Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 9 december 2010, nr. BVE/Stelsel/257950, tot wijziging van de Subsidieregeling Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006–2010 in verband met verlenging van de werkingsduur met een jaar

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 4, tweede en derde lid, van de Wet overige OCW-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006–2010 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, eerste lid, wordt ‘de periode 2006 tot en met 2010’ vervangen door: de periode 2006 tot en met 2011.

B

Aan artikel 4, tweede lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: De subsidieaanvraag voor 2011 wordt ingediend uiterlijk 31 december 2010.

C

Aan artikel 5 wordt een volzin toegevoegd, luidende: Ten aanzien van de subsidieaanvraag voor het jaar 2011 beslist de minister uiterlijk op 18 februari 2011.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

TOELICHTING

In het regeerakkoord VVD-CDA is opgenomen dat er een Actieplan Laaggeletterdheid moet worden ontwikkeld. De activiteiten hiervoor worden in het voorjaar 2011 opgestart. De huidige Subsidieregeling Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006–2010 loopt eind 2010 af. Dit betekent dat de activiteiten van de uitvoerende partijen van het nu lopende Aanvalsplan abrupt tot stilstand zouden komen, nog voordat de opbrengsten uit het Aanvalsplan geborgd zijn en er de mogelijkheid is om nieuw beleid in het kader van het nog op te stellen Actieplan Laaggeletterdheid te formuleren. Om dit te voorkomen wordt de Subsidieregeling Aanvalsplan Laaggeletterdheid met een jaar verlengd tot en met 2011, zodat in het Actieplan voortgebouwd kan worden op de behaalde resultaten van het Aanvalsplan Laaggeletterdheid. Hiervoor is gekozen om de uitvoerende partijen van de Subsidieregeling de mogelijkheid te geven om hun activiteiten af te ronden en te borgen en geen hiaten te laten ontstaan.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Naar boven