Meerstad-Midden, uitwerkingsplan Meeroevers II/a

Het college van burgemeester en wethouders heeft in zijn vergadering van 25 oktober 2011 het uitwerkingsplan Meerstad-Midden, uitwerkingsplan Meeroevers II/a gewijzigd vastgesteld.

De wijzigingen betreffen enkele verduidelijkingen en correcties, waaronder het opheffen van de overlap van twee aanduidingen op het Talingeneiland.

Het vastgestelde plan ligt met ingang van donderdag 3 november tot en met donderdag 15 december 2011 voor eenieder ter inzage bij het publiekscentrum in het gemeentehuis te Slochteren en bij Bureau Meerstad, Hoofdweg 143 te Harkstede. Gedurende deze periode is het plan ook te raadplegen via de gemeentelijke website: www.slochteren.nl, onder Wonen − Ruimtelijke Ordening − Meerstad − vastgestelde Ruimtelijke Plannen.

Er zijn geen zienswijzen ingediend. Een belanghebbende aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij niet overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening en de Algemene wet bestuursrecht zijn zienswijze naar voren heeft gebracht, kan met ingang van vrijdag 4 november tot en met donderdag 15 december 2011 beroep instellen tegen het plan. Eveneens kan een ieder gedurende bovengenoemde termijn beroep instellen tegen de wijzigingen die bij de vaststelling van het plan zijn aangebracht ten opzichte van het ontwerp.

Het beroep kan worden ingesteld bij:

Raad van State

Afdeling bestuursrechtspraak

Postbus 20019

2500 EA Den Haag.

Voor het behandelen van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd.

Het besluit tot vaststelling van het plan treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt. Het beroep heeft geen schorsende werking. Als tijdens de beroepstermijn een voorlopige voorziening wordt gevraagd bij de Raad van State wordt de werking van het besluit opgeschort totdat op dat verzoek is beslist.

Op het besluit is Afdeling 2 van de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dat betekent dat onder meer dat geen beroep kan worden ingesteld door een niet tot de centrale overheid behorende rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld of een niet tot de centrale overheid behorend bestuursorgaan.

Het beroepschrift moet bij indiening in ieder geval bevatten:

• de naam en het adres van de indiener;

• de dagtekening;

• een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht;

• de gronden van het beroep.