De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op artikelen 3, eerste lid, en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies;
Besluit:
ARTIKEL I
Bijlage I, specifieke bepalingen voor subsidie aanvragen per actie, bij de Subsidieregeling ESF 2007–2013 (herzien) wordt
als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel C2 wordt een lid toegevoegd dat komt te luiden:
-
3. Subsidieaanvragen met betrekking tot een project in het kader van Actie C worden in de periode van 1 januari 2012 tot en
met 31 december 2012 door de minister ontvangen in het aanvraagtijdvak van 15 maart 2012, 9.00 uur tot en met 30 maart 2012,
17.00 uur.
B
Aan artikel C3, eerste lid, wordt een onderdeel toegevoegd dat komt te luiden:
C
Artikel C4 wordt als volgt gewijzigd:
Onder vervanging van de punt door een komma wordt een zinsnede toegevoegd, die komt te luiden: daarbij is het van belang dat
wordt samengewerkt met het bedrijfsleven.
D
Artikel C6, onderdeel a, komt te luiden:
E
In artikel E3 wordt ‘€ 25.200.000,−’ vervangen door: € 77.184.000,−.
F
In artikel E5, lid 3, wordt de zinsnede ‘binnen acht weken beslist’ vervangen door: in afwijking van artikel 8, vijfde lid,
binnen achttien weken beslist.
ARTIKEL II
De onderdelen E en F zijn van toepassing op subsidies die zijn aangevraagd in het aanvraagtijdvak oktober 2011 van Actie E.
ARTIKEL III
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
Om te voorkomen dat aan het einde van de ESF 2007−2013 programmaperiode middelen onbenut blijven, is bezien of er overheveling
van niet benutte middelen plaats kon vinden tussen acties. De voorstellen voor overheveling zijn voorgelegd aan het Monitorcomité
ESF (Comité van toezicht) en geaccordeerd. Vanuit Actie D (scholing voor laagopgeleide werkenden) is vervolgens geld overgeheveld
naar Actie C (voor scholen voor praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs) en Actie E (Sociale innovatie).
Om overheveling mogelijk te maken, wordt de Subsidieregeling ESF 2007−2013 op onderdelen gewijzigd. De wijzigingen worden
hieronder per actie toegelicht.
Wijzigingen in Actie C
Het nieuwe aanvraagtijdvak van Actie C wordt opengesteld van 15 maart tot en met 30 maart 2012. Het maximaal beschikbare bedrag
voor het verlenen van subsidie is daarbij vastgesteld op € 48.000.000,−. Dit is een verdubbeling van het bedrag dat aanvankelijk
zou worden vastgesteld. Bij een overheveling van middelen tussen verschillende prioriteiten, zoals hier het geval is, geldt
nog wel de voorwaarde van artikel 2, derde lid van de subsidieregeling dat de Europese Commissie instemt met een wijziging
van het Operationele Programma. Deze instemming is verzocht en in afwachting hierop wordt de regeling alvast gewijzigd.
Op verzoek van het door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ingestelde Comité van experts (de commissie die de
aanvragen toetst) wordt geregeld dat aanvragers hun aanvraag concreter moeten formuleren en dat uit de aanvraag beter kan
worden opgemaakt of de activiteiten horen bij de aanvragende school (schooleigenheid) (artikel C6 van de regeling). Daarnaast
moeten scholen de gewenste betrokkenheid van het bedrijfsleven meer tot uiting laten komen in hun aanvraag (artikel C4 van
de regeling). Het Comité van experts kan daardoor bij de beoordeling aan de criteria arbeidsmarktgerichtheid, innovatief gehalte
en netwerkgerichtheid rekening houden met de mate waarin het bedrijfsleven betrokken is.
Wijzigingen in Actie E
Bij Actie E Sociale innovatie is het subsidieplafond met terugwerkende kracht opgehoogd van € 25.200.000,− tot € 77.184.000,−.
Door de ophoging van het subsidieplafond kunnen 2.888 extra subsidieaanvragen voor subsidie in aanmerking komen. Het beoordelen
van een kleine drieduizend aanvragen neemt circa tien weken extra in beslag. Om die reden is tegelijkertijd met de ophoging
van het beschikbare budget de termijn waarbinnen op de subsidieaanvraag moet worden beslist met terugwerkende kracht gewijzigd
van acht in achttien weken.
Inwerkingtreding
Het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling vormt een uitzondering op de toepassing van de vaste verandermomenten
en de minimum uitvoeringstermijn van ministeriële regelingen. Dit is omdat de ophoging van het subsidieplafond voor Actie
E zo snel mogelijk bekend moet worden gemaakt, opdat aanvragers weten waar zij aan toe zijn en meer aanvragen kunnen worden
gehonoreerd.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
P. de Krom.