Toestemming overdracht opsporingsvergunning P1

26 oktober 2010

Nr. ETM/EM / 10158437

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Procesverloop:

  • Elko Energy B.V. en Elko Exploration B.V. zijn gezamenlijk houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 28 juni 2007 verleende opsporingsvergunning P1 met kenmerk: ET/EM/ 7069795;

  • de vergunninghouder heeft bij brief van 27 september 2010, ontvangen op 30 september 2010, gevraagd om toestemming op grond van artikel 20, eerste lid, van de Mijnbouwwet tot overdracht van de opsporingsvergunning P1 aan Chevron Exploration and Production Netherlands B.V. (hierna genoemd Chevron).

Overwegingen:

  • de aanvraag wordt als volgt begrepen dat de huidige vergunninghouder verzoekt om overdracht van de opsporingsvergunning P1, zodanig dat Chevron vergunninghouder wordt van deze opsporingsvergunning;

  • Chevron heeft reeds aangetoond over voldoende expertise te kunnen beschikken om uitvoerder in de zin van artikel 22, vijfde lid, van de Mijnbouwwet te zijn;

  • de technische of financiële mogelijkheden van de beoogde vergunninghouder geven geen aanleiding tot het weigeren van de toestemming tot overdracht van de opsporingsvergunning aan deze beoogde vergunninghouder. Hiermee is voldaan aan artikel 20, eerste lid, van de Mijnbouwwet in samenhang met artikel 9, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwwet;

  • de manier waarop de beoogde vergunninghouder voornemens is de activiteiten te verrichten geeft geen aanleiding de toestemming tot overdracht te weigeren. Hiermee is voldaan aan artikel 20, eerste lid, van de Mijnbouwwet in samenhang met artikel 9, eerste lid, onder b, van de Mijnbouwwet;

  • de beoogde vergunninghouder heeft niet onder een eerdere vergunning bij activiteiten als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Mijnbouwwet blijk gegeven van gebrek aan efficiëntie en verantwoordelijkheidszin, daaronder mede verstaan maatschappelijke verantwoordelijkheidszin. Hiermee is voldaan aan artikel 20, eerste lid, van de Mijnbouwwet in samenhang met artikel 9, eerste lid, onder c, van de Mijnbouwwet.

Gelet op artikel 20, eerste en derde lid, van de Mijnbouwwet.

Besluit:

Artikel 1

Aan de houder van de opsporingsvergunning P1, verleend bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 28 juni 2007 met kenmerk: ET/EM/ 7069795, wordt toestemming verleend tot overdracht van de opsporingsvergunning, zodat Chevron Exploration and Production Netherlands B.V. houder zal worden van de opsporingsvergunning P1.

Artikel 2

De vergunning dient binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.

Artikel 3

De vergunninghouder doet van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

Artikel 4

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

namens deze:

P. Jongerius,

Themacoördinator Mijnbouw en Mijnbouwklimaat directie Energiemarkt.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/L204), Postbus 20101, 2500 EC ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven