Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland tot aanwijzing van ambtenaren van de politieregio’s Hollands Midden, Haaglanden, Zuid-Holland Zuid en Rotterdam-Rijnmond en het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD)als toezichthouder ten behoeve van afvaltransportcontroles

Gedeputeerde Staten van Zuid Holland,

Overwegende dat in het kader van het toezicht op ondermeer de naleving van artikel 10.44 van de Wet Milieubeheer afvaltransporten zullen worden gecontroleerd;

Overwegende dat deze controles veelal worden verricht door de politie in samenwerking met provinciale ambtenaren, maar in het kader van de reguliere politietaak ook integraal onderdeel kunnen uitmaken van bijv. de surveillancedienst;

Overwegende dat deze controles noodzakelijk zijn om de doelstellingen verwoord in de wet te realiseren en dat het gewenst is ten behoeve van deze controles naast de reeds aangewezen ambtenaren in dienst van de provincie Zuid-Holland ook ambtenaren van politie aan te wijzen als ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van de wet;

Overwegende dat het voorts gewenst is inzicht te verkrijgen en te behouden in de mate waarin van deze bevoegdheid tot het uitoefenen van toezicht op de naleving van de wet door de betrokken ambtenaren gebruik wordt gemaakt;

Gelet op het bepaalde in artikel 18.4, derde lid juncto artikel 18.2c, eerste lid van de Wet milieubeheer;

Besluiten, voor zover het hun bevoegdheden betreft:

  • I. ten behoeve van de controle op afvaltransporten in het kader van het toezicht op de naleving van artikel 10.44 van de Wet Milieubeheer in de provincie Zuid-Holland aan te wijzen als ambtenaren, belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de Wet Milieubeheer bepaalde:

    • de ambtenaren van de politieregio’s Hollands Midden, Haaglanden, Zuid-Holland Zuid en Rotterdam-Rijnmond en het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), die of bij de uitvoering van – al dan niet in samenwerking met de provincie georganiseerde – transportcontroles zijn betrokken of die afvaltransporten controleren in het kader van hun reguliere politie-milieutaak zoals bijvoorbeeld tijdens de surveillance;

  • II. te bepalen dat binnen vier weken na elke controle of constatering, waarbij van de op grond van dit besluit toegekende bevoegdheid gebruik is gemaakt, een schriftelijke opgave aan ons wordt gedaan van:

    • a. de datum van de controle;

    • b. de plaats(en) van de controle;

    • c. de aard van de geconstateerde overtredingen;

    • d. of al dan niet terzake van de overtreding proces-verbaal is opgemaakt;

    • e. of al dan niet terzake van de overtreding bemonstering heeft plaatsgevonden;

  • III. te bepalen dat de sub 1 bedoelde aanwijzing geldt tot 1 januari 2015;

  • IV. de sub 1 bedoelde personen middels de contactpersonen van de Zuid-Hollandse politieregio’s en het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) in het bezit te stellen van een afschrift van dit besluit en een afschrift van dit besluit te zenden aan de Officieren van Justitie belast met milieuzaken van de Functioneel Parket van de Handhavingseenheid Rotterdam;

  • V. Dit besluit treedt in werking op de dag na de dag van plaatsing in het Staatscourant.

Den Haag, 22 februari 2010

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

voor dezen:

hoofd Stafbureau van de Afdeling Handhaving,

R.S. Noé.

Naar boven