Besluit instelling Comité Binnenvaartveiligheid

12 januari 2010

Nr. CEND/HDJZ-2009/1561 sector SCH

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder staatssecretaris: Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 2. Instelling en taak

  • 1. Er is een Comité Binnenvaartveiligheid.

  • 2. Het Comité Binnenvaartveiligheid heeft tot taak:

    • a. het monitoren van de Risico Top 5, genoemd in de Beleidsbrief Binnenvaart, zonodig leidend tot:

    • b. het actualiseren en bijstellen van de Risico Top 5;

    • c. het signaleren van knelpunten en het daarover rapporteren aan de staatssecretaris.

Artikel 3. Instellingsduur

  • 1. De instellingsduur van het Comité Binnenvaartveiligheid loopt tot en met 31 december 2011.

  • 2. Voor 1 oktober 2011 vindt een evaluatie plaats op basis waarvan de staatssecretaris besluit of de instellingsduur van het Comité Binnenvaartveiligheid wordt verlengd.

Artikel 4. Samenstelling CBV

  • 1. Het Comité Binnenvaartveiligheid staat onder voorzitterschap van dr. J. Blokland.

  • 2. Elk van de volgende organisaties kan een lid van het Comité aanwijzen:

    • a. het Centraal Bureau Rijn- en Binnenvaart;

    • b. Kantoor Binnenvaart;

    • c. de EVO;

    • d. de Stichting Recreatietoervaart Nederland;

    • e. REAAL verzekeringen;

    • f. het Scheepvaart en Transport College;

    • g. Deltalinqs.

  • 3. De staatssecretaris wijst een ambtenaar aan als secretaris alsmede twee andere ambtenaren als leden. Zij hebben in het Comité adviserende stem.

Artikel 5. Werkwijze

Het Comité Binnenvaartveiligheid stelt zijn eigen werkwijze vast.

Artikel 6. Beheer bescheiden

Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van het Comité Binnenvaartveiligheid geschiedt op een gelijke wijze als die betreffende de bescheiden van het Ministerie. Na ommekomst van de instellingsduur van het Comité worden de archiefbescheiden overgedragen aan het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 7. Budget Comité

Ten behoeve van de werkzaamheden van het Comité Binnenvaartveiligheid stelt de staatssecretaris jaarlijks een budget vast. Uitgaven die het Comité Binnenvaartveiligheid doet komen voor rekening van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, voorover deze uitgaven zijn goedgekeurd door de Directeur Maritieme Zaken van het Directoraat-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken.

Artikel 8. Vergoeding

  • 1. Aan de voorzitter wordt een vaste vergoeding per maand toegekend overeenkomstig de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies en het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies. De arbeidsduurfactor bedraagt 0,105 (vier dagdelen per maand) van het maximum van salarisschaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.

  • 2. De voorzitter ontvangt een vergoeding van reis- en verblijfkosten op voet van het Reisbesluit binnenland en het Reisbesluit buitenland.

  • 3. De overige leden ontvangen geen vergoeding.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.

Artikel 10. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Comité Binnenvaartveiligheid.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa.

TOELICHTING

Uitgangspunt van de Beleidsbrief Binnenvaart ‘Varen voor een vitale economie’ (2007) is dat de overheid en de binnenvaartsector samen werken aan het veiliger maken van de binnenvaart, waarbij de eerste verantwoordelijkheid bij het bedrijfsleven ligt. Daartoe stelt de staatssecretaris het Comité voor de Binnenvaartveiligheid in (CBV).

Het CBV beoogt een brede afspiegeling te zijn van de actoren die belang hebben bij de veiligheid in de binnenvaart. Daarom nemen aan het CBV vertegenwoordigers van de binnenvaartbranche, de overheid, verladers, recreatievaart, verzekeraars en opleidingsinstituten deel. De vertegenwoordigers van de overheid hebben een adviserende stem in het CBV.

Bij instelling bestaat het Comité, naast de voorzitter, uit de volgende personen:

De heer ir. Muller namens het Centraal Bureau Rijn- en Binnenvaart;

De heer Van der Velde namens Kantoor Binnenvaart;

De heer Asselbergs namens Deltalinqs;

De heer ing. Slotema namens de EVO;

De heer drs. Lamsweerde namens de Stichting Recreatietoervaart Nederland

De heer Mulder namens REAAL verzekeringen;

De heer Van Reem namens het Scheepvaart en Transport College;

De heer ir. Vermeulen van Rijkswaterstaat, Scheepvaartverkeerscentrum;

De heer mr. ing. Schreuder van het Directoraat-generaal Luchtvaart en Maritieme Zaken;

De heer ing. Van Hees van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, secretaris.

De belangrijkste taak van het CBV is het bewaken, dat wil zeggen het monitoren en zonodig actualiseren en bijstellen, van de in de Beleidsbrief Binnenvaart beschreven Risico Top 5. Het gaat hierbij om: het onderhoud van binnenvaartschepen, communicatie (aan boord, tussen schepen en tussen de wal en schip), stabiliteit en stuwage, menselijke fouten, alsmede vervoersdocumentatie. Het CBV brengt gesignaleerde knelpunten ter kennis van de staatssecretaris. Bij zijn taakuitoefening neemt het CBV geen formele bevoegdheden over en heeft (anders dan wellicht richting de achterban) geen doorzettingsmacht.

Het CBV wordt ingesteld per 1 januari 2010 en heeft vooralsnog een looptijd tot en met 31 december 2011. Vóór 1 oktober 2011 zal een evaluatie van het functioneren en de toegevoegde waarde van het CBV plaatsvinden, op basis waarvan besloten zal worden of het CBV na 31 december 2011 zal doorgaan.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa.

Naar boven