Beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende ontheffing van het verbod VFR-vluchten uit te voeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte buiten gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen, dan wel boven mensenverzamelingen, alsmede boven milieubeschermingsgebied Waddenzee

3 juni 2010

Nr. IVW art. 45.1.a – 2010 – 027 – RWS Noord-Nederland

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gezien het verzoek om ontheffing d.d. 6 mei 2010, ontvangen op 17 mei 2010 van Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Waterdistrict Waddenzee, postadres: Postbus 23, 9285 ZV Buitenpost; bezoekadres: Keurloane 2, 9285 VS Buitenpost. Contactpersoon: mevrouw C.A.M. van der Hoek, telefoonnummers: 0511-54 84 26 en 0511-54 84 84; e-mail: cora.vander.hoek@rws.nl;

Overwegende, dat de vereiste maatschappelijke relevantie onder andere blijkt uit de opdrachten van Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Waterdistrict Waddenzee, voor het uitvoeren van fotovluchten van de gehele Waddenzee inclusief eilanden en Eems-Dollard, Noordzee kustzone, Lauwersmeer en Lauwersmeergebied en IJsselmeer ten behoeve van:

  • inspectie van kwelders, scheepvaartroutes, stranden, dijken, havens en andere waterstaatkundige objecten;

  • handhaving en controle op naleving van de vergunningen op grond van de Waterwet;

  • opsporen van ongebruikelijke zaken, zoals wrakken en obstakels;

  • opsporen van overtredingen, zoals lozingen en overtredingen in het kader van het BPR;

  • inspectie van het waddengebied in het kader van de Samenwerking Inspectie Waddenzee (SIW);

  • snel en doelmatig kunnen optreden bij calamiteiten, met name bij olieverontreiniging;

Gelet op artikel 45, vijfde lid, van het Luchtverkeersreglement, alsmede artikel 4, tweede lid, onder b, van het Besluit beperkingen burgerluchtverkeer Waddenzee;

Besluit:

Artikel 1

Deze beschikking is van toepassing op de helikopter van het type Eurocopter EC120, dan wel een gelijkwaardige vervangende helikopter, in gebruik bij Rijkswaterstaat Noord-Nederland, Waterdistrict Waddenzee, waarmee VFR-vluchten worden uitgevoerd voor het maken van foto’s van de gehele Waddenzee inclusief eilanden en Eems-Dollard, Noordzee kustzone, Lauwersmeer en Lauwersmeergebied en IJsselmeer ten behoeve van:

  • inspectie van kwelders, scheepvaartroutes, stranden, dijken, havens en andere waterstaatkundige objecten;

  • handhaving en controle op naleving van de vergunningen op grond van de Waterwet;

  • opsporen van ongebruikelijke zaken, zoals wrakken en obstakels;

  • opsporen van overtredingen, zoals lozingen en overtredingen in het kader van het BPR;

  • inspectie van het waddengebied in het kader van de Samenwerking Inspectie Waddenzee (SIW);

  • snel en doelmatig kunnen optreden bij calamiteiten, met name bij olieverontreiniging.

Artikel 2

Aan de gezagvoerder van de onder artikel 1 genoemde helikopter wordt vanaf 4 juni 2010 tot en met 31 december 2010 ontheffing verleend om VFR-vluchten uit te voeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte, buiten gebieden met aaneengesloten bebouwing, industrie- en havengebieden daaronder begrepen, dan wel boven mensenverzamelingen, zoals vermeld in artikel 45, eerste lid, onder b, van het Luchtverkeersreglement en van het verbod, gesteld in artikel 2 van het Besluit beperkingen burgerluchtverkeer Waddenzee, met inachtneming van de volgende voorschriften en beperkingen:

  • a. de gezagvoerder is in het bezit van een geldige CPL of ATPL;

  • b. de minimum toegestane vlieghoogte bedraagt 200 ft boven de grond of het water, doch ten minste 30 m boven de hoogste hindernis gelegen binnen een afstand van 600 m van het luchtvaartuig;

  • c. de vliegroute, vlieghoogte en vliegsnelheid worden zodanig gekozen dat:

    • 1. overlast aan derden zoveel mogelijk wordt vermeden;

    • 2. ingeval van een noodlanding het risico voor inzittenden en derden zoveel mogelijk wordt beperkt;

    • 3. de volgende adviessnelheden in acht worden genomen:

      Vliegzicht (m)

      Adviessnelheid (kts)

      1500–2000

      < 100

      2000–5000

      < 120

  • d. de gezagvoerder stelt zich van tevoren op de hoogte met betrekking tot plaatsen die geschikt zijn voor het uitvoeren van een noodlanding;

  • e. te allen tijde worden de vluchten zo uitgevoerd met een zodanige combinatie van hoogte en snelheid dat de vlieger in staat is om, in geval van een motorstoring, de bebouwing te verlaten;

  • f. de vluchten worden zodanig uitgevoerd dat niet wordt gevlogen in het gevaarlijke gebied van het hoogtesnelheidsdiagram als aangegeven in het vlieghandboek van het desbetreffende luchtvaartuig genoemd in artikel 1;

  • g. er wordt niet bij voortduring laaggevlogen, doch slechts gedurende de periode dat dit voor het daadwerkelijk maken van opnamen noodzakelijk is en slechts op het traject zoals dat van tevoren aan de Luchtvaartpolitie is doorgegeven;

  • h. vóór de aanvang van de vlucht wordt ingelicht:

    de meldkamer van het Korps Landelijke Politiediensten Afdeling Luchtvaartpolitie (tel.: 020-502 56 93 of fax: 020-502 56 99) en worden de volgende gegevens verstrekt:

    • naam gezagvoerder(s), registratie en model/type

    • route en periode van de voorgenomen vlucht;

  • i. een uur vóór aanvang van de vlucht wordt gecoördineerd met de operationele helpdesk; tel.: 020-406 22 01; fax: 020-406 36 72; e-mail: ops_helpdesk@lvnl.nl; aan de voorwaarden door hen gesteld wordt strikt de hand gehouden;

  • j. een uur vóór aanvang van de vlucht wordt contact opgenomen met de Supervisor van MilATCC Nieuw Milligen (tel.: 0577-45 87 00); aan de voorwaarden door hem gesteld wordt strikt de hand gehouden;

  • k. voor het maken van de opnamen dient de cameraman in het bezit te zijn van een op zijn/haar naam gestelde luchtopnamevergunning, verkregen bij het Ministerie van Defensie, MIVD/ACIV/BIV, Sectie Luchtfotografie, Postbus 20701, 2500 ES Den Haag, e-mailadres: indussec@mindef.nl; fax: 070-441 92 04;

  • l. het kruisen van restricted areas is verboden, tenzij toestemming verkregen is van CLSK/DO/AMO/SAOC (tel.: 076-544 73 48);

  • m. er wordt niet gevlogen in gebieden waar reddingsacties met behulp van luchtvaartuigen worden uitgevoerd;

  • n. vogelreservaten, zoals gepubliceerd in de luchtvaartgids, worden vermeden;

  • o. het luchtvaartuig is voorzien van een zelfopblaasbaar reddingsvlot en voor iedere inzittende een overlevingspak met een emergency locator beacon en een set vuurpijlen;

  • p. voor het uitvoeren van VFR-vluchten beneden de minimum VFR-vlieghoogte boven het milieubeschermingsgebied Waddenzee is naast een vrijstelling van LVNL tevens een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 vereist; deze kunt u schriftelijk aanvragen bij het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Directie Noord, Cascadeplein 6, 9726 AD Groningen (tel.: 050-599 23 00).

Artikel 3

  • 1. De aanvrager draagt er zorg voor dat de gezagvoerder en de cameraman bekend zijn met de inhoud van deze beschikking.

  • 2. Voorafgaand aan de vlucht is er op initiatief van de aanvrager/opdrachtgever in de plaatselijke media aandacht besteed aan de uit te voeren vlucht.

  • 3. Het niet of niet volledig nakomen van de voorwaarden, genoemd in artikel 2, kan aanleiding zijn deze ontheffing in te trekken.

  • 4. Vluchten worden uitgevoerd in overeenstemming met de verleende opdracht van Rijkswaterstaat Noord-Nederland en op eerste aanvraag wordt de opdracht aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat bekendgemaakt.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 4 juni 2010 en vervalt met ingang van 1 januari 2011.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

namens deze:

Lid van het Managementteam IVW/Luchtvaart,

M. Steenhuisen-Kuipers.

Bezwaarmogelijkheid

Indien u het niet eens bent met deze beslissing kunt u hiertegen, op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de datum waarop deze beslissing is verzonden schriftelijk bezwaar aantekenen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van de beschikking waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar.

Het bezwaarschrift kunt u richten aan:

Inspectie Verkeer en Waterstaat

Team Juridische Zaken

Postbus 90653

2509 LR DEN HAAG

Naar boven