Regeling vaststelling maximum aantal provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting 2011

21 juni 2010

Nr. AFP 2010/308

Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken, Directie Algemene Fiscale Politiek

De Minister van Financiën,

In overeenstemming met de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 222, vierde lid, van de Provinciewet;

Besluit:

Artikel 1

Het door de provincies te heffen aantal opcenten voor de periode 1 april 2011 tot en met 31 maart 2012 bedraagt ten hoogste 119,4.

Artikel 2

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2011.

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling maximum aantal provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting 2011.

De regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Financiën,

J.C. de Jager.

TOELICHTING

Ingevolge artikel 222, vierde lid, van de Provinciewet, wordt met de onderhavige regeling het aantal opcenten bepaald dat de provincies ten hoogste kunnen heffen in de periode van 1 april 2011 tot en met 31 maart 2012.

Het maximum aantal provinciale opcenten wordt aangepast door, ingevolge artikel 222, vierde lid, van de Provinciewet, rekening te houden met het vierjaarlijks voortschrijdend gemiddelde van de gerealiseerde nominale ontwikkeling van het nationaal inkomen.

Met onderhavig besluit wordt derhalve een maximum gesteld aan het aantal opcenten motorrijtuigenbelasting dat provincies in de periode van 1 april 2011 tot en met 31 maart 2012 mogen heffen.

De Minister van Financiën,

J.C. de Jager.

Naar boven