Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 17 november 2011, nr. 240223, houdende wijziging van de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen in verband met het onderzoek van bepaalde rassen van landbouw- en groentegewassen

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op Richtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van respectievelijk Richtlijn 2002/53/EG en Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PbEU 2011, L 175);

Gelet op artikel 17 van het Besluit werkzaamheden Raad voor plantenrassen;

Besluit:

ARTIKEL I

In hoofdstuk 7 van de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen wordt voor artikel 43 het volgende artikel ingevoegd:

Artikel 42a

Indien een Europese richtlijn tot wijziging van een bijlage, genoemd in artikel 10, eerste lid, of artikel 11, eerste lid, daartoe de mogelijkheid biedt, worden onderzoeken die zijn begonnen overeenkomstig de bijlage zoals die gold voor de wijziging van toepassing werd, voortgezet overeenkomstig die eerdere versie van de bijlage.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

TOELICHTING

§ 1 Doel van de regeling

De onderhavige regeling strekt ertoe het overgangsrecht te regelen in geval van wijziging van de bijlagen van Europese richtlijnen, genoemd in de artikelen 10 en 11 van de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen. Daartoe wordt de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen gewijzigd. Met deze wijziging wordt Richtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van respectievelijk Richtlijn 2002/53/EG en Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PbEU 2011, L 175) (hierna: richtlijn 2011/68) geïmplementeerd. Lidstaten dienen de implementatiebepalingen voor die richtlijn uiterlijk 31 december 2011 vast te stellen en moeten die bepalingen toepassen vanaf 1 januari 2012. Een overzicht van de artikelen waarin richtlijn 2011/68 is geïmplementeerd is opgenomen in de transponeringstabel in §5 van deze toelichting.

§ 2 Inhoud

Richtlijn 2011/68 wijzigt een aantal bijlagen betreffende de protocollen die worden gebruikt bij het technisch onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen. In de artikelen 10 en 11 van de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen zijn dynamische verwijzingen opgenomen naar deze bijlagen. Hierdoor is het niet nodig de wijzigingen in de bijlagen te implementeren. De onderhavige wijziging strekt daarom alleen ter implementatie van het overgangsrecht van richtlijn 2011/68.

Dit overgangsrecht houdt in dat lidstaten voor onderzoeken die voor 1 januari 2012 zijn begonnen, de bijlagen in de versie vóór wijziging mogen toepassen. Uit een oogpunt van rechtszekerheid en om praktische redenen is het wenselijk deze regel inderdaad toe te passen. Omdat ook bij eerdere wijzigingen van de bijlagen bij richtlijn 2002/53 en 2002/55 dit overgangsrecht was opgenomen, is de verwachting dat dit ook in de toekomst zal gelden ten aanzien van wijzigingen van deze bijlagen. Derhalve wordt in de Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen nu een algemene overgangsbepaling opgenomen voor deze gevallen, die aansluit bij het Europees geregelde overgangsrecht.

Concreet betekent de bepaling dat, indien de Europese regelgeving die mogelijkheid biedt, onderzoeken die onder een eerdere versie van een protocol zijn begonnen, onder die versie worden voortgezet. Dit laat onverlet dat de aanvrager een onderzoek onder het nieuwe protocol kan aanvragen. Indien blijkt dat het onderzoek bij toepassing van het nieuwe protocol tot een gunstiger resultaat zou leiden, kan daar dus op worden geanticipeerd.

§ 3 Administratieve lasten en nalevingskosten

De regeling betreft de uitvoering van het technisch onderzoek en richt zich tot degene die het onderzoek uitvoert. In Nederland wordt het technisch onderzoek in opdracht van de Raad voor plantenrassen uitgevoerd door Naktuinbouw, een zelfstandig bestuursorgaan. Derhalve leidt deze regeling niet tot extra verplichtingen voor burgers of bedrijven en zijn er geen gevolgen voor de administratieve lasten en nalevingskosten.

§ 4 Vaste verandermomenten

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2012. Er wordt afgeweken van het uitgangspunt voor vaste verandermomenten voor regelgeving dat regelingen twee maanden voor de datum van inwerkingtreding worden gepubliceerd in de Staatscourant. Reden voor die afwijking is het feit dat deze regeling de implementatie van een bindende EU-rechtshandeling betreft.

§ 5 Transponeringstabel

Richtlijn 2011/68

Regeling werkzaamheden Raad voor plantenrassen (Rwrvp) of onderhavige regeling

Beleidskeuze

Artikel 1

Behoeft geen implementatie, reeds geïmplementeerd in artikel 11, eerste lid Rwrvp

Artikel 2

Behoeft geen implementatie, reeds geïmplementeerd in artikel 10, eerste lid Rwrvp

Artikel 3

Artikel 42a Rwrvp

Implementatie overgangsrecht, zie toelichting in §2, tweede alinea.

Artikel 4

Artikel II onderhavige regeling

Artikel 5

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Artikel 6

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker.

Naar boven