De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op artikelen 5, tiende en elfde lid en 8, vierde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
werkloze werknemers, 5, vijfde en zesde lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen
zelfstandigen, 2:8, tweede lid, van het Inkomensbesluit volksverzekeringen en sociale voorzieningen en 5, derde lid, van de
Regeling vermogenswaardering Ioaz;
Besluit:
ARTIKEL I
De bedragen, genoemd in de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, worden als
volgt gewijzigd:
A
Artikel 5
1. In het derde lid, onder a, wordt ‘€ 656,93’ vervangen door: € 659,93.
2. In het vierde lid wordt ‘€ 1.182,47’ vervangen door: € 1.187,87; ‘€ 919,70’ vervangen door: € 923,90; ‘€ 756,34’ vervangen
door: € 761,50 en ‘€ 663,36’ vervangen door: € 667,43.
3. In het vijfde lid wordt ‘€ 1.148,84’ vervangen door: € 1.156,11; ‘€ 861,30’ vervangen door: € 866,79; ‘€ 638,24’ vervangen
door: € 642,28 en ‘€ 350,70’ vervangen door: € 352,96.
B
In artikel 8, tweede lid, wordt ‘€ 291,04’ vervangen door: € 295,80.
ARTIKEL II
De bedragen genoemd in artikel 5 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen,
worden als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, 3°, wordt ‘€ 21.178,00’ vervangen door: € 21.329,00.
2. In het vierde lid wordt ‘€ 656,93’ vervangen door: € 659,93; ‘€ 1.182,47’ vervangen door: € 1.187,87 en ‘€ 919,70’ vervangen
door: € 923,90.
ARTIKEL III
In artikel 2:8, eerste lid, onderdeel b, van het Inkomensbesluit volksverzekeringen en sociale voorzieningen wordt ‘€ 2.253,00’
vervangen door: € 2.267,00.
ARTIKEL IV
In artikel 5, eerste lid, onderdeel d, van de Regeling vermogenswaardering Ioaz wordt ‘€ 115.200,00’ vervangen door: € 115.914,00.
ARTIKEL VI
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2011.
TOELICHTING
In de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening
oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) zijn de netto bedragen opgenomen waaraan de op grond
van artikel 5 van de IOAW en IOAZ vast te stellen grondslagen netto gelijk dienen te zijn. De genoemde bedragen dienen te
worden aangepast met ingang van de dag waarop het netto minimumloon en het netto minimumjeugdloon wijzigen.
Aangezien met ingang van 1 juli 2011 het netto minimumloon en het netto minimumjeugdloon veranderen dienen de in de IOAW en
de IOAZ genoemde netto bedragen eveneens te worden aangepast. Deze regeling strekt daartoe. Ook enkele bedragen genoemd in
het Inkomensbesluit volksverzekeringen en sociale voorzieningen en de Regeling vermogenswaardering Ioaz worden gewijzigd aan
de hand van de ontwikkeling van het netto minimumloon.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
P. de Krom.