Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 februari 2010, nr. WJZ/188239 (8281), houdende wijziging van de Subsidieregeling indemniteit bruiklenen 2008 in verband met een tijdelijke verhoging van het subsidieplafond

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën,

Gelet op artikel 5a van het Bekostigingsbesluit cultuuruitingen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling indemniteit bruiklenen 2008 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 5. In afwijking van het derde lid geldt voor de periode van 1 februari 2010 tot en met 31 mei 2010 dat het totaal van de aanspraken op financiële middelen op grond van indemniteitsverklaringen op enig moment het bedrag van € 450.000.000 niet te boven gaat.

B

Aan artikel 10 wordt een lid toegevoegd luidende:

• 3. Artikel 2, vijfde lid, vervalt met ingang van 1 juni 2010.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 februari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H.A. Plasterk.

TOELICHTING

In het voorjaar van 2010 vinden er twee grote tentoonstellingen plaats. Het gaat hier om de tentoonstelling Kandinsky en Der Blaue Reiter in het Gemeentemuseum Den Haag en de tentoonstelling van Matisse tot Malevich, pioniers van de Moderne Kunst in de Hermitage Amsterdam. Uit de inmiddels ingediende aanvragen voor een indemniteitsverklaring ten behoeve van de tentoonstellingen blijkt dat de te verzekeren waarde dermate hoog is dat het subsidieplafond van € 300.000.000 niet voldoende is. Hierdoor komt de begroting van de tentoonstellingen onder druk te staan. Bovendien zouden ook andere instellingen in die periode niet in staat zijn om van de indemniteitsregeling gebruik te maken waardoor een verschraling van het museale aanbod zou dreigen.

Om aan dit probleem tegemoet te komen heb ik in overleg met de Minister van Financiën besloten het subsidieplafond tijdelijk te verhogen tot € 450.000.000.

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 februari 2010. Daarmee wordt afgeweken van de vaste inwerkingtredingdata en minimum invoeringstermijn. De reden dat afgeweken wordt van vaste inwerkingtredingdata en minimum invoeringstermijn is dat het van belang is voor de instellingen dat de regeling zo snel mogelijk in werking treedt gezien de startdata van de tentoonstellingen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R.H.A. Plasterk.