Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 1 november 2011, nr. 5714046/Justis/11, strekkende tot aanwijzing van buitengewoon opsporingsambtenaren bij de Afdeling Toezicht en Handhaving van de gemeente Steenwijkerland

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelezen het verzoek van de teamleider van de afdeling Toezicht en Handhaving van de gemeente Steenwijkerland van 17 juli 2011 en de daaropvolgende adviezen van de hoofdofficier van justitie van het Functioneel Parket, de hoofdofficier van justitie te Zwolle/Lelystad en de korpschef van de regiopolitie IJsselland;

Gelet op:

  • artikel 142, eerste lid, aanhef en onder b en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

  • artikel 36, eerste lid, en artikel 41, tweede lid, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

  • artikel 17, eerste lid, aanhef en onder 2°, van de Wet op de economische delicten.

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar: de persoon als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

De personen, werkzaam in de functie van

  • a) controleur openbare ruimte

  • b) toezichthouder BAG

  • c) toezichthouder APV/openbare ruimte

in dienst van de afdeling Toezicht en Handhaving van de gemeente Steenwijkerland, zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

  • 1. De buitengewoon opsporingsambtenaar, als bedoeld in artikel 2, onder a en b, is bevoegd tot het opsporen van de strafbare feiten behorend tot het domein I Openbare Ruimte, van bijlage A-I van de Circulaire Buitengewoon opsporingsambtenaar.

  • 2. De buitengewoon opsporingsambtenaar als bedoeld in artikel 2, onder c, is bevoegd tot het opsporen van de strafbare feiten behorend tot het domein II Milieu, welzijn en infrastructuur, van bijlage A-I van de Circulaire Buitengewoon opsporingsambtenaar.

  • 3. De opsporingsbevoegdheid, bedoeld in het eerste en tweede lid, geldt voor het grondgebied van Nederland, voor zover noodzakelijk voor een goede vervulling van de aan de functie gerelateerde taken.

  • 4. De buitengewoon opsporingsambtenaar vermeldt in zijn processen-verbaal en schriftelijke verslagleggingen het in het eerste of tweede lid genoemde domein.

Artikel 4

Op grond van dit besluit kunnen maximaal 20 personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd, waarvan 15 personen in het domein I Openbare Ruimte en 5 personen in het domein II Milieu, welzijn en infrastructuur.

Artikel 5

  • 1. Als toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de in artikel 3, eerste lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het Arrondissementsparket te Zwolle/Lelystad.

  • 2. Als toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de in artikel 3, tweede lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het Functioneel Parket te Den Haag.

  • 3. Als direct toezichthouder als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de in artikel 3, eerste en tweede lid, bedoelde buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de korpschef van de regiopolitie IJsselland.

Artikel 6

  • 1. De teamleider van de afdeling Toezicht en Handhaving van de gemeente Steenwijkerland brengt jaarlijks, voor 1 april, verslag uit over:

    • a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam in de in artikel 2 genoemde functies;

    • b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

    • c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

  • 2. Dit verslag wordt toegezonden aan in artikel 5 bedoelde toezichthouders, de direct toezichthouder en aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie, dienst Justis, afdeling BTR, postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 8

De de op naam gestelde akten van opsporingsbevoegdheid en beëdiging en de overige benoemingsbescheiden van de buitengewoon opsporingsamtbenaren, als bedoeld in artikel 2, worden voor de duur van hun geldigheid of tot daarover nader zal zijn beslist, geacht te zijn akten en overige benoemingsbescheiden afgegeven mede op basis van het onderhavige besluit.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt vijf jaar na het tijdstip van inwerkingtreding.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de gemeente Steenwijkerland 2011.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 1 november 2011

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

namens deze:

J. Gankema,

Teammanager BTR.

Bezwaar maken

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit bezwaar maken bij de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. U doet dit door schriftelijk een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen binnen zes weken na dagtekening van dit besluit. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar het volgende adres:

Dienst Justis

Team BTR

Postbus 20300

2500 EH Den Haag

U kunt uw bezwaarschrift ook door uw gemachtigde in laten dienen. Als de gemachtigde geen advocaat is, voeg dan een machtiging bij uw bezwaarschrift.

Zorg ervoor dat uw bezwaarschrift in elk geval het volgende bevat:

  • uw naam en adres;

  • de dagtekening;

  • een kopie van het besluit;

  • de gronden van uw bezwaar;

  • uw handtekening of de handtekening van uw gemachtigde.

TOELICHTING

Bij brief van 17 juli 2011 heeft de teamleider van de afdeling Toezicht en Handhaving van de gemeente Steenwijkerland een aanvraag ingediend voor toekenning van een categoriaal besluit voor totaal 20 personen, 15 personen voor het domein I Openbare Ruimte en 5 personen voor het domein II Milieu, welzijn en infrastructuur.

Gelezen de adviezen van de hoofdofficier van justitie te Zwolle/Lelystad, de hoofdofficier van het Functioneel Parket en de korpschef van de regiopolitie IJsselland acht ik de noodzaak tot het verlenen van dit categoriaal besluit aanwezig.

Artikel 8 brengt geen wijziging in de resterende looptijd van de afgegeven aktes.

Naar boven