste 1.000 kiloWatt waarbij de brandstof rechtstreeks wordt omgezet in elektrische energie, die bijvoorbeeld wordt gebruikt voor de aandrijving van transportmiddelen of in verkeersinformatiewagens,

  • b. bestaande uit: een systeem bestaande uit één of meer brandstofcellen en (eventueel) een elektrisch aandrijfsysteem.

F 5060

Elektro-, hybride- of gasmotor voor vaartuigen

  • a. bestemd voor: het voortstuwen van vaartuigen die voor de voortstuwing voorzien zijn van:

    • 1. uitsluitend een elektromotor,

    • 2. uitsluitend een LPG- of aardgasmotor, of

    • 3. een elektromotor als hoofdmotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride), waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,

  • b. bestaande uit: motor(en), (eventueel) een gastank, (eventueel) accu's en (eventueel) een oplaadstation.

Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

F 5069

Fiets met overkapping en trapondersteuning

  • a. bestemd voor: het vervoer van personen of goederen over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open lucht met een fiets,

    • die is voorzien van elektrische trapondersteuning,

    • die is voorzien van een carrosserie of overkapping van niet-flexibel materiaal, die ten minste de berijder overdekt, en

    • waarbij de elektrische energie is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu's,

  • b. bestaande uit: fiets met overkapping en trapondersteuning, (eventueel) oplaadstation, (eventueel) een extra lithiumhoudende wisselaccu, (eventueel) een vast aan het voertuig verbonden zonnepaneel.

F 5070

Elektrisch aangedreven voertuig

  • a. bestemd voor: vervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open lucht met een voertuig voorzien van een elektromotor, eventueel in combinatie met een verbrandingsmotor, dat is voorzien van een stekker en een oplaadvoorziening waarmee de lithiumhoudende accu opgeladen kan worden (plug-in hybride), niet zijnde een fiets, bromfiets, een snorfiets, een tram of een metro, en die voldoet aan de volgende eis:

    • voor een voertuig met kenteken een CO2-uitstoot van minder dan 50 gram per kilometer, of

    • voor een voertuig zonder kenteken een actieradius van ten minste 50 kilometer op een volle accu,

  • b. bestaande uit: een voertuig en (eventueel) een vast aan het voertuig verbonden zonnepaneel.

Toelichting: Onder code F 5070 kunnen worden gemeld alle volledig elektrische personen- en bedrijfsauto’s en zogenoemde plug-in hybridepersonen- en bedrijfsauto’s waarvan de CO2-uitstoot minder is dan 50 gram per kilometer. Hybride of plug-in hybridevoertuigen die niet voldoen aan de eisen van F 5070 kunnen wat personenauto’s betreft onder C 5076 worden gemeld.

B 5071

Elektrisch aangedreven brom- of snorfiets met lithiumhoudende accu

  • a. bestemd voor: het vervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open lucht, met een brom- of snorfiets, voorzien van een elektromotor als hoofdmotor, waarbij de elektrische energie, waarmee de elektromotor wordt aangedreven, is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu’s,

  • b. bestaande uit: een elektrisch aangedreven bromfiets of snorfiets met één of meer lithiumhoudende accu’s, (eventueel) een oplaadstation, (eventueel) een extra lithiumhoudende wisselaccu en (eventueel) een vast aan het voertuig verbonden zonnepaneel.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek.

A 5073

Lithiumhoudende accu voor elektrische vervoermiddelen of mobiele werktuigen

  • a. bestemd voor: het voorzien in de energiebehoefte van:

    • 1. een elektrische auto als bedoeld in bedrijfsmiddel F 5070,

    • 2. een elektrische brom- of snorfiets als bedoeld in B 5071, of

    • 3. een mobiel werktuig met een elektromotor als hoofdmotor,die is voorzien van één of meer lithiumhoudende accu's en een vaste bestuurderszitplaats,

  • b. bestaande uit: lithiumhoudende accu en (eventueel) snellaadsysteem.

B 5075

Vrachtwagen of bus met hybride aandrijving

  • a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over de openbare weg door een voertuig voorzien van een elektromotor als hoofdmotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride), dat in geval van een bus voorzien van meer dan 8 passagiersplaatsen buiten de bestuurder, en waarvoor geen subsidie is of wordt verkregen op grond van het subsidieprogramma Truck van de Toekomst,

  • b. bestaande uit: een hybride autobus of vrachtwagen.

C 5076

Zeer zuinige personenauto

  • a. bestemd voor: het bedrijfsmatig vervoeren van één of meer personen over de openbare weg met een personenauto met een CO2-uitstoot van niet meer dan:

    • 91 gram per kilometer bij een personenauto die wordt aangedreven door een motor met compressieontsteking (een dieselmotor), of

    • 102 gram per kilometer bij een personenauto die niet wordt aangedreven door een motor met compressieontsteking (anders dan een dieselmotor),

  • b. bestaande uit: personenauto.

Toelichting: Bedrijven die auto's met een benzinemotor of met een hybride aandrijving aanschaffen kunnen hun investering hieronder melden als de CO2-uitstoot per kilometer lager of gelijk is dan 102 gram. Plug-in hybrides waarvan de CO2-uitstoot minder is dan 50 gram per kilometer en elektrische voertuigen kunnen worden gemeld onder F 5070.

F 5077

Locomotief met elektrische of hybride aandrijving

  • a. bestemd voor: het bedrijfsmatig vervoeren van goederen met een locomotief, die is voorzien van een elektromotor als hoofdmotor, die in staat is alleen op het lithiumhoudende batterijpakket te rijden, eventueel in combinatie met een dieselaggregaat, en die eventueel is voorzien van een ingebouwd elektronisch systeem voor rijden op beveiligde baanvakken,

  • b. bestaande uit: een locomotief.

C 5079

Aardgasauto voor zakelijk vervoer

  • a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over de openbare weg met een voertuig, niet zijnde een vrachtwagen, met een aardgasmotor als hoofdmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,

  • b. bestaande uit: een door een aardgasmotor aangedreven voertuig.

Toelichting: Aardgasaflever- of aardgasvulpunten kunnen worden gemeld onder F 2050.

A 5080

Systeem voor adaptieve cruise control voor vrachtverkeer

  • a. bestemd voor: het bij vervoer van goederen met een vrachtwagen automatisch constant houden van de snelheid, dan wel automatisch aanpassen van de snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gelijk blijft, waardoor het brandstofverbruik wordt verminderd,

  • b. bestaande uit: een systeem voor adaptieve cruise control.

B 5090

Mobiele machine voor heiwerkzaamheden

  • a. bestemd voor: het plaatsen van funderingspalen door,

    • 1. een emissiearm heiblok, waarbij:

      • brandstof onder hoge druk gereguleerd wordt ingespoten op basis van de bodemgesteldheid, en waarbij verse lucht onder druk in de verbrandingskamer wordt gebracht voor het koelen en spoelen,

      • het powerpack is voorzien van een dieselmotor dat ten minste voldoet aan de eisen van fase IIIa als bedoeld in het Besluit typegoedkeuring luchtverontreiniging trekkers en motoren voor mobiele machines, en

      • olieresten uit de afgassen van het heiblok worden verwijderd middels een scheidingstechniek, of

    • 2. een hydraulische boorstelling voor het boren van gaten voor funderingspalen, waarvan het hydraulische systeem is gevuld met biologisch afbreekbare, niet-toxisch olie conform Europees Ecolabel, af fabriek of waarbij de oliekwaliteit wordt gewaarborgd door een meerjarig onderhoudscontract of zorgsysteem,

  • b. bestaande uit: een emissiearm heiblok inclusief bijbehorend powerpack of een hydraulische boorstelling inclusief boorkast en avegaarboor.

Toelichting: Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor en bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 5 en 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

B 5091

Geluidbalgenset voor een hydrohamer

  • a. bestemd voor: geluidarm heien met een hydrohamer, voorzien van een geluidbalgenset,

  • b. bestaande uit: een geluidbalgenset.

A 5100

Mobiele machine voor (wegen)bouw, grondverzet of op- en overslag

  • a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden in de (wegen)bouw, het grondverzet of de op- en overslag in de open lucht door één van de volgende zelfrijdende, mobiele machines:

    • een knikdumper,

    • een laadschop,

    • een graafmachine met een bovenwagen die een zwenkbeweging van meer dan 360° kan uitvoeren, en die aan de voorzijde is uitgerust met een bak, sloopschaar, zeef, vergruizer of palenkraker,

    • een telescoop- of mobiele torenkraan, die is toegelaten op de openbare weg, of

    • een puinbreker voor het breken van steen- en betonpuin tot granulaat, en

    die voor de aandrijving is voorzien van:

    • 1. een elektromotor als hoofdmotor, waarbij de elektrische energie waarmee de elektromotor wordt aangedreven, is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu's, of afkomstig is van het elektriciteitsnet,

    • 2. een elektromotor als hoofdmotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride) en waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik of is voorzien van tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem, of

    • 3. een aardgas- of dieselverbrandingsmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt, en

      • 3a. waarbij de emissies van de dieselverbrandingsmotor de grenswaarden van fase IIIa niet overschrijden voor motoren met een constant toerental of fase IIIb niet overschrijden voor motoren met een variabel toerental,

      • 3b. waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik of is voorzien is van tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem, en

      • 3c. waarbij de mobiele machine voldoet aan een geluidsvermogensniveau in dB(A) van ten hoogste:

        • 100 voor een laadschop met een vermogen van ten hoogste 66 kiloWatt,

        • 80+11logP voor een laadschop met een vermogen groter dan 66 kiloWatt,

        • 82+9logP voor een graafmachine,

        • 100 voor een telescoopkraan met een vermogen van ten hoogste 55 kiloWatt,

        • 81+11logP voor een telescoopkraan met een vermogen groter dan 55 kiloWatt,

        • 96 voor een torenkraan, of

        • 84+11logP voor een puinbreker,

  • b. bestaande uit: een zelfrijdende knikdumper, een zelfrijdende laadschop of een zelfrijdende graafmachine en (eventueel) een geïntegreerde maai-harkcombinatie voor het ecologisch schoonmaken van sloten, of een zelfrijdende telescoop- of mobiele torenkraan of een autolaadkraan of een mobiele puinbreker voorzien van een toevoermond met (eventueel) een trilgoot, (eventueel) een voorzeef, (eventueel) transportbanden, (eventueel) een magneetband en (eventueel) een oplaadstation.

Toelichting: P is het vermogen in kiloWatt, bepaald volgens de Regeling geluidemissie buitenmaterieel. Met een tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem wordt een systeem bedoeld dat de olie-uitstroom stopt naar beide zijden van de breuk: de cilinderzijde en bedieningsklepzijde.

Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor en bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 5 en 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

A 5110

Mobiele machine voor onderhoud van de openbare ruimte of bedrijfsterreinen

  • a. bestemd voor: het verrichten van onderhoudswerkzaamheden in de openbare ruimte of bedrijfsterreinen door één van de volgende mobiele machines:

    • een zelfrijdende veeg(zuig)machine,

    • een zelfrijdende kolkenzuiger,

    • een zelfrijdende vuilniswagen,

    • een houtversnipperaar, of

    • een zelfrijdende gazonmaaier met vaste bestuurderszitplaats, met een maaibreedte van ten minste 70 centimeter voor het maaien van gazons, sportvelden en sportbanen, en

    • 1. waarbij de zelfrijdende veeg- of veegzuigmachine is voorzien van een ontstoffingsinstallatie waardoor de uitgeblazen lucht van fijn stof wordt ontdaan met een verwijderingsrendement van ten minste 95% voor PM5 en ten minste 97% voor PM10,

    • 2. waarbij voor de mobiele machine geldt dat die is voorzien van een elektromotor als hoofdmotor, waarbij de elektrische energie waarmee de elektromotor wordt aangedreven, is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu's, en waarbij de houtversnipperaar voldoet aan de onder 5 genoemde geluidseis, of

    • 3. die is voorzien van een elektromotor als hoofdmotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride), waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik en waarbij de houtversnipperaar voldoet aan de onder 5 genoemde geluidseis, of

    • 4. die is voorzien van een aardgasmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt, en waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik en waarbij de mobiele machine voldoet aan de onder 5 genoemde van toepassing zijnde geluidseis, of

    • 5. waarbij de houtversnipperaar is voorzien van een benzine- of dieselverbrandingsmotor en het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik, en waarbij de houtversnipperaar voldoet aan de onderstaand genoemde geluidseis, en

    waarbij als hierboven gesproken wordt over een geluidseis, de mobiele machine voldoet aan een geluidsvermogensniveau in dB(A) van ten hoogste:

    • 98 voor de kolkenzuiger,

    • 96 voor de huisvuil- of vuilniswagen,

    • 86 plus 11log P voor de houtversnipperaar met een invoerdiameter groter dan 50, maar kleiner dan of gelijk aan 200 mm,

    • 114 voor de houtversnipperaar met een invoerdiameter groter dan 200 mm,

    • 97 voor maaiers met een maaibreedte van ten minste 70 centimeter en ten hoogste 120 centimeter, of

    • 102 voor maaiers met een maaibreedte van meer dan 120 centimeter,

  • b. bestaande uit: een veeg(zuig)machine, kolkenzuiger, huisvuilwagen, vuilniswagen, houtversnipperaar of gazonmaaier en (eventueel) een oplaadstation.

Toelichting: P is het vermogen in kiloWatt, bepaald volgens de Regeling geluidemissie buitenmaterieel. Voor informatie over bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

B 5120

Mobiele schonings- of tarrascheidingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden door één van de volgende mobiele, zelfrijdende of getrokken landbouwmachines, waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik:

    • een schoningsinstallatie voor het wassen van plantaardige producten waarbij plantaardige delen, zand en slib worden afgescheiden en het spoelwater wordt hergebruikt,

    • een natte scheidingsinstallatie voor bollen en knollen voor het verwijderen van tarra van bollen en knollen door natte scheiding met tegenstroom en wervelbed, waarbij de tarra op de rooiakker achterblijft en het gebruikte water of op de rooiakker achterblijft of wordt hergebruikt,

    • een rooimachine met een tarrareinigingsinstallatie voor het rooien van bieten, wortels, bollen of andere knollen, waarbij aanhangende aarde en zand worden verwijderd met ten minste drie verschillende reinigingstechnieken waarvan ten minste twee van de volgende:

      • 1. een zeefketting,

      • 2. axiaalrollen,

      • 3. een sterrenbed,

      • 4. ten minste 3 borstels,

      • 5. een wrijfband, of

      • 6. reinigingszonnen (verschillende typen zonnen tellen als verschillende technieken), of

    • een rooimachine met een tarrareinigingsinstallatie voor het rooien van prei waarbij aanhangende aarde en zand worden verwijderd met een klop- of schudsysteem, waarbij loof of wortels op de akker worden verwijderd met een afsnijdinrichting en pelrollen en waarbij de preibox automatisch wordt gevuld, en

    waarbij voor olie voor mobiele schonings- of tarrascheidingsinstallaties naast Europees Ecolabel ook een Blauer Engel-certificaat voldoet,

  • b. bestaande uit: een mobiele droge of natte tarrascheidingsinstallatie voor bollen en knollen, een mobiele schoningsinstallatie voor plantaardige producten of een rooimachine met tarrareinigingsinstallatie en (eventueel) waterzuiveringsapparatuur.

Toelichting: Voor informatie over bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

B 5125

Ombouw naar bio-olie voor duurzaam gebruik van de mobiele machines in het wagenpark

  • a. bestemd voor: het integraal toepassen van bio-olie voor duurzaam gebruik waarbij het hydraulisch systeem van bestaande mobiele machines in het wagenpark gevuld wordt met olie conform Europees Ecolabel, waarbij:

    • de kwaliteit van de hydrauliekolie wordt gewaarborgd en aantoonbaar is door een meerjarig onderhoudscontract of een zorgsysteem, en

    • voor olie voor schonings- of tarrascheidingsinstallaties en emissiearme land-, tuin-, en bosbouwmachines als genoemd in bedrijfsmiddel B 5120, respectievelijk bedrijfsmiddel B 5130 naast Europees Ecolabel ook een Blauer Engel-certificaat voldoet,

  • b. bestaande uit: voorzieningen voor en aanpassingen aan het wagenpark, die aantoonbaar noodzakelijk zijn voor ombouw van mobiele machines voor toepassing van bio-olie voor duurzaam gebruik.

Toelichting: Voor informatie over bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

B 5130

Emissiearme land-, tuin-, of bosbouwmachine

  • a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden in de land-, tuin- of bosbouw met een landbouwtrekker of een andere zelfrijdende machine, niet zijnde een spuitmachine, en die voor de aandrijving is voorzien van:

    • 1. een elektromotor als hoofdmotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride),

    • 2. een aardgasmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt, of

    • 3. een dieselmotor, waarbij de emissies van de dieselmotor de grenswaarden van fase IIIa voor motoren met constant toerental, of fase IIIb voor variabel toerental niet overschrijden, en

      • 3a. waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik of is voorzien van een tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem, of

      • 3b. in geval van een trekker, de machine voldoet aan een geluidsdrukniveau LpA(7,5m) van ten hoogste 59+11logP, of

      • 3c. de trekker is voorzien van een stroomaansluiting voor elektrische aandrijving van werktuigen,

    • waarbij onder werkzaamheden in de land- tuin- en bosbouw wordt verstaan het zaaien, planten, bemesten, verzorgen, rooien of oogsten van landbouwproducten,het voeren van vee, het maaien en reinigen van sloten en bermen en het onderhoud van natuurterreinen, en

    • waarbij voor olie voor emissiearme land-, tuin-, en bosbouwmachines naast Europees Ecolabel ook een Blauer Engel-certificaat voldoet,

  • b. bestaande uit: een landbouwtrekker of een andere zelfrijdende land-, tuin of bosbouwmachine, (eventueel) preiboxen en (eventueel) een geïntegreerde maai-harkcombinatie voor het ecologisch schoonmaken van sloten.

Toelichting: P is het vermogen in kiloWatt, bepaald volgens richtlijn ECE-R24. Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor en bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 5 en 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

B 5170

Geluid- en emissiearm mobiel aggregaat, compressor of pomp

  • a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden door één van de volgende mobiele, niet-vast opgestelde, door een verbrandingsmotor aangedreven machines:

    • een stroomaggregaat voor het afgeven van stroom voor laswerk of arbeidsvermogen, voorzien van een generator met een op rotatie berustende werking,

    • een motorpomp voor oppompen van water, of

    • een compressor voor het samenpersen en verplaatsen van lucht met een capaciteit van ten hoogste 30 kubieke meter per minuut, niet zijnde een vacuümpomp, en

    die voor de aandrijving is voorzien van:

    • 1. een aardgasmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt, of

    • 2. een dieselmotor, en waarbij:

      • 2a. de emissies van de dieselmotor de grenswaarden van fase IIIa voor motoren met constant toerental niet overschrijden, en

      • 2b. de machine voldoet aan een geluidsvermogensniveau in dB(A) van ten hoogste:

        • 87+logPel voor een stroomaggregaat,

        • 92 voor een motorpomp, of

        • 94+2logP voor een compressor,

  • b. bestaande uit: een geluid- en emissiearm mobiel stroomaggregaat, compressor of motorpomp.

Toelichting: P is het vermogen in kiloWatt, bepaald volgens de Regeling geluidemissie buitenmaterieel. Pel is het elektrisch vermogen in kVA. Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor zie punt 5 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst).

A 5200

Mobiele machine voor hefwerkzaamheden

  • a. bestemd voor: het verrichten van hefwerkzaamheden door een van de volgende zelfrijdende, mobiele machines:

    • een vorkheftruck voor het heffen en verplaatsen van goederen, die is voorzien van een vaste bestuurderszitplaats,

    • een telescooplader of verreiker op wielen,

    • een hoogwerker, of

    • een autolaadkraan die vast op een voertuig is gemonteerd en voorzien is van een eigen aandrijving voor het laden en lossen van vracht, en

    die voor de aandrijving is voorzien van:

    • 1. een elektromotor als hoofdmotor, waarbij de elektrische energie, waarmee de elektromotor wordt aangedreven, is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu's,

    • 2. een brandstofcelsysteem voor het in een mobiel werktuig of een transportmiddel opwekken van elektrische energie waarbij de brandstof rechtstreeks wordt omgezet in elektrische energie, die wordt gebruikt voor de aandrijving,

    • 3. een elektromotor in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride), waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik, of

    • 4. een aardgas- of dieselmotor met een geïnstalleerd vermogen groter dan 25 kiloWatt waarbij de emissies van de dieselmotor de grenswaarden van fase IIIa voor motoren met een constant toerental, of de grenswaarden van fase IIIb voor een variabel toerental niet overschrijden, waarvan het eventueel aanwezige hydraulische systeem is gevuld met bio-olie voor duurzaam gebruik en waarbij de mobiele machine voldoet aan een geluidsvermogensniveau in dB(A) van ten hoogste:

      • 100 voor een vorkheftruck of autolaadkraan, of

      • 82+11logP voor een telescooplader of verreiker op wielen met een vermogen groter dan 25 kiloWatt, en

      waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,

  • b. bestaande uit: een vorkheftruck, een zelfrijdende telescooplader, een verrreiker, een hoogwerker of een autolaadkraan voorzien van eigen aandrijving, (eventueel) een elektrohydraulische pomp, (eventueel) een wisselaccu en (eventueel) een oplaadstation.

Toelichting: P is het vermogen in kiloWatt, bepaald volgens de Regeling geluidemissie buitenmaterieel. Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor en bio-olie voor duurzaam gebruik zie punt 5 en 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

F 6050

Gasdetectieapparatuur bij grote opslagen van toxische gassen

  • a. bestemd voor: het met ten minste twee sensoren vroegtijdig detecteren van lekken bij opslagen van toxische gassen, zoals ammoniak of chloor, groter dan 5 normaal kubieke meter, met activering van een systeem dat het ontsnappen van de gassen tegengaat of met automatische doormelding naar een alarmcentrale, voor zover dit niet wettelijk verplicht is,

  • b. bestaande uit: early warning gasdetectieapparatuur, (eventueel) apparatuur voor doormelding naar een alarmcentrale en (eventueel) een noodopslagtank die aantoonbaar geen deel uitmaakt van de normale bedrijfsvoering.

F 6060

Branddetectiesysteem in chemicaliënopslagen tot 10 ton

  • a. bestemd voor: het vroegtijdig detecteren van brand in chemicaliënopslagruimten met een opslagcapaciteit van minder dan 10 ton, met activering van een blussysteem of met automatische doormelding naar een alarmcentrale, voor zover het systeem niet wettelijk verplicht is of vanuit een brandconcept noodzakelijk is,

  • b. bestaande uit: detectieapparatuur, (eventueel) een automatisch brandblussysteem en (eventueel) apparatuur voor doormelding naar een alarmcentrale.

Toelichting: Branddetectiesystemen bij vuurwerkopslagen komen niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Vuurwerkopslagen worden niet aangemerkt als chemicaliënopslagen.

F 6061

Lichtschuimblusinstallatie voor chemicaliënopslagen

  • a. bestemd voor: het bij brand vol schuimen van de opslagruimte bij installaties waarbij op grond van PGS 15:2005 voldoen aan beschermingsniveau 1 niet verplicht is,

  • b. bestaande uit: lichtschuimgeneratoren.

Toelichting: PGS staat voor Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen.

A 6062

Halogeenvrij gekoelde bulkopslag van LPG of toxische gassen (ombouw of vervanging)

  • a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische gassen uit bulkopslagtanks door omschakeling van drukopslag naar gekoelde opslag met een passend halogeenvrij koelsysteem, voor zover dit niet wettelijk verplicht is,

  • b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.

A 6063

Halogeenvrij gekoeld bulktransport van LPG en toxische gassen per binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische gassen uit bulktransporttanks van een binnenvaartschip door omschakeling van drukopslag naar gekoelde opslag met een passend halogeenvrij koelsysteem,

  • b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.

A 6064

Halogeenvrij gekoeld bulktransport van LPG of toxische gassen per tankcontainer of tankwagen

  • a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische gassen uit bulktransporttanks van een tankwagen of een tankcontainer door omschakeling van drukopslag naar gekoelde opslag met een passend halogeenvrij koelsysteem,

  • b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.

A 6065

Halogeenvrije gekoelde verlading van LPG of toxische gassen

  • a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische gassen bij verladingsinstallaties door gekoeld verladen of verpompen, waarbij wordt gekoeld met een passend halogeenvrij koelsysteem, eventueel gevolgd door opwarming tot de gewenste transporttemperatuur door middel van verdamping,

  • b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem en een verdampingseenheid.

A 6067

Warmtebestendige tankondersteuning voor lading met hoge temperatuur (ombouw)

  • a. bestemd voor: het ondersteunen van tanks met een vloeibare lading met een temperatuur van ten hoogste 250 ºC op een bestaand binnenvaartschip waarbij de niet-warmtebestendige ondersteuning van de tanks wordt vervangen door een gelaagde en drukvaste tankondersteuning waarmee temperatuurverschillen tussen de lading en het water wordt opgevangen conform de eisen van de ADNR en die is gecertificeerd door een erkend classificatiebureau,

  • b. bestaande uit: een gelaagde en drukvaste ondersteuningsconstructie.

Toelichting: ADNR staat voor Accord Européen relatif au Transport International des Marchandises Dangereuses par voie de Navigation du Rhin.

A 6068

Automatisch noodbesturingssysteem voor een binnenvaartschip

  • a. bestemd voor: het voorkomen van aanvaringen van binnenvaartschepen, doordat bij uitval van het primaire besturingssysteem binnen 5 seconden automatisch, zonder handmatige handelingen, een noodbesturingssysteem wordt ingeschakeld,

  • b. bestaande uit: een automatisch noodbesturingssysteem.

A 6070

Aanvaringsbestendige binnenvaarttanker voor ammoniak of LPG

  • a. bestemd voor: het uitsluitend vervoeren van LPG of ammoniak over binnenwateren in een dubbelwandige binnenvaartschip, dat voorzien is van een waarschuwingssysteem bij het manoeuvreren van het schip,

  • b. bestaande uit: dubbelwandige (roestvrij) stalen wanden en tanks en een waarschuwingssysteem bij het manoeuvreren.

A 6071

Hittewerende coating van transporttank voor brandbaar gas

  • a. bestemd voor: het verminderen van de kans op het bezwijken van de tankwand van een transporttank voor brandbaar gas op een schip, een treinwagon, een tankcontainer of een tankwagen, niet zijnde een LPG-tankwagen, door warmtestraling bij brand door de wand van de transporttank van een hittewerende coating te voorzien,

  • b. bestaande uit: een hittewerende coating.

A 6072

Deluge-sprinklersysteem voor losplaatsen van LPG-tankwagens bij tankstations

  • a. bestemd voor: het bestrijden van beginnende branden en het voorkomen van explosies bij het lossen van LPG-tankwagens bij een tankstation door vroegtijdig en automatisch blussen van de brand en koelen van de tankwagen, voor zover het sprinklersysteem niet wettelijk verplicht is,

  • b. bestaande uit: een sprinklernetwerk, een delugeklep, een waterreservoir en een branddetectiesysteem dat de delugeklep bedient.

A 6073

Laad- en losapparatuur voor modaliteitsverschuiving vervoer gevaarlijke stoffen

  • a. bestemd voor: het verminderen van het risico van een zwaar ongeval door het omschakelen van bestaand transport van gevaarlijke stoffen over weg of spoor naar transport per binnenvaartschip,

  • b. bestaande uit: laad- en losvoorzieningen en (eventueel) kadefaciliteiten die noodzakelijk zijn om vervoer via een binnenvaartschip mogelijk te maken.

A 6080

Tweede omhulling voor een proces- of verladingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het voorkomen van het in de buitenlucht komen van incidentele emissies van toxische gassen uit een chemische procesinstallatie of een verladingsinstallatie, voor zover de tweede omhulling niet wettelijk verplicht is. De uitsluitend daartoe bestemde constructie is in overeenstemming met de eisen betreffende arbeidsveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding, wat blijkt uit een verklaring opgesteld door een onafhankelijke deskundige dan wel het bevoegde gezag,

  • b. bestaande uit: een constructie die als een tweede omhulling de proces- of verladingsinstallatie omsluit zodanig dat er geen toxisch gas naar buiten kan treden, exclusief de gasopvang- en neutralisatie-installatie.

B 6091

Verplaatsbaar tijdelijk opslagreservoir

  • a. bestemd voor: het in het geval van calamiteiten tijdelijk opslaan van bodembedreigende stoffen, niet zijnde rioolwater, in een verplaatsbaar tijdelijk opslagreservoir op een locatie niet zijnde een op- en overslagplaats met een capaciteit van meer dan 10 ton,

  • b. bestaande uit: een verplaatsbare opslagzak, (eventueel) een haspel en (eventueel) een haspelwagen.

B 6092

Noodopslagvoorziening voor rioolwater

  • a. bestemd voor: de tijdelijke berging van rioolwater in bergingszakken of -slurven ter voorkoming van riooloverstort,

  • b. bestaande uit: bergingszakken of -slurven en (eventueel) apparatuur voor lokale zuivering voorafgaand aan lozing of infiltratie.

A 6094

Uitklapbare waterkering

  • a. bestemd voor: het voorkomen van overstromingen of de verspreiding van verontreinigd blus-, afval- of regenwater bij calamiteiten, door een uitklapbare waterkerende constructie, die buiten gebruik ter plaatse ondergronds is opgeslagen,

  • b. bestaande uit: een stalen uitklapbare damwand, een betonnen goot en afdekplaten.

B 6100

Overstromingsbestendige olie/water-afscheider

  • a. bestemd voor: het afscheiden van lichte minerale olie uit afvalwater door een mechanische afscheider met een coalescentie- of platenpakket, zonder gebruikmaking van olieabsorberend materiaal of chemicaliëndosering, waarbij het effluent ten hoogste 5 milligram minerale olie per liter water bevat, en die bij overstromingen geen olie lekt,

  • b. bestaande uit: een overstromingsbestendige coalescerende afscheider of overstromingsbestendige afscheider met een platenpakket, een mechanisme dat voorkomt dat er olie lekt tijdens een overstroming, een vlotter, een waarschuwingssysteem en (eventueel) een sedimentatie-eenheid of slibvangput.

Toelichting: Alleen overstromingsbestendige olie-afscheiders voorzien van een platen- of coalescentiepakket komen in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 6111

Ingeterpte of ondergrondse dubbelwandige tanks en leidingen voor bodembedreigende vloeistoffen

  • a. bestemd voor: het ter voorkoming van bodemverontreiniging buiten grondwaterbeschermingsgebieden in dubbelwandige tanks ondergronds of ingeterpt opslaan en/of in dubbelwandige leidingen ondergronds transporteren van niet-explosieve vloeistoffen die volgens de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten als bodembedreigend worden aangemerkt,

  • b. bestaande uit: dubbelwandige tanks en/of dubbelwandige leidingen en (eventueel) een lekdetectiesysteem.

F 6140

Dubbele mechanische asafdichting

  • a. bestemd voor: het verminderen van lek- en verdampingsverliezen van vluchtige organische stoffen langs roterende assen van machines, door een dubbele mechanische afdichting die voldoet aan ISO 21049:2004, categorie 3, arrangement 3,

  • b. bestaande uit: een dubbele mechanische asafdichting.

F 7000

Biodiversiteitversterkende apparatuur of werken

  • a. bestemd voor: het op land door apparatuur, landschapselementen, bouwkundige of civieltechnische werken versterken van gebiedseigen biodiversiteitsfactoren,

  • b. bestaande uit: apparatuur, landschapselementen, bouwkundige of civieltechnische werken die aantoonbaar noodzakelijk zijn voor versterking van de gebiedseigen biodiversiteit.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 1.000.000 van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Andere in de Milieulijst genoemde bedrijfsmiddelen komen niet in aanmerking voor deze code. Bedrijfsmiddelen die uitgesloten zijn volgens de Wet IB komen niet in aanmerking.Landschapselementen kunnen bijvoorbeeld veedrinkpoelen, houtwallen, hagen en bomen zijn, die als element homogeen in het gebiedseigen landschap opgenomen zijn.

Informatie over gebiedseigen elementen zijn onder andere te vinden op de volgende websites: www.spade.nl, www.landschapsbeheer.nl en www.nederlandscultuurlandschap.nl.

F 7010

Natuurvriendelijke voorzieningen in de bebouwde omgeving

  • a. bestemd voor: het versterken van biodiversiteit en verbeteren van leefomgeving voor dieren door toepassing van ten minste twee maatregelen aan een gebouw en in de directe omgeving daarvan, op basis van de checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de bebouwde omgeving' van de Vogelbescherming, waarbij:

    • ten minste één van de maatregelen tevens ten goede komt aan het milieucompartiment lucht, water of bodem, en

    • het aangeschafte hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet aan de eisen van TPAC (Timber Procurement Assessment Committee) en de aannemer(s) in het bezit is (zijn) van een Keurhout-chain-of-custody-certificaat of een ‘Chain of Custody’-certificaat van een certificatiesysteem dat door TPAC is goedgekeurd,

  • b. bestaande uit: voorzieningen die aantoonbaar noodzakelijk zijn om de gekozen maatregelen uit de checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de bebouwde omgeving' te realiseren, exclusief investeringen in woningen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

De checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de bebouwde omgeving' kunt u vinden op www.vogelbescherming.nl/checklist. Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen vindt u op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.

B 7020

Natuurspeelplek in en bij de bebouwde omgeving

  • a. bestemd voor: het stimuleren van spelen van kinderen in en in de directe nabijheid van de bebouwde omgeving door middel van begroeiing en natuurlijke speelelementen volgens artikel c-1 van het Warenwetbesluit Attractie en Speeltoestellen,

  • b. bestaande uit: een natuurspeelplek.

B 7021

Natuurzwemvijver

  • a. bestemd voor: het stimuleren van natuurrecreatie en lokale biodiversiteit door een openbare of commerciële zwemvijver met een helofytenfilter, waarbij het zwemwater wordt gerecirculeerd en géén gebruik wordt gemaakt van chemische desinfectie, waarbij de vijver eventueel gebruikt wordt als blusvijver,

  • b. bestaande uit: een zwemvijver, een helofytenfilter en (eventueel) aansluiting op een warmte-/koudebron.

B 7030

Geluidarme scheepsschroef

  • a. bestemd voor: het verminderen van trillings- en cavitatiegeluid bij schepen door het gebruik van een vervormbare kunststof scheepsschroef,

  • b. bestaande uit: een kunststof schroef.

F 7039

Onderwatergeluidschade beperkende apparatuur

  • a. bestemd voor: het in real time voorkomen van gedragsverstoring of gehoorschade bij zeezoogdieren door het monitoren van de aanwezigheid van zeezoogdieren, het meten van door de mens veroorzaakt onderwatergeluid en het op basis hiervan nemen van geluidbeperkende maatregelen,

  • b. bestaande uit: onderwatergeluidmonitoringssysteem, zeezoogdiermonitoringssysteem en geluidbeperkende voorzieningen.

F 7040

Akoestische afschrikkingsapparatuur aan visnetten

  • a. bestemd voor: het ter vermijding van bijvangst verdrijven van walvisachtigen door aan visnetten bevestigde apparatuur die ultrasoon geluid produceert met een variabele pulssnelheid, voor zover die visnetten niet genoemd zijn in bijlage I van EG-verordening 812/2004,

  • b. bestaande uit: akoestische afschrikkingsapparatuur.

F 7041

Verjagingsapparatuur voor vogels en vleermuizen bij windmolens

  • a. bestemd voor: het verjagen en eventueel monitoren van vogels en vleermuizen bij windmolens ter voorkoming en vermindering van letsel bij deze diersoorten, waarbij plaatsing en uitvoering van de verjagings- en eventueel monitoringsapparatuur plaatsvindt in samenwerking met een relevante en erkende onderzoeksorganisatie,

  • b. bestaande uit: verjagingsapparatuur, (eventueel) monitoringsapparatuur, (eventueel) aanpassingen aan de windmolen.

F 7048

Duurzame viskwekerij

  • a. bestemd voor: het kweken van vis in een viskwekerij, die voldoet aan de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDA 3 – viskwekerijen, wat blijkt uit een (ontwerp)certificaat MDA 3 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het voorlopige certificaat een definitief certificaat wordt overlegd, dan wel binnen drie jaar een definitief certificaat wordt overlegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,

  • b. bestaande uit: een viskwekerij, exclusief de ruimten bedoeld voor het personeel.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt ter inzage in de Bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

F 7049

Duurzame pootviskwekerij

  • a. bestemd voor: het opkweken van pootvis in een viskwekerij, die voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 3, onderdeel MDA 3 – viskwekerijen en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten, en waarbij pootvis verkregen wordt van gekweekte ouderdieren,

  • b. bestaande uit:een viskwekerij, exclusief de ruimten bedoeld voor het personeel.

Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt ter inzage in de Bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te downloaden via www.smk.nl. Op deze site vindt u tevens vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten.

F 7051

Visgeleidingssysteem

  • a. bestemd voor:

    • 1. het voorkomen van beschadiging of sterfte van vissen bij de inname van koel- of proceswater, of

    • 2. het opheffen van bestaande kunstmatige barrières zoals veroorzaakt door stuwen en waterkrachtcentrales bij de migratie van vis,

  • b. bestaande uit: een vistrap en/of visgeleidingssysteem en/of een visbypass-systeem.

F 7052

Mosselhangcultuur ter vervanging van bodemberoerende mosselvisserij

  • a. bestemd voor: het kweken van mosselen (niet zijnde het invangen van mosselzaad) in Nederlandse wateren met uitsluitend kunstmatige hechtingssubstraten, ter vervanging van bodemberoerende mosselvisserij, waarbij de mosselvisinstallatie op het schip permanent wordt verwijderd en wordt vervangen door een oogstvoorziening voor de mosselhangcultuur of waarbij het schip met mosselvisinstallatie wordt vervangen door een schip dat uitsluitend geschikt is voor de oogst van mosselhangculturen,

  • b. bestaande uit: een hechtingssubstraat, drijvers, een verankering en een oogstvoorziening.

E 7053

Mosselzaadinvanginstallatie

  • a. bestemd voor: het invangen van mosselzaad in Nederlandse wateren met uitsluitend kunstmatige hechtingssubstraten, waarbij de bodemberoerende mosselzaadinvang vervangen wordt door een nieuwe mosselzaadinvanginstallatie,

  • b. bestaande uit: een mosselzaadinvanginstallatie bestaande uit een hechtingssubstraat, drijvers, een verankering en een oogstvoorziening.

    Voor dit bedrijfsmiddel komen alleen de volgende kosten in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen:

    • kosten voor aanschaf van een oogstvoorziening,

    • materiaalkosten voor de nieuwe mosselzaadinvanginstallatie, en

    • kosten van arbeid en vaardagen op basis van een met de Belastingdienst afgestemd percentage van de materiaalkosten.

Toelichting: Met de Producenteorganisatie en Belastingdienst is een kostenformat afgestemd. U kunt alleen investeringen melden die in dit kostenformat worden genoemd. U vindt dit format op www.agentschapnl.nl/miavamil.

F 7054

Schaal- en schelpdierbroedinstallatie

  • a. bestemd voor: het broeden en opkweken van gebiedseigen schaal- en schelpdieren als kokkel, oester of mosselzaad uit ouderdieren in een nagenoeg gesloten waterrecirculatiesysteem met een maximum verversingsgraad van 0,5% van het dagelijks debiet, waarbij het verstrekte voer gekweekt wordt,

  • b. bestaande uit: een broedinstallatie en een voerkweeksysteem.

F 7055

Schaal- of schelpdierkwekerij

  • a. bestemd voor: het kweken van schelp- of schaaldieren in een nagenoeg gesloten waterrecirculatiesysteem met een verversing van ten hoogste 0,5% van het dagelijks debiet, waarbij de juveniele schelp- of schaaldieren worden verkregen van gekweekte ouderdieren en waarbij het verstrekte voer gekweekt wordt of afkomstig is van een MSC-gecertificeerde bron,

  • b. bestaande uit: kweekbassins, filtratie- en zuiveringsunit(s), recirculatievoorzieningen en een voerkweeksysteem.

Toelichting: MSC staat voor Marine Stewardship Council. MSC is een internationaal keurmerk voor duurzame visserij. Meer informatie vindt u op www.msc.org.

B 7057

Zegenvisinstallatie op een bestaand visserijschip

  • a. bestemd voor: het verminderen van bijvangst en schade aan de bodem door het gebruik van Deense of Schotse zegennetten of soortgelijk vistuig op een bestaand visserijschip, waarbij de bestaande boomkorinstallatie wordt verwijderd. Dat met het betreffende schip met Deense of Schotse zegennetten of soortgelijk vistuig wordt gevist en niet meer met boomkor, blijkt uit het vigerend speciaal visdocument dat de Minister van Economie, Landbouw en Innovatie voor het schip heeft afgegeven,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van de) sleepinstallatie voor zegennetten of soortgelijk vistuig, zegennetten of soortgelijk vistuig, scheerborden en het verwijderen van de boomkorinstallatie, exclusief pulskorvisinstallatie en hydrorig-vleugelinstallatie.

Toelichting: Investeringen in een pulskorvisinstallatie en een hydrorig-vleugelinstallatie kunnen worden gemeld voor energie-investeringsaftrek.

F 7059

Overlevingsbak voor bijvangst in de aalvisserij met verbeterde terugvoer

  • a. bestemd voor: het ter verhoging van de overlevingskans van bijvangst in de aalvisserij, opvangen en automatisch sorteren van de bijvangst in een overlevingsbak die door de Minister van Economie, Landbouw en Innovatie is goedgekeurd, en waarbij de terugvoer van bijvangst plaatsvindt door een diep in het water stekende buis,

  • b. bestaande uit: een opvangbak met sorteervoorziening en een terugvoersysteem.

F 7060

Infiltratiesysteem

  • a1. bestemd voor: het bufferen en infiltreren van regenwater in een geperforeerde container, waarbij het regenwater na verblijf in deze container infiltreert in de bodem,

  • b1. bestaande uit: een geperforeerde container en (eventueel) geotextiel, of

  • a2. bestemd voor: het transporteren van regenwater naar een infiltratiesysteem en/of infiltreren van regenwater met geperforeerde leidingen,

  • b2. bestaande uit: geperforeerde leidingen en (eventueel) geotextiel, of

  • a3. bestemd voor: het bufferen en infiltreren van regenwater in een wadi,

  • b3. bestaande uit: een wadi.

F 7061

Collectieve regenwateropslagplas voor de glastuinbouw

  • a. bestemd voor: het collectief opslaan van regenwater voor gebruik als gietwater in de glastuinbouw in een in het landschap ingepaste plas voorzien van gebiedseigen beplanting, waarvan:

    • de oevers voorzien zijn van een natuurlijke oeverbescherming en niet verhoogd zijn,

    • de voorzieningen voor de regenwatertoevoer en de wateronttrekking ondergronds zijn aangelegd, en

    • de opslagcapaciteit ten minste 2.000 kubieke meter per hectare glasoppervlak bedraagt,

  • b. bestaande uit: een regenwateropslagplas en hoofdtransportleidingen.

F 7062

Grondwaterpeilgestuurde drainage

  • a. bestemd voor: het reguleren van de afvoer van water in drainagesystemen in de landbouw door opvang in een verzamelput met verstelbare overstort, waardoor verdroging, te natte landbouwgrond en afspoeling van meststoffen wordt voorkomen,

  • b. bestaande uit: een verzameldrain en verzamelput met verstelbare overstort waarmee de grondwaterstand in hoogte geregeld kan worden..

F 7063

Voorziening voor het bufferen en vertraagd afvoeren van regenwater

  • a. bestemd voor: het tijdens hevige regenval opvangen en bufferen van regenwater afkomstig van bedrijfsterreinen en bedrijfsgebouwen, niet zijnde kassen, waarbij ten minste 50 liter regenwater per vierkante meter opvangoppervlak kan worden gebufferd, en waarbij het regenwater nuttig wordt toegepast of vertraagd wordt afgevoerd met een afvoersnelheid van ten hoogste 0,36 liter per uur per vierkante meter opvangoppervlak,

  • b. bestaande uit: een wateropslagvoorziening, (eventueel) een verzwaarde dakconstructie, (eventueel) geotextiel en (eventueel) leidingwerk voor nuttige toepassing.

Toelichting: Bufferen en infiltreren van regenwater kan worden gemeld onder code F 7060.

A 7064

Verplaatsbaar sportveld met regenwaterbuffering

  • a. bestemd voor: een sportveld voorzien van een onderlaag van geperforeerde containers voor het bufferen, infiltreren en eventueel gebruiken van regenwater, zodanig dat het gehele sportveld verplaatsbaar is,

  • b. bestaande uit: een geperforeerde container, geotextiel, een rubberen tussenlaag en (eventueel) kunstgraslaag.

F 7070

Vegetatiedak

  • a. bestemd voor: het afdekken en isoleren van een dakconstructie van een bedrijfsgebouw door een pakket van waterbufferende lagen met vegetatie ter voorkoming van overlast of overbelasting van het riool door regenwater, ter zuivering van de buitenlucht en/of ter bevordering van broed- en foerageergelegenheid voor dieren,

  • b. bestaande uit: een waterkerende folie, een teeltlaag, (eventueel) een drainagelaag, (eventueel) een kunstmatige bevloeiing en verankering, (eventueel) constructieve aanpassingen bij bestaande daken en (eventueel) nestelvoorzieningen.

F 7071

Gevelbegroeiingssysteem

  • a. bestemd voor: het isoleren van de buitenmuren van een bedrijfsgebouw door een vegetatielaag ter zuivering van de buitenlucht en/of ter bevordering van broed- en foerageermogelijkheden van dieren,

  • b. bestaande uit: een frame met gevelbeschermende laag en substraat, (eventueel) constructieve aanpassingen bij bestaande muren, (eventueel) irrigatieleidingwerk en (eventueel) nestelvoorzieningen.

F 7080

Milieuvriendelijk beschermingssysteem voor scheepshuiden

  • a. bestemd voor: het beschermen van de scheepshuid tegen corrosie en aangroei door een initiële antifouling-bedekking, die biocidevrij, kopervrij en niet-toxisch voor waterorganismen is, waarbij de PEC/PNEC-ratio voor ten minste 2 voor het ecosysteem maatgevende waterorganismen bepaald volgens de Regeling gewasbescherming en biociden, niet meer dan 1 bedraagt,

  • b. bestaande uit: een borstelbare harde coating of een 'non-stick' zachte coating, waarbij moet worden aangetoond met een certificaat of een meetrapport dat het beschermingssysteem geen biociden, koper of andere voor waterorganismen toxische stoffen bevat.

Toelichting: PEC en PNEC uit richtlijn nr. 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PbEG L 123) staan voor Predicted Environmental Concentration en Predicted No Effect Concentration.

A 7090

Gesloten grijswatersysteem voor een schip

  • a. bestemd voor: het opvangen en hergebruiken van grijswater op een schip in een gesloten systeem ter voorkoming van ongezuiverde lozingen op het oppervlaktewater,

  • b. bestaande uit: een vuilwater buffertank, een zuiveringsinstallatie, een slibopvangvoorziening, een drukvat, een secundair waterleidingnet en een pomp.

Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

B 7091

Waterzuiveringsinstallatie voor vaar-, vlieg- en voertuigen

  • a. bestemd voor: het zuiveren en eventueel hergebruiken van aan boord van een vaar-, vlieg- of voertuig ontstaan afvalwater van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar, door een vast opgestelde niet-chemische of biologische afvalwaterzuiveringsinstallatie, voor zover dit niet wettelijk verplicht is,

  • b. bestaande uit: een waterzuiveringsinstallatie, een opslagtank en (eventueel) een hergebruiksysteem.

F 7092

Ballastwatermanagementsysteem

  • a. bestemd voor: het voorkomen van de verspreiding van ecologieverstorende deeltjes, sedimenten of organismen door ballastwater van een zeegaand schip door een installatie, die

    • goedgekeurd is door de IMO,

    • voldoet aan de IMO-richtlijnen voor ballastwater, en

    • niet verplicht is volgens richtlijn D-2 van de Ballastwater Conventie,

  • b. bestaande uit: een ballastwatermanagementsysteem.

Toelichting: IMO staat voor International Maritime Organization.

B 7093

Havenontvangstinstallatie bij jachthavens

  • a. bestemd voor: het innemen van grijswater, bilgewater of blackwater bij een jachthaven, voor zover de installatie niet verplicht is volgens wetgeving:

    • 1. met een inzamelstation met ten minste één lekvrij en geurvrij aansluitpunt per 4 ligplaatsen aan de aanlegsteigers ter plaatse van de ligplaatsen, of

    • 2. met ten minste één inzamelstation bij een jachthaven met niet meer dan 50 ligplaatsen voor niet-open pleziervaartuigen,

  • b. bestaande uit: tanks, pompen, leidingen en (eventueel) een olie/vetafscheider.

B 7094

Opslagtank voor huishoudelijk afvalwater van schepen

  • a. bestemd voor: de opslag van huishoudelijk afvalwater aan boord van een binnenvaart-, een passagiers- of een hotelschip, met minder dan 50 passagiers of hotelgasten,

  • b. bestaande uit: een opslagtank en een koppeling voor walafgifte, waarbij een opslagtank aan boord van een recreatievaartuig, als bedoeld in de Wet op de pleziervaartuigen, niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving.

A 7096

Sedimentatie-installatie

  • a. bestemd voor: het door bezinking verwijderen van verontreinigingen uit water dat vrijkomt bij het reinigen van schepen en waarbij de reststromen worden hergebruikt of anderszins nuttig toegepast,

  • b. bestaande uit: een sedimentatiebak, een pomp, (eventueel) een slibruimer en (eventueel) een drijflaagafscheider.

A 7100

Hennegat- of schroefaskokerafdichtingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het afdichten van de hennegat- of de schroefaskoker van een schip door:

    • 1. een watergesmeerde afdichtingsinstallatie, of

    • 2. een met biologisch afbreekbare olie of vet gevulde afdichtingsinstallatie, waarbij de druk op de afdichtingen constant blijft en niet meer bedraagt dan 0,4 bar,

  • b. bestaande uit: lagerbussen en afdichtingsinstallatie, exclusief de schroef en de roeras.

Toelichting: Voor informatie over bio-olie en -vet zie punt 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie en -vet vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl. Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat. Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.

E 7103

Stalen of kunststof buikdenning (aanpassing bestaand binnenvaartschip)

  • a. bestemd voor: het voorkomen van het ontstaan van afval bij het transport van goederen met een binnenvaartschip, door het aanbrengen van een stalen of kunststof buikdenning met afdichting tussen vloer en wand, in de bestaande laadruimte van een bestaand binnenvaartschip, waarin nog geen stalen of kunststof buikdenning is aangebracht,

  • b. bestaande uit: een gesloten stalen of kunststof buikdenning.

Toelichting: Een buikdenning komt bij verlenging van een bestaand schip alleen in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen, voor zover de buikdenning wordt aangebracht in het bestaande deel van het schip.

A 7110

Spoorwisselsegment zonder smering

  • a. bestemd voor: het zonder smering laten functioneren van spoorwissels door oplichting van de tong door het spoorwisselsegment,

  • b. bestaande uit: metalen onderplaten, spoorwisselsegmenten en (eventueel) stempelveren.

A 7120

UV-gewasbeschermingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het doden van plantpathogenen in grasvelden of land- en tuinbouwgewassen door behandeling met UV-licht, ter beperking van het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: een zelfrijdende, hangende of getrokken gewasbeschermingsinstallatie, UV-lampen, voeding en meet- en regelapparatuur, exclusief het trekkend voertuig of de rail.

A 7130

Luisdicht insectengaas

  • a. bestemd voor: het vrij van insecten en dergelijke telen of opkweken van gewassen, ter beperking van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: luisdicht gaas, (eventueel) ondersteuningsmateriaal en (eventueel) een toegangssluis met dubbele deur.

Toelichting: Dit bedrijfsmiddel heeft ook betrekking op het aanbrengen van insectengaas in bestaande (Groen Label) kassen.

A 7140

GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem

  • a. bestemd voor: het doen van plantenziektenkundig relevante waarnemingen van klimatologische aard op een land- of tuinbouwbedrijf,

  • b. bestaande uit: een GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem, lichtsensoren, temperatuursensoren, een elektronische verwerkings- en registratie-installatie, een sturingsinstallatie en (eventueel) plantsensoren.

F 7141

Spuitmachine voor plaatsspecifiek toedienen van gewasbeschermings- of loofdodingsmiddelen met driftbeperkend of middelbesparend systeem

  • a. bestemd voor: het zodanig toedienen van gewasbeschermings- of loofdodingsmiddelen aan landbouwgewassen dat rekening wordt gehouden met de plaatselijke omstandigheden door meting van de in het gewas aanwezige onkruiddruk en/of ziektedruk, waarbij:

    • de verkregen gegevens via elektronische koppeling in een GPS/GIS systeem met een afwijking van ten hoogste 10 centimeter worden vastgelegd,

    • vervolgens op basis van de vastgelegde gegevens (taakkaarten) de optimale hoeveelheid door een regeleenheid wordt bepaald,

    • de spuitinstallatie door een regeleenheid (taakkaarten) per sectie onafhankelijk het middel aan het gewas toedient, en

    • ten minste één van de onderstaande driftbeperkende of middelbesparende technieken is toegepast:

      • 1. een luchtondersteuningssysteem in combinatie met verlaagde spuitboom, waarbij de dopafstand tussen het gewas en de spuitdoppen niet meer dan 30 centimeter bedraagt en waarbij de afstand tussen de spuitdoppen niet meer dan 25 centimeter is,

      • 2. een luchtondersteuningssysteem waarbij een luchtuitstroomsnelheid wordt bereikt van meer dan 30 meter per seconde,

      • 3. een sleepdoeksysteem,

      • 4. een pulserende verneveling waarbij de druk aan de spuitmond tot ten minste 200 bar kan oplopen, of

      • 5. een automatische vul- en spoelfunctie waarbij bij het reinigen of vullen van de spuitinstallatie de secties automatisch worden gesloten zodat er geen spuitvloeistof wordt verspoten maar het spoelwater wordt opgevangen in de middelentank,

  • b. bestaande uit: een spuitmachine, (eventueel) meetapparatuur met GPS/GIS koppeling, een GPS/GIS systeem, een regeleenheid voor optimale dosering, (eventueel) een ISObus 11783-systeem, (eventueel) een automatisch sectie-afsluitingssysteem met GPS/GIS koppeling, een autopilot systeem, een aansluiting op GPS/GIS, een aanpassingssysteem en/of stuursysteem voor de spuitinstallatie, een plantherkenningssysteem, onkruidsensoren, een driftbeperkend systeem en een middelbesparend systeem.

Toelichting: Investeringen in alleen een middelbesparend of driftbeperkend systeem of alleen een GPS/GIS systeem komen niet in aanmerking. Een afzonderlijk GPS/GIS systeem kan worden gemeld onder E 7145.

A 7142

Apparatuur voor plaatsspecifiek verzorgen van landbouwgewassen

  • a. bestemd voor: het schoffelen of zodanig toedienen van meststoffen, gewasbeschermings- of loofdodingsmiddelen, dat rekening wordt gehouden met de plaatselijke omstandigheden door meting van de in de grond aanwezige voorraad meststoffen, of de in het gewas aanwezige onkruid- of ziektedruk, waarbij:

    • de verkregen gegevens via elektronische koppeling in een GPS/GIS-systeem met een afwijking van ten hoogste 10 centimeter worden vastgelegd,

    • vervolgens op basis van de vastgelegde gegevens (taakkaarten) de optimale hoeveelheid door een regeleenheid wordt bepaald,

    • ingeval van een spuitinstallatie door een regeleenheid (taakkaarten) per sectie onafhankelijk het middel of de mest aan het gewas wordt toegediend, en

    • ingeval van bemestingseenheden van kunstmeststrooiers:

      • 1. door een regeleenheid (taakkaarten gebaseerd op grondmonsters) plaatsspecifiek meer of minder mest wordt toegediend aan het gewas, of

      • 2. overlap grotendeels voorkomen wordt doordat de strooier voorzien is van een automatische variabele werkbreedte (taakkaarten gebaseerd op grondmonsters zijn in dit geval niet nodig),

  • b. bestaande uit: een schoffel- of spuitmachine of bemestingsapparatuur, meetapparatuur met GPS/GIS-koppeling, een GPS/GIS-systeem, een regeleenheid voor optimale dosering, sensoren, een plantherkenningssysteem, (eventueel) een ISObus 11783-systeem, (eventueel) een automatisch sectieafsluitingssysteem met GPS/GIS-koppeling, een autopilot systeem, (eventueel) schoffelapparatuur, (eventueel) spuitmachine en (eventueel) bemestingsapparatuur.

Toelichting: Investeringen in alleen een middelbesparend of driftbeperkend systeem of alleen een GPS/GIS systeem komen niet in aanmerking. Een afzonderlijk GPS/GIS systeem kan worden gemeld onder E 7145.

A 7143

Monitoringssysteem voor plantactiviteit

  • a. bestemd voor: het waarnemen van plantactiviteit bij een land- of tuinbouwbedrijf, waarop direct gestuurd wordt door de procescomputer bij het toedienen van water, meststoffen en/of gewasbeschermingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: een plantactiviteitssensor, een elektronisch verwerkings- en registratiesysteem, (eventueel) andere plantsensoren, (eventueel) een infraroodcamera voor meting van de gewastemperatuur en (eventueel) een fotosynthesemeter, exclusief de procescomputer.

B 7144

Plaatsspecifieke spuitmachine voor de volle grondteelt

  • a. bestemd voor: het, ter voorkoming van ziekten in teelten in de volle grond, plaatsspecifiek bestrijden en voorkomen van onkruidgroei of het plaatsspecifiek toedienen van gewasbeschermingsmiddel aan de plant, waarbij sensoren detecteren waar de plant of het onkruid staat, waarop de spuitdoppen worden aangestuurd en waardoor alleen middel wordt toegediend waar het onkruid of de plant staat,

  • b. bestaande uit: een spuitmachine, sensoren, spuitdoppen, een computer, een regeleenheid en een sensorbesturing van de spuitboom.

Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek.

E 7145

GPS/GIS systeem voor precisielandbouw

  • a. bestemd voor: het recht rijden in land- of akkerbouwgewassen ter voorkoming van overlap, waarbij het GPS/GIS systeem een afwijking heeft van ten hoogste 10 centimeter,

  • b. bestaande uit: een GPS/GIS systeem en een bedieningsterminal.

Toelichting: Plaatsspecifieke landbouwapparatuur met of zonder een driftbeperkend of middelbesparend systeem op basis van een GPS/GIS systeem kan worden gemeld onder F 7141 of A 7142.

B 7150

Insectenzuiger voor teelt in de buitenlucht

  • a. bestemd voor: het opzuigen en vernietigen van insecten in teeltgewassen, niet zijnde asperges, door grote zuigmonden, nadat de insecten gedwongen zijn op te vliegen door een luchtstroom in het gewas te blazen, ter voorkoming van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen tegen plagen en insecten in open teelten,

  • b. bestaande uit: getrokken machine welke insecten in gewassen opzuigt.

Toelichting: Dit bedrijfsmiddel komt alleen in aanmerking indien het wordt toegepast bij open teelt van gewassen ofwel teelt in de buitenlucht.

A 7160

Doseereenheid voor de vloeibare fractie van mest

  • a. bestemd voor: het gelijktijdig met het zaaien, poten, planten, frezen, schoffelen of aanaarden gedoseerd toedienen van de vloeibare fractie die rest na de verwerking van dierlijke meststoffen, in de grond vlakbij het zaad, de knol of het plantje,

  • b. bestaande uit: een geheel van een volume-regeleenheid, een tank, een zuigslang, een verdeelstuk, doseerslangen, een aangepaste injectiekouter of -tand en een slangenpompset of een membraan-, een centrifugaal- of een tandwielpomp, waarbij sleepslangdoseersystemen, sleepslang- en zodenbemesters niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 7162

Fertigatiesysteem

  • a. bestemd voor: het gereguleerd doseren van water en meststoffen aan gewassen in de volle grondteelt ter voorkoming van uitspoeling,

  • b. bestaande uit: vochtmeetapparatuur, (eventueel) een lichtmeter, (eventueel) apparatuur voor het bepalen van het mineralengehalte, een regeleenheid en een waterafgiftesysteem.

A 7170

Mechanische onkruidbestrijdingsmachine met plantherkenningssysteem of onkruidsensoren

  • a. bestemd voor: het mechanisch bestrijden van onkruid tussen de rijen van het gewas met behulp van een plantherkenningssysteem of onkruidsensoren,

  • b. bestaande uit: een mechanische onkruidbestrijdingmachine met onkruidsensoren of een plantherkenningssysteem, (eventueel) een autopilotsysteem en (eventueel) een klaverdoorzaaimodule.

A 7171

Plaatsspecifieke onkruidbestrijdingsapparatuur met heet water voor (half-) verhardingen

  • a. bestemd voor: het plaatsspecifiek bestrijden en voorkomen van onkruidgroei op (half-)verhardingen door onder een druk van ten hoogste 3 bar water met een temperatuur van ten minste 95°C toe te dienen waarbij,

    • met behulp van optische sensoren onkruid wordt gedetecteerd en daarop de spuitdoppen worden aangestuurd,

    • de afstand tussen de spuitdoppen en het onkruid niet meer dan 25 cm bedraagt, en

    • de afstand tussen de spuitdoppen niet meer dan 10 cm bedraagt,

  • b. bestaande uit: een onkruidbestrijdingmachine met onkruidsensoren, spuitdoppen, een computer, een regeleenheid, een sensorbesturing van de spuitboom en buffervaten.

A 7172

Aardappellooftrekker

  • a. bestemd voor: het mechanisch verwijderen van aardappelloof door een looftrekker met een werkbreedte van ten minste 1,5 meter,

  • b. bestaande uit: een aardappellooftrekker, (eventueel) een aardappelhaarwortelsnijmachine en (eventueel) een rijafhankelijke elektronische diepteregeling.

B 7173

Aardappelloofbrander

  • a. bestemd voor: het thermisch verwijderen van aardappelloof,

  • b. bestaande uit: een aardappelloofbrander en (eventueel) een aardappelhaarwortelsnijmachine.

B 7174

Brander voor loofverwijdering

  • a. bestemd voor: het bestrijden van onkruid en ziektekiemen door vuur of warmtestraling,

  • b. bestaande uit: een gasfles, een gasbrander en edelstaalreflectoren, een draagbok en een gascontainer.

A 7175

Intrarijwieder

  • a. bestemd voor: het mechanisch en/of pneumatisch bestrijden van onkruid zowel tussen als in de rijen van het gewas,

  • b. bestaande uit: een intrarijwieder met een mechanisch en/of pneumatisch onkruidbestrijdingssysteem, (eventueel) onkruidsensoren en (eventueel) een plantherkenningssysteem.

A 7176

Onkruidbestrijdingsapparatuur met heet water voor (half-)verhardingen of spoorbanen

  • a. bestemd voor: het bestrijden van onkruid op (half-)verhardingen of spoorbanen met water met een temperatuur van ten minste 95 °C door een machine die uitgerust is met een warmtewisselaar en waarvan de emissies ten minste voldoen aan de EURO 4-normen,

  • b. bestaande uit: een onkruidbestrijdingmachine met heet water systeem, warmtewisselaar voor het koken van het water, roetfilter, brander, ketels, spuitdoppen, een computer, een regeleenheid, besturing van de spuitboom en buffervaten.

A 7180

Heetwaterinstallatie voor fruitbehandeling

  • a. bestemd voor: het uitsluitend met water bestrijden van vruchtrot bij hardfruit, zonder gebruik te maken van chemische toevoegingen, door het fruit voor bewaring enkele minuten in aanraking te brengen met water met een temperatuur van circa 50 °C,

  • b. bestaande uit: een watertank, een verwarmingselement en regelapparatuur.

A 7187

Boomgaardspuitmachine met variabele luchtondersteuning

  • a. bestemd voor: het in horizontale richting bespuiten van boomgaarden met een spuitmachine die het gewasbeschermingsmiddel in de vorm van grote druppels het gewas inblaast en die,

    • 1. ten minste drie rijen in één werkgang behandelt en is uitgerust met een variabel luchtondersteuningssysteem dat de juiste uitblaasrichting en -snelheid bepaalt op basis van door sensoren gemeten windrichting en windsnelheid,

    • 2. ten minste 2 rijen in één werkgang behandelt en is uitgerust met een luchtondersteuningssysteem, reflectieschermen en een recirculatiesysteem voor het gewasbeschermingsmiddel dat opgevangen wordt door de reflectieschermen, of

    • 3. ten minste 95% driftreductie realiseert,

  • b. bestaande uit: een watertank, een blower, chassis, een drukpomp, venturidoppen of sensoren voor het bepalen van windrichting en -snelheid of reflectieschermen en een recirculatiesysteem voor het gewasbeschermingsmiddel.

B 7188

Mastspuit voor (laan-)bomenteelt

  • a. bestemd voor: het ter plaatse van de bladeren toedienen van gewasbeschermingsmiddel aan bomen door een spuitmachine voorzien van een ventilator, driftarme spuitdoppen, groensensoren en een mast die ten minste 5 meter hoog is,

  • b. bestaande uit: een spuitmachine, een ventilator, driftarme spuitdoppen, groensensoren en een spuitmast.

F 7190

Verwijderingsinstallatie voor zware metalen uit kunstmest

  • a. bestemd voor: het verwijderen van zware metalen uit kunstmest tijdens of na de productie, zodat de geproduceerde kunstmest in totaal minder dan 0,1 milligram per kilogram aan zware metalen bevat,

  • b. bestaande uit: een metaalverwijderingsinstallatie,waarbij door een onafhankelijk meetinstituut of laboratorium dient te zijn aangetoond dat de installatie kunstmest produceert met een dergelijke lage concentratie.

A 7200

Mobiele verbrandingsoven voor verdelging van eikenprocessierupsen

  • a. bestemd voor: het met een mobiel werktuig verwijderen en verwerken van (resten van) eikenprocessierupsen door opzuiging van de rupsen direct gevolgd door vernietiging ter plaatse in een oven,

  • b. bestaande uit: een zuigeenheid, een toevoersysteem, een oven, een brander en een rookgasbehandeling.

A 7210

Teeltsysteem voor vollegrondsgewassen in de open lucht

  • a. bestemd voor: het in de open lucht in teeltgoten telen van gewassen, die normaliter geteelt worden in de vollegrond, waarbij nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen niet uitspoelen naar het grond- en oppervlaktewater,

  • b. bestaande uit: een teeltsysteem, een water- en mestgiftsysteem, (eventueel) een waterrecirculatiesysteem en (eventueel) een regen- en/of drainwateropvang.

Toelichting: Onder A 7210 komen alleen teeltsystemen in de open lucht in aanmerking. Teeltsystemen onder glas komen niet in aanmerking.

A 7220

Voorzieningen ter voorkoming van verontreinigingen door erfafspoeling bij agrarische bedrijven

  • a. bestemd voor: het tegengaan van verontreinigingen door erfafspoelwater bij agrarische bedrijven zonder stal(ontwerp)certificaat MDV 5 of 6 door ten minste één van de volgende investeringen:

    • 1. een opvangput zonder overstort voor perssappen bij kuilvoerplaatsen waarbij geen ongezuiverde lozing op het oppervlaktewater plaatsvindt,

    • 2. een overkapping voor voeropslagen,

    • 3. compartimentering van het erf, waardoor een volledige scheiding tussen afvalwater en schoon hemelwater wordt bereikt, of

    • 4. een veegmachine met opvangbak en een veegbreedte van ten minste 120 centimeter, voor het bezemschoon maken van het erf,

  • b. bestaande uit: een opvangput of een overkapping voor een voeropslag of (her)inrichting van het erf of een veegmachine met opvangbak.

Toelichting: Investeringen door MDV 5 of 6 gecertificeerde bedrijven zijn uitgesloten onder deze code. Deze bedrijven kunnen investeringen ter voorkoming van erfafspoeling melden onder de codes voor duurzame stallen.

B 8000

Apparatuur voor vermindering van grondstoffengebruik voor verpakkingen (ombouw of vervanging)

  • a. bestemd voor: het verminderen van het gebruik van verpakkingsmaterialen door lager materiaalverbruik,

    • door aanpassing of vervanging van bestaande apparatuur,

    • waarbij de vermindering wordt gerealiseerd ten opzichte van de bestaande situatie,

    • waarbij de vermindering van het grondstoffenverbruik ten minste 20 gram per jaar per geïnvesteerde euro bedraagt, en

    • waarbij geen sprake is van de uitbreiding van productiecapaciteit,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de vermindering te bereiken.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8001

Terugwinningsinstallatie voor grondstoffen uit restafval

  • a. bestemd voor:

    • 1. het terugwinnen van kunststoffen en metalen uit huishoudelijk restafval, niet zijnde grof-huishoudelijk restafval (zijnde een deel van het afval dat valt onder sectorplan 1 van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021) of met huishoudelijk restafval vergelijkbaar afval van bedrijven, ongescheiden procesonafhankelijk industrieel afval en ongescheiden niet-specifiek ziekenhuisafval (zijnde het afval dat valt onder sectorplan 2 van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021), waarbij de teruggewonnen stoffen nuttig worden toegepast,

    • 2. het terugwinnen van grondstoffen uit de restfractie die resteert na het verkleinen van samengestelde producten in installaties die in hoofdzaak autowrakken, welvaartschroot (afgedankte elektrische- en elektronische apparatuur, fietsen, kinderwagens, meubilair) en lichtere delen van industrieel metaalschroot shredderen, en waaruit vervolgens ferro- en non-ferro metalen zijn afgescheiden (shredderafval; sectorplan 27 van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021),

    • 3. het terugwinnen van non-ferro metalen uit slakken van afvalverbrandingsinstallaties,

    • 4. het scheiden van de natte fractie en kunststoffen uit luiers en ander incontinentiemateriaal,

    • 5. het gescheiden inzamelen van kunststof verpakkingen, waarbij degene die de kunststofverpakking levert, wordt beloond door bijvoorbeeld een spaarsysteem of geld, of

    • 6. het terugwinnen van grondstoffen, niet zijnde stortgas, uit een stortplaats, en

    waarbij voor bovengenoemde stromen geldt dat:

    • de verwerking van de ingaande stroom als geheel voldoet aan de minimumstandaard, zoals beschreven in het Landelijk afvalbeheersplan 2009–2021, en

    waarbij voor alle bovengenoemde stromen, met uitzondering van stroom 6, geldt dat:

    • van de ingaande (gemengde) stroom geen deelstromen of residuen worden gestort,en

    waarbij voor alle bovengenoemde stromen, met uitzondering van stroom 1, de natte fractie van stroom 4 en stroom 6, geldt dat:

    • de genoemde deelstroom wordt teruggebracht tot een grondstof die wordt ingezet in (nagenoeg) dezelfde of hoogwaardiger toepassing als de toepassing waaruit zij wordt teruggewonnen (geen downcycling, eventueel upcycling),

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor de terugwinning van grondstoffen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de Algemene bepalingen (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden waaronder uw investering kan voldoen, bevestigen wij desgewenst schriftelijk.

A 8002

Waterbesparende installatie voor grote ondernemingen (ten minste 250 liter per jaar per geïnvesteerde euro)

  • a. bestemd voor: het verminderen van de inname van water voor gebruik zoals koel-, spoel- of proceswater met ten minste 250 liter per jaar per geïnvesteerde euro door aanpassing of vervanging van een bestaand proces door een grote onderneming, waarbij:

    • de aard en de functie van het proces en het product nagenoeg dezelfde blijven,

    • de besparing gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,

    • eventuele wijzigingen van de productiecapaciteit in de berekening van besparing worden verrekend,

    • de besparing wordt berekend ten opzichte van het gehele investeringsbedrag dat met de aanpassing of vervanging is gemoeid, en

    • de onderneming geen kleine of middelgrote onderneming (KMO) is in de zin van het Europese Milieusteunkader,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de waterbesparing te bereiken, waarbij investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8003

Waterbesparende installatie voor kleine en middelgrote ondernemingen (ten minste 50 liter per jaar per geïnvesteerde euro)

  • a. bestemd voor: het verminderen van de inname van water voor gebruik zoals koel-, spoel- of proceswater met ten minste 50 liter per jaar per geïnvesteerde euro door aanpassing of vervanging van een bestaand proces door een kleine of middelgrote onderneming, waarbij:

    • de aard en de functie van het proces en het product nagenoeg dezelfde blijven,

    • de besparing gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,

    • eventuele wijzigingen van de productiecapaciteit in de berekening van besparing worden verrekend,

    • de besparing wordt berekend ten opzichte van het gehele investeringsbedrag dat met de aanpassing of vervanging is gemoeid, en

    • de onderneming een kleine of middelgrote onderneming (KMO) is in de zin van het Europese Milieusteunkader,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de waterbesparing te bereiken, waarbij investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8004

Installatie voor het tegengaan van kalkaanslag en bio-fouling

  • a. bestemd voor: het tegengaan van kalkaanslag of bio-fouling in koelwatersystemen, afvalwatersystemen of inpandige leidingen ter vervanging van een bestaande reinigings- of spoeltechniek, waarbij:

    • het chemicaliënverbruik voor ontkalking en ontsmetting met ten minste 75% (op gewichtsbasis) wordt gereduceerd,

    • de vermindering wordt gerealiseerd ten opzichte van de bestaande situatie,

    • deze installatie geen (of zeer beperkte) effecten heeft op andere milieucompartimenten,

  • b. bestaande uit: een ontsmettende of ontkalkende installatie en eventueel aanpassing van het leidingwerk.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

F 8005

Mestverwerkingsinstallatie met terugwinning van fosfaat en stikstof

  • a. bestemd voor: het verwerken van mest, waarbij:

    • fosfaat- en stikstofhoudende concentraten uit de mest worden gescheiden en nuttig toegepast,

    • de waterige fractie wordt hergebruikt of geloosd op het oppervlaktewater of het riool, en

    • geen covergistingsproducten worden toegevoegd als er een mestvergistingsinstallatie wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: apparatuur voor het verwerken van mest.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Alleen scheiding van mest door bijvoorbeeld een schroefpers of een decanter is niet voldoende om in aanmerking te komen. Ook na vergisting is een nageschakelde techniek voor verdere verwerking van de mest nodig om in aanmerking te komen. Onder de dunne fractie wordt het stikstofhoudend concentraat verstaan. De waterige fractie behoort niet tot de dunne fractie. De waterige fractie is na verwerking getest en moet loosbaar zijn op het oppervlaktewater of op het riool. De dikke fractie is het fosfaathoudend concentraat.

F 8006

Terugwinningsinstallatie voor fosfaten uit afvalwater, urine of zuiveringsslib

  • a. bestemd voor: het terugwinnen van fosfaten uit:

    • 1. afvalwater,

    • 2. urine, of

    • 3. slib dat ontstaat bij het zuiveren van afvalwater, en

    waarbij het terug gewonnen fosfaat nuttig wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: apparatuur noodzakelijk voor het terugwinnen van fosfaat, waarbij investeringen in apparatuur voor het opwerken van het fosfaat niet in aanmerking komen voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

F 8007

Terugwinningsinstallatie voor fosfaat uit slibverbrandingsas

  • a. bestemd voor: het terugwinnen van fosfaat uit de as die overblijft na het verbranden van zuiveringsslib afkomstig van communale of industriële biologische waterzuiveringsinstallaties, waarbij de fosfaat wordt gebruikt voor de productie van fosfor of kunstmest,

  • b. bestaande uit: opslagvaten, silo’s, reactoren en meet- en regelsystemen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

B 8008

Terugwinningsinstallatie voor grondstoffen uit afvalwater

  • a. bestemd voor: het ten opzichte van de bestaande situatie terugwinnen van één of meer in het afvalwater aanwezige stoffen met een terugwinrendement van ten minste 25% (op gewichtsbasis) per stof, waarbij:

    • deze stof(fen) nuttig worden toegepast,

    • het terugwinrendement wordt berekend ten opzichte van de bestaande situatie,

    • eventuele wijzigingen in de productiecapaciteit in de berekening van de besparing worden verrekend,

    • deze installatie geen (of zeer beperkte) effecten heeft op andere milieucompartimenten, en

    • investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor het afscheiden en opwerken van de terug te winnen stoffen uit de afvalwaterstroom.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8009

Apparatuur ter vermindering van de mate van vervuiling in het afvalwater

  • a. bestemd voor: het verminderen van de totale hoeveelheid in het afvalwater aanwezige schadelijke stoffen door aanpassing of vervanging van een bestaand proces, waarbij:

    • de aard en de functie van het proces en het product nagenoeg hetzelfde blijven,

    • de totale hoeveelheid van stoffen genoemd op de prioritaire stoffenlijst zoals vastgelegd in beschikking nr. 2455/2001/EG en Bijlage II bij het Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009 met ten minste 20% wordt verminderd ten opzichte van de bestaande situatie,

    • de vermindering van deze hoeveelheden gerealiseerd wordt door het voorkomen van waterverontreiniging en niet door waterzuivering, en

    • eventuele wijzigingen in de productiecapaciteit in de berekening van de besparing worden verrekend,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is voor de vermindering van de hoeveelheden schadelijke stoffen in het afvalwater, waarbij end-of-pipe toepassingen en investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8010

Water- en grondstoffenbesparende installatie

  • a. bestemd voor: het verminderen van de inname van water en het verbruik van andere grondstoffen door aanpassing of vervanging van een bestaand proces, waarbij:

    • de waterinname vermindert met ten minste 50 liter per jaar per geïnvesteerde euro,

    • de inkoop van ten minste één grondstof vermindert met 30%,

    • de besparing wordt gerealiseerd ten opzichte van de bestaande situatie,

    • de grondstofbesparing niet wordt gerealiseerd door vervanging door een andere grondstof,

    • het product nagenoeg hetzelfde blijft,

    • eventuele wijzigingen in de productiecapaciteit in de berekening van besparing worden verrekend, en

    • end-of-pipe toepassingen en investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit niet in aanmerking komen,

  • b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die aantoonbaar noodzakelijk is om de water- en grondstoffenbesparing te realiseren.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

B 8011

Verwerkingsinstallatie voor zuiveringsslib bij afvalverwerkende bedrijven

  • a. bestemd voor: het verwerken, niet zijnde vergisten, van slib dat ontstaat bij het zuiveren van afvalwater, waarbij:

    • de hoeveelheid reststoffen (in kg droge stof) die moet worden afgevoerd, verbrand, gestort of gecomposteerd met ten minste 70% wordt verminderd,

    • de besparing gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie, en

    • eventuele wijzigingen in aanbod van slib in de berekening van de besparing worden verrekend,

  • b. bestaande uit: slibverwerkingsinstallatie, exclusief apparatuur voor slibontwatering.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8012

Verwerkingsinstallatie voor industrieel zuiveringsslib op de eigen inrichting

  • a. bestemd voor: het op de eigen inrichting verwerken van industrieel zuiveringsslib, waarbij:

    • de hoeveelheid reststoffen (in kg droge stof) die moet worden afgevoerd, verbrand, gestort of gecomposteerd met ten minste 70% wordt verminderd,

    • de besparing gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,

    • eventuele wijzigingen van de productiecapaciteit in de berekening van de besparing worden verrekend, en

    • het vrijkomende biogas nuttig wordt gebruikt, als de besparing wordt gerealiseerd door slib- of covergisting,

  • b. bestaande uit: slibverwerkingsinstallatie, exclusief apparatuur voor slibontwatering.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

B 8014

Apparatuur voor grondstoffenhergebruik binnen de ketenprojecten van LAP2 of de grondstoffenrotonde

  • a. bestemd voor: het terugbrengen van afval tot een grondstof die wordt ingezet in (nagenoeg) dezelfde of hoogwaardiger toepassing als de toepassing waaruit zij wordt teruggewonnen (geen downcycling, eventueel upcycling) waarbij :

    • in geval van de verwerking van gemengde stromen de bewerking niet leidt tot te storten stromen. Daarbij mogen er geen negatieve gevolgen zijn voor de verwerking van de overige deelstromen; die moeten even hoogwaardig verwerkt kunnen blijven worden als zonder het betreffende initiatief (geen afwenteling van milieudruk), en

    • de investering plaatsvindt in één van de volgende, in het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 (LAP2) of de grondstoffenrotonde aangemerkte ketens: textiel, papier en karton, bouw- en sloopafval, aluminium, pvc, grof huishoudelijk afval en voedsel, fosfaat, kunststof en elektronica,

  • b. bestaande uit: apparatuur die technisch noodzakelijk voor en uitsluitend dienstbaar aan het terugwinnen van de oorspronkelijke grondstof(fen) is.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de Algemene bepalingen (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

Omdat met dit bedrijfsmiddel grondstoffen worden teruggewonnen met economische waarde, behoeft de meerkostenberekening op basis van het Europese Milieusteunkader extra aandacht. De voorwaarden waaronder uw investering kan voldoen, bevestigen wij desgewenst schriftelijk.

F 8020

Nieuwe apparatuur vervaardigd van hergebruikte onderdelen

  • a. bestemd voor: nieuwe apparatuur, die aantoonbaar voor ten minste 50% (op gewichtsbasis) is opgebouwd uit hergebruikte onderdelen die uit de markt zijn teruggenomen of ingezameld, waarbij onder hergebruikte onderdelen niet wordt gerekend het gebruik van gerecyclede materialen (er moet sprake zijn van producthergebruik),

  • b. bestaande uit: apparatuur, waarbij occasions die zijn gereviseerd of anderszins opgeknapt niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving.

Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Voor informatie over generieke bedrijfsmiddelen zie punt 7 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Wij adviseren u gezien de eisen die aan generieke bedrijfsmiddelen worden gesteld, voorafgaand aan een melding de MIA\Vamil-helpdesk te bellen voor overleg.

A 8040

Camerapen voor driedimensionale gebitsopnames

  • a. bestemd voor: het maken van opnames van het gebit of delen daarvan met een camerapen, waarbij de opnames worden verwerkt tot een digitaal driedimensionaal beeld,

  • b. bestaande uit: een camerapen, een computer, een beeldscherm en software, waarbij slechts één computer, beeldscherm en software behorende bij de camerapen in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 8041

Digitaal systeem voor tandheelkundige mond- of afdrukscanning

  • a. bestemd voor: het ter voorkoming van gipsafdrukken intra- of extraoraal scannen van tandheelkundige preparaties of het op basis van deze scans frezen van tandtechnisch kroon- en brugwerk,

  • b. bestaande uit: een scanner of een freessysteem en software, waarbij apparatuur die alleen gebruikt wordt voor diagnostische doeleinden niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

F 8051

Rekfoliewikkelmachine

  • a. bestemd voor: het verpakken van producten op een pallet door een folie aan te brengen met een wikkelaar voorzien van een voorrekmodule met een vaste voorrekinstelling, waarbij:

    • de folie ten minste 300% (1 meter wordt 4 meter) wordt voorgerekt,

    • ten hoogste een versmalling van 13% van de folie optreedt, en

    • voor de machine een verklaring is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie erkende organisatie waaruit blijkt dat aan bovengenoemde eisen is voldaan,

  • b. bestaande uit: een stalen frame, een draaitafel met folie-afroller en een voorrekmodule.

Toelichting: Een verklaring van de producent of leverancier van de rekfoliewikkelmachine is niet voldoende. Er moet een verklaring worden overgelegd van een erkend en onafhankelijk instituut.

F 8060

Reinigingsinstallatie op basis van koolzuur- of ijskorrels

  • a. bestemd voor: het door het onder hoge druk opbrengen van koolzuur- of ijskorrels reinigen van (gevel)oppervlakken, machineonderdelen, halffabricaten of producten,

  • b. bestaande uit: een straalunit, straalnozzles, (eventueel) een afzuiginstallatie, een (droog)ijsproductie-installatie, (eventueel) een buffer en waterzuiveringsapparatuur voor het ontstane afvalwater, exclusief het transportsysteem.

F 8070

Pyrolyse-installatie voor hergebruik van afvalstoffen

  • a. bestemd voor: het onder zuurstofarme of zuurstofloze omstandigheden thermisch ontleden van afvalstoffen, waarbij vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige reactieproducten worden toegepast als:

    • 1. grondstof bij het verwerken van afvalstoffen waarvoor de minimumstandaard zoals beschreven in het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 nuttige toepassing met als hoofdgebruik brandstof niet toestaat, of

    • 2. grondstof of brandstof die bij inzet het gebruik van fossiele energiedragers verdringt in de andere gevallen, mits dit de minimumstandaard in het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 voor de te verwerken afvalstof tot grondstof of brandstof te boven gaat,

  • b. bestaande uit: een pyrolysereactor, (eventueel) een vergasser, (eventueel) een naverbrander, (eventueel) een smeltinstallatie, afgas- of rookgasreinigingssysteem, (eventueel) een toe- en afvoersysteem, (eventueel) een afvalvoorbewerkingsinstallatie, (eventueel) een CO2-afvanginstallatie en (eventueel) energieopwekkingsinstallatie, exclusief voorzieningen voor het opwekken van energie voor derden.

A 8071

Installatie voor het vervaardigen van bouwstoffen uit afvalstromen

  • a. bestemd voor: het vervaardigen van producten die voldoen aan de eisen van het Besluit Bodemkwaliteit uit baggerslib, boorslib, grondreinigingsresiduen, rookgasreinigingsresiduen, verontreinigde grond, (bodem- of vlieg)as en/of zuiveringsslib door het aan elkaar hechten van de deeltjes,

  • b. bestaande uit: een menger, doseerapparatuur, droogapparatuur, een verhardingsinstallatie, een korrelvormings- of pelleteer- of vormgevingsinstallatie, een rookgasreinigingsinstallatie, een transportsysteem tussen de installatieonderdelen en (eventueel) een oxidatie-/sinteroven.

A 8072

Stofemissievrije denatureringsinstallatie voor asbesthoudend afval en/of asbesthoudende grond

  • a. bestemd voor: het stofemissievrij denatureren van asbesthoudend afval en/of asbesthoudende grond door de asbestresten bij lage temperatuur (lager dan 250 °C) met behulp van natronloog af te breken, waarbij de silicaathoudende filterkoek wordt gebruikt als bouwstof of als toeslagstof in de bouw en voldoet aan het Besluit Bodemkwaliteit,

  • b. bestaande uit: een stofemissievrije afvalverkleiningsinstallatie, (eventueel) een scheidingsinstallatie, een verwarmings- en koelsysteem, een natronloogdoseerinstallatie, een filterinstallatie en een behandelingsinstallatie voor filterkoek.

A 8074

Thermische denatureringsinstallatie voor asbestcementproducten

  • a. bestemd voor: het thermisch denatureren van asbestcementproducten door de kristallijne asbeststructuur via verhitting geheel om te zetten in een amorfe silicaatstructuur, waarbij het resultaat wordt gebruikt als bouwstof of als toeslagstof in de bouw en voldoet aan het Besluit Bodemkwaliteit,

  • b. bestaande uit: een tunneloven of een verrijdbare stolpoven, een brandersysteem, naverbranders, (eventueel) keramische filters, (eventueel) een onderdrukruimte voor controle en reparatie verpakkingen, (eventueel) een transportinstallatie en (eventueel) een breekinstallatie voor nabehandeling van het product.

A 8075

Smeltinstallatie voor verwerking van (gevaarlijke) afvalstromen

  • a. bestemd voor: het verwerken van (gevaarlijke) afvalstromen bij zodanige temperatuur (1.300–1.500°C), dat de minerale delen smelten tot een vloeibare slak en de organische delen volledig vergassen tot synthesegas, waarbij de vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige reactieproducten worden toegepast als grondstof of als brandstof die bij inzet het gebruik van fossiele energiedragers verdringt, mits bij zowel grondstof als brandstof de toepassing ten minste overeenkomt met de minimumstandaard uit het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 voor de te verwerken afvalstof,

  • b. bestaande uit: een smeltinrichting, een afvalvoorbewerkingsinstallatie, een afgasreinigingsinstallatie, een waterzuiveringsinstallatie, (eventueel) een energieopwekkingsinstallatie, exclusief voorzieningen voor het opwekken van energie voor derden.

A 8076

Wasinstallatie voor AVI-bodemas

  • a. bestemd voor: het wassen en eventueel verder bewerken van AVI-bodemas tot een bouwstof, niet zijnde een IBC-bouwstof zoals genoemd in het besluit Bodemkwaliteit, waarbij reststromen worden opgewerkt en hergebruikt of anderszins nuttig toegepast en waarbij ten hoogste 10% van de ingaande stroom uit niet be- of verwerkbaar restafval bestaat,

  • b. bestaande uit: verwerkingsinstallatie voor AVI-bodemas en (eventueel) installatie voor het versneld verouderen van AVI-bodemas.

A 8090

Standtijdverlengingssysteem voor olie

  • a. bestemd voor: het zuiveren van hydraulische-, smeer- of systeemolie in een oliereinigingseenheid, die gekoppeld is aan het systeem waarin de olie wordt gebruikt en waarbij de olie vervolgens wordt hergebruikt in datzelfde systeem,

  • b. bestaande uit: een oliereinigingseenheid, een recirculatieleiding, (eventueel) een buffervat en (eventueel) een koeleenheid.

A 8100

Smeeroliesysteem voor benzine- of dieselmotoren

  • a. bestemd voor: continue verversing en suppletie van smeerolie van benzine- of dieselmotoren zodanig dat de periodieke algehele olieverversing achterwege kan blijven,

  • b. bestaande uit: een smeeroliesuppletietank, (eventueel) een continue oliepeilmeting, meet- en regeleenheid en een doseringseenheid inclusief bijbehorende leidingen en appendages.

A 8101

Automatisch smeersysteem

  • a. bestemd voor: het automatisch smeren van transportmiddelen en (mobiele) werktuigen, waarmee wordt gewerkt boven een niet-vloeistofdichte ondergrond, met smeerolie of -vet dat biologisch afbreekbaar en niet-toxisch is,

  • b. bestaande uit: een pomp met vet- of oliereservoir, een elektronische regeleenheid en een doseereenheid.

Toelichting: Voor informatie over bio-olie en -vet zie punt 6 van de puntenlijst (paragraaf 1 van de Milieulijst). Meer informatie over bio-olie en -vet vindt u ook op www.biosmeermiddelen.nl.

F 8110

Membraanfiltratie-installatie voor scheiding van processtromen ter vervanging van kieselguhrfiltratie

  • a. bestemd voor: het scheiden van processtromen door membraanfiltratie ter vervanging van kiezelguhrfiltratie, waarbij het bestaande kiezelguhrfiltratiesysteem wordt verwijderd,

  • b. bestaande uit: een membraanfiltratie-installatie.

F 8120

Hoog rendement destillatiesysteem voor laboratoria

  • a. bestemd voor: het zuiveren en recyclen van verontreinigde oplosmiddelen uit laboratoria, door volautomatische destillatie met een 'spinning band' kolom, waarbij het gebruikte koelwater wordt hergebruikt,

  • b. bestaande uit: een destillatiesysteem.

F 8130

Infrarood productiebakoven

  • a. bestemd voor: het op industriële schaal in één bewerking garen en kleuren van etenswaren met infraroodverhitting als enige warmtebron, zonder dat daarbij gebruik wordt gemaakt van bakolie,

  • b. bestaande uit: een productiebakoven.

A 8132

Versvetafscheider

  • a. bestemd voor: het afscheiden van vers vet door een scheidingscentrifuge, waarbij vet, water en slib direct na het ontstaan van het afvalwater in een continue stroom van elkaar worden gescheiden, en waarna het vet wordt hergebruikt of anderszins nuttig toegepast,

  • b. bestaande uit: een centrifugale versvetafscheider.

Toelichting: Het vet dient direct na het ontstaan van het vettige afvalwater door een centrifuge afgescheiden te worden. Gewone vetafscheiders scheiden het vet op basis van de zwaartekracht en komen niet in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 8148

Waterbesparend toilet

  • a. bestemd voor: het opvangen van urine en fecaliën in een toilet in een openbare ruimte of een bedrijfsruimte, waarbij het toilet na gebruik wordt doorgespoeld met ten hoogste 4 liter water per spoeling,

  • b. bestaande uit: een waterbesparend toilet en (eventueel) apparatuur ter voorkoming van verstopping.

F 8149

Toilet met urinescheiding

  • a. bestemd voor: het gescheiden opvangen van urine en fecaliën in een toilet, waarbij de opgevangen urine separaat wordt opgeslagen en verwerkt, en waarbij niet meer dan 4 liter water per spoeling wordt verbruikt,

  • b. bestaande uit: een toilet met urinescheiding, een inpandig urineafvoersysteem en een urine-opslagtank en (eventueel) apparatuur ter voorkoming van verstopping.

A 8150

Grijswater-recyclinginstallatie

  • a. bestemd voor: het hergebruiken van eigen zwembad- of douche- of gezuiverd afvalwater voor toiletspoeling of klimaatbeheersing,

  • b. bestaande uit: een grijswatertank, een secundair waterleidingnet, een drukvat, een automatische omschakelaar en een filtratie-eenheid.

F 8151

Decentrale sanitatie-installatie

  • a. bestemd voor: het bij kantoren, zorginstellingen of woningen zuiveren van afvalwaterstromen van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar, waarbij:

    • 1. scheiding van afvalwaterstromen aan de bron plaatsvindt en na bewerking of zuivering van het afvalwater grondstoffen worden teruggewonnen die vervolgens worden hergebruikt of anderszins nuttig toegepast, of

    • 2. geneesmiddelresten in het afvalwater onschadelijk worden gemaakt,

  • b. bestaande uit: een samenstel van geschakelde technieken.

F 8162

Voorziening voor gecontroleerde regenwateropslag op platte daken

  • a. bestemd voor: het afdekken en isoleren van horizontale dakconstructies van gebouwen met een absorberende mat voorzien van overstortvoorziening, ter verlenging van de levensduur van de dakbedekking en ter vermindering van wateroverlast of overbelasting van het riool door regenval,

  • b. bestaande uit: waterabsorberende dakmaterialen, een sensorgecontroleerde afsluitklep, (eventueel) een overstortvoorziening, (eventueel) een retourpomp en (eventueel) een zonnecollector in waterlaag.

Toelichting: Voorzieningen voor het bufferen en vertraagd afvoeren van regenwater kunnen worden gemeld onder F 7063.

B 8165

Watergenerator voor offshore, vaar- of voertuigen

  • a. bestemd voor: onder atmosferische druk uit de omgevingslucht genereren van water met drinkwaterkwaliteit in de offshore of aan boord van een vaar- of voertuig,

  • b. bestaande uit: een watergenerator.

A 8170

Regenwaterinstallatie

  • a. bestemd voor: het gebruik van regenwater voor spoelen, koelen of andere niet-drinkwaterdoeleinden in de gebouwde omgeving, industrie of land- en tuinbouw, met uitzondering van de glastuinbouw, ter vermijding van het gebruik van drinkwater,

  • b. bestaande uit: een regenwateropslag, (eventueel) een waterzuiveringsinstallatie, en (eventueel) fotovoltaïsch systeem voor de energie die de regenwaterinstallatie verbruikt, exclusief dakgoten, regenpijpen, regenwaterafvoerpijpen en eindapparatuur waarmee het regenwater wordt toegepast.

A 8171

Ondergrondse wateropslagvoorziening

  • a. bestemd voor: het individueel of collectief ondergronds opslaan van regenwater of regenwater en recirculatiewater voor gebruik als gietwater in de glastuinbouw met een totale opslagcapaciteit van ten minste 1.000 kubieke meter per hectare glasoppervlak,

  • b. bestaande uit: een ondergrondse wateropslagvoorziening, exclusief de pompen, leidingen, het kasdek en de goten.

G 8180

Cascadesysteem voor waterbesparing

  • a. bestemd voor: het doorleveren van water met als doel water te besparen op een bedrijventerrein, waarbij het afvalwater van een bedrijf nuttig wordt toegepast door een ander bedrijf of andere bedrijven op dat bedrijventerrein,

  • b. bestaande uit: leidingwerk, buffer(s), pompen en (eventueel) filter(s).

B 8210

Wasinstallatie voor zeefzand en granulaat

  • a. bestemd voor: de natte reiniging van zeefzand en granulaat afkomstig van bouw- en sloopafval voor hergebruik,

  • b. bestaande uit: een invoersysteem, een wasstraat, een slibbehandelingsinstallatie en een waterbehandelingsinstallatie.

F 8222

Toevoerinstallatie voor betonpuingranulaat, breek- of zeefzand bij betoncentrales

  • a. bestemd voor: het doseren van betonpuingranulaat of breekzand of zeefzand bij de productie van beton waardoor minder primaire grondstoffen nodig zijn,

  • b. bestaande uit: een toevoerinstallatie, opslagvoorzieningen voor betonpuingranulaat, (eventueel) een breker, (eventueel) een sorteerinrichting, (eventueel) toevoerbanden en (eventueel) een regeleenheid.

F 8223

Installatie voor hergebruik van zaagstof

  • a. bestemd voor: het scheiden van zaagstof dat vrijkomt bij het zagen van beton- of cementproducten of natuursteen, in water en zaagresten met hergebruik van afgescheiden producten en water,

  • b. bestaande uit: scheidingsapparatuur, opvangbakken en een pomp.

F 8230

Recyclinginstallatie voor bitumineus afval

  • a. bestemd voor: het verwerken van bitumineus afval door verkleining tot maalgoed of korrels die nuttig worden toegepast,

  • b. bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, (eventueel) wasapparatuur, (eventueel) een shredder of maalmolen, (eventueel) een drooginstallatie, (eventueel) een mengschroef of smelthomogenisator, (eventueel) een smeltzuiveringsinstallatie, (eventueel) een extruder of agglomerator, transportbanden, (eventueel) een menginstallatie en (eventueel) een granulator.

B 8231

Schuimbitumenmachine

  • a. bestemd voor: het in één werkgang renoveren van een rijbaan door frezen van het oude wegdek en het gelijktijdig mengen van de vrijgekomen materialen met bitumenschuim (hete bitumen gemengd met circa 2% water),

  • b. bestaande uit: een mobiele frees- en bitumenschuiminstallatie.

B 8232

Thermische scheidingsinstallatie bitumineus afval

  • a. bestemd voor: het thermisch scheiden van bitumenhoudend bouw- en sloopafval en productie-afval uit het fabricageproces van dakrollen, waarbij de bitumen als vloeibare fractie beschikbaar komt voor hergebruik of andere nuttige toepassing,

  • b. bestaande uit: thermische scheidingsinstallatie, toe- en afvoersysteem, (eventueel) rookgasreinigingsinstallatie, (eventueel) afvalvoorbewerkingsinstallatie.

F 8233

Recyclinginstallatie voor bitumen dakbedekking bij asfaltcentrales

  • a. bestemd voor: het doseren van bitumineus dakbedekkingmateriaal in een asfaltcentrale voor hergebruik van bitumen in asfalt,

  • b. bestaande uit: een doseerinstallatie, een overdekte opslagvoorziening, (eventueel) een verkleiningsinstallatie, (eventueel) een sorteerinrichting, (eventueel) een afscheidingsinstallatie voor verontreinigingen, (eventueel) toevoerbanden en (eventueel) een regeleenheid.

F 8240

Recyclinginstallatie voor gips

  • a. bestemd voor: het doseren van gips uit bouw- en sloopafval aan het primaire gipsproces waardoor primaire grondstoffen bespaard worden,

  • b. bestaande uit: een doseerinstallatie, opslagvoorzieningen voor secundair materiaal, (eventueel) een shredder of maalmolen, (eventueel) een afscheidingsinstallatie voor verontreinigingen en (eventueel) een toevoersysteem.

A 8250

Accucel productie-eenheid

  • a. bestemd voor: het vervaardigen van nieuwe accu/batterijpacks met gebruik van uitsluitend bestaande batterijbehuizingen,

  • b. bestaande uit: een assemblagemachine.

A 8251

Regeneratiestation voor loodzuuraccu's

  • a. bestemd voor: het door middel van rimpelstroom verlengen van de levensduur van loodzuuraccu's,

  • b. bestaande uit: een regeneratiestation.

F 8260

Apparatuur voor hergebruik van regeneratiechemicaliën

  • a. bestemd voor: het hergebruiken van regeneratiechemicaliën die ontstaan bij ontzouten en/of ontharden van waterstromen,

  • b. bestaande uit: een reactietank, (eventueel) buffertanks, (eventueel) nabehandelingapparatuur en (eventueel) doseerinrichtingen.

A 8270

Armatuur voor vluchtweg- en oriëntatieverlichting met ultracondensatoren (aanpassing bestaande situatie)

  • a. bestemd voor: bewegwijzering en verlichting van vluchtwegen en nooduitgangen tijdens stroomuitval of calamiteiten, waarbij de bestaande vluchtweg- en oriëntatieverlichting wordt vervangen door led-verlichting waarbij de benodigde stroom wordt opgeslagen in ultracondensatoren,

  • b. bestaande uit: led-verlichting met ultracondensatoren.

B 8280

Rasterwalsreinigingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het stofvrij reinigen van rasterwalsen van drukmachines door het onder hoge druk opbrengen van bicarbonaatkorrels ter voorkoming van het verbruik van chemische reinigingsmiddelen en spoelwater,

  • b. bestaande uit: een straaleenheid, straalnozzles, een straalkabinet en een afzuiginstallatie.

A 8290

Hogesnelheid thermische spuitinstallatie voor metallische deklagen

  • a. bestemd voor: het aanbrengen van metallische deklagen (metallische coatings) op voorwerpen,

  • b. bestaande uit: een spuitpistool, een lucht/watergekoeld spuitstuk, een gasvolume- en drukregelinstallatie, (eventueel) een geluidsdichte cabine, (eventueel) een afzuiginstallatie, (eventueel) een werkstukmanipulator, (eventueel) een robot en (eventueel) een luchtreinigingsinstallatie.

F 8291

Poederterugwininstallatie voor poederspuitcabines

  • a. bestemd voor: het terugwinnen van poederstof afkomstig uit overspray in poederspuitinstallaties voor het coaten van houten, mdf, hdf of kunststoffen voorwerpen,

  • b. bestaande uit: patroonfilters of een cycloon, een ventilator en een afzuigsysteem.

A 8292

Installatie voor het aanbrengen van een keramische deklaag

  • a. bestemd voor: het aanbrengen van een keramische deklaag op lichtmetalen oppervlakken, halffabricaten of producten, door plasmaontlading in een elektrolyt,

  • b. bestaande uit: een elektrolytbad en een plasmaontladingseenheid.

F 8300

Terugwininstallatie voor waterverdunbare verf, lak, inkt of lijm

  • a. bestemd voor: het terugwinnen voor hergebruik van waterverdunbare verf, lak, inkt of lijm uit spoelwater door verdamping,

  • b. bestaande uit: een terugwininstallatie en (eventueel) een opvangvoorziening voor gereinigd spoelwater.

F 8301

Aftapinstallatie

  • a. bestemd voor: het met gesloten containers gebruiken van verf, lak, inkt of olie waardoor geen verpakkingsafval ontstaat en waarbij de geleverde containers worden teruggeleverd aan de leverancier,

  • b. bestaande uit: een aftapinstallatie, een mengbuis, aansluitstukken en een pomp.

F 8310

Verwerkingsinstallatie voor kunstgras

  • a. bestemd voor: het verwerken van afgevoerd kunstgras, waarbij het teruggewonnen kunststof en zand wordt hergebruikt of anderszins nuttig toegepast,

  • b. bestaande uit: een verkleiningsinstallatie, (eventueel) een scheidingsinstallatie, (eventueel) een sorteerinstallatie, (eventueel) een wasinstallatie en (eventueel) een droger.

F 8320

Recyclinginstallatie voor polystyreenhardschuim

  • a. bestemd voor: het verdichten van resten polystyreenhardschuim zonder gebruik te maken van blaasmiddelen, gevolgd door omzetting in schoon granulaat of halffabricaat,

  • b. bestaande uit: een agglomerator of een verdichtingsinstallatie, een extruder en een filter.

F 8321

Recyclinginstallatie voor glasvezelversterkt kunststof

  • a. bestemd voor: het terugwinnen van glasvezelversterkte kunststof door verkleinen en eventueel zeven, waarbij de teruggewonnen componenten worden hergebruikt of anderszins nuttig toegepast,

  • b. bestaande uit: een verkleiningsinstallatie, (eventueel) een zeefinstallatie, (eventueel) een windzifter en (eventueel) een transportvoorziening.

F 8322

Scheidingsinstallatie voor kunststofrecycling

  • a. bestemd voor: het scheiden, reinigen en eventueel verkleinen van kunststofafval voor recycling,

  • b. bestaande uit: scheidingsapparatuur, een wassysteem, een droger, (eventueel) een shredder of maalmolen, (eventueel) een wervelbed en (eventueel) een zigzag zifter.

F 8323

Kunststofproductie-installatie voor kunststofrecycling

  • a. bestemd voor: het verwerken van kunststofafval, niet afkomstig van de eigen installatie, tot producten of halffabricaten, door een bedrijf dat kunststofafval verwerkt, waarbij het bedrijf ten hoogste 5% nieuwe kunststof (virgin material) bijmengt,

  • b. bestaande uit: een extruder of spuitgietmachine of een pers- of intrusie-installatie, (eventueel) een was- en drooginstallatie, (eventueel) een mengschroef of smelthomogenisator, (eventueel) een smeltzuiveringsinstallatie, (eventueel) een compoundeerinstallatie, (eventueel) een accumulator en (eventueel) een spuitkop of matrijs.

A 8349

Mobiele grondontsmettingsmachine

  • a. bestemd voor: het met een mobiele machine ontsmetten van grond in de glastuinbouw door hete luchtinjectie tijdens het omspitten van de grond,

  • b. bestaande uit: een zelfrijdende spitmachine met luchtverhitter.

B 8361

Plantrobot met volledig gecontroleerde toediening van bodemfungiciden

  • a. bestemd voor: het tijdens één handeling gecontroleerd behandelen van de onderkant van perspotten met een bodemfungicide en het beplanten van deze perspotten,

  • b. bestaande uit: een plantrobot met spuiteenheid voor bodemfungiciden.

B 8362

Potafdekinstallatie

  • a. bestemd voor: het in de boom-, vaste planten- of sierteelt tegengaan van de groei van onkruid in de potten, door het machinaal strooien van een afdeklaag bestaande uit los organisch materiaal op de bovenzijde van het substraat,

  • b. bestaande uit: een elevator, een doseersysteem, transportbanden en een trilsysteem.

B 8380

Rijenbemestingseenheid

  • a1. bestemd voor: de rijenbemesting in de teelt van boomkwekerijgewassen in de vollegrond,

  • b1. bestaande uit: een voorraadbak, een mechanische of hydraulische aandrijving, een strooi-inrichting en een verdeelmechanisme, of

  • a2. bestemd voor: nauwkeurige rijenbemesting van teelt in de vollegrond, waarbij geen meststoffen op de paden worden afgegeven,

  • b2. bestaande uit: een voorraadbak, een mechanische, pneumatische of hydraulische aandrijving en een strooi-inrichting met zijwaarts begrensde uitstroomopeningen of een kunstmestgiftsysteem direct in de rij onder de planten, waarbij sleepslang- en zodenbemesters niet in aanmerking komen voor milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 8400

Mechanische coatingslijn voor het coaten van bloembollen of knollen

  • a. bestemd voor: het coaten en vervolgens drogen van bloembollen of knollen, waarbij deze worden behandeld met een biologisch afbreekbare, niet-toxische coating die de bloembollen of knollen beschermt en de stofwisseling remt, waarbij de overtollige coating wordt opgevangen en hergebruikt,

  • b. bestaande uit: invoerstation, dompelinstallatie, luchtmessen, afvuleenheid, afdruip- en coating terugwinningscarrousel, kistvulverpakkingsstation, coatingsvoorraad en doseringseenheid, pompen en elektromotoren.

A 8410

Toedieningssysteem voor gewasbeschermingsmiddelen of meststoffen tijdens het zaaien

  • a. bestemd voor: het tijdens het zaaien van zaden in trays of perspotten toedienen van gewasbeschermingsmiddelen of meststoffen exact op de plek waar het zaad wordt gezaaid, waarbij gebruik gemaakt wordt van een op het tray- of perspottenformaat afgestemde spuitboom met zeer nauwkeurige elektromagnetische ventielen,

  • b. bestaande uit: een spuitboom, elektromagnetische ventielen, een dripeenheid, een besturingseenheid, een mengeenheid, voorraadvat(-en) en een magneetgekoppelde circulatiepomp, exclusief de zaaimachine en de zaailijn.

B 8420

Systeem voor bollenbroei op stromend water

  • a. bestemd voor: het broeien van bollen op stromend water met een eb- en vloedsysteem, waarbij geen potgrond wordt gebruikt en waarbij het water wordt gerecirculeerd,

  • b. bestaande uit: broeicontainers voor eb- en vloedsysteem, een eb- en vloedsysteem, een waterrecirculatiesysteem, een waterontsmettingsinstallatie en een waterbroeicontainerwasser of -ontsmetter, exclusief containertransportsystemen.

B 8430

Permanente afdekinstallatie voor kuilvoerplaatsen

  • a. bestemd voor: het afdekken van kuilvoer met een mechanisch op- en afrolbaar permanent dekkleed voorzien van kanalen die met water gevuld worden om het kuilvoer aan te drukken,

  • b. bestaande uit: een dekkleed met waterslurven en een afdekmachine.

F 8450

Hoge druk pasteurisatie-installatie voor conservering van verse levensmiddelen

  • a. bestemd voor: het gedurende enkele minuten onder hoge druk (400–600 MPa) pasteuriseren van verse levensmiddelen bij kamertemperatuur waardoor de houdbaarheid verlengd wordt,

  • b. bestaande uit: een hoge drukvat, een juk, een systeem om het vat op druk te brengen, een systeem voor het laden en lossen en een regeleenheid.

Toelichting: Deze conserveringstechniek wordt ook High Pressure Processing (HPP) genoemd.

F 8470

Heteluchtbehandelingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het thermisch bestrijden van houtaantastende insecten en schimmels waarbij de kern van hout of muurwerk gedurende ten minste 1 uur wordt opgewarmd tot ten minste 55 °C, ter vervanging van behandeling met bestrijdingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: een verwarmingssysteem, een uitblaaseenheid, sensoren en een besturingssysteem.

B 9096

Saneringssysteem voor gestimuleerde afbraak in de bodem

  • a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het activeren van aërobe of anaërobe microbiologische processen in de bodem door injectie van lucht, voedingsstoffen of elektronendonoren,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters, een elektronische monitorings- en regeleenheid en (eventueel) een bio-actieve toplaag.

A 9097

Saneringssysteem voor verdergaande gestimuleerde afbraak in de bodem

  • a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het activeren van aërobe en anaërobe microbiologische processen in de bodem door injectie van micro-organismen in combinatie met (verrijkt) dragergas, voedingsstoffen of elektronendonoren,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters, (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid, (eventueel) zuurstofverrijkingsapparatuur.

B 9098

Saneringssysteem voor gestimuleerde vastlegging in de bodem

  • a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het door injectie van voedingsstoffen of sulfaat, doen neerslaan van metaalsulfiden in de bodem en daarmee immobiliseren van de verontreiniging,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

A 9099

Saneringssysteem voor verdergaande gestimuleerde vastlegging in de bodem

  • a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het door injectie van micro-organismen in combinatie met voedingsstoffen of sulfaat, doen neerslaan van metaalsulfiden in de bodem en daarmee immobiliseren van de verontreiniging,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

B 9101

Systeem voor nuttig gebruik van saneringswater in processen

  • a. bestemd voor: het winnen en als koel- of proceswater aanwenden van verontreinigd grondwater in de zin van de Wet bodembescherming, waarbij het water geloosd wordt op het riool of het oppervlaktewater,

  • b. bestaande uit: onttrekkingsfilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel) een warmtewisselaar, (eventueel) een elektronische monitorings en regeleenheid en (eventueel) een zuiveringswerk voor de aanwending van het saneringswater, waarbij het zuiveringswerk om te lozen niet in aanmerking komt voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

Toelichting: Het zuiveringswerk dat nodig is om aanwending van het saneringswater mogelijk te maken, komt wel in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 9102

Grondwaterbeheerssysteem met duurzame energievoorziening

  • a. bestemd voor: het beheersen van grondwater met verontreinigingen in de zin van de Wet bodembescherming, die op de betreffende locatie aantoonbaar niet gesaneerd kunnen worden en waarbij de energievoorziening van de beheersing ten behoeve van de exploitatiefase voor ten minste 75% ter plaatse wordt opgewekt uit duurzame energiebronnen,

  • b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, (eventueel) overige apparatuur ten behoeve van beheersing van de verontreiniging en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid, exclusief de duurzame energievoorziening.

Toelichting: Duurzame energievoorzieningen komen mogelijk in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek of de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie.

F 9103

Saneringssysteem met nuttig gebruik van saneringswater voor koude-warmte opslag

  • a. bestemd voor: het saneren van verontreinigd grondwater in de zin van de Wet bodembescherming, waarbij het verontreinigd grondwater nuttig gebruikt wordt voor een open koude-warmteopslagsysteem voor energievoorziening en waarbij tevens sprake is van zuivering van het te infiltreren grondwater met een zuiveringswerk,

  • b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel) een warmtewisselaar, (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid en (eventueel) een zuiveringswerk voor het te infiltreren grondwater.

Toelichting: Investeringen in een koude-warmteopslagsysteem of aanverwante installaties, die niet gekoppeld zijn aan grondwatersaneringsactiviteiten komen mogelijk in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek.

B 9104

Systeem voor nuttig gebruik van saneringswater voor koude-warmte opslag

  • a. bestemd voor: het nuttig gebruik van verontreinigd grondwater in de zin van de Wet bodembescherming voor een open koude-warmteopslagsysteem voor energievoorziening en waarbij de verontreinigingsvlek aantoonbaar geohydrologisch beheerst wordt,

  • b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel) een warmtewisselaar en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

Toelichting: Investeringen in een koude-warmteopslagsysteem of aanverwante installaties, die niet gekoppeld zijn aan grondwatersaneringsactiviteiten komen mogelijk in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek.

B 9105

Directe chemische oxidatie-installatie voor bodemsanering

  • a. bestemd voor: het in situ oxideren van bodemverontreiniging door het gericht inbrengen van oxidanten in de bodem, waardoor de bodemverontreiniging chemisch wordt gereduceerd tot onschadelijke componenten,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

B 9106

Stoomstripsysteem voor bodemsanering

  • a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging, waarbij de vervuiling door het in de bodem brengen van stoom wordt gemobiliseerd of afgebroken,

  • b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

B 9107

Reactief scherm voor bodemsanering

  • a. bestemd voor: het ondergronds beheersen van verontreiniging van bodem of grondwater, waarbij de verontreiniging door een in de bodem aangelegd reactief scherm wordt geleid en hierin wordt afgebroken of vastgelegd,

  • b. bestaande uit: reactief materiaal of infiltratiefilters, een poort, (eventueel) een impermeabele wand en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.

A 9109

Onderzuigapparatuur voor sanering of verlaging van bodems

  • a. bestemd voor: het saneren of verlagen van droge of natte bodems door onderzuigen, waarbij minimale roering van de toplaag plaatsvindt,

  • b. bestaande uit: een pomp, een zuiglans (inclusief ladder) of een zuigmes, een procescontrolesysteem, leidingwerk en (eventueel) een wateropslagtank, waarbij het draag- en vervoermiddel (ponton of hydraulische kraan) niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

B 9114

Baggerspeciereinigingssysteem voor (an)organische verontreinigingen

  • a. bestemd voor: het stimuleren van de biologische afbraak van organische stoffen in baggerspecie in een installatie of een civiel-technisch werk, waarbij de uitgeloogde anorganische stoffen in groenafval, dat niet geschikt is voor compostering, worden vastgelegd en de gereinigde baggerspecie nuttig wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een depotconstructie met vloeistofdichte onderafsluiting, een groenfilter, een waterdoseersysteem en (eventueel) een waterbuffer.

A 9121

Moerasbed- of helofytenfilter

  • a. bestemd voor: het zuiveren van oppervlaktewater met een drijvend of vast filtersysteem samengesteld uit bodemmateriaal en waterzuiverende beplanting, al dan niet opgenomen in een natuurvriendelijke oever zijnde een glooiende oever met, bij voorkeur gebiedseigen, begroeiing,

  • b. bestaande uit: een filtersysteem, (eventueel) apparatuur voor het opwekken van elektriciteit uit zonne-energie, (eventueel) een pomp en exclusief terrassen, beschoeiingen, kunstobjecten en reclameuitingen.

Toelichting: Moerasbed- of helofytenfilters die gebruikt worden voor het zuiveren van afvalwater of effluent komen niet in aanmerking.

B 9130

Bioreactor met verminderde slibretentie voor stikstofverwijdering

  • a. bestemd voor: de biologische behandeling van stikstofrijk afvalwater waarbij nitrificatie en denitrificatie plaatsvindt zonder nitraatvorming,

  • b. bestaande uit: een bioreactor, een (lamellen)afscheider, een chemicaliëndosering, een compressor, een beluchtingsinstallatie, een menger, een koolstofbrondosering en (eventueel) een warmtewisselaar, exclusief voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.

B 9131

Aërobe membraanbioreactor

  • a. bestemd voor: het aëroob zuiveren of recyclen van spoel- of afvalwaterstromen in een aërobe biologische zuiveringsinstallatie onder gelijktijdige verwijdering van gezuiverd water via membraantechnologie,

  • b. bestaande uit: een biologische waterzuiveringsinstallatie, een membraanfiltratie-eenheid en (eventueel) een recirculatieleiding, exclusief voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.

B 9163

Aërobe korrelslibreactor

  • a. bestemd voor: het aëroob omzetten van verontreinigingen in afvalwaterstromen door bacteriën die in agglomeraten groeien en stabiele granules vormen, waardoor de scheiding van gezuiverd water en korrels in de reactor zelf plaatsvindt en separate nabezinking wordt vermeden,

  • b. bestaande uit: een reactor met aëroob korrelslib en (eventueel) een voorbehandelingseenheid, exclusief voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.

B 9170

Anaërobe reactor voor gelijktijdige verwijdering van metalen en zwavel

  • a. bestemd voor: het biologisch onder anaërobe omstandigheden verwijderen van metalen uit afvalwater onder gelijktijdige verwijdering van sulfide, sulfaat of organische zwavelverbindingen,

  • b. bestaande uit: een anaërobe reactor, een reactor waarin de metalen neerslaan en (eventueel) terugwinapparatuur voor de verwijderde metalen, exclusief voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.

A 9180

Anaërobe waterbehandelingsinstallatie

  • a. bestemd voor: de omzetting van verontreinigingen in afvalwaterstromen niet afkomstig uit de voedingsmiddelen- en biobrandstoffenindustrie door anaërobe micro-organismen, al dan niet in een membraanbioreactor, waarbij het vrijkomende biogas nuttig wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: een bioreactor, (eventueel) een verzuringsreactor, (eventueel) membraanfiltratie-eenheid, (eventueel) apparatuur voor het opwerken van grondstoffen (niet zijnde biogas) voor hergebruik en (eventueel) een biogasopslag, exclusief apparatuur ter aanwending en behandeling van het vrijkomende biogas, voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.

A 9200

Chloorbleekloogvrije ontsmettingsinstallatie voor apparatuur en processen

  • a. bestemd voor: het ter plaatse door elektrolyse bereiden van een desinfectiemiddel uit water en zout, waarbij geen chloorbleekloog wordt gevormd, voor:

    • 1. het ontsmetten van medische apparatuur, ter bestrijding van de MRSA-bacterie, of

    • 2. het ontsmetten van procesinstallaties of oppervlakken die worden gebruikt bij de bereiding van voedsel of dranken,

  • b. bestaande uit: een installatie voor het ter plaatse bereiden en toepassen van het desinfectiemiddel.

A 9201

Chloorbleekloogvrije ontsmettingsinstallatie voor stallen of kassen

  • a. bestemd voor: het ter plaatse door elektrolyse bereiden van een desinfectiemiddel uit water en zout, waarbij geen chloorbleekloog wordt gevormd, voor:

    • 1. het ontsmetten van stallen ter vervanging van formalineverneveling, of

    • 2. het bestrijden van ziekten en plagen in de glastuinbouw, ter vervanging van het gebruik van andere chemische gewasbeschermingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: een installatie voor het ter plaatse bereiden en toepassen van het desinfectiemiddel.

B 9220

(Katalytische) Oxidatiereactor voor waterreiniging

  • a. bestemd voor: het al dan niet katalytisch oxideren met waterstofperoxide, zuurstofradicalen, ozon of UV-bestraling van,

    • 1. hormoonverstorende stoffen of antibiotica in afvalwater uit de medische sector of de geneesmiddelenindustrie, of

    • 2. Legionella in inpandige waterleidingen,

  • b. bestaande uit: oxidatiereactor(en) met apparatuur voor het genereren van oxidatoren, (eventueel) doseer- of injectieapparatuur, (eventueel) een restozonvernietiger, (eventueel) een recirculatietank, (eventueel) een recirculatiepomp, (eventueel) een biologisch actief koolfilter en exclusief voorzuiveringsapparatuur.

B 9221

Natte thermische oxidatie van slib onder hoge druk

  • a. bestemd voor: het nat oxideren van slib, eventueel in combinatie met andere reststromen mits de verwerking van deze reststromen ten minste gelijkwaardig is aan de minimumstandaard die het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 voorschrijft, onder een druk van ten minste 100 bar en een temperatuur van ten minste 180°C, waarbij alleen kleine onschadelijke moleculaire verbindingen en zuiver water overblijven en waarbij de anorganische bestanddelen nuttig worden toegepast,

  • b. bestaande uit: een oxidatiereactor, een verwarmingseenheid, een warmtewisselaar en compressie-apparatuur, exclusief ontwateringseenheid en nageschakelde waterzuiveringsinstallatie.

B 9240

Destillatie-installatie met damprecompressie

  • a. bestemd voor: het destilleren van vloeibare afvalstoffen, waarbij de damp door thermisch of mechanisch bewerkstelligde drukverhoging condenseert bij een hogere temperatuur dan het atmosferische kookpunt, waardoor de condensatiewarmte kan worden benut,

  • b. bestaande uit: een destillatiekolom met een thermische of mechanische damprecompressie-eenheid.

B 9270

(Waterzuiverings-)installatie voor chemisch verontreinigd spuiwater uit de fruit- of witlofteelt

  • a. bestemd voor: het tegengaan van de emissie van chemische verontreinigingen, zoals meststoffen en bestrijdingsmiddelen, afkomstig uit de fruit- of witlofteelt, via drainwaterlozing of spoelwaterlozing naar het oppervlaktewater, voor zover daarvoor geen wettelijke verplichting bestaat,

  • b. bestaande uit: apparatuur ter voorkoming van emissie van chemische verontreinigingen of een waterzuiveringseenheid.

A 9271

Installatie voor het verminderen van gewasbeschermingsmiddelen in te lozen drainwater uit de glastuinbouw

  • a. bestemd voor: het tegengaan van de emissie van gewasbeschermingsmiddelen afkomstig uit de glastuinbouw via drainwaterwaterlozing,

  • b. bestaande uit: een installatie voor het zuiveren van te lozen drainwater of voor het anders toedienen of afvangen van gewasbeschermingsmiddelen in de kas en (eventueel) een geavanceerde debietmeter.

F 9272

Voorziening voor het voorkomen van de lozing van drainwater van de glastuinbouw (aanpassing bestaande situatie)

  • a. bestemd voor: het voorkomen van lozing van drainwater als gevolg van het telen van gewassen in een glastuinbouwkas, ten opzichte van de bestaande situatie waarin drainwaterlozing wel plaatsvindt,

  • b. bestaande uit: (eventueel) waterzuiveringsapparatuur, (eventueel) een installatie voor aanpassing van de water- of meststoffenhuishouding in de kas, (eventueel) een debietmeter en (eventueel) een silo voor de opslag van drainwater.

F 9273

Apparatuur voor het verminderen van de hoeveelheid opgepompt grondwater voor gebruik als gietwater in de glastuinbouw (aanpassing bestaande situatie)

  • a. bestemd voor: het verminderen van de hoeveelheid opgepompt grondwater voor de productie van gietwater voor gebruik in de glastuinbouw met ten minste 45 procent ten opzichte van de bestaande situatie, waarbij:

    • eventuele wijzigingen in de teeltcapaciteit van de kas in de berekening van de besparing worden meegenomen,

    • de vermindering wordt gerealiseerd door bijvoorbeeld terugwinnen van water en grondstoffen uit brijn of de vergroting van regenwatergebruik, en

    • er geen brijn meer in de bodem wordt gebracht,

  • b. bestaande uit: apparatuur voor het terugwinnen van water en grondstoffen uit brijn, een silo en een regenwateropslagvoorziening.

B 9291

Olieverwerkend geotextiel

  • a. bestemd voor: het afvangen en afbreken van lichte minerale olie uit afstromend of percolerend regenwater op een bedrijfsterrein door in de bodem of onder de verharding aangebracht waterdoorlatend geotextiel, waarbij de minerale deeltjes in het geotextiel worden gefixeerd waarna de in de bodem aanwezige micro-organismen de deeltjes afbreken,

  • b. bestaande uit: olieverwerkend geotextiel.

A 9304

Glasversnipperaar voor horecabedrijven

  • a. bestemd voor: het op locatie granuleren van glasafval (non-return glas) van een horecabedrijf, waardoor het afval compact kan worden afgevoerd door of aangeboden aan een afvalverwerkend bedrijf,

  • b. bestaande uit: glasversnipperaar.

B 9305

Zelfpersende afvalcontainer op zonne-energie

  • a. bestemd voor: het buiten inzamelen van afval in een afvalbak waarin het afval wordt verdicht door een pers die op fotovoltaïsche energie werkt,

  • b. bestaande uit: een afvalbak, een pers en zonnecellen.

A 9309

Vervanging asbesthoudende daken, dakgoten of gevels (aanpassing van bestaande voorziening)

  • a. bestemd voor: het voorkomen van emissie van asbest door erosie van bestaand asbest aan gebouwen door vervanging van asbesthoudende dakplaten, dakgoten of gevelplaten waarbij aantoonbaar sprake is van gecertificeerde verwijdering en gescheiden afvoer van het asbesthoudende materiaal,

  • b. bestaande uit: demontage van asbesthoudende dakplaten, dakgoten of gevelplaten, aanschaf en montage van nieuwe asbestvrije dakplaten, dakgoten of gevelplaten, exclusief de afvoer- en stortkosten van het asbestafval, waarbij investeringen in woningen niet in aanmerking komen voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

    Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 40 per vierkante meter netto dakoppervlak, € 40 per strekkende meter dakgoot en € 20 per vierkante meter netto geveloppervlak in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 9310

Asbestcontainer

  • a. bestemd voor: het vervoeren en storten van asbesthoudend afval met een gesloten container, voorzien van laaddeur, intern en extern sproeisysteem en folie-afdekmechanisme,

  • b. bestaande uit: een gesloten asbestcontainer.

A 9311

Container voor gescheiden inzameling van gips uit bouw- en sloopafval

  • a. bestemd voor: het gescheiden inzamelen van gips afkomstig uit bouw- en sloopafval, waarbij het gips droog blijft en hergebruikt wordt,

  • b. bestaande uit: een gipscontainer.

B 9320

Zifter voor scheiding van vaste afvalstoffen

  • a. bestemd voor: het scheiden van componenten uit een afvalstroom door blazen of zuigen met een geforceerde luchtstroom, gevolgd door opvang en hergebruik of andere nuttige toepassing van alle componenten,

  • b. bestaande uit: een stijg- of windzifter en een luchtbehandelingssysteem.

B 9330

Mobiele straalmiddelopschooninstallatie

  • a. bestemd voor: het droog reinigen van verontreinigd straalmiddel door een mobiele installatie voorzien van scheidingstechnieken op basis van lucht, waarbij het straalmiddel wordt hergebruikt,

  • b. bestaande uit: (eventueel) mechanische schrapers, (eventueel) een jacobsladder, (eventueel) een trilzeef, (eventueel) een windzifter, een transportsysteem, (eventueel) een blaassysteem, (eventueel) een cycloon en (eventueel) een luchtbehandelingseenheid.

A 9340

Drukvormwasinstallatie voor zeefdrukvormen

  • a. bestemd voor: het in twee opeenvolgende processtappen verwijderen van inkt en het strippen van zeefdruksjablonen in een gesloten systeem zonder gebruik te maken van vluchtige organische reinigingsmiddelen,

  • b. bestaande uit: een inktverwijderingseenheid, een stripeenheid en een rondpompsysteem, waarbij het reinigen van persrollen niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

A 9341

Gesloten wasautomaat voor verfgereedschap

  • a. bestemd voor: het reinigen van verfgereedschap in een gesloten systeem met terugvoer van reinigingsvloeistof,

  • b. bestaande uit: een gesloten wasautomaat.

A 9342

Gesloten reinigingsinstallatie zonder vluchtige organische stoffen

  • a. bestemd voor: het onder vacuüm reinigen van machine-onderdelen met uitsluitend reinigingsmiddelen zonder vluchtige organische stoffen, waarbij het gebruikte reinigingsmiddel wordt hergebruikt,

  • b. bestaande uit: gesloten reinigingsinstallatie.

E 9390

Optisch sorteersysteem

  • a. bestemd voor: het sorteren van kunststoffen en/of metalen uit afvalstromen door detectie met een foto- of lasersysteem,

  • b. bestaande uit: een foto- of laserdetectiesysteem en een sorteersysteem.

E 9391

Elektrostatische scheidingsapparatuur

  • a. bestemd voor: het scheiden van kunststofafval en metaal door oplading in een hoogspanningsveld gevolgd door scheiding ten gevolge van geleidbaarheid over een draaiende separatierol,

  • b. bestaande uit: een invoereenheid, een corona-elektrodensysteem, een separatierol en een opvangeenheid.

E 9400

Elektrostatische separatoren

  • a. bestemd voor: het scheiden van kunststofmengsels in hun samenstellende delen door elektrostatische oplading gevolgd door vrije val, waarbij de gescheiden kunststofstromen worden hergebruikt of anderszins nuttig toegepast,

  • b. bestaande uit: (eventueel) een invoereenheid, een hoogspanningsgenerator, een scheidingsinstallatie en (eventueel) een opvangeenheid.

B 9410

Röntgen-afvalscheidingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het met röntgenstraling herkennen en afscheiden van afvalstoffen voor hergebruik,

  • b. bestaande uit: een stralingsbron, een röntgensensor en (eventueel) scheidingstechnieken.

B 9420

Afvalfolie-rolpers

  • a. bestemd voor: het verminderen van het volume van afvalfolie door opslag op een rol ten behoeve van hergebruik,

  • b. bestaande uit: een oprolautomaat.

F 9433

Wervelbedverbrandingsinstallatie voor teerhoudende dakbedekking

  • a. bestemd voor: het verbranden van teerhoudende dakbedekking in een wervelbedverbrandingsinstallatie, waarbij de zand- en grindfractie opnieuw ingezet worden in de wegenbouw en waarbij de vrijkomende energie wordt benut,

  • b. bestaande uit: een wervelbedverbrandingsinstallatie en (eventueel) rookgasreinigingsapparatuur.

B 9434

Plasma-omzetter voor gevaarlijke afvalstoffen

  • a. bestemd voor: het in een plasmaveld thermisch ontleden van gevaarlijke afvalstoffen, waardoor de afvalstoffen uiteenvallen in hun elementaire componenten,

  • b. bestaande uit: een plasma-omzetter met voedingssysteem, een gasbehandelingssysteem, (eventueel) een afvoersysteem en (eventueel) een elektriciteitsopwekkingsinstallatie.

A 9440

Vergassingsinstallatie

  • a. bestemd voor: het vergassen van afvalstoffen of biomassa, waarbij de vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige producten worden toegepast als grondstof voor de vervaardiging van producten, niet zijnde energiedragers zoals brandstoffen, elektriciteit of warmte,

  • b. bestaande uit: voorbewerkingsapparatuur, een vergassingsreactor, (eventueel) een gasreinigingssysteem, (eventueel) een rookgasreinigingsinstallatie en exclusief apparatuur voor toepassing van de vrijkomende producten.

A 9452

Gesloten composteringsinstallatie

  • a. bestemd voor: het composteren van organisch afval, zoals groen afval, digestaat en etensresten, in een gesloten systeem waarbij:

    • het percolaatwater volledig wordt opgevangen in een waterafvoersysteem,

    • het opgevangen percolaatwater wordt gezuiverd of gerecirculeerd,

    • warmte wordt teruggewonnen uit de proceslucht en nuttig wordt toegepast, en

    • de naar buiten af te voeren lucht wordt gereinigd met een ammoniakwasser en biofilter,

  • b. bestaande uit: een gesloten composteerinstallatie met vloeistofdichte vloer, een sproeisysteem, een besturingssysteem, meet- en regelapparatuur, een ammoniakwasser, een biofilter, een zuiveringsinstallatie, leidingwerk en appendages.

A 9460

Kleinschalige mestvergisting op boerderijniveau

  • a. bestemd voor: het vergisten van mest op het bedrijf waar de mest wordt geproduceerd, met een installatie die een verwerkingscapaciteit heeft van ten hoogste 7.000 ton mest per jaar, en waarbij:

    • geen covergistingsproducten worden toegevoegd,

    • het biogas wordt opgewekt en ingezet als brandstof, en

    • het digestaat nuttig wordt toegepast,

  • b. bestaande uit: mini-mestvergistinginstallatie, exclusief apparatuur ter aanwending en behandeling van het vrijkomende biogas.

A 9472

Droog en -pelleteerinstallatie voor varkens- en pluimveemest

  • a. bestemd voor: het drogen van varkens- en pluimveemest met warme stallucht, waarbij de uitgaande stallucht na gebruik in het droogproces met een luchtwasser wordt gewassen, gevolgd door het maken van mestkorrels met het oog op een betere afzetbaarheid van de mest,

  • b. bestaande uit: een droog- en persinstallatie met toevoerbanden en (eventueel) een opzakinstallatie.

TOELICHTING

1. Inleiding

De onderhavige regeling strekt tot vervanging van de bijlage behorende bij de Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009. In de bijlage zijn ter uitvoering van de Wet inkomstenbelasting 2001 categorieën bedrijfsmiddelen aangewezen die voor investeringsaftrek of willekeurige afschrijving in aanmerking komen. Daarnaast wordt met deze regeling artikel 3 van de Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009 gewijzigd.

Met het instrument willekeurige afschrijving (Vamil) worden investeringen in bedrijfsmiddelen die in het belang zijn van de bescherming van het Nederlandse milieu fiscaal gestimuleerd. Het gaat hierbij om niet-gangbare bedrijfsmiddelen, waarvan de marktintroductie door deze regeling ondersteund wordt. Ook met het instrument milieu-investeringsaftrek (MIA) worden investeringen in bedrijfsmiddelen die in het belang zijn van de bescherming van het Nederlandse milieu fiscaal gestimuleerd. Met de bedrijfsmiddelen die zijn opgenomen in paragraaf 2 van de bijlage bij deze regeling (hierna: de Milieulijst 2012) wordt zoveel mogelijk aangesloten op de topsectoren uit het bedrijfslevenbeleid en de duurzaamheidsagenda van het kabinet.

Het budget voor de willekeurige afschrijving bedraagt voor 2012 € 22 miljoen. Het voor de milieu-investeringsaftrek beschikbare budget voor 2012 bedraagt € 101 miljoen.

Investeringen in bedrijfsmiddelen op de Milieulijst 2012, waarvan de code begint met een A, B, C of F komen, op grond van artikel 3.31, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, in aanmerking voor 75% willekeurige afschrijving milieu-investeringen.

2. Wijziging artikel 3

Per 1 januari 2008 werd artikel 3 van de toenmalige Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2007 gewijzigd. In plaats van de term ‘investeringen’ werd voortaan het begrip ‘bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan’ vermeld. De bedoeling van die wijziging was om beter aan te sluiten bij de tekst van artikel 1 van de toenmalige regeling.

In de praktijk heeft die wijziging niet tot de gewenste duidelijkheid geleid.

Met de huidige wijziging van artikel 3 wordt duidelijk gemaakt dat de grens van €25 miljoen niet per bedrijfsmiddel of onderdelen daarvan geldt, maar voor het totaal aan investeringen in de in de bijlage opgenomen bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan. Dit betekent dat het totaal aan investeringen in bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan voor niet meer dan € 25 miljoen in aanmerking komt voor Mia/Vamil per jaar per belastingplichtige.

3. Duurzaam (her)gebruik van grondstoffen

Grondstoffen is een thema dat centraal staat in diverse recente beleidsnotities. De Milieulijst 2012 is dan ook veel meer gericht op duurzaam (her)gebruik van grondstoffen dan de vorige Milieulijst. De nieuwe code B 8014 stimuleert alle hergebruik van grondstoffen, mits dat gebeurt binnen de thema’s van de grondstoffenrotonde zoals genoemd in de duurzaamheidsagenda of de ketenprojecten van het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 (LAP2). Verder mag er geen sprake zijn van downcycling en wordt upcycling gestimuleerd. De beste technieken als het gaat om grondstofhergebruik worden onder A 8001 extra gestimuleerd. Deze codes zijn generiek van aard. Het bedrijfsleven wordt zo geprikkeld om zelf met innovatieve oplossingen te komen. Deze nieuwe mogelijkheden zijn veelomvattend.

Enkele bedrijfsmiddelen zijn van de Milieulijst verwijderd, omdat de nieuwe omschrijvingen beter aansluiten bij het huidige milieubeleid en het bedrijfsleven meer vrijheid geven bij het zelf ontwikkelen van oplossingen.

4. Industriële emissies naar de buitenlucht

Voor de Milieulijst 2012 zijn de technieken van de bedrijfsmiddelen waarvan de code begint met de cijfers 2, 3 en 4 onderzocht. Er is dit jaar extra aandacht besteed aan de aansluiting van de bedrijfsmiddelen op het milieubeleid en de bestaande milieuproblemen. Dit heeft geleid tot het schrappen van bedrijfsmiddelen die al een lange tijd via de instrumenten MIA en Vamil gestimuleerd worden en die inmiddels goed bekend zijn geworden in de markt. Daarnaast is een aantal technieken achterhaald door de technische ontwikkelingen.

Van een aanzienlijk aantal bedrijfsmiddelen is de omschrijving aangepast. De belangrijkste redenen hiervoor zijn een betere aansluiting op de praktijk en het voorkomen van foutieve meldingen.

Nieuw op de lijst zijn vier technieken om emissies naar de lucht te beperken, zoals een vlamloze thermische naverbrander (A 3180) en een techniek om bestaande stookinstallaties nu al te laten voldoen aan de in 2017 verplichte emissie-eisen van het Besluit emissie-eisen middelgrote stookinstallaties (BEMS) (B 2120).

5. Integrale verduurzaming van het bedrijfsleven

In toenemende mate stimuleren de instrumenten MIA en Vamil het bedrijfsleven om breder naar verduurzaming te kijken; zowel naar meer milieuaspecten tegelijkertijd op het eigen bedrijf als naar samenwerking in de keten om de duurzaamheid te verbeteren. Een voorbeeld is het stimuleren van gecertificeerde duurzame productie (bijvoorbeeld certificaten als Milieukeur en Ecolabel). Het aantal keurmerken is op de Milieulijst 2012 sterk uitgebreid (F 1147, A 1148, B 1149 en E 1150). Verder komen voor een aantal keurmerken niet meer alleen de productiemiddelen in aanmerking, maar voortaan ook de gecertificeerde producten (A 1140).

6. Werken aan wateremissieloze glastuinbouw

De Milieulijst 2012 bevat nieuwe codes voor watergebruik in de glastuinbouw. Het voornemen bestaat om de glastuinbouwsector op te nemen in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, het zogeheten Activiteitenbesluit, waarin doelen zijn gesteld voor onder andere de lozing van overtollig drainwater. Via de instrumenten MIA en Vamil ondersteunt de overheid de sector te investeren in methoden die lozing van drainwater overbodig maken. In de overgangsperiode wordt ook het verminderen van de hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen in te lozen drainwater fiscaal gestimuleerd. Daarnaast ondersteunen de instrumenten MIA en Vamil initiatieven binnen de sector om te komen tot vermindering van de grondwateronttrekking. Investeringen voor het infiltreren van regenwater stonden ook al op de Milieulijst 2011.

Ook nieuw op de Milieulijst 2012 is een omschrijving voor technieken waarmee tuinders, die in de donkerteperiode belichten, warmteophoping in de kas kunnen voorkomen. Daarmee kunnen de schermen gesloten blijven in de nanacht.

7. Duurzame stallen

Per 1 januari 2012 moeten stallen, om de investering in aanmerking te laten komen voor MIA en Vamil, voldoen aan de Maatlat Duurzame Veehouderij certificatieschema 6 (MDV6). Daarnaast zijn de maximale bedragen die per dierplaats zijn gesteld in A 1103 (Duurzame melkveestal), A 1113 (Duurzame varkensstal) en A 1123 (Duurzame pluimveestal) meer in overeenstemming gebracht met de praktijk.

Met ingang van 1 januari 2012 komen ook duurzame konijnenstallen in aanmerking voor MIA en Vamil.

8. Milieulijst 2012

Op de Milieulijst 2012, de bijlage bij deze regeling, staan de bedrijfsmiddelen die voor willekeurige afschrijving milieu-investeringen of milieu-investeringsaftrek in aanmerking komen. De Milieulijst 2012 is, evenals de voorgaande jaren, ingedeeld in negen milieuthema’s:

  • 1 duurzame productiemiddelen

  • 2 klimaatverandering

  • 3 luchtverontreiniging

  • 4 overlast en gezondheid

  • 5 mobiele werktuigen en transportmiddelen

  • 6 externe veiligheid en preventieve voorzieningen

  • 7 biodiversiteit en natuurlijke omgeving

  • 8 grondstoffenbesparing en hergebruik, en

  • 9 afvalstromen.

Het eerste cijfer van de code waaronder een bedrijfsmiddel op de lijst is vermeld, verwijst naar het betreffende thema.

Ten opzichte van 2011 zijn de hierna volgende nieuwe bedrijfsmiddelen in de Milieulijst opgenomen:

A 1005, A 1009, B 1098, A 1140, F 1147, A 1148, B 1149, F 1240, B 2120, B 3040, F 3056, A 3180, F 4089, F 4180, B 5091, E 7145, B 7150, A 7210, A 7220, B 8014, A 8251, A 9271, F 9272, F 9273 en A 9304.

De hierna volgende bedrijfsmiddelen zijn ten opzichte van 2011 gewijzigd:

F 1000, F 1001, F 1003, A 1010, A 1011, B 1012, A 1022, B 1023, F 1024, A 1025, B 1026, B 1031, F 1040, F 1041, A 1042, F 1043, B 1050, F 1089, A 1090, A 1099, A 1103, A 1104, A 1113, A 1122, A 1123, E 1150, F 2030, F 2041, B 2045, F 2050, F 2101, A 2131, A 2138, A 2139, B 2140, F 2152, F 2211, F 3000, A 3057, B 3060, C 3061, F 3150, E 3153, F 3161, F 3162, F 4000, F 4001, C 4003, F 4070, A 4071, A 4072, F 4073, A 4085, A 4086, F 4098, B 4161, A 4162, B 4170, F 4181, C 5040, F 5060, F 5069, F 5070, B 5071, A 5073, C 5076, F 5077, C 5079, A 5100, A 5110, B 5120, B 5125, B 5130, B 5170, A 5200, F 7010, F 7048, F 7049, E 7053, B 7057, F 7061, F 7062, A 7120, F 7141, A 7142, A 7187, B 8000, A 8001, F 8005, F 8007, B 8008, A 8010, F 8020, A 8040, A 8076, A 8171, A 8400, B 9114, A 9121, A 9201, B 9221, B 9270 en A 9309.

De volgende bedrijfsmiddelen zijn ten opzichte van 2011 vervallen:

A 1002, B 1100, A 1124, F 2100, F 2111, C 2112, F 2151, F 2153, A 2190, A 3110, A 3140, A 3164, B 3190, A 3200, A 4002, B 4050, B 4061, A 4091, F 4097, A 4100, A 4101, B 4160, B 4171, E 5078, E 7058, B 8015, B 8050, A 8073, A 8325, F 8326, C 9112 en B 9451.

9. Administratieve lasten en nalevingskosten

Met deze wijziging wordt een bestaande regeling aangepast. Daarbij vindt er geen wijziging plaats van de te volgen procedure waaraan men moet voldoen en vindt er geen wijziging plaats van de administratieve lasten en de inhoudelijke nalevingskosten die de regeling met zich meebrengt. De administratieve lasten en de inhoudelijke nalevingskosten die samenhangen met de toepassing van de instrumenten MIA en Vamil vloeien overigens niet voort uit de Aanwijzingsregeling willekeurige afschrijving en investeringsaftrek milieu-investeringen 2009, maar uit de Uitvoeringsregeling willekeurige afschrijving 2001 en de Meldingsregeling milieu-investeringsaftrek 2001.

10. Notificatie

Aangezien het gaat om technische specificaties die vergezeld gaan van fiscale of financiële maatregelen die van invloed zijn op het gebruik van producten doordat zij naleving van technische specificaties aanmoedigen als bedoeld in artikel 1, punt 11, tweede alinea, derde streepje, van richtlijn nr. 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 204), zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 98/48/EG (PbEG L 217), is de ontwerpregeling op 2 december 2011 (notificatienummer 2011/0621/NL) gemeld aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen, ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van die richtlijn. Uit artikel 10, vierde lid, van die richtlijn vloeit voort dat de regeling na notificatie zonder uitstel in werking kan treden.

11. Inwerkingtreding

Bij het bepalen van het tijdstip van inwerkingtreding is aangesloten bij het systeem van de fiscale wetgeving waarbij wordt uitgegaan van kalenderjaren. Er wordt afgeweken van de minimuminvoeringstermijn omdat de doelgroepen gebaat zijn bij een spoedige inwerkingtreding. Het systeem van de vaste verandermomenten staat deze uitzondering toe (brief van de Minister van Justitie en de Staatssecretarissen van Economische Zaken, van Financiën en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 december 2009, Kamerstukken II 2009/2010, 29 515, nr. 309).

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J.J. Atsma.


X Noot
1

Richtlijn 2004/26/EG van het Europees parlement en de raad van 21 april 2004 tot wijziging van richtlijn 97/68/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PbEU 2004 L 225).

X Noot
2

Verordening (EG) nr. 1147/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 31 oktober 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 794/2004 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag, wat betreft deel III.10 van bijlage I (PbEU 2008 L 313).

Naar boven