Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 10 februari 2010, nr. PG/OGZ 2984607, houdende verlening mandaat en machtiging aan de Nederlandse Diabetes Federatie ter uitvoering van subsidies in het kader van het Nationaal Actieprogramma Diabetes

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelezen de Overeenkomst inzake uitvoering van subsidies inzake het Nationaal Actieprogramma Diabetes van de Staat der Nederlanden met de Nederlandse Diabetes Federatie, statutair gevestigd te Amersfoort, in welke bescheiden de instemming, bedoeld in artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht, is vervat;

Gelet op artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. mandaat:

bevoegdheid om in naam van de minister besluiten te nemen;

b. gemandateerde:

degene aan wie mandaat is verleend;

c. machtiging:

bevoegdheid om in naam van de Minister handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 2

Aan de directeur van de Nederlandse Diabetes Federatie, statutair gevestigd te Amersfoort, wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot het verstrekken van de subsidies op grond van de Subsidieregeling VWS-subsidies in het kader van het Nationaal Actieprogramma Diabetes.

Artikel 3

Artikel 1b, alsmede de hoofdstukken 2 en 4 van de Mandaatregeling VWS zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4

  • 1. De gemandateerde ondertekent een in mandaat genomen besluit en overige stukken met:

    ‘De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

    namens deze,

    de directeur van de Nederlandse Diabetes Federatie’,

    gevolgd door handtekening en naam.

  • 2. De gemandateerde plaatst onder een in mandaat genomen besluit de volgende bezwaarclausule:

    ‘Een belanghebbende kan tegen dit besluit bezwaar maken op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit kan door een bezwaarschrift in te dienen bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, t.a.v. Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag.

    De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De termijn vangt aan met ingang van de dag volgend op de dag waarop het besluit is gedagtekend.

    Het bezwaarschrift wordt ondertekend door de indiener en bevat:

    • de naam en het adres van de indiener,

    • de dagtekening,

    • een omschrijving van het bestreden besluit, bijvoorbeeld door vermelding van het zaaknummer, briefkenmerk en datum of door bijvoeging van een kopie van het besluit,

    • de gronden van het bezwaar.’

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 september 2009.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit Nationaal Actieprogramma Diabetes.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

TOELICHTING

Met dit besluit is geregeld dat de directeur van de Nederlandse Diabetes Federatie namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport besluiten kan nemen en feitelijke handelingen kan verrichten die nodig zijn om subsidies te verstrekken in het kader van het Nationaal Actieprogramma Diabetes (NAD). Het Mandaatbesluit Nationaal Actieprogramma Diabetes treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 september 2009.

Het NAD is een belangrijk programma, gericht op het uitvoeren van ambities van het kabinet voor de aanpak van diabetes. Dat wil zeggen: het aantal patiënten met diabetes afremmen, de leeftijd waarop diabetes type 2 zich manifesteert uitstellen, complicaties als gevolg van diabetes voorkómen dan wel uitstellen en mensen met diabetes in staat stellen zo goed mogelijk met de aandoening om te gaan.

De uitvoering van het NAD is gebaseerd op de brief die het Kabinet heeft gestuurd over de programmatische aanpak van chronische ziekten (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 31 200 XVI, nr. 155). De uitgangspunten van deze brief zullen ook consequent worden toegepast binnen het NAD. Dat betekent ondermeer dat het NAD zich inspant om de toepassing van de NDF-zorgstandaard te bevorderen en te bewerkstelligen dat deze standaard maximaal wordt geaccepteerd als ondergrens voor goede zorg. Het NAD zal ook innovaties op het terrein van preventie binnen de zorg stimuleren. Binnen het NAD zal zelfmanagement als onderdeel van de zorgstandaard verder worden ontwikkeld en toegepast via experimenten. Het stimuleren van goede ketenzorg voor diabetes is ook een belangrijk onderdeel van het NAD.

Voor het uitvoeren van het NAD zijn goede projecten vereist. Deze worden beoordeeld aan de hand van criteria zoals heldere doelstelling, uitvoerbaarheid, expertise uitvoerende partijen, aantoonbare bijdrage aan het kabinetsbeleid en financiering. Om projectaanvragen te kunnen beoordelen is inhoudelijke kennis vereist van de problematiek maar ook van veldpartijen en innovaties. Daarnaast moet een beoordelingskader beschikbaar zijn op grond waarvan de projectaanvragen kunnen worden getoetst. Mede voor dit doel is een stuurgroep opgericht die bestaat uit deskundigen uit de wereld van patiënten, aanbieders en wetenschap. De stuurgroep beoordeelt de aanvragen en brengt advies uit aan de directeur van de NDF. Voor het nemen van besluiten over het al dan niet toekennen van subsidies en de uitvoering van die besluiten is een rechtspersoon vereist alsmede een gemandateerde vertegenwoordiger van die rechtspersoon, in casu de directeur van de NDF.

De directeur van de NDF beschikt over de vereiste kennis en inzichten om het advies van de stuurgroep op zijn merites te kunnen beoordelen, is in staat om besluiten te nemen over het al dan niet toekennen van subsidies en de subsidietechnische uitvoering van zijn besluit.

Gelet op het feit dat er sprake is van een mandaatverlening aan een niet-ondergeschikte als bedoeld in artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht, behoeft de mandaatverlening de schriftelijke instemming van de gemandateerde en degene onder wiens verantwoordelijkheid hij werkt. De schriftelijke instemming van de Nederlandse Diabetes Federatie volgt uit de Overeenkomst inzake uitvoering subsidies Nationaal Actieprogramma Diabetes, waarin voorts is vastgelegd onder welke voorwaarden de directeur van de Nederlandse Diabetes Federatie gebruik maakt van het mandaat en de machtiging.

Op het mandaat en de machtiging zijn de algemene bepalingen van de Mandaatregeling VWS van overeenkomstige toepassing. Zo kan het mandaat te allen tijde worden beëindigd (zie hoofdstuk 2 van de Mandaatregeling VWS). Verder kan op grond van de Mandaatregeling VWS het mandaat en de machtiging bij afwezigheid of verhindering van de directeur worden uitgeoefend door een plaatsvervanger, te weten mw dr. I. de Weerdt, plv. directeur van de NDF.

Voorts omvat het mandaat bijvoorbeeld niet de bevoegdheid te beslissen op een verzoek om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur of om een beslissing op bezwaar te nemen. Daartoe zijn uitsluitend de functionarissen bevoegd als vermeld in hoofdstuk 4 van de Mandaatregeling VWS.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

Naar boven