Instellingbesluit Programmaraad GBO-Overheid

11 januari 2010

Nr. 2009-0000738735

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met de besluitvorming in het ELO-bewindsliedenoverleg van 8 maart 2006;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Beleidsopdrachtgever; in dit besluit is de Beleidsopdrachtgever (de beleidsdirectie van) het ministerie dat een opdracht en de daarbij benodigde middelen verstrekt aan Logius (voorheen bekend onder de naam GBO.Overheid).

  • 2. Eigenaar; in dit besluit is de directeur-generaal Bestuur en Koninkrijksrelaties de Eigenaar van Logius.

Artikel 2

Er is een Programmaraad voor de gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius, hierna te noemen ‘de Programmaraad’.

Artikel 3

De Programmaraad behartigt de belangen van de gezamenlijke klanten van de door de gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius beheerde generieke infrastructurele basisproducten door vervulling van de taken zoals beschreven in artikel 6 van dit besluit.

Artikel 4

  • 1. De Programmaraad bestaat uit een voorzitter en ten minste 5 leden. De voorzitter, die draagvlak heeft bij de overige leden, wordt voorgedragen door de Manifestgroep en benoemd door de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 2. De Programmaraad is als volgt samengesteld:

    • a) een lid wordt benoemd door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG);

    • b) een lid wordt benoemd door het Interprovinciaal Overleg (IPO);

    • c) een lid wordt benoemd door Het Waterschapshuis (HWH);

    • d) twee leden worden benoemd door de Manifestgroep, waarin zich verenigd hebben de Belastingdienst, het College voor Zorgverzekeringen (CVZ), de Informatie Beheer Groep (IB-Groep), de Sociale Verzekeringsbank (SVB), het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Werkbedrijf (UWV Werkbedrijf), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Kadaster, de Vereniging van Kamers van Koophandel (VVK), de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND), het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB), de Dienst Regelingen van het ministerie van LNV en de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW).

  • 3. Wanneer de Programmaraad van oordeel is dat een of meer klanten of groepen van klanten onvoldoende zijn vertegenwoordigd in de Programmaraad, kan de Programmaraad besluiten tot benoeming van extra leden, op voordracht van de desbetreffende klanten.

  • 4. De Beleidsopdrachtgever(s) en de directeur Logius nemen deel aan de vergaderingen van de Programmaraad.

Artikel 5

Het lidmaatschap van de Programmaraad kent een duur van 3 jaar en kan worden verlengd met nogmaals 3 jaar.

  • 1. Het lidmaatschap van de Programmaraad eindigt:

    • a) door het verstrijken van de termijn waarvoor benoeming heeft plaatsgevonden;

    • b) door opzegging;

    • c) door intrekking van de voordracht;

    • d) met wederzijds goedvinden.

  • 2. In aanvulling op artikel 5 lid 1 a tot en met d geldt dat het voorzitterschap kan eindigen op aanwijzen van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 6

Aan de Programmaraad worden de volgende taken opgedragen:

  • 1. Het gevraagd en ongevraagd uitbrengen van advies aan de Beleidsopdrachtgever(s) over

    • a) de (dienstverlenings)opdrachten die deze voornemens zijn aan Logius te verstrekken;

    • b) de (bij)sturing op lopende (dienstverlenings)opdrachten.

  • 2. Het gevraagd en ongevraagd uitbrengen van advies aan de Eigenaar over de volgende aangelegenheden:

    • a) het jaarplan van Logius;

    • b) de reikwijdte en niveaus van de dienstverlening door de gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius;

    • c) de gebruikers- en klantenvoorwaarden die de gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius hanteert;

    • d) de door Logius gehanteerde tarieven voor het gebruik van tariefsgefinancierde producten en de bestemming van een met een tariefsgefinancierd product gerealiseerd resultaat.

  • 3. Het gevraagd en ongevraagd beoordelen van de kwaliteit van de dienstverlening door de gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius en van de verantwoording hierover.

Artikel 7

De Eigenaar, Beleidsopdrachtgever(s) en de directeur van Logius verschaffen de Programmaraad tijdig de informatie die de Programmaraad nodig heeft om zijn taken te kunnen vervullen. De Programmaraad en de opdrachtnemer moeten hieromtrent nadere afspraken maken en vastleggen in een protocol.

Artikel 8

De Eigenaar en Beleidsopdrachtgever(s) verplichten zich om besluiten die zij nemen die afwijken van de adviezen van de Programmaraad te beargumenteren. Indien een advies van de Programmaraad niet wordt overgenomen, verplichten Eigenaar, Beleidsopdrachtgever(s) en de opdrachtnemer zich om de staatssecretaris daarover te informeren.

Artikel 9

De voorzitter en de leden van de Programmaraad zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in verband met hun functie ter kennis komt, voor zover die geheimhoudingsverplichting uit de aard der zaak volgt.

Artikel 10

De Programmaraad stelt een huishoudelijk reglement vast.

Het secretariaat wordt gevoerd door de opdrachtnemer.

Artikel 11

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Den Haag, 11 januari 2010

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten.

TOELICHTING

De gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius is ingesteld bij het Organisatiebesluit BZK 2006 (Besluit van 9 november 2006/Nr. 2006-0000271525). Logius beheert generieke infrastructurele basisproducten die worden gebruikt door zowel de centrale overheid als medeoverheden en uitvoeringsorganisaties in het kader van hun elektronische dienstverlening aan burgers en bedrijven. Het gaat om producten op het gebied van toegang, gegevensuitwisseling, informatiebeveiliging en standaarden. Tot aan de inwerkingtreding van het Organisatiebesluit BZK 2006 was Logius een programma van (en binnen) Stichting ICTU.

Als onderdeel van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voegt Logius zich in de planning- en controlcyclus van het departement. De opdrachtnemer (directeur van Logius) is hiërarchisch verantwoording verschuldigd aan zijn Eigenaar. De klanten van de basisproducten hebben een grote afhankelijkheid van Logius, aangezien de producten van Logius hun primaire proces ondersteunen. Het is daarom van groot belang de dienstverlening te continueren. Hiertoe strekt het formaliseren van de Programmaraad via dit besluit, dat erop is gericht een balans te vinden tussen enerzijds het belang van de inbedding van Logius in het departement en anderzijds het belang dat de klanten van de basisproducten hebben om vanuit hun belangen betrokken te zijn bij het beheer en de doorontwikkeling van de basisproducten. Het belang dat de klanten hierbij hebben is groot, omdat zij in de toekomst steeds meer afhankelijk zullen zijn van adequate basisproducten. De Programmaraad biedt een platform om de betrokkenheid bij de besluitvorming te borgen.

In de Programmaraad zijn landelijke uitvoeringsorganisaties, provincies, gemeenten en waterschappen vertegenwoordigd. De Beleidsopdrachtgever(s) en de directeur Logius nemen deel aan de vergaderingen van de Programmaraad. De vertegenwoordigers van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken dragen zorg voor de inbreng van de strategische beleidsoverwegingen die voor de klanten van belang zijn.

De inbedding van Logius in het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties betekent dat een intrinsiek en onvervreemdbaar Eigenaarsbelang met bijbehorende verantwoordelijkheden bij het ministerie is komen te rusten. Gegeven deze situatie is gezocht naar een inhoudelijk voldoende betrokkenheid van de Programmaraad, zonder daarbij de invulling van de Eigenaarsrol te verstoren.

Het lidmaatschap van de Programmaraad is onbezoldigd. Uitgangspunt is dat de leden (met mandaat) optreden als vertegenwoordiger van hun organisatie c.q. achterban en dat invulling geven aan het lidmaatschap geacht wordt onderdeel te zijn van reguliere werkzaamheden. Dit betekent dat de leden tot op zekere hoogte ook hiërarchisch verantwoording dienen af te leggen over hun handelen als lid van de Programmaraad. Als lid van de Programmaraad dienen zij zich wel te richten naar de taakstelling van de Programmaraad. Van elk lid wordt daarbij verwacht dat hij de brug slaat tussen aan de ene kant het door hem vertegenwoordigde deelbelang en aan de andere kant de gemeenschappelijke belangen die aan Logius zijn toevertrouwd.

Naar boven