stcrt-2010-5266-001.png Besluit artikel 6 Wet voorkeursrecht Gemeente Kaag en Braassem

Vestiging gemeentelijk voorkeursrecht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Kaag en Braassem maken op grond van artikel 7, lid 1 van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) bekend dat zij op 6 april 2010 een besluit als bedoeld in artikel 6, lid 1 van de Wvg hebben genomen. Bij dit besluit zijn voorlopig voor de maximale duur van drie maanden gronden aangewezen waarop de artikelen 10 t/m 24, 26 en 27 van de Wvg van toepassing zijn. Deze gronden staan vermeld op de in het besluit opgenomen perceelslijst, waarbij achtereenvolgens is vermeld de kadastrale aanduiding, de grootte, alsmede de namen van de eigenaren en rechthebbenden op de daarop rustende beperkte rechten. Ook staan de percelen aangegeven op de bij het besluit behorende kadastraal overzicht. Het besluit van burgemeester en wethouders houdt voorts in dat de gemeenteraad van Kaag en Braassem zal worden voorgesteld op grond van artikel 5, lid 1 van de Wvg voor maximaal drie jaar gronden aan te wijzen waarop de artikelen 10 t/m 24, 26 en 27 van de Wvg van toepassing zijn.

Het besluit van burgemeester en wethouders ligt tezamen met het voorstel aan de gemeenteraad, het ontwerpraadsbesluit en de overige relevante gegevens vanaf heden op het gemeentehuis, Westeinde 1 te Roelofarendsveen, voor eenieder kosteloos ter inzage. Alle eigenaren van en beperkt gerechtigden op de aangewezen percelen ontvangen persoonlijk bericht van ons besluit. Het besluit treedt een dag na deze bekendmaking in de Staatscourant in werking. Het belangrijkste rechtsgevolg is dat de eigenaren van en beperkt gerechtigden op de aangewezen percelen eerst tot vervreemding kunnen overgaan, nadat de gemeente Kaag en Braassem in de gelegenheid is gesteld het desbetreffende goed te kopen.

Zienswijzen

Binnen drie maanden dient de gemeenteraad de aanwijzing van de gronden te bestendigen. In het kader van een zorgvuldige voorbereiding van het door de raad te nemen besluit tot aanwijzing van gronden worden belanghebbenden, gelet op artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht, in de gelegenheid gesteld om uiterlijk 6 mei 2010 schriftelijk, dan wel mondeling hun zienswijzen ten aanzien van het raadsvoorstel naar voren te brengen. Een schriftelijke zienswijze kan worden gericht aan de gemeenteraad van Kaag en Braassem, Postbus 1, 2370 AA Roelofarendsveen. Voor het indienen van een mondelinge zienswijze kan contact worden opgenomen met de behandelend ambtenaar, de heer mr. A. van Berkel, telefoon (071) 332 72 72. De ingediende zienswijzen zullen worden meegenomen bij de behandeling van het voorstel door de gemeenteraad.

Bezwaar en beroep

Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden binnen een termijn van zes weken, ingaande de dag na dagtekening van deze bekendmaking, een bezwaarschrift indienen bij burgemeester en wethouders, Postbus 1, 2370 AA Roelofarendsveen. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en dient de persoonsgegevens van de bezwaarde en de dagtekening te bevatten, alsmede een opgave van de redenen waarom hij/zij zich niet met het besluit kan verenigen. Een bezwaarschrift schort de werking van het bestreden besluit niet op. De wet voorziet wel, bij een spoedeisend belang, in de mogelijkheid van het indienen van een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening bij de rechtbank. Gelijktijdig met of na indiening van het bezwaarschrift kunt u dit verzoek richten aan de President van de Rechtbank ‘s-Gravenhage, sector Bestuursrecht, Postbus 20302,  EH Den Haag. Een bezwaarschrift, dat tegen het besluit van burgemeester en wethouders gericht is, wordt op grond van artikel 6, lid 3 van de Wvg geacht te zijn gericht tegen het besluit van de gemeenteraad.

Naar boven