stcrt-2010-5031-001.png Bestemmingsplan Midsland gewijzigd vastgesteld

De gemeenteraad heeft, op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening, op 26 januari 2010 het bestemmingsplan voor Midsland gewijzigd vastgesteld.

Omdat het bestemmingsplan gewijzigd is vastgesteld hadden de provincie en het rijk (VROM) op basis van de wet eerst de mogelijkheid om te reageren op de aangebrachte wijzigingen. Beide instanties hebben binnen de aangegeven zes weken geen reactie op de wijzigingen gegeven, zodat het vastgestelde bestemmingsplan Midsland nu ter inzage worden gelegd.

Het nieuwe bestemmingsplan legt met name de bestaande planologische situatie van het dorp Midsland (opnieuw) vast. Daarnaast zijn in het plan een aantal nieuwe beleidsuitgangspunten verwerkt. Deze beleidsuitgangspunten werden eerder al opgenomen in het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied.

Het vastgestelde bestemmingsplan Midsland ligt, met bijbehorende stukken, gedurende 6 weken, vanaf dinsdag 6 april tot en met maandag 17 mei 2010, ter inzage bij de publieksbalie in het gemeentehuis en in de bibliotheek te Midsland.

Het bestemmingsplan kan ook buiten kantooruren worden ingezien. Hiervoor kunt u een afspraak maken met de afdeling Ruimtelijke Ordening via telefoonnummer 0562-446244.

U kunt het vastgestelde bestemmingsplan Midsland en de bijbehorende stukken, ook inzien op www.terschelling.nl

Wijzigingen

De volgende onderdelen van het ontwerpbestemmingsplan Midsland zijn gewijzigd:

op de verbeelding (plankaart)

  • op het perceel Westerburen 34 wordt de aanduiding sr-rv (recreatieverblijf) toegevoegd.

  • Buitenlevenglop 5 en 7 worden samengevoegd tot één bestemming wonen

  • op het perceel Westerburen 15 wordt de aanduiding vr (recreatieve verhuur) verruimd, in overeenstemming met de verleende bouwvergunning.

  • de begrenzing van het Wro wijzigingsgebied 1, wordt aangepast aan de beleidsnotitie ‘Stille Horeca’.

  • de bouwvlakken van de horeca- en de detailhandelsbestemming worden, indien ze hiervan afweken, aangepast aan het nu nog geldende bestemmingsplan.

  • op het perceel Oosterburen 18 wordt het bouwvlak verkleind en afgestemd op de feitelijke situatie.

  • op het perceel Oosterburen 47 wordt een bestaand gebouw op het achtererf alsnog conform de uitgangspunten voorzien van een bouwvlak.

  • op het perceel Oosterburen 42 wordt het bouwvlak gesplitst in twee bouwvlakken afgestemd op de feitelijke bebouwde situatie.

  • op het perceel Oosterburen 46–48 wordt de losstaande schuur aan de oostzijde in een apart bouwvlak opgenomen. Tevens wordt het hoofdgebouw deels voorzien van de aanduiding ‘plat dak’.

  • op het perceel Oosterburen 21 wordt een klein deel van de bebouwing overeenkomstig de feitelijke situatie voorzien van de aanduiding ‘plat dak’.

  • op het perceel Oosterburen 20 wordt het bouwvlak verkleind overeenkomstig de feitelijke situatie en zijn delen van de bebouwing voorzien van de aanduiding ‘plat dak’.

  • vanwege het vervallen van de wijzigingsbevoegdheid om het woongebied Zuidermieden te realiseren, zijn in het gebied de percelen nu overeenkomstig het feitelijk gebruik bestemd. Daar waar gronden als erf en/of tuin bij woonhuizen in gebruik zijn genomen, zijn deze binnen de woonbestemming gebracht.

  • op het perceel Oosterburen 22 is het bouwvlak van de schuur op het achtererf qua situering aangepast aan de feitelijke situatie.

  • op het perceel Oosterburen 5 is het bouwvlak aangepast aan de laatst verleende bouwvergunning.

In de regels

  • in artikel 4, lid 4.6. is onder c een sublid toegevoegd.

  • in artikel 6 en 9 is een regeling opgenomen om te voorkomen dat de kleine gebouwen op de achtererven in gebruik genomen kunnen worden voor de hoofdfunctie.

  • ‘en/of de bedrijfswoning’ is toegevoegd aan de bouwregels bij de bestemmingen waar dit van toepassing is.

  • in de specifieke gebruiksregels is aangegeven dat vrijstaande bijgebouwen niet gebruikt mogen worden als een woning.

  • in artikel 9, lid 9.1 is sublid b toegevoegd als gevolg van een zienswijze.

  • in artikel 9, lid 9.2.2 is een regeling voor een recreatieverblijf toegevoegd.

  • in artikel 9 lid 9.6, onder a is uitgebreid met ‘met een minimum van 40 m²’, en aan sublid 3 is ‘horeca van categorie 4’ toegevoegd.

  • in artikel 15, lid 15.2.2. sub f is ‘hoofdgebouw’ vervangen door ‘bouwvlak’.

In de reactienota

  • de Reactienota zienswijzen, bladzijde 10, wordt de zin ‘Reclamant heeft op basis van de Drank en Horecawet geen recht om bier te verkopen’ geschrapt.

  • de reactie op zienswijze 3 wordt aangepast.

  • de reactie op zienswijze 7 wordt aangepast.

  • in het voorstel bij zienswijze 11 wordt een fout hersteld.

  • Hoofdstuk 7 wordt aangevuld naar aanleiding van behandeling in de raadscommissie en de vaststelling door de raad.

In de toelichting

  • de criteria voor het verlenen van ontheffing voor recreatief medegebruik worden nader toegelicht op bladzijde 43.

  • de onderbouwing voor bestemming Stille horeca op Oosterburen 15 wordt nader toegelicht op bladzijde 27 en 28.

Op grond van artikel 8.2 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening kunnen belanghebbenden binnen de genoemde termijn van terinzagelegging tegen het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan beroep instellen. Een belanghebbende is degene die tijdig een zienswijzen tegen het ontwerpbestemmingsplan Midsland heeft ingediend, of zij die kunnen aantonen redelijkerwijs niet in staat te zijn geweest tijdig een zienswijzen in te dienen. Voor alle wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan Midsland geldt dat elke belanghebbende hiertegen beroep kan instellen.

Het beroep moet worden ingesteld bij de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA DEN HAAG. Het instellen van beroep schort de werking van het besluit niet op. Daarvoor moet een verzoek om voorlopige voorziening worden gedaan bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Indien binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening bij de voorzitter is ingediend, treedt het bestemmingsplan pas in werking nadat op dat verzoek is beslist.

Aan het instellen van beroep en/of het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening zijn kosten verbonden (griffierecht).

Indien er geen voorlopige voorziening wordt aangevraagd, treedt het bestemmingsplan Midsland in werking op de dag na afloop van de beroepstermijn (18 mei 2010).

Naar boven