Rectificatie Besluit Utrecht-Brakel van 5 juli 2011 nr. ETM/EM/11124092

Procesverloop:

  • Bij besluit van de Minister van Economische Zaken van 25 april 2007, nr. ET/EM/7042790 is aan Northern Petroleum Nederland B.V. (hierna: Northern) een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen genaamd Utrecht, verleend;

  • Bij besluit van de Minister van Economische Zaken van 19 november 2008, nr. ET/EM/8179882 is aan Northern, Dyas B.V. (hierna: Dyas) en Nederlandse Aardolie Maatschappij (hierna: NAM) een winningsvergunning voor koolwaterstoffen genaamd Andel III, verleend;

  • Op 17 juni 2010 hebben Northern, Dyas en NAM een aanvraag voor een winningsvergunning voor koolwaterstoffen ingediend voor het gebied genaamd Utrecht-Brakel, gelegen in de provincies Gelderland en Zuid-Holland met een oppervlakte van 8,235 km2;

  • Northern heeft bij dezelfde brief verzocht om bij honorering van bovengenoemde aanvraag het gebied waarvoor de opsporingsvergunning Utrecht op dit moment geldt, gelijktijdig te verkleinen met het gedeelte waarvoor de winningsvergunning Utrecht-Brakel wordt aangevraagd;

  • Bij besluit van 5 juli 2011, nr. ETM/11046974 van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie is op bovenstaande aanvragen beslist.

Overwegingen:

  • In het besluit van 5 juli 2011, nr. ETM/11046974 van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie staat abusievelijk in artikel 1 van paragraaf 1. ‘Verkleining opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht’ dat een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen aan Northern wordt verleend, terwijl er had moeten staan dat de gebiedsomschrijving van de reeds bestaande opsporingsvergunning Utrecht, waar Northern houder van is, gewijzigd werd.

  • Uit het voorgaande vloeit voort dat van paragraaf 1. ‘Verkleining opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht’ artikel 1 anders komt te luiden en de artikelen 2 en 3 komen te vervallen.

Besluit:

Artikel 1

In het besluit van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 5 juli 2011, nr. ETM/11046974, komt artikel 1 van paragraaf 1. ‘Verkleining opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht’ als volgt te luiden:

Het besluit van 25 april 2007, nr. ET/EM/7042790 inzake de opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen Utrecht wordt als volgt gewijzigd:

Het gebied ligt in de provincies Utrecht, Gelderland en Zuid-Holland en geldt voor een gebied dat begrensd wordt als volgt:

  • a. De rechte lijn van het punt A tot het punt B;

  • b. Vervolgens de rechte lijn van punt B over het punt C, tot het snijpunt van deze lijn met de provinciegrens tussen Gelderland en Zuid-Holland;

  • c. Vervolgens van het onder b genoemde snijpunt de provinciegrens tussen Gelderland en Noord-Brabant in zuidwestelijke richting tot het snijpunt met de rechte lijn tussen de punten E en D;

  • d. Vervolgens de rechte lijn van het onder c genoemde snijpunt tot het punt D;

  • e. Vervolgens de rechte lijnen tussen de puntenparen D-A4, A4-A3, A3-A2, A2-A1, A1-E, E-F, F-G;

  • f. Vervolgens de grens van de winningsvergunning ‘Rijswijk’ tot het snijpunt van deze grens met de rechte lijn tussen het punt H en het punt A, nabij het punt I;

  • g. Vervolgens de rechte lijn van het onder f genoemde snijpunt tot het punt A;

    Het gebied van de winningsvergunning ‘Papekop’ vormt een enclave binnen de opsporingsvergunning Utrecht en is uitgesloten van dit beschreven gebied.

    De punten zijn als volgt gedefinieerd:

    Punt

    X

    Y

    A

    120466,60

    467660,50

    B

    142442,42

    449063,01

    C

    161000,00

    425200,00

    D

    142549,98

    417035,00

    A1

    129989,90

    426387,37

    A2

    130800,00

    427400,00

    A3

    135800,00

    423800,00

    A4

    134947,07

    422696,21

    E

    113051,35

    439000,00

    F

    112887,48

    446010,38

    G

    114271,67

    459485,90

    H

    119460,00

    465000,00

    I

    119501,00

    465107,00

De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoekmeting (RD).

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 1143,7 km2.

Artikel 2

Vervallen.

Artikel 3

Vervallen.

Deze rectificatie wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze rectificatie wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

namens deze:

P. Jongerius.

Themacoördinator mijnbouw en mijnbouwklimaat directie Energiemarkt.

Naar boven