Kennisgeving bestemmingsplan en plan-milieueffectrapport (plan-MER Sloegebied)

Burgemeester en wethouders van Borsele en Vlissingen maken, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 7.11 van de Wet milieubeheer (Wm), bekend, dat een bestemmingsplan en een plan-milieueffectrapport (plan-m.e.r) voor het zeehaven- en industrieterrein Vlissingen-Oost (Sloegebied) wordt voorbereid. Het proces van het bestemmingsplan/plan-m.e.r wordt in samenwerking met het havenbedrijf Zeeland Seaports en de Provincie Zeeland doorlopen.

Aanleiding

Het bestemmingsplan ‘Industrieterrein Vlissingen-oost’ van de Gemeente Vlissingen en het bestemmingsplan ‘Zeehaven- en Industrieterrein Sloe 1994’ van de Gemeente Borsele moeten, op grond van het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, vóór 1 juli 2013 worden geactualiseerd. In het Strategisch Masterplan Zeeland Seaports is beleid geformuleerd voor het handhaven en stimuleren van bedrijvigheid en werkgelegenheid in het Sloegebied. Het ruimtelijk beleid van zowel Rijk, provincie als gemeenten geeft aan, dat het havengebied van Zeeland Seaports van nationale en (grote) regionale betekenis is, waarbij een duurzame economische ontwikkeling met behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteiten en de leefbaarheid van belang is. Een nieuw, geactualiseerd, bestemmingsplan moet een ruimtelijke basis leggen om deze doelstellingen mogelijk te maken.

Plan-m.e.r.-plicht

Voor het grootste gedeelte van het Sloegebied legt het (nieuwe) bestemmingsplan de bestaande bedrijvigheid vast. Daarnaast wordt binnen dit gebied naar ruimte gezocht voor ontwikkeling en intensivering van het ruimtegebruik. Het bestemmingsplan maakt vestiging van bedrijven mogelijk met activiteiten, die zijn opgenomen in de onderdelen C en D van de bijlage van het Besluit m.e.r. Deze activiteiten zijn mogelijk project-m.e.r.-(beoordelings)plichtig. Het Sloegebied grenst aan het op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 aangewezen Natura-2000 gebied van de Westerschelde & Saefthinghe.

Om deze twee redenen moet op grond van artikel 7.2 van de Wm voor het bestemmingsplan een plan-m.e.r opgesteld worden.

Planmer-procedure

In de ‘Notitie Reikwijdte en Detailniveau’ (NRD), die aan het opstellen van de plan-m.e.r vooraf moet gaan, wordt een voorstel gedaan over de in acht te nemen bandbreedte van de milieuruimte en over de daarvoor op te stellen milieuonderzoeken voor het plan-m.e.r. In het plan-m.e.r worden de bestaande en mogelijk gemaakte ontwikkelingen in het (nieuwe) bestemmingsplan getoetst aan de beschikbare milieuruimte. Op basis hiervan worden knelpunten en mogelijke maatregelen in beeld gebracht. Mocht uit de voortoets uit de plan-m.e.r blijken, dat voor de opstelling van het bestemmingsplan een passende beoordeling op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 gemaakt moet worden, dan zal deze in het plan-m.e.r worden opgenomen.

Inspraak

De colleges van burgemeester en wethouders van Borsele en Vlissingen hebben besloten om de NRD voor advies en overleg toe te zenden aan betrokken bestuursorganen, overheidsdiensten en maatschappelijke organisaties. Tevens wordt de mogelijkheid geboden aan een ieder om zienswijzen in te dienen over de NRD en het voornemen om een bestemmingsplan en plan-m.e.r op te stellen. De NRD zal gedurende een periode van zes weken van 29 september 2011 t/m 9 november 2011 ter inzage gelegd worden in:

• het gemeentehuis van Borsele, Stenevate 1, Heinkenszand;

• het stadhuis van Vlissingen, Paul Krugerstraat 1, Vlissingen.

Tevens is de NRD digitaal te raadplegen via de navolgende websites:

• www.borsele.nl en

• www.vlissingen.nl/bestemmingsplannen (rubriek voorontwerpbestemmingsplannen).

Gedurende bovengenoemde termijn kan een ieder over het voornemen met betrekking tot de NRD en de voorgenomen actualisering van het bestemmingsplan en de opstelling van de plan-m.e.r schriftelijk een gemotiveerde zienswijze indienen bij burgemeester en wethouders van Vlissingen en Borsele, p/a Postbus 3000, 4380 GV VLISSINGEN.

Vervolg procedure

Het plan-m.e.r maakt als milieuonderbouwing deel uit van het voorontwerp, ontwerp en het definitief vastgestelde bestemmingsplan. Het plan-m.e.r zal te zijner tijd tegelijkertijd met het voorontwerpbestemmingsplan worden gepubliceerd en ter inzage worden gelegd. Er is dan inspraak mogelijk. Na verwerking van de inspraakreacties wordt een ontwerpbestemmingsplan opgesteld met de mogelijkheid voor eenieder om zienswijzen in te dienen bij de gemeenteraad. Dit zal, na verwerking van de zienswijzen, uiteindelijk leiden tot een besluit van de gemeenteraden van Borsele en Vlissingen inzake het geactualiseerde bestemmingsplan voor het Sloegebied. Hiertegen is beroep mogelijk bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Heinkenszand/Vlissingen, 29 september 2011