Circulaire Bezoldiging cdK's, (onkosten)vergoeding leden gedeputeerde staten, leden provinciale staten en commissieleden

Aan: De commissarissen van de Koningin, gedeputeerde staten, provinciale staten, de commissieleden, de griffier van de staten en het hoofd van de personeelsafdeling

Onderwerp: Bezoldiging cdK's, (onkosten)vergoeding leden gedeputeerde staten, leden provinciale staten en commissieleden.

Doelstelling: Informatie over beleid

Juridische grondslag: Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, Rechtspositiebesluit gedeputeerden en Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden

Relaties met andere circulaires: 19 juni 2007, nr. 2007-182147, 24 november 2009, nr. 2009-645315 en 23 december 2009, nr. 752147

Ingangsdatum: 1 januari 2011

Geldig tot: Nadere berichtgeving

Datum: 30 november 2010

Kenmerk: 2010-0000693123

Algemene informatie

Door middel van deze circulaire wordt u, zoals elk jaar gebruikelijk, geïnformeerd over de wijzigingen van de bedragen van de (onkosten)vergoedingen voor de commissarissen van de Koningin, de leden van provinciale staten, leden gedeputeerde staten en commissieleden.

Voor uw informatie meld ik u bovendien nog het volgende.

Op dit moment is een algemene maatregel van bestuur in voorbereiding waarin een aantal rechtspositiebesluiten van politieke ambtsdragers wordt gewijzigd. Deze wijzigingen hebben te maken met de invoering van de werkkostenregeling die voortvloeit uit de Fiscale vereenvoudigingswet 2010 (Staatsblad 2010, nr. 611) met ingang van 1 januari 2011. Provincies kunnen er voor kiezen met ingang van deze datum de werkkostenregeling in te voeren. De wijziging van de rechtspositie-besluiten maakt het voor provincies lokaal mogelijk voorzieningen voor politieke ambtsdragers gelijktijdig met de ambtenaren aan te wijzen als eindheffings-bestanddeel binnen de werkkostenregeling. De keuzemogelijkheid om over te stappen naar de werkkostenregeling eindigt op 1 januari 2014. Met ingang van deze datum dienen alle provincies de werkkostenregeling te hebben ingevoerd. De algemene maatregel van bestuur beoogt een beleidsarme omzetting naar de werk-kostenregeling. Het aansprakenniveau voor betrokken ambtsdragers verandert niet.

De ministerraad heeft op 5 november 2010 ingestemd met deze algemene maatregel van bestuur waarin bovenstaande wijzigingen zijn opgenomen.

De volgende stap in de procedure is advisering door de Raad van State.

De wijzigingen die betrekking hebben op dit onderwerp treden naar alle waarschijnlijkheid, indien noodzakelijk met terugwerkende kracht, in werking met ingang van 1 januari 2011 en worden in het Staatsblad gepubliceerd.

Na de publicatie in het Staatsblad informeer ik u zo spoedig mogelijk over de consequenties van deze wijzigingen voor de in deze circulaire opgenomen bedragen in het geval uw provincie besluit om over te stappen op de werkkostenregeling.

1. Bezoldiging commissaris van de Koningin

Op grond van artikel 3, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning wijzigt de bezoldiging van de commissaris van de Koningin overeenkomstig de wijziging van de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment wordt overleg gevoerd over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. Als een dergelijke volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging van de commissaris van de Koningin.

U bent over de bezoldiging van de commissaris van de Koningin geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de bezoldiging voor commissarissen van de Koningin per 1 april 2009 is vastgesteld op € 10.325,86 per maand.

2. Eindejaarsuitkering commissarissen van de Koningin

Op grond van artikel 4a van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning heeft de commissaris recht op een eindejaarsuitkering overeenkomstig de regels, die te dien aanzien voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment wordt overleg gevoerd over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. Als een dergelijke volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de eindejaarsuitkering voor commissarissen.

U bent over de eindejaarsuitkering van de commissarissen geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor commissarissen van de Koningin per 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.

3. Ambtstoelage en overige ambtskosten commissaris van de Koningin

In artikel 3, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning zijn de ambtstoelage ad € 635,29 en de vergoeding van overige ambtskosten ad € 1.011,93 opgenomen. Dit zijn vaste bedragen waarop geen indexering wordt toegepast.

4. Bezoldiging gedeputeerden

Op grond van artikel 3 van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt een gedeputeerde een bezoldiging die gerelateerd is aan het maximum van schaal 17 van het BBRA 1984. Het daarbij behorende bedrag wijzigt als de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk ook wijzigt.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment wordt overleg gevoerd over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. Als een dergelijke volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging gedeputeerden.

U bent over de bezoldiging van gedeputeerden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de bezoldiging voor gedeputeerden per 1 april 2009 is vastgesteld op € 7.899,67 per maand.

5. Eindejaarsuitkering gedeputeerden

Op grond van artikel 4, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt de gedeputeerde een eindejaarsuitkering overeenkomstig de bepalingen welke daaromtrent voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment wordt overleg gevoerd over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. Als een dergelijke volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de eindejaarsuitkering voor gedeputeerden.

U bent over de eindejaarsuitkering van gedeputeerden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor gedeputeerden per 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.

6. Onkostenvergoeding gedeputeerden

In artikel 21, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten (genoemd in artikel 21, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden) voor een gedeputeerde per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De consumentenprijsindex voor 2010 is bepaald op 107,26. Voor 2009 was dit indexcijfer 105,59. Dit betekent dat de bedragen van de onkostenvergoeding per 1 januari 2011 worden verhoogd met 1,6%.

Met ingang van 1 januari 2011 wordt het bedrag genoemd in artikel 21, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden gewijzigd in € 666,45 (was € 655,95).

7. Vergoeding werkzaamheden statenleden

In artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat het bedrag van de vergoeding voor de werkzaamheden van statenleden per 1 januari van elk jaar worden herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Toepassing van het bovenstaande houdt in dat de bedragen van de vergoeding voor werkzaamheden voor statenleden per 1 januari 2011 worden verhoogd met 2,0%. Dit is de procentuele verhoging van het indexcijfer van 2010 (130,2) ten opzichte van 2009 (127,7).

Met ingang van 1 januari 2011 wordt het bedrag genoemd in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de vergoeding van de werkzaamheden gewijzigd in € 12.948,63 (was € 12.694,74).

8. Onkostenvergoeding statenleden

In artikel 2, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten genoemd in het derde en vierde lid van artikel 2, per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De consumentenprijsindex voor 2010 is bepaald op 107,26. Voor 2009 was dit indexcijfer 105,59. Dit betekent dat de bedragen van onkostenvergoedingen per 1 januari 2011 worden verhoogd met 1,6%.

Met ingang van 1 januari 2011 worden de bedragen genoemd in artikel 2, derde en vierde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten gewijzigd in € 86,56 (was € 85,20) en bij een fictieve dienstbetrekking € 180,35 (was € 177,51).

9. Tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor de statenleden

In artikel 10, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat provinciale staten bij verordening kunnen bepalen dat een lid van provinciale staten ten laste van de provincie een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering ontvangt.

In het tweede lid van artikel 10 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat indien de nominale eindejaarsuitkering van het personeel werkzaam bij de sector Rijk wijziging ondergaat, het in het eerste lid genoemde bedrag naar evenredigheid wordt gewijzigd.

De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2010. Op dit moment wordt overleg gevoerd over een nieuwe arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk. Als een dergelijke volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor het bedrag van de tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor statenleden.

U bent over de tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering voor statenleden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.

Voor uw informatie meld ik u dat voor de statenleden vanaf 1 april 2009 een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering geldt van € 203,21 per jaar.

10. Commissieleden

In artikel 13 juncto artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is het bedrag bepaald van de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Toepassing van het bovenstaande houdt in dat de bedragen van de vergoeding voor werkzaamheden voor commissieleden per 1 januari 2011 worden verhoogd met 2,0%. Dit is de verhoging van het indexcijfer van 2010 (130,2) ten opzichte van 2009 (127.7).

Met ingang van 1 januari 2011 wordt het bedrag genoemd in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden gewijzigd in € 104,08 (was € 102,04).

11. WGA-premie (premie Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten)

Voor uw informatie merk ik nog op dat voor de commissarissen van de Koningin niet meer en voor de gedeputeerden géén verhaal van de WGA-lasten plaats vindt. De commissarissen en de gedeputeerden vallen onder de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) en niet (meer) onder de wettelijke sociale zekerheid, zoals de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen). Voor de commissarissen en de gedeputeerden vindt op grond van de Appa geen inhouding plaats in verband met arbeidsongeschiktheid.

Ook voor de statenleden vindt géén verhaal van de WGA-lasten plaats. De statenleden zijn ook uitgezonderd van de wettelijke sociale zekerheid.

12. Informatie op internet

Informatie die betrekking heeft op provinciale politieke ambtsdragers, kunt u vinden op de internetsite van de Rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl. Daarna kiest u Ministeries/Ministerie van BZK/Onderwerpen/Provincies.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

voor deze:

de directeur Arbeidszaken Publieke Sector,

L.D.P. Lombaers.

Naar boven