Besluit intrekking aanwijzing militair luchtvaartterrein Soesterberg

28 oktober 2011

Nr. BS/2011033595

De minister van Defensie,

Handelende na overleg met de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Overwegende dat het militaire luchtvaartterrein Soesterberg door de staatssecretaris van Defensie is aangewezen op grond van de Luchtvaartwet;

Overwegende dat rond het militaire luchtvaartterrein Soesterberg door de staatssecretaris van Defensie in overeenstemming met de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer op grond van de Luchtvaartwet een geluidszone is vastgesteld;

Overwegende dat in de brief van de minister van Defensie aan de Tweede Kamer d.d. 16 september 2003 (kamerstuk 29200 X 4), in het Structuurschema Militaire Terreinen 2 (kamerstuk 28114 16) en in de Nota Ruimte (kamerstuk 29435 154) de beëindiging van de militaire functies van het militaire luchtvaartterrein Soesterberg is aangekondigd;

Overwegende dat de militaire functies van het militaire luchtvaartterrein Soesterberg zijn beëindigd;

Gelet op artikel 29, eerste lid van de Luchtvaartwet;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Het besluit van de staatssecretaris van Defensie tot het aanwijzen van het militaire luchtvaartterrein Soesterberg nr. 260.023/F van 8 juni 1961 (Stcrt. nr. 118), zoals gewijzigd en aangevuld bij Koninklijk Besluit nr. 42 van 3 juli 1962 (Stcrt. nr. 185), wordt ingetrokken.

  • 2. Het besluit van de staatssecretaris van Defensie tot het vaststellen van de geluidszone rond het militaire luchtvaartterrein Soesterberg nr. MG93019049/MG93019055 van 22 maart 1993 (Stcrt. nr. 61), nadien gewijzigd door een voorlopige voorziening van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 24 november 2004 nr. 200403892/1, wordt ingetrokken.

Artikel 2

Aan degene die door dit besluit schade lijdt of zal lijden, wordt op verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toegekend, voor zover die schade redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet, of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit intrekking aanwijzing militair luchtvaartterrein Soesterberg.

Dit besluit wordt bekendgemaakt in de Staatscourant en in de daarvoor in aanmerking komende plaatselijke bladen, waarbij wordt gewezen op de mogelijkheid tot het indienen van bezwaar.

Een exemplaar van dit besluit wordt gezonden aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, de besturen van de provincie Utrecht en de gemeenten Amersfoort, De Bilt, Leusden, Soest en Zeist, de commissie bedoeld in artikel 28 van de Luchtvaartwet, alsmede aan:

  • Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Inspectie Verkeer en Waterstaat;

  • Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Directoraat-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken;

  • Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Directie Leefomgevingskwaliteit;

  • Ministerie van Financiën, Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf directie West;

  • Ministerie van Financiën, Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf directie Ontwikkeling;

  • Luchtverkeersleiding Nederland;

  • Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart;

  • Amsterdamsche Club voor Zweefvliegen.

Den Haag, 28 oktober 2011

De minister van Defensie,

J.S.J. Hillen.

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan de minister van Defensie ter attentie van de Commissie advisering bezwaarschriften Directie Juridische Zaken, Postbus 20701, 2500 ES Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en moet ten minste bevatten: de naam en het adres van de indiener; de dagtekening; een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; de gronden van het bezwaar. Indien onverwijlde spoed dat vereist, is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen aan de President van de Rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de indiener van het bezwaar zijn woonplaats heeft. Voor het behandelen van een verzoek om voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd. Nadere informatie hierover kan worden verkregen bij de Rechtbank.

TOELICHTING

In de brief van de minister van Defensie aan de Tweede Kamer van 16 september 2003 (kamerstuk 29200 X 4) is beëindiging van de militaire functies van het militaire luchtvaartterrein Soesterberg aangekondigd. Ook in het Structuurschema Militaire Terreinen 2 (kamerstuk 28114 16), alsmede in de Nota Ruimte (kamerstuk 29435 154) is de sluiting aangekondigd. Sinds eind 2008 zijn de militaire functies naar elders verplaatst en is het militaire luchtvaartterrein als zodanig gesloten. Het gebied zal voor andere doeleinden worden herontwikkeld.

Recreatief burgermedegebruik van het militaire luchtvaartterrein Soesterberg vindt plaats in de vorm van zweefvliegen op basis van een ontheffing op grond van artikel 34 van de Luchtvaartwet. Na inwerkingtreding van dit intrekkingsbesluit kan het zweefvliegen worden voortgezet op een zweefvliegterrein binnen de grenzen van het huidige militaire luchtvaartterrein Soesterberg op basis van een besluit van de minister van Verkeer en Waterstaat op grond van het Besluit inrichting en gebruik niet aangewezen luchtvaartterreinen. Dat besluit van 22 april 2009 nr. VENW/IVW-2009/6024 is gepubliceerd op 28 april 2009 en treedt in werking op het moment dat het onderhavige intrekkingsbesluit in werking treedt.

Naar boven