Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van (datum), nr. 117641, houdende wijziging van de Regeling interventie en de Regeling GLB-inkomenssteun 2006

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op Verordening (EU) nr. 1272/2009 van de Commissie van 11 december 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de aankoop en de verkoop van landbouwproducten in het kader van de openbare interventie (PbEU L 349);

Gelet op Verordening (EG) nr. 1130/2009 van de Commissie van 24 november 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake de controle op het gebruik en/of de bestemming van producten uit interventie (PbEU L 310);

Gelet op Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1782/2003 (PbEU L 30);

Gelet op Verordening (EG) nr. 1120/2009 van de Commissie van 29 oktober 2009 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij titel III van Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers (PbEU L 316);

Gelet op Verordening (EG) nr. 1122/2009 van de Commissie van 30 november 2009 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad wat betreft de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem in het kader van de bij die verordening ingestelde regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers en ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de randvoorwaarden in het kader van de steunregeling voor de wijnsector (PbEU L 316);

Gelet op de artikelen 15 en 19 van de Landbouwwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling interventie wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel b komt te luiden:

  • b. Verordening 1130/2009: Verordening (EG) nr. 1130/2009 van de Commissie van 24 november 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake de controle op het gebruik en/of de bestemming van producten uit interventie (PbEU L 310);

2. De onderdelen d, g en h vervallen.

3. De onderdelen a tot en met z worden geletterd a tot en met w.

4. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel w door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • x. Verordening 1272/2009: Verordening (EU) nr. 1272/2009 van de Commissie van 11 december 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de aankoop en de verkoop van landbouwproducten in het kader van de openbare interventie (PbEU L 349).

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 2, eerste lid, wordt het COKZ aangewezen als bevoegde autoriteit voor het verrichten van de taken, vermeld in Bijlage IV, Deel I, punt 3, van Verordening 1272/2009.

2. Het derde lid, aanhef en eerste gedachtestreepje komt te luiden:

  • 3. In afwijking van het eerste en tweede lid is het RIKILT bevoegd tot het verrichten van analyses van monsters:

    • naar de afwezigheid van niet-melkvet, bedoeld in Bijlage V, Deel V, van Verordening 1272/2009;

3. Onder vervanging van de puntkomma aan het slot van het derde gedachtestreepje van het derde lid door een punt, vervalt het vierde gedachtestreepje.

C

Artikel 4 komt te luiden:

In afwijking van het bepaalde in artikel 2, eerste lid, wordt het RIKILT aangewezen als bevoegde autoriteit voor het verrichten van de taken, vermeld in Bijlage V, Deel I, punt 3 van Verordening 1272/2009.

D

Artikel 10 komt te luiden:

Artikel 10

Indien boter in een andere lidstaat van de Europese Unie is vervaardigd en in Nederland een bestemming krijgt op grond van deze regeling:

  • a. verstrekt de aanbieder, bedoeld in artikel 20, het originele certificaat, bedoeld in Bijlage IV, Deel I, punt 6, eerste alinea, van Verordening 1272/2009, aan Dienst Regelingen, of

  • b. verstrekt de contractant het certificaat, bedoeld in Bijlage II van Verordening 826/2008, aan Dienst Regelingen.

E

Artikel 11, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Indien in Nederland geproduceerde boter in een andere lidstaat van de Europese Unie een bestemming krijgt op grond van Verordening 1272/2009 of Verordening 826/2008, verstrekt Dienst Regelingen op aanvraag een certificaat, bedoeld in Bijlage IV, Deel I, punt 6, eerste alinea, van Verordening 1272/2009, of Bijlage II van Verordening 826/2008.

F

Artikel 16 komt te luiden:

Opslagpartijen boter, vermeld op de inslagopgave, bedoeld in artikel 82, eerste lid, komen niet in aanmerking voor steun op grond van Hoofdstuk 5, indien na de beoordeling, bedoeld in artikel 12, tweede lid, is gebleken dat de boter niet voldoet aan de steunvoorwaarden.

G

In artikel 17 wordt de zinsnede ‘3000.22.360’ vervangen door: 56.99.95.884

H

Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Een offerte of inschrijving, bedoeld in artikel 5 van Verordening 1272/2009, wordt schriftelijk of per fax gedaan bij Dienst Regelingen met een door Dienst Regelingen vastgesteld formulier.

  • 2. Het tweede lid komt te luiden:

    • 2. Op de enveloppe van een niet per fax ingediende inschrijving vermeldt de aanbieder de zinsnede ‘Inschrijving aankoop boter’.

I

In artikel 23 en 24, onderdeel c, wordt de zinsnede ‘fysieke’ telkens vervangen door: voorwaardelijke.

J

Artikel 25, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Indien een aanbieder een vooraanmelding, bedoeld in artikel 22 heeft gedaan maar de boter niet is aangeboden, niet aan de voorwaarden bedoeld in artikel 21 is voldaan, of de inschrijving niet kan worden toegewezen op grond van artikel 20 van Verordening 1272/2009, en indien de betreffende boter geen onderwerp meer kan vormen voor een volgende inschrijving, neemt de aanbieder de betreffende boter terug binnen 14 dagen na de datum van het daartoe strekkend bericht van Dienst Regelingen.

K

In artikel 27 wordt de zinsnede ‘artikel 4, eerste lid, van Verordening 214/2001’ vervangen door: Bijlage V, Deel I, punt 6, van Verordening 1272/2009.

L

Artikel 28 komt te luiden:

Artikel 28

  • 1. Een offerte of inschrijving, bedoeld in artikel 5 van Verordening 1272/2009, wordt schriftelijk tegen bewijs van ontvangst of per fax gedaan bij Dienst Regelingen met een door Dienst Regelingen vastgesteld formulier.

  • 2. Op de enveloppe van een niet per fax ingediende inschrijving vermeldt de aanbieder de zinsnede ‘Inschrijving aankoop mageremelkpoeder’.

M

Artikel 30 komt te luiden:

  • 1. Voor de opslag van boter komen uitsluitend vrieshuizen in aanmerking die:

    • a. beschikken over een opslagcapaciteit van ten minste 1.000 ton boter,

    • b. boter bij een constante temperatuur van –18 °C of kouder kunnen bewaren en deze temperatuur in de opslagruimte ook tijdens in- en uitslagwerkzaamheden kunnen handhaven,

    • c. een inslagcapaciteit van ten minste 50 ton boter per dag en een uitslagcapaciteit van ten minste 100 ton boter per dag hebben,

    • d. beschikken over permanent in de opslagruimte aanwezige, adequate temperatuurregistratieapparatuur die ten minste drie keer per etmaal de luchttemperatuur meet,

    • e. beschikken over een weegschaal met een minimum weegvermogen van 30 kilogram en een afleeseenheid van 10 gram,

    • f. beschikken over een weegschaal waarop een pallet met boter in zijn geheel kan worden gewogen,

    • g. voldoende toetsgewichten voorhanden hebben en kunnen aantonen dat zowel de weegschaal als toetsgewichten van een geldig ijkmerk zijn voorzien, en

    • h. beschikken over een bemonsteringsruimte.

  • 2. Voor de opslag van mageremelkpoeder komen uitsluitend opslagpanden in aanmerking die:

    • a. voldoen aan de onderdelen a, e, f en g van het eerste lid,

    • b. een in- en uitslagcapaciteit van ten minste 100 ton mageremelkpoeder per dag hebben.

N

In artikel 31 wordt de zinsnede ‘artikel 10 van Verordening 214/2001’ vervangen door: artikel 3, derde lid, van Verordening 1272/2009.

O

In artikel 37, eerste lid, wordt de zinsnede: ‘artikel 3, zesde lid, van Verordening 105/2008’ vervangen door: artikel 28, eerste lid, van Verordening 1272/2009.

P

Artikel 38 komt te luiden:

Artikel 38

  • 1. Indien de aangeboden boter of mageremelkpoeder wordt overgenomen in een vrieshuis of opslagpand waar deze producten al aanwezig zijn, wordt onder de datum van voorwaardelijke overname, bedoeld in artikel 31, eerste en tweede lid, van Verordening 1272/2009 verstaan:

    • a. in geval van aankoop van boter of mageremelkpoeder tegen een vaste prijs, de datum die is vermeld op het acceptatiebericht van de offerte, en

    • b. in geval van aankoop van boter of mageremelkpoeder door middel van inschrijving, de datum die is vermeld in de schriftelijke toewijzing.

  • 2. De datum van voorwaardelijke overname, bedoeld in het eerste lid, is ten vroegste de dag na de dag van verzending van het acceptatiebericht respectievelijk de schriftelijke toewijzing.

Q

Aan het slot van artikel 39 wordt een zin toegevoegd luidende:

De analysekosten brengt de minister bij de aanbieder in rekening.

R

Artikel 41, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Gegadigden kunnen op eigen kosten monsters van de door Dienst Regelingen te koop aangeboden boter en mageremelkpoeder onderzoeken voordat zij een inschrijving, bedoeld in artikel 42 van Verordening 1272/2009 indienen. Hiertoe dient de gegadigde tenminste 48 uur van tevoren een aanvraag in bij Dienst Regelingen.

S

Artikel 42 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Een inschrijving voor boter en mageremelkpoeder uit openbare opslag, zoals bedoeld in artikel 42 van Verordening 1272/2009, wordt bij Dienst Regelingen ingediend ofwel schriftelijk tegen bewijs van ontvangst, ofwel per fax.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede ‘bieding’ vervangen door: inschrijving.

T

Artikel 43 komt te luiden:

Artikel 43

In de situatie als bedoeld in artikel 51, derde lid, van Verordening 1272/2009 wordt in opdracht van Dienst Regelingen door het opslagpand of het vrieshuis uiterlijk op de 30e dag na de datum van de door Dienst Regelingen opgestelde kennisgeving als bedoeld in artikel 47 een document op naam van de koper uitgeschreven dat de daaropvolgende dag ingaat. Dit document bevat een specificatie van de aan de koper toegewezen mageremelkpoeder of boter als bedoeld in artikel 51, tweede lid, van Verordening 1272/2009 die nog niet is afgehaald.

U

In artikel 45 wordt de zinsnede ‘artikel 30, tweede lid, van Verordening 105/2008 en artikel 24 sexies, tweede lid, van Verordening 214/2001’ vervangen door: artikel 49 van Verordening 1272/2009.

V

In artikel 46 wordt de zinsnede ‘Het in artikel 22, vierde lid, van Verordening 105/2008 en artikel 21, tweede lid, van Verordening 214/2001 bedoelde bericht wordt’ vervangen door: De in artikel 41, derde lid, van Verordening 1272/2009 bedoelde berichten worden.

W

Het opschrift van Hoofdstuk 4, de artikelen 62 tot en met 73, en artikel 81, vervallen.

ARTIKEL II

De Regeling GLB-inkomenssteun 2006 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 16, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt de zinsnede ‘stalcapaciteit’ vervangen door: nieuwe stalcapaciteit.

2. Onderdeel b komt te luiden:

  • b. de investering rechtstreeks heeft geleid tot een stijging van het aantal dieren dat de landbouwer uiterlijk op 1 april 2010 houdt.

B

In artikel 17, derde lid, wordt de zinsnede ‘aantal dieren’ vervangen door: extra aantal dieren.

C

Aan artikel 21 wordt een nieuw vijfde lid toegevoegd, luidende:

  • 5. In zoverre in afwijking van het eerste lid, onderdeel b, wordt de te handhaven landbouwactiviteit, uitgedrukt in GVE, voor landbouwers die toeslagrechten krijgen toegewezen op basis van artikel 16, berekend volgens de formule, opgenomen in bijlage 5.

D

Na artikel 21a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 21b

Voor de toepassing van artikel 9 van verordening 1120/2009 wordt landbouwgrond die niet meer dan 90 dagen per jaar voor niet-landbouwactiviteiten wordt gebruikt, aangemerkt als overwegend voor landbouwdoeleinden gebruikte landbouwgrond.

E

Artikel 26, derde lid, onderdeel i, komt te luiden:

  • i. de verzekering geen dekking biedt voor:

    • i. genomen preventiemaatregelen, en

    • ii. bereddingsmaatregelen die genomen zijn op grond van de verzekeringspolis of artikel 7:957 BW, maar waarbij geen verlies, bedoeld in onderdeel a, is opgetreden.

F

Het opschrift van Hoofdstuk 3 komt te luiden:

HOOFDSTUK 3. STEUN VOOR AARDAPPELZETMEEL EN ZAAIZAAD VAN VEZELVLAS

G

Bijlage 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In punt 10 wordt de zinsnede ‘artikel 12’ vervangen door: de artikelen 12, 12e en 12f.

2. In punt 12 wordt de zinsnede ‘34a en 34b’ vervangen door: 29, vijfde lid, 36 en 38.

3. Na punt 12 wordt een punt ingevoegd luidende:

  • 12a. De artikelen 38d en 38e van de Regeling identificatie en registratie van dieren.

4. In punt 20 vervalt de zinsnede ‘ in samenhang met artikel 19 van verordening (EG) nr. 178/2002’.

5. In punt 32 wordt de zinsnede ‘artikel 3, vierde lid, onder a en b’ vervangen door: artikel 3, vierde lid.

6. Onder vervanging van de punt aan het slot van punt 32 door een puntkomma wordt een zin toegevoegd, luidende: Bijlage 1, Hoofdstuk II, onderdeel D, punt 2 en punt 4.

7. In punt 34 wordt de zinsnede ‘2008/119/EG’ vervangen door: 2008/120/EG.

8. In punt 35 wordt de zinsnede ‘2b, eerste lid, onderdeel b en d’ vervangen door: 2b, eerste lid, onderdeel d.

9. In punt 36 wordt de zinsnede ‘2008/119/EG’ telkens vervangen door: 2008/120/EG.

H

Bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Punt 1° van § 2 komt te luiden: de artikelen 3, 4, 5, 6 en 7 van de Verordening PA erosiebestrijding Zuid-Limburg 2008.

2. Punt 2° van § 2 komt te luiden: de artikelen 3, 4, 5, 6, 7 en 8 van de Verordening PT erosiebestrijding Zuid-Limburg 2009.

3. In § 5, punt B, onderdeel 1°, en in § 6, punt B, onderdeel 1°, wordt de zinsnede ‘1698/2006’ telkens vervangen door: 1698/2005.

I

Het opschrift van Bijlage 3 komt te luiden: Bijlage 3.

J

Na bijlage 4 wordt een bijlage toegevoegd, luidende:

BIJLAGE 5

De tenminste voor 50% te handhaven landbouwactiviteit, uitgedrukt in GVE, wordt als volgt berekend voor landbouwers die toeslagrechten ontvangen op basis van artikel 16:

De som voor alle diercategorieën van de formule A x B x C = D

waarin:

  • A: het aantal dierplaatsen per diercategorie bedraagt, dat is gerealiseerd na de investering,

  • B: de in onderstaande tabel genoemde vermenigvuldigingsfactor per diercategorie bedraagt,

  • C: de in onderstaande tabel genoemde GVE-waarde per diercategorie bedraagt,

  • D: de GVE per diercategorie bedraagt.

Diercategorie

Diercode

Omschrijving

Vermenigvuldigingsfactor

GVE van de diercategorie

Vleeskalveren jonger dan 8 maanden

112

Vleeskalveren witvlees

1,9

0,25

Vleeskalveren jonger dan 8 maanden

116

Vleeskalveren rosé 3-8 maanden

1,9

0,25

Vleeskalveren jonger dan 8 maanden

117

Vleeskalveren rosé 14 dagen-8 maanden

1,9

0,25

Vleeskalveren 8 maanden en ouder

116/117

Vleeskalveren rosé 8 maanden en ouder

1,4

0,25

Vleesstieren

122

Roodvleesstieren vanaf 3 maanden

1,0

0,7

Overige volwassen runderen

100

Melk en kalfkoeien

0,3

0,7

Overige volwassen runderen

120

Weide- en zoogkoeien

0,3

0,7

ARTIKEL III

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. De artikelen I en II, onderdelen A en B, werken terug tot en met 1 maart 2010.

  • 3. Artikel II, onderdelen F en G, werken terug tot en met 1 januari 2010.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg.

TOELICHTING

Deze regeling wijzigt de Regeling Interventie en de Regeling GLB-inkomenssteun 2006. Deze wijzigingen zijn noodzakelijk vanwege aanpassingen in de Europese regelgeving voor interventie en de verstrekking van inkomenssteun.

Artikel I: wijziging Regeling interventie

Op grond van de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten komen verschillende landbouwproducten in aanmerking voor openbare interventie. Om de uitvoeringsmechanismen voor openbare interventie te vereenvoudigen heeft de Europese Commissie alle respectievelijke verordeningen samengevoegd in één coherente uitvoeringsverordening (Verordening 1272/2009). Ook is er een nieuwe uitvoeringsverordening vastgesteld voor controles op de bestemming en het gebruik van deze producten (Verordening 1130/2009). De Regeling interventie wordt met deze regeling aangepast aan de nieuwe Europese regelgeving.

In Nederland is Dienst Regelingen het erkende betaalorgaan voor de in artikel 3 van Verordening 1290/2005 vermelde uitgaven uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF). Het betaalorgaan is ook het interventiebureau en bevoegde autoriteit voor de openbare en particuliere interventie op grond van de marktordening van de landbouwsector.

Er vindt slechts één inhoudelijke wijziging plaats en wel in artikel 30. Op grond van artikel 3, tweede en derde lid, van Verordening 1272/2009 worden voorwaarden gesteld aan de opslagplaatsen. Met name bij mageremelkpoeder dient de uitslagcapaciteit hoog genoeg te zijn zodat de door Dienst Regelingen verkochte mageremelkpoeder tijdig kan worden afgeleverd en de opslagkosten zo beperkt mogelijk blijven.

Artikel II: wijziging Regeling GLB-inkomenssteun 2006

Vanaf 2010 zijn de directe betalingen voor kalver- en rundvlees vervangen door rechten op bedrijfstoeslag. Er is een voorziening getroffen voor landbouwers die door investeringen in stalcapaciteit hun bedrijf hebben uitgebreid in of na de referentiejaren voor de toekenning van toeslagrechten. Door de wijziging van artikel 16 wordt verduidelijkt dat landbouwers geen beroep op deze voorziening kunnen doen bij de aankoop van een bestaande stal. De landbouwer dient dus een nieuwe stal te bouwen. De landbouwer kan ook een bestaande stal renoveren, waarbij de uitbreiding in productiecapaciteit ook in aanmerking komt voor deze voorziening. Voor de uitbreiding is het niet alleen van belang dat de uitbreiding in stalcapaciteit gerealiseerd is maar dat deze ook daadwerkelijk in gebruik is genomen.

Op grond van artikel 9 van verordening 1120/2009 is het gebruik van landbouwgrond waarop toeslagrechten worden verzilverd voor niet-landbouwactiviteiten alleen in beperkte mate toegestaan. Door het nieuwe artikel 21b wordt verduidelijkt dat niet-landbouwactiviteiten die slechts een beperkte periode duren geen gevolgen hebben voor de kwalificatie van de grond. Bij niet-landbouwkundige activiteiten valt te denken aan het beschikbaar stellen van landbouwgrond voor een evenement of voor tijdelijke opslag van hooi en stro.

Landbouwers komen voor betalingen op basis van speciale toeslagrechten in aanmerking indien zij hun toeslagrechten activeren door minimaal 50% van de tijdens de referentieperiode uitgeoefende landbouwactiviteit te verrichten (artikel 21, eerste lid, onderdeel b). Deze landbouwactiviteit wordt in beginsel vastgesteld aan de hand van de veebezetting in een referentieperiode.

Door de toevoeging van het vijfde lid, wordt de minimale landbouwactiviteit op een alternatieve basis vastgesteld voor landbouwers die in het bezit zijn van speciale toeslagrechten die op grond van artikel 16 worden toegekend. Dit zijn landbouwers die in de periode van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2009 hebben geïnvesteerd in nieuwe stalcapaciteit.

Dergelijke investeringen hebben voor de landbouwer in 2009 nog niet altijd geleid tot hogere directe betalingen voor kalveren of volwassen runderen. De minimale landbouwactiviteit voor deze landbouwer wordt daarom niet aan de hand van ontvangen betalingen in een referentieperiode vastgesteld. Artikel 21 van verordening 1120/2009 biedt de mogelijkheid om de minimale landbouwactiviteit in dit geval te berekenen aan de hand van het aantal dierplaatsen dat is gerealiseerd na de investering. De berekening is opgenomen in bijlage 5. De overige bepalingen ten aanzien van speciale toeslagrechten blijven onverkort van toepassing op de voorschriften voor uitbetaling op grond van speciale toeslagrechten.

Door de aanpassing van artikel 26 is verduidelijkt dat er geen steun voor verzekeringspremies wordt verstrekt indien de verzekering een tegemoetkoming aan landbouwers verstrekt voor het nemen van preventieve maatregelen. Ook wordt er geen steun verstrekt voor verzekeringspremies indien de verzekering een tegemoetkoming aan landbouwers verstrekt voor het nemen van ingevolge wet of verzekeringspolis genomen bereddingsmaatregelen, waarbij het verlies minder dan 30% bedraagt van de gemiddelde jaarproductie in de laatste drie jaar.

Met inachtneming van artikel 26, vijfde lid, mag een verzekering wel tot uitkering komen voor deze activiteiten, maar daarvoor kan op grond van deze regeling geen steun worden verstrekt (artikel 70, tweede lid, van verordening 73/2009). Er wordt wel steun verstrekt voor verzekeringspremies die tegemoetkomingen aan landbouwers verstrekken voor het verrichten van bepaalde bereddingsmaatregelen indien de landbouwer een verlies lijdt van meer 30% van de gemiddelde jaarproductie in de laatste drie jaar.

Door de wijzigingen in bijlage 1 en 2 worden voornamelijk verouderde of incomplete verwijzingen naar de al geldende normen gecorrigeerd. Er vinden geen inhoudelijke wijzigingen plaats in het stelsel van cross compliance.

Administratieve lasten

De aanpassing van de Regeling interventie aan Verordening 1130/2009 heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten. De aangebrachte wijzigingen vloeien voort uit de aangepaste communautaire voorschriften. De uitvoeringsbepalingen voor de openbare interventie die per product soms verschillend waren zijn door middel van Verordening 1272/2009 geharmoniseerd. Dit heeft als voordeel dat de nationale procedures uniformer zijn. De wijzigingen in de Regeling GLB-inkomenssteun 2006 zijn van tekstuele aard of verduidelijken bestaande verplichtingen. Ook hieruit vloeien geen nieuwe administratieve lasten voort.

Vaste verandermomenten

Met deze regeling wordt afgeweken van het LNV-beleid voor vaste verandermomenten van regelgeving. Dit beleid houdt in dat nieuwe regels slechts op 1 januari of 1 juni in werking treden en ten minste drie maanden daarvoor worden gepubliceerd. Er moet van dit beleid worden afgeweken omdat de Europese verordening die ten grondslag ligt aan deze wijzigingsregeling pas in december door de Europese Commissie is vastgesteld. Omdat de openbare interventie vanaf 1 maart 2010 op grond van de nieuwe verordening geschiedt, is afwijking van de gebruikelijke publicatietermijn onvermijdelijk.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg.

Naar boven