Regeling van de directeur Voorlichting van 10 januari 2011, nr. DDS 5682059, houdende verlening van ondermandaat en het doorgeven van volmacht en machtiging aan de plaatsvervangende directeuren en andere leidinggevenden van de directie Voorlichting (Mandaatregeling directie Voorlichting 2011).

De directeur Voorlichting,

Gelet op artikel 3 eerste lid, van de Mandaatregeling Ministerie van Justitie 2005 en artikel 1 van de Mandaatregeling stafdirecties, cluster SG, Justitie 2005 alsmede gelet op de Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van november 2010, nr. 5672140;

Besluit:

Artikel 1

Ingevolge artikel 1 van de Mandaatregeling stafdirecties, cluster SG, Justitie 2005, wordt ondermandaat verleend aan:

  • a. Het hoofd Communicatieadvies & Redactie, tevens plaatsvervangend directeur

  • b. Het hoofd Persvoorlichting & Beleidspresentatie, tevens plaatsvervangend directeur

  • c. Het hoofd Stafbureau

  • d. Het hoofd Nieuwsredactie

  • e. Het hoofd Online media

ten aanzien van de aangelegenheden die hun afdeling betreffen.

Artikel 2

Aan de directeur Voorlichting blijft voorbehouden de bevoegdheid om namens de bewindspersoon beslissingen te nemen ten aanzien van de aanstelling, bevordering en het ontslag alsmede ten aanzien van disciplinaire maatregelen van het hoofd Stafbureau en de functionarissen met schaal 14 en hoger.

Artikel 3

De Mandaatregeling directie Voorlichting 2009 wordt ingetrokken.

Artikel 4

De regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Mandaatregeling directie Voorlichting 2011.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 10 januari 2011

De directeur Voorlichting,

A.M.E. Stordiau-van Egmond.

TOELICHTING

In de mandaatregeling directie Voorlichting 2011 wordt ondermandaat en het doorgeven van volmacht en machtiging verleend aan de afdelingshoofden van deze directie. Aanleiding voor de nieuwe mandaatregeling is gelegen in het feit dat er verschil bestond tussen de in de P-portal van P-Direkt vastgelegde bevoegdheden en de in de mandaatregeling 2099 vastgestelde mandaten.

Met de nieuwe mandaatregeling zijn de bevoegdheden van de afdelingshoofden vastgelegd.

Naar boven