Verlenging opsporingsvergunning blokdeel Q10b

29 juli 2011

Nr. ETM/EM/11077783

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Procesverloop

Cirrus Energy Nederland (Cirrus) en Energy06-Investments B.V. (Energy06) zijn houder van de opsporingsvergunning voor blokdeel Q10b, verleend bij beschikking van 17 september 2008 met kenmerk ET/EM/8132424, Staatscourant 22-09-2008, nummer 183;

De vergunning is verleend tot 10 augustus 2011;

Bij brief van 5 augustus 2010 heeft Cirrus een aanvraag ingediend om verlenging van de geldigheidsduur van de vergunning in verband met de aanwezigheid van een aantal potentiële windmolenparken, hetgeen de planning van faciliteiten en transport complex maakt.

Aan Staatstoezicht op de mijnen (Sodm) is op 18 november 2010 advies gevraagd over bovengenoemd verzoek. Sodm stemt in met dit verzoek.

Overwegingen

Cirrus en Energy06 verzoeken om uitstel van de uitvoering van het werkprogramma. In de omgeving van blok Q10 bevindt zich een aantal potentiële windmolenparken. Ten aanzien van de locaties van de windmolenparken bestond nog onzekerheid. Een en ander heeft geleid tot vertragingen in de voorbereidingen van de exploratieboring.

Gelet op het streven naar doelmatige opsporing van delfstoffen kan met deze aanvraag worden ingestemd.

Gelet op artikel 18 van de Mijnbouwwet;

Besluit

Artikel 1

Artikel 2, van artikel II, van het besluit ET/EM/8132424 wordt gewijzigd als volgt: de vergunning geldt, tenzij zij eerder wordt ingetrokken of vervalt, tot 9 augustus 2013.

Artikel 2

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop dit besluit is bekendgemaakt.

Artikel 3

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

namens deze:

P. Jongerius,

Themacoördinator mijnbouw en mijnbouwklimaat,

Directie Energiemarkt.

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dag, waarop dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (Alp: L/204). Postbus 20101, 2500 EC Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.