Gewijzigde vaststelling Facetbestemmingsplan bouwregels bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Burgemeester en wethouders maken ingevolge het bepaalde in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening bekend dat, de gemeenteraad in de vergadering van 22 april 2010 heeft besloten het:

• ‘Facetbestemmingsplan bouwregels bouwwerken, geen gebouwen zijnde’

gewijzigd vast te stellen.

Het ‘Facetbestemmingsplan bouwregels bouwwerken, geen gebouwen zijnde’ voorziet in een verdere verduidelijking van de regels voor bouwwerken als erfafscheidingen, carports en vlaggenmasten. Daarvoor worden de regels voor bouwwerken geen gebouwen zijnde in tuin- en woonbestemmingen in de hierna genoemde bestemmingsplannen aangepast:

• Burum

• Kollum – Dorp, partiële herziening Eyso de Wendtstraat 66

• Plan van Uitwerking Uitwerkingsgebied VI

• Tochmalaan

• Kollumerzwaag

• Munnekezijl

• Oudwoude Pastorijehôf

• Triemen

• Warfstermolen

• Westergeest – De Kamp

• Buitengebied

• Buitengebied, correctieve herziening Wâlddyk 3

• Buitengebied Partiële herziening Zevenhuisterweg 26 Kollum

• Buitengebied Partiële herziening Trekweg 5 te Kollum

• Buitengebied Partiële herziening Trekweg 8 te Kollum

• Buitengebied Partiële herziening Trekweg 1 te Augsbuurt

• Buitengebied Partiële herziening Trekweg 3 te Augsbuurt

• Buitengebied Partiële herziening Trekweg 4 te Augsbuurt

• Buitengebied Partiële herziening Foarwei 180 te Kollumerzwaag

• Buitengebied Partiële herziening Willem Loréweg 24 en 24a te Kollum

• Westergeest Partiële herziening Kollenswei 2

• Facetbestemmingsplan ondergeschikte bebouwing woonbestemmingen

De gewijzigde vaststelling heeft betrekking op:

• artikel 4 lid a van toepassing verklaren op de bestemmingsplannen Burum, Tochmalaan, Kollumerzwaag, Warfstermolen, Buitengebied, correctieve herziening Wâlddyk 3, Buitengebied Partiële herziening Zevenhuisterweg 26 Kollum, Buitengebied Partiële herziening Trekweg 5 te Kollum, Buitengebied Partiële herziening Trekweg 3 te Augsbuurt, Buitengebied Partiële herziening Trekweg 4 te Augsbuurt, Westergeest Partiële herziening Kollenswei 2 en Munnekezijl;

• artikel 4 lid b vervalt;

• artikel 4 lid c wordt met de volgende bepalingen aangevuld:

  • o de bouwhoogte van terrein- en erfafscheidingen voor (de lijn die in het verlengde kan worden getrokken van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw, bedraagt niet meer dan 1 m, met dien verstande dat daarop een open gaasconstructie met een minimale maaswijdte van 0,1 m is toegestaan waarbij de gezamenlijke bouwhoogte van de terrein- en erfafscheiding en de gaasconstructie niet meer dan 2 m mag bedragen;

  • o de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor (de lijn die in het verlengde kan worden getrokken van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw, bedraagt niet meer dan 1 m;

  • o de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in het gebied met een diepte van 3 m achter (de lijn die in het verlengde kan worden getrokken van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw, bedraagt niet meer dan 2 m

• en enkele tekstuele wijzigingen.

Het besluit met bijbehorende stukken ligt met ingang van 3 juni 2010 gedurende 6 weken ter inzage op het gemeentehuis aan de Van Limburg Stirumweg 18 te Kollum. Het besluit met bijbehorende stukken is ook digitaal te raadplegen op de website van de gemeente, www.kollumerland.nl. Belanghebbenden die tijdig een zienswijze omtrent het ontwerp bij de gemeenteraad kenbaar hebben gemaakt, alsmede belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest een zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar te maken, kunnen in de bovengenoemde termijn van terinzagelegging beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Tegen de wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan kan eenieder in deze termijn beroep instellen. Aanvullend kan er een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het besluit treedt in werking met ingang van de dag na die waarop voornoemde beroepstermijn afloopt. Indien binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak wordt ingediend, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist.