Faciliteiten rijksambtenaren bij deelname EU-concours bekendmaken beleid

Aan: de Ministers

Onderwerp: Faciliteiten rijksambtenaren bij deelname EU-concours

Doelstelling: bekendmaken beleid

Ingangsdatum: 1 januari 2011

Geldig tot: nader bericht

Datum: 12 september 2011

Kenmerk: 2011-2000401629

Aanleiding

Met steun van Nederland is het toelatingsexamen voor potentiële EU-ambtenaren (het EU-concours) gewijzigd. Bij de selectie is het zwaartepunt meer komen te liggen bij het meten van vaardigheden en attitudes van kandidaten dan van kennis. Gehoopt wordt dat deze verandering zal bijdragen tot meer Nederlandse deelname aan het concours en daarmee tot een hogere instroom van Nederlanders in de EU-instellingen. Jonge ambtenaren zijn hierbij een belangrijke doelgroep.

Opzet concours

Het concours bestaat uit twee toetsmomenten:

  • (1) elektronisch in te vullen tests, het zgn. computer based testing CBT, te houden in testcentra op 32 plaatsen in Europa en

  • (2) een assessment center van een dag (te Brussel).

Tijdens het CBT worden kandidaten getoetst op verbaal, numeriek en abstract redeneervermogen. Bij het assessment center wordt in kleine groepen getest op verschillende competenties en vaardigheden. De dag bestaat uit onder andere een case study, een groepsopdracht, een mondelinge presentatie voor een panel en een interview.

Voor beide toetsmomenten is oefening belangrijk. Ter voorbereiding op het CBT kan men de testen oefenen. Werken bij de EU (voorheen Bureau Internationale Ambtenaren of BIA) biedt via de website een overzicht van goed studiemateriaal en een online testplein. Ook EU-wervingsbureau EPSO biedt online faciliteiten aan.

Persoonlijke begeleiding van kandidaten ter voorbereiding op het eerste toetsmoment wordt niet geboden. Deskundigen zijn van mening dat specifieke trainingen voor individuele deelnemers voor dit toetsmoment de kansen op een goed resultaat niet wezenlijk zullen verbeteren. Daarnaast liggen de aantallen deelnemers in Nederland hoog, mede omdat de drempel om mee te doen zo laag is.

Voor het tweede toetsmoment ligt dit anders. Hoewel het assessment center voor een groot deel persoonskenmerken meet, is hier een voorbereiding, bijvoorbeeld in de vorm van oefening van de verschillende onderdelen van het assessment, veel effectiever. De aantallen zullen voor deze ronde ook veel kleiner zijn. ECAMC/Werken bij de EU biedt daarom voor deze tweede ronde een training aan. De training beslaat twee dagen

Uniforme faciliteit

Een manier om deelname aan het concours aantrekkelijk te maken, is door faciliteiten te bieden voor de voorbereiding op het tweede toetsmoment van het concours. In het SG-overleg is daarom afgesproken om te komen tot een rijksbrede uniforme faciliteit voor de voorbereiding op het concours. Het bieden van een dergelijke uniforme faciliteit is in lijn met het algemene beleid om de aanwezigheid van Nederlanders in internationale organisaties te bevorderen.

Met deze circulaire wordt beoogd om een éénvormige werkwijze voor de toekenning van faciliteiten te bevorderen en het gebruik te stimuleren.

De uniforme faciliteit voor deelnemers aan het concours bestaat uit:

  • 1. twee dagen buitengewoon verlof voor het volgen van de training van Werken bij de EU;

  • 2. vergoeding van eventuele reis- en verblijfkosten overeenkomstig het Reisbesluit Binnenland ten behoeve van de training van Werken bij de EU;

  • 3. vergoeding van de kosten van de training van Werken bij de EU;

  • 4. één dag buitengewoon verlof voor deelname aan het assessment in Brussel;

  • 5. vergoeding van eventuele reis- en verblijfkosten overeenkomstig het Reisbesluit Buitenland ten behoeve van het assessment te Brussel;

  • 6. twee extra dagen buitengewoon verlof voor eigen voorbereiding (studie).

Om voor de faciliteiten in aanmerking te komen, moet de ambtenaar kunnen aantonen dat hij/zij geslaagd is voor de eerste ronde, het CBT.

Na afloop moeten kandidaten daarnaast aantonen te hebben deelgenomen aan de Werken bij de EU-cursus en aan het assessment.

Ik verzoek u met de inhoud van deze circulaire rekening te houden en daaraan

voor zover nodig uitvoering te geven.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

namens deze:

J.J.M. Uijlenbroek,

Directeur-generaal Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk.

Nieuwe werkwijze verspreiding circulaires:

In de circulaire van 12 juli 2011, met kenmerk 2011-2000232348, over de nieuwe werkwijze verspreiding circulaires en aankondigingen is aangegeven dat de Signalering Arbeidsvoorwaarden & Rechtspositie Rijk per 1 juli 2011 van start is gegaan. Via de Signalering wordt melding gemaakt van alle in de Staatscourant gepubliceerde circulaires. De verzending van circulaires per post komt hiermee te vervallen. In 2011 zullen de circulaires bij wijze van overgang nog wel per post worden verzonden.

Indien u de Signalering Arbeidsvoorwaarden & Rechtspositie Rijk automatisch wilt ontvangen kunt u zich aanmelden via onderstaande link:

https://fd7.formdesk.com/BZK/aanmelden_SARR

Naar boven