Rotterdam - Prins Alexander

Besluit van het dagelijks bestuur betreffende de 33ste uitwerking tevens gedeeltelijke wijziging bestemmingen gemengde doeleinden en recreatieve doeleinden deelgebieden 10.1 en 11 bestemmingsplan Nesselande ( t.b.v. Bouwplan teleskibaan).

Overwegende:

  • Dat met deze uitwerking wordt voldaan aan de uitwerkingsverplichting die voortvloeit uit het bestemmingsplan Nesselande (vastgesteld op 14 januari 1999; goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland op 10 augustus 1999; onherroepelijk op 6 maart 2002);

  • Dat deze uitwerking zijn basis vindt in het door ons op 27 januari 2004 vastgestelde Masterplan Oeverpark .

  • Dat deze uitwerking op grond van artikel 3.6. (lid 1, sub b.) van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) van 17 december 2009 t/m 28 januari 2010 ter inzage heeft gelegen;

  • Dat gedurende deze termijn schriftelijke zienswijzen zijn ingediend;

  • Dat wij deze zienswijzen tijdens onze vergadering van 23 februari 2010 hebben besproken en besloten hebben dat er onvoldoende grond is om de ingediende zienswijzen te honoreren;

  • Dat wij voor een nadere motivering van dit besluit wordt verwezen naar de bijgevoegde notitie.

Dat dit geleid heeft tot het volgende besluit:

Besluit

  • 1. De ‘33ste Uitwerking van het bestemmingsplan Nesselande’ vast te stellen en als zodanig te waarmerken.

  • 2. Dat tegen dit besluit binnen zes weken na bekendmaking beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

  • 3. Dat deze uitwerking op grond van artikel 3.9a, lid 4 Wro in werking treedt met ingang van de dag na het aflopen van de beroepstermijn.

  • 4. Dat – in het geval bij de Raad van State een verzoek om voorlopige voorziening (schorsing) is ingediend – de uitwerking niet eerder in werking treedt voordat op dit verzoek is beslist.

Aldus vastgesteld op 16 maart 2010 en bekend gemaakt op 24 maart 2010.

Het dagelijks bestuur van de deelgemeente Prins Alexander,

de secretaris,

A.M.C. Besters.

De voorzitter,

R. Krul.

Naar boven