Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 4 oktober 2011, nr. IenM/BSK-2011/127158 tot wijziging van de Regeling taken Dienst Wegverkeer en enkele andere ministeriële regelingen in verband met een experiment met begeleid rijden

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 4b, tweede lid, onderdeel b, en 130, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 en de artikelen 173k, tweede lid, onderdeel a, 173u, eerste en derde lid, en 173aa, vijfde lid, van het Reglement rijbewijzen;

Besluit:

ARTIKEL I

Na artikel 2 van de Regeling taken Dienst Wegverkeer wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a Aanvullende taken Dienst Wegverkeer in verband met begeleid rijden

In het kader van het experiment met begeleid rijden als bedoeld in hoofdstuk VIIIb van het Reglement rijbewijzen worden aan de Dienst Wegverkeer de volgende taken opgedragen:

• a. het registreren van aanmeldingen als begeleider in het kader van het experiment begeleid rijden en het beoordelen van de aangemelde personen op hun geschiktheid als begeleider;

• b. het behandelen van aanvragen voor begeleiderspassen en de afgifte van begeleiderspassen;

• c. het verwerken van gegevens omtrent de begeleider en de begeleiderspas in het rijbewijzenregister;

• d. het innen van de kosten van de aanvraag van de begeleiderspas als bedoeld in artikel 173u, eerste lid, van het Reglement rijbewijzen die € 35,00 bedragen.

ARTIKEL II

Bijlage 2 bij de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid wordt als volgt gewijzigd:

A

Voor de aanhef ‘Indien van toepassing’ wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

Vordering in het kader van begeleid rijden

• Betrokkene die voor zijn achttiende verjaardag in het kader van begeleid rijden een rijbewijs voor de categorie B heeft behaald, heeft in de periode tot zijn achttiende verjaardag een motorrijtuig bestuurd zonder een op de begeleiderspas geregistreerde begeleider, dan wel met een begeleider van wie hij weet dat deze onder zodanige invloed verkeert van een stof, waarvan het gebruik – al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof – de rijvaardigheid kan verminderen, dat deze niet tot behoorlijk begeleiden in staat moet worden geacht.

B

Onder de aanhef ‘Indien van toepassing’ wordt onder vervanging van de punt aan het slot van het laatste gedachtestreepje door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

• betrokkene die voor zijn achttiende verjaardag in het kader van begeleid rijden een rijbewijs voor de categorie B heeft behaald, heeft in de periode tot zijn achttiende verjaardag een motorrijtuig bestuurd zonder een op de begeleiderspas geregistreerde begeleider, dan wel met een begeleider van wie hij weet dat deze onder zodanige invloed verkeert van een stof, waarvan het gebruik – al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof – de rijvaardigheid kan verminderen, dat deze niet tot behoorlijk begeleiden in staat moet worden geacht.

ARTIKEL III

De Regeling vaststelling modellen rijbewijzen en daarmee verband houdende formulieren wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van Model 7D door een puntkomma een model in gevoegd, luidende:

Model 8a: Begeleiderspas.

B

In de bijlage wordt aan het slot een model opgenomen, luidende:

Model 8a: Begeleiderspas

ARTIKEL IV

Indien de artikelen I, onderdelen A, E tot en met DD, en GG tot en met PP, en II tot en met VIII van de wet van 4 juni 2010 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de aanpassing van de vorderingsprocedure en de invoering van het alcoholslotprogramma (Stb. 259) eerder in werking is getreden dan artikel I, onderdeel H, van het Tijdelijk besluit begeleid rijden, dan wordt in artikel II van deze regeling in de aanhef ‘de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid’ vervangen door: de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011.

ARTIKEL V

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 november 2011.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.

TOELICHTING

In verband met de invoering van het experiment met begeleid rijden zijn ook enkele ministeriële regelingen gewijzigd. Het betreft hier de Regeling taken Dienst Wegverkeer, de Regeling vaststelling modellen rijbewijzen en daarmee verband houdende formulieren en bijlage 2 bij de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011.

Voor een beschrijving van het experiment, alsmede van de gevolgen voor de administratieve lasten, wordt verwezen naar de nota van toelichting bij het Tijdelijk besluit begeleid rijden.

De aanpassing van de Regeling taken Dienst Wegverkeer is het gevolg van het feit dat het experiment met ‘begeleid rijden’ leidt tot extra taken van de Dienst Wegverkeer. In het nieuwe artikel 2a worden deze taken vastgelegd. Tevens is in dit artikel, ter uitvoering van artikel 173u, eerste lid, van het Reglement rijbewijzen, het bedrag vastgesteld voor de aanvraag van de begeleiderspas. Dit bedrag is vastgesteld op € 35,00 en omvat alle kosten van het CBR en de RDW maken voor de registratie, productie en afgifte van de begeleiderspas.

Verder is in bijlage 2 bij de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 een aanpassing opgenomen in het formulier dat door de politie wordt gebruikt voor het uitbrengen van mededelingen. In dit formulier is op basis van artikel 173aa, vijfde lid, van het Reglement rijbewijzen de verwijzing opgenomen naar het uitbrengen van een mededeling in die gevallen waarin een deelnemer aan begeleid rijden die jonger is dan 18 jaar een motorrijtuig van de categorie B bestuurt zonder begeleider of indien wel een begeleider naast hem zit, maar van wie hij weet dat deze onder zodanige invloed verkeert van een stof, waarvan het gebruik – al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof – de rijvaardigheid kan verminderen, dat deze niet tot behoorlijk begeleiden in staat moet worden geacht. Hierbij is uitgegaan van de situatie waarin de regelgeving met betrekking tot het alcoholslotprogramma eerder in werking is getreden dan de regelgeving met betrekking tot het experiment met ‘begeleid rijden’. In artikel IV is voorzien in een samenloopbepaling voor het geval de regelgeving met betrekking tot het alcoholslotprogramma later in werking treedt dan de regelgeving met betrekking tot het experiment met ‘begeleid rijden’.

De in artikel III opgenomen aanpassing van de Regeling vaststelling modellen rijbewijzen en daarmee verband houdende formulieren is noodzakelijk voor de vastlegging van de begeleiderspas.

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten.

Er wordt een uitzondering gemaakt op de systematiek van vaste verandermomenten, omdat het gaat om regelgeving waarbij de doelgroep gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.