Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 24 september 2011, nr. VO/FBI-2011/330515, houdende de aanpassing van de bekostiging voor de exploitatiekosten voortgezet onderwijs voor kalenderjaar 2011 en vaststelling van de bekostiging voor de exploitatiekosten voortgezet onderwijs voor kalenderjaar 2012 (Regeling aanpassing 2011 en bekostiging exploitatiekosten voortgezet onderwijs, kalenderjaar 2012)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

Gelet op de artikelen 86, vijfde en zesde lid, en 89, eerste lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Besluit:

BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

minister:

Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

wet:

Wet op het voortgezet onderwijs;

vwo:

voorbereidend wetenschappelijk onderwijs;

havo:

hoger algemeen voortgezet onderwijs;

mavo:

middelbaar algemeen voortgezet onderwijs;

vbo:

voorbereidend beroepsonderwijs;

praktijkonderwijs:

praktijkonderwijs als bedoeld in artikel 10f van de wet;

lwoo:

leerwegondersteunend onderwijs;

onderwijsinhoudcode:

code die de schoolsoort, afdeling of leerjaren aangeeft;

school:

school voor vwo, havo, mavo, vbo of praktijkonderwijs;

afdeling:

afdeling voor vbo, lwoo verbonden aan een school voor vbo of aan een scholengemeenschap waarvan ten minste een school voor vbo deel uitmaakt;

isp:

intrasectoraal of intersectoraal programma binnen de leerwegen.

KALENDERJAAR 2011

Artikel 2. Aanpassing 2011

Het bedrag, genoemd in artikel 3 van de Regeling aanpassing 2010 en bekostiging exploitatiekosten voortgezet onderwijs, kalenderjaar 2011 wordt vastgesteld op € 16.606,80.

KALENDERJAAR 2012

Artikel 3. Bedrag per school

Het bedrag per school, bedoeld in artikel 86, derde lid, onderdeel a, van de wet wordt vastgesteld op € 16.606,80.

Artikel 4. Bedrag afhankelijk van de normatieve ruimtebehoefte

Het bedrag, bedoeld in artikel 86, derde lid, onderdeel b, van de wet bestaat uit een vast bedrag per school en een bedrag per leerling. Het vaste bedrag per school wordt vastgesteld op € 15.160,70 en het bedrag per leerling is opgenomen in artikel 5, eerste lid.

Artikel 5. Bedragen per leerling

  • 1. Het bedrag per leerling, bedoeld in artikel 4, is het bedrag van de desbetreffende schoolsoort, leerjaren of afdeling zoals aangegeven in kolom II van tabel 1.

  • 2. Het bedrag, bedoeld in artikel 86, derde lid, onderdeel c, van de wet is de som van de bedragen per leerling van de desbetreffende schoolsoort, leerjaren of afdeling zoals aangegeven in de kolommen I en III van tabel 1.

  • 3. De bedragen in de kolommen I, II en III van tabel 1 betreffen de bekostiging in verband met respectievelijk schoonmaken, onderhoud van het gebouw en terrein en overige exploitatiekosten.

  • 4. De som van de bedragen per leerling, bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt op grond van artikel 86, derde lid, onderdeel d, van de wet verhoogd met een toeslag lwoo zoals aangegeven in de kolommen I, II en III van tabel 1 ingeval een leerling per 1 oktober 2011 is ingeschreven bij een afdeling voor lwoo.

  • 5. In bijlage 1 van deze regeling is opgenomen welke onderwijsinhoudcodes vallen onder de relevante schoolsoorten, leerjaren en afdelingen, opgenomen in het zesde lid.

    Tabel 1, behorende bij artikel 5

    Bedragen voor de bekostiging van de exploitatiekosten per leerling van de desbetreffende schoolsoort, leerjaren en afdeling in euro’s:

    Groep

    Schoolsoort

    leerjaren en afdeling

    I

    II

    III

    I+II+III

    1

    vwo, havo, mavo of vbo

    1 en 2

    175,40

    132,56

    396,64

    704,60

    2

    vwo, havo of mavo1

    3 t/m 6

    144,95

    107,17

    330,90

    583,02

    3

    mavo/vbo:

    gemengde leerweg

    3 en 4 van alle afdelingen en isp’s

    181,09

    132,56

    558,73

    872,38

    4

    vbo1

    3 en 4 van de afdeling:

    a. landbouw en natuurlijke omgeving

    b. isp landbouw breed

    3, 4, 5 en 6 van de afdeling:

    c. borging experiment VM2 VMBO basisberoepsgerichte leerweg landbouw en natuurlijke omgeving

    150,65

    132,56

    761,79

    1.045,00

    5

    vbo1

    3 en 4 van de afdeling:

    a. bouwtechniek

    b. metaaltechniek

    c. elektrotechniek

    d. voertuigentechniek

    e. installatietechniek

    f. transport en logistiek

    g. isp bouw breed

    h. isp metalektro

    i. isp instalektro

    j. verzorging

    k. uiterlijke verzorging

    l. isp zorg en welzijn breed

    m. mode en commercie

    n. consumptief

    o. isp consumptief breed

    p. handel en verkoop

    q. administratie

    r. isp handel en administratie

    s. isp techniek breed

    t. ict

    u. sport, dienstverlening en veiligheid

    v. technologie en commercie

    w. technologie en dienstverlening

    x. dienstverlening en commercie

    3, 4, 5 en 6 van de afdeling:

    y. borging experiment VM2 VMBO, basisberoepsgerichte leerweg techniek, zorg en welzijn, economie,

    intersectoraal programma

    260,52

    246,09

    1.118,14

    1.624,75

    6

    vbo1

    3 en 4 van de afdeling:

    a. grafimedia

    alle leerjaren van de afdeling:

    b. nautisch onderwijs

    214,09

    279,95

    1.666,42

    2.160,46

    7

    praktijkonderwijs

    kent geen leerjaren maar inschrijvingsjaren

    193,99

    132,56

    832,56

    1.159,11

    8

    toeslag lwoo

    1 en 2

    4,12

    11,99

    82,38

    98,49

    9

    toeslag lwoo

    3 en 4

    4,65

    22,56

    240,43

    267,64

    X Noot
    1

    de theoretische leerweg valt onder de schoolsoort mavo en de beroepsgerichte leerwegen vallen onder de schoolsoort vbo

Artikel 6. Bekostiging categoriale vbo-school voor landbouw

In afwijking van artikel 5 worden de bedragen voor de bekostiging van de exploitatiekosten per leerling van de categoriale vbo-school voor landbouw en afdelingen als volgt vastgesteld:

Schoolsoort

leerjaren en afdeling

I

II

III

I+II+III

Vbo

alle leerjaren van de afdeling landbouw en natuurlijke omgeving en van het isp landbouw breed, en

3, 4, 5 en 6 van de afdeling: borging experiment VM2 VMBO, basisberoepsgerichte leerweg landbouw en natuurlijke omgeving

150,65

107,17

518,71

776,53

toeslag lwoo

alle leerjaren, en

3, 4, 5 en 6 van de afdeling: borging experiment VM2 VMBO, basisberoepsgerichte leerweg landbouw en natuurlijke omgeving

4,65

22,56

240,43

267,64

Artikel 7. Lesmateriaal

  • 1. Met inachtneming van artikel 6e van de wet wordt voor het schooljaar 2012–2013 een bedrag betaalbaar gesteld van € 321,50 per leerling. Op schoolniveau wordt het aantal ingeschreven leerlingen op de teldatum van 1 oktober 2011 aan een school of scholengemeenschap in het voortgezet onderwijs vermenigvuldigd met het bedrag, bedoeld in de eerste volzin. Het op deze wijze berekende bedrag voor lesmateriaal wordt in de maand juni 2012 aan het bevoegd gezag van de desbetreffende school of scholengemeenschap betaalbaar gesteld.

  • 2. Op grond van artikel 89, eerste lid, van de wet is het in het eerste lid bedoelde bedrag ook bestemd voor leerlingen als bedoeld in artikel 7b, tweede lid, van het Bekostigingsbesluit W.V.O.

Artikel 8. Aanvullende bekostiging nevenvestiging met spreidingsnoodzaak

Indien de minister op grond van artikel 85a van de wet aan het bevoegd gezag van een school met een nevenvestiging in verband met spreidingsnoodzaak een aanvullende bekostiging voor personeelskosten toekent, wordt aanvullende bekostiging voor de exploitatiekosten verstrekt ten bedrage van € 15.160,70 per nevenvestiging.

Artikel 9. Aanvullende bekostiging scholen onder de opheffingsnorm

In geval de minister ten aanzien van een school artikel 108, vierde lid, van de wet toepast, wordt aan het bevoegd gezag aanvullende bekostiging voor de exploitatiekosten verstrekt ten bedrage van € 10.674,22 per school.

Artikel 10. Inwerkingtreding en duur

Deze regeling treedt in werking op een bij ministeriële regeling te bepalen tijdstip.

Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2013.

Artikel 11. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanpassing 2011 en bekostiging exploitatiekosten voortgezet onderwijs, kalenderjaar 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

BIJLAGE 1 BEHORENDE BIJ ARTIKEL 5, VIJFDE LID, VAN DE REGELING AANPASSING 2011 EN BEKOSTIGING EXPLOITATIEKOSTEN VOORTGEZET ONDERWIJS, KALENDERJAAR 2012

Onderwijsinhoudcodes

De onderwijsinhoudcodes van de schoolsoort vbo hebben betrekking op de beroepsgerichte leerwegen (de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg), inclusief de leerwerktrajecten en assistentenopleidingen.

De onderwijsinhoudcodes van de schoolsoort mavo hebben betrekking op de theoretische leerweg.

Groep

schoolsoort

leerjaren en afdeling

onderwijsinhoudcode

onderwijsinhoudcode leerwegondersteunend onderwijs

1

vwo, havo, mavo of vbo

1 en 2

0011, 0012, 0013, 0015, 0016, 0017, 0022, 0023, 0024, 0031, 0032, 0033, 0100, 0200, 0300, 0400, 0700,

4011, 4021, 4031, 4040,

0041, 0042, 0043, 0044, 0045, 0046, 2210, 4050

2

vwo, havo of mavo

3 t/m 6

0015, 0017, 0100, 0170, 0171, 0172, 0173, 0174, 0175, 0176, 0177, 0178, 0179, 0200, 0270, 0271, 0272, 0273, 0274, 0275, 0276, 0277, 0278, 0279, 0300, 0370, 0371, 0372, 0373, 0374, 0375, 0376, 0377, 0378, 0379, 0400, 0700, 0800,

4011, 4016, 4021, 4026, 4031, 4036, 4040, 4045,

2210, 4050,4055

3

mavo/vbo:

gemengde leerweg

3 en 4 van alle afdelingen en isp’s

2711, 2712, 2713, 2714, 2715, 2716, 2717, 2718, 2719, 2720, 2721, 2722, 2723, 2731, 2732, 2741, 2751, 2752, 2753, 2754, 2761, 2762, 2771, 2781, 3413, 3423, 3441, 3442, 3443, 3444, 3453, 3463, 3473

2311, 2312, 2313, 2314, 2315, 2316, 2317, 2318, 2319, 2320, 2321, 2322, 2323, 2331, 2332, 2341, 2351, 2352, 2353, 2354, 2361, 2362, 2371, 2381, 3313, 3323, 3341, 3342, 3343, 3344, 3353, 3363, 3373

4.a

Vbo

3 en 4 van de afdeling landbouw en natuurlijke omgeving

2871, 2971, 3071, 3271

2471, 2571, 2671, 3171

4.b

Vbo

3 en 4 van het isp landbouw breed

2881, 2981, 3081, 3281

2481, 2581, 2681, 3181

4.c

Vbo

3,4,5 en 6 borging exp. VM2 VMBO Basisbg. LW

Landb. LNO

4371

4271

5.a

Vbo

3 en 4 van de afdeling bouwtechniek

2811, 2911, 3011, 3211

2411, 2511, 2611, 3111

5.b

Vbo

3 en 4 van de afdeling metaaltechniek

2812, 2912, 3012, 3212, 3220

2412, 2512, 2612, 3112, 3120

5.c

Vbo

3 en 4 van de afdeling elektrotechniek

2813, 2913, 3013, 3213

2413, 2513, 2613, 3113

5.d

Vbo

3 en 4 van de afdeling voertuigentechniek

2814, 2914, 3014, 3214

2414, 2514, 2614, 3114

5.e

Vbo

3 en 4 van de afdeling installatietechniek

2815, 2915, 3015, 3215

2415, 2515, 2615, 3115

5.f

Vbo

3 en 4 van de afdeling transport en logistiek

2817, 2917, 3017, 3217

2417, 2517, 2617, 3117

5.g

Vbo

3 en 4 van het isp bouw breed

2823, 2923, 3023, 3223

2423, 2523, 2623, 3123

5.h

Vbo

3 en 4 van het isp metalektro

2821, 2921, 3021, 3221

2421, 2521, 2621, 3121

5.i

Vbo

3 en 4 van het isp instalektro

2822, 2922, 3022, 3222

2422, 2522, 2622, 3122

5.j

Vbo

3 en 4 van de afdeling verzorging

2831, 2931, 3031, 3231

2431, 2531, 2631, 3131

5.k

Vbo

3 en 4 van de afdeling uiterlijke verzorging

2832, 2932, 3032, 3232

2432, 2532, 2632, 3132

5.l

Vbo

3 en 4 van het isp zorg en welzijn breed

2841, 2941, 3041, 3241

2441, 2541, 2641, 3141

5.m

Vbo

3 en 4 van de afdeling mode en commercie

2820, 2853, 2920, 2953, 3020, 3053, 3253

2420, 2453, 2520, 2553, 2620, 2653, 3153

5.n

Vbo

3 en 4 van de afdeling consumptief

2854, 2954, 3054, 3254

2454, 2554, 2654, 3154

5.o

Vbo

3 en 4 van het isp consumptief breed

2861, 2961, 3061, 3261

2461, 2561, 2661, 3161

5.p

Vbo

3 en 4 van de afdeling handel en verkoop

2852, 2952, 3052, 3252

2452, 2552, 2652, 3152

5.q

Vbo

3 en 4 van de afdeling administratie

2851, 2951, 3051, 3251

2451, 2551, 2651, 3151

5.r

Vbo

3 en 4 van het isp handel en administratie

2862, 2962, 3062, 3262

2462, 2562, 2662, 3162

5.s

Vbo

3 en 4 van het isp techniek breed

3411, 3412, 3414

3311, 3312, 3314

5.t

Vbo

3 en 4 van de afdeling ict

3421, 3422, 3424

3321, 3322, 3324

5.u

Vbo

3 en 4 van de afdeling sport, dienstverlening en veiligheid

3431, 3432, 3434

3331, 3332, 3334

5.v

Vbo

3 en 4 van de afdeling technologie en commercie

3451, 3452, 3454

3351, 3352, 3354

5.w

Vbo

3 en 4 van de afdeling technologie en dienstverlening

3461, 3462, 3464

3361, 3362, 3364

5.x

Vbo

3 en 4 van de afdeling dienstverlening en commercie

3471, 3472, 3474

3371, 3372, 3374

5.y

Vbo

3,4,5 en 6 borging exp. VM2 VMBO Basisbg. LW

Techn., ZrgWlz., Ec., Intersect. Prog.

4311, 4331, 4351, 4391

4211, 4231, 4251, 4291

6.a

Vbo

3 en 4 van de afdeling grafimedia

2816, 2916, 3016, 3216

2416, 2516, 2616, 3116

6.b

Vbo

alle leerjaren van de afdeling nautisch onderwijs

1908, 1915, 2818, 2819, 2918, 2919, 3018, 3019, 3218, 3219

1393, 1397, 2418, 2419, 2518, 2519, 2618, 2619, 3118, 3119

7

Praktijk-onderwijs

kent geen leerjaren

0090

 

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling regelt voor scholen en scholengemeenschappen in het voortgezet onderwijs het volgende:

  • de aanpassing van de bekostiging voor de exploitatiekosten in 2011 in verband met de gewijzigde financiering van de aanvullende bekostiging voor het opstellen van een regionaal plan onderwijsvoorzieningen (RPO).

  • de vaststelling van de bekostiging voor de exploitatiekosten en het lesmateriaal voor het kalenderjaar 2012.

Conform artikel 86, zevende lid, van de wet, worden uiterlijk 1 oktober de bedragen van de bekostiging voor de exploitatiekosten voor het daarop volgende kalenderjaar in de Staatscourant bekend gemaakt. De regeling wordt gelijktijdig met de bekendmaking in de Staatscourant vier weken bij de Tweede Kamer voorgehangen.

In de Regeling aanpassing 2010 en bekostiging exploitatiekosten voortgezet onderwijs, kalenderjaar 2011 zijn de bedragen voor bekostiging van de exploitatiekosten voor het gehele kalenderjaar 2011 bekendgemaakt. Hierin wordt een kleine wijziging aangebracht en betreft alleen het bedrag per school. Daarnaast regelt deze regeling ook de bekostiging van de exploitatiekosten voor het kalenderjaar 2012. De scholen hoeven geen aanvraag in te dienen voor de aanpassing van de bekostigingsbedragen in 2011 en de bekostiging vanaf 2012.

Ontwikkeling in de hoogte van de bedragen

In deze regeling is er sprake van de volgende wijziging van de Regeling aanpassing 2010 en bekostiging exploitatiekosten voortgezet onderwijs, kalenderjaar 2011. Recent is door het kabinet besloten om voor 2011 geen prijsbijstelling beschikbaar te stellen. Dit betekent dat de bedragen voor de bekostiging van de exploitatiekosten per leerling en de kosten voor het lesmateriaal hiervoor niet worden aangepast. Wel wordt het bedrag per school aangepast als gevolg van de gewijzigde financiering van de aanvullende bekostiging voor het opstellen van een regionaal plan onderwijsvoorzieningen. Deze middelen van € 0,3 mln. worden vanaf 2011 via de exploitatiekosten aan alle scholen beschikbaar gesteld. Daarvoor is het bedrag per school voor overige exploitatiekosten verhoogd.

Met ingang van 1 januari 2012 worden de bedragen voor de exploitatiekosten en het lesmateriaal vastgesteld conform de artikelen 3 tot en met 9 van deze regeling. Naast de hiervoor beschreven maatregel voor 2011 worden voor 2012 de volgende maatregelen in de bedragen voor de bekostiging van de exploitatiekosten per leerling verwerkt:

  • uitvoeringskosten regelingen bovenwettelijke sociale zekerheid e.v. (€ 0,6 mln.). Tot en met 2011 worden deze uitvoeringskosten via een afzonderlijke subsidiebeschikking aan de VO-raad gefinancierd. Dat leidt echter tot versnippering en past niet bij de verantwoordelijkheden die bij de scholen, besturen en werkgeversorganisaties zijn belegd. Het kabinetsbeleid is er juist op gericht om minder via subsidies te regelen en meer via de reguliere lumpsumbekostiging te laten verlopen. Met ingang van 1 januari 2012 worden deze uitvoeringskosten dan ook opgenomen in de materiële component van de lumpsumbekostiging. Dat gebeurt via een verhoging van het bedrag per leerling voor de bekostiging van de overige exploitatiekosten per leerling. In de tabel behorend bij artikel 5 is deze verhoging in kolom III verwerkt. Gemiddeld gaat het om een bedrag van ongeveer € 0,66 per leerling. De VO-raad zal de bijdrage aan de uitvoeringskosten op basis van de werkelijk gemaakte kosten bij de scholen innen en zorgdragen voor financiering van de uitvoerder van de regelingen. Aan scholen die geen lid zijn van de VO-raad wordt een mandaat gevraagd op basis waarvan de VO-raad vervolgens de bijdrage aan de uitvoeringskosten factureert.

  • ARBO-VO-verzuimbeleid (€ 1,96 mln.). Ook de afzonderlijke subsidie aan de VO-raad voor de Arbo, Verzuim en Re-integratie taken (AVR-taken) en het faciliteren van het Arboservicepunt VO (www.arbo-vo.nl) voor het uitvoeren van de AVR taken wordt met ingang van 1 januari 2012 opgenomen in de materiële component van de lumpsumbekostiging. Dat gebeurt via een verhoging van het bedrag per leerling voor de bekostiging van de overige exploitatiekosten per leerling. In de tabel behorend bij artikel 5 is deze verhoging in kolom III verwerkt. Gemiddeld gaat het om een bedrag van ongeveer € 2,12 per leerling. De AVR-taken (thans belegd bij Arbo-VO) alsmede activiteiten ten behoeve van de onderwijsarbeidsmarkt (thans belegd bij het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt) zullen vanaf 1 januari 2012 worden voortgezet vanuit het A&O-fonds VO.

  • Vensters voor Verantwoording (€ 1,0 mln.). Door de vo-onderwijssector is de afgelopen jaren, met directe projectsubsidie vanuit het ministerie van OCW, Vensters voor Verantwoording ontwikkeld. Daarmee hebben scholen onder andere een instrument in handen gekregen waarmee essentiële informatie, veelal in de vorm van indicatoren, over het reilen en zeilen van de school beschikbaar komt. Deze informatie komt zo beschikbaar dat deze eenvoudig op de schoolwebsite is te plaatsen. Met het zo gepresenteerde feitenmateriaal faciliteert de school het gesprek met de schoolomgeving, in het bijzonder de ouders, over het functioneren van de school. Ook biedt Vensters voor Verantwoording individuele scholen de mogelijkheid om zich op allerlei kenmerken te vergelijken met andere (groepen van) scholen. De indicatoren bieden zo een goed handvat voor scholen voor profilering van de school en het sturen – binnen de school – op resultaten. Vensters voor Verantwoording is enkel mogelijk door goede samenwerking tussen de scholen binnen de vo-sector. Naast het versterken van de verantwoording en van resultaatgericht werken is het regeringsbeleid om de zeggenschap op de inzet van de beschikbare middelen zo dicht mogelijk bij het primaire proces op de scholen te beleggen en daarmee minder bij de overheid. Dit zijn dan ook de redenen om Vensters voor Verantwoording te blijven steunen in de exploitatiefase en dit te doen door met ingang van 1 januari 2012 structureel € 1,0 mln. toe te voegen aan de materiële component van de lumpsumbekostiging. Dat gebeurt via een verhoging van het bedrag per leerling voor de bekostiging van de overige exploitatiekosten per leerling. In de tabel behorend bij artikel 5 is deze verhoging in kolom III verwerkt. Gemiddeld gaat het om een bedrag van ongeveer € 1,08 per leerling. Daarnaast zal Vensters voor Verantwoording gebruik kunnen maken van de faciliteiten die via stichting Kennisnet zullen worden geboden.

  • De desbetreffende bedragen zijn in overleg met de VO-raad met absolute bedragen per leerling verhoogd. De reden hiervoor is dat het hier gaat om voormalige projectsubsidies die rechtstreeks via de VO-raad worden gefinancierd en vanaf 1 januari 2012 via de exploitatiebekostiging van de scholen. Het werken met absolute bedragen per leerling biedt de noodzakelijke transparantie die nodig is voor de verrekening van de kosten. Het betekent wel dat het niet geldt voor toeslagen, zoals voor lwoo, omdat de verhoging al is verwerkt in de betreffende vmbo-tarieven per leerling.

Uitbetaling

De bekostiging van de exploitatiekosten voor 2011 wordt opnieuw vastgesteld met het Overzicht financiële beschikkingen van november 2011 met inachtneming van de nieuwe bedragen in deze regeling. De bekostigingsbedragen voor het kalenderjaar 2012 worden in de maand december door DUO berekend en met ingang van 1 januari 2012 maandelijks betaalbaar gesteld.

Administratieve lasten

Deze aanpassingen hebben geen gevolgen voor de administratieve lasten. De bekostiging wordt door DUO berekend en ambtshalve verstrekt. De scholen hoeven geen aanvraag in te dienen voor de bekostiging. Wel zal in incidentele gevallen aan de VO-raad mandaat verleend moeten worden. Het gaat echter om een zeer gering aantal en dat leidt dan ook tot minimale administratieve lasten.

Vaste Verander Momenten

De in deze regeling opgenomen aanpassingen treden in werking op een bij ministeriële regeling te bepalen tijdstip. De aanpassingen konden echter niet twee maanden van te voren gepubliceerd worden omdat de besluitvorming rond de desbetreffende onderdelen pas in de loop van het kalenderjaar bekend is geworden. Dit is een voorziene afwijking van de procedure rond de vaste verandermomenten.

Voorhang regeling

Overeenkomstig artikel 86, zevende lid, van de wet is deze regeling gelijktijdig met de bekendmaking in de Staatscourant aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal voorgelegd.

Artikelsgewijs

KALENDERJAAR 2011

Artikel 2. Aanpassing 2011

Per 1 januari 2011 wijzigt alleen het bedrag per school. De verhoging heeft te maken met de gewijzigde financiering van de aanvullende bekostiging voor het opstellen van een regionaal plan onderwijsvoorzieningen. Deze verloopt nu via de reguliere materiële bekostiging. In de Regeling voorzieningenplanning VO was dat al aangekondigd.

KALENDERJAAR 2012

Artikel 3. Bedrag per school

Het bedrag per school, bedoeld in artikel 86, derde lid, onderdeel a, van de wet, is de som van een vast bedrag per school voor schoonmaken van € 5.932,58 en een vast bedrag per school voor overige exploitatiekosten van € 10.674,22.

Artikel 4. Bedrag afhankelijk van de normatieve ruimtebehoefte

De bekostiging in verband met de huisvesting is samengesteld uit een vast bedrag per school van € 15.160,70 en een bedrag per leerling.

De totale som van de bedragen per school resulteert in een vaste voet per school van in totaal € 31.767,50.

Artikel 5. Bedragen per leerling

Onder de schoolsoort mavo valt de theoretische leerweg en onder de schoolsoort vbo vallen de beroepsgerichte leerwegen (inclusief leerwerktrajecten).

De verschillende componenten, genoemd in artikel 86, eerste lid, van de wet, zijn als volgt te relateren aan de driedeling zoals die is opgenomen in deze regeling, samenhangend met artikel 86, derde lid:

  • I schoonmaken

  • II onderhoud van het gebouw en het terrein

  • III

    • energie- en waterverbruik,

    • middelen, waaronder mede wordt volstaan lesmateriaal als bedoeld in artikel 6e van de wet

    • administratie, beheer en bestuur,

    • loopbaanoriëntatie- en begeleiding, en

    • publiekrechtelijke heffingen.

In het vijfde lid van dit artikel wordt verwezen naar bijlage 1. Deze bijlage bevat de onderwijsinhoudcodes. De elementcodetabel voor het schooljaar 2011–2012 dat aanvangt op 1 augustus 2011, bevat geen relevante wijzigingen ten opzichte van de elementcodetabel voor het schooljaar 2010–2011. Deze codes zijn nader toegelicht in de Regeling elementcodetabel VO, opleidingentabel volwasseneneducatie en vakcodetabel VO en volwasseneneducatie schooljaar 2011–2012.

De codes 4111, 4131, 4151, 4171 en 4191 voor leerlingen die de experimentele leergang vmbo-mbo2 gaan volgen zijn niet in bijlage 1 opgenomen, omdat de personele en materiële bekostiging verloopt via de Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008-2013.

Artikel 6. Bekostiging categoriale vbo-school voor landbouw

Het betreft hier de bekostiging van de exploitatiekosten per leerling voor de school voor vbo met uitsluitend de afdeling landbouw en natuurlijke omgeving en het isp landbouw breed, alsmede voor de overeenkomstige afdeling voor lwoo.

Artikel 7. Lesmateriaal

Het bedrag voor 2012 is gelijk gebleven ten opzichte van het bedrag voor 2011. Dit bedrag is ook bestemd voor leerlingen als bedoeld in artikel 7b, tweede lid, van het Bekostigingsbesluit W.V.O. Het gaat hier om de teruggekeerde gezakte vavo-leerlingen.

Artikel 8. Aanvullende bekostiging nevenvestiging met spreidingsnoodzaak

De aanvullende bekostiging voor exploitatiekosten voor een nevenvestiging met spreidingsnoodzaak is gekoppeld aan het vaste bedrag per school genoemd in artikel 4 van deze regeling en bedraagt € 15.160,70.

In de Regeling aanvullende bekostiging nevenvestiging en start- en aanvullende bekostiging nieuwe school VOzijn de voorwaarden voor de aanvullende bekostiging gepubliceerd.

Artikel 9. Aanvullende bekostiging scholen onder de opheffingsnorm

De aanvullende bekostiging voor een school onder de opheffingsnorm is gekoppeld aan het vaste bedrag per school voor de overige exploitatiekosten zoals genoemd in de artikelsgewijze toelichting bij artikel 3 van deze regeling.

Artikel 10. Inwerkingtreding en duur

In artikel 86, vijfde en zevende lid, van de wet is geregeld dat deze regeling voor 1 oktober bekend wordt gemaakt in de Staatscourant, onder gelijktijdige overlegging aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Deze regeling treedt niet eerder in werking dan nadat vier weken zijn verstreken na het overleggen daarvan aan de Tweede Kamer en gedurende die termijn niet door of namens de Tweede Kamer de wens tot overleg over de regeling te kennen wordt gegeven, dan wel met de Tweede Kamer overleg is gevoerd. Daarom is in artikel 10 van deze regeling opgenomen dat deze regeling in werking treedt op een bij ministeriële regeling te bepalen tijdstip. Deze regeling zal in werking treden, nadat vier weken na de overlegging aan de Tweede Kamer zijn verstreken.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Naar boven