Goedgekeurd bestemmingsplan (op grond van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening)

Burgemeester en wethouders maken bekend dat Gedeputeerde Staten van Gelderland bij besluit van 23 september 2010, nr. 2010-013703 goedkeuring hebben verleend aan het bestemmingsplan ‘Geitenkamp en omgeving’.

Dit bestemmingsplan is gewijzigd vastgesteld door de gemeenteraad bij besluit van 12 juli 2010.

Het plangebied is gelegen in het noordoosten van Arnhem. Het wordt aan de noordzijde begrensd door de Schelmseweg. Aan de westzijde door de Monnikensteeg (gedeeltelijk), de Dr. Schaepmanlaan, en de Goeijenlaan (gedeeltelijk). Aan de zuidzijde door de Beukenlaan (gedeeltelijk), de Kloosterstraat en de Rosendaalseweg. Aan de oostzijde wordt het begrensd door het oostelijk talud van de A12. De exacte begrenzing is op de plankaart weergegeven.

Op 5 december 2007 is de wijk Geitenkamp en een zuidelijke strook tussen de Rosendaalseweg en de Kloosterstraat door de minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen aangewezen als Rijksbeschermd stadsgezicht. Volgens artikel 36 van de Monumentenwet vinden stadsgezichten hun bescherming in het bestemmingsplan. Aangezien deze bescherming in het vigerend bestemmingsplan onvoldoende aanwezig is, is herziening nodig. Het doel van dit bestemmingsplan is om de cultuurhistorische waarden in het gebied te beschermen.

Naast bescherming van de cultuurhistorische waarden heeft dit bestemmingsplan als doel het juridisch en beleidsmatig uniformeren van het planinstrumentarium voor het totale plangebied binnen de huidige ruimtelijke structuur. Het gaat er daarbij vooral om het gebied tegen ongewenste ontwikkelingen te beschermen en gewenste ontwikkelingen mogelijk te maken.

Het bestemmingsplan en het besluit van Gedeputeerde Staten liggen gedurende een termijn van zes weken, ingaande 28 oktober 2010, voor eenieder ter inzage in het stadshuis, loket BWL, Koningstraat 38 Arnhem.

Tegen het besluit van Gedeputeerde Staten kan een belanghebbende gedurende deze termijn van zes weken beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Voorts kan, indien beroep is ingesteld, een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

Daarbij geldt dat op grond van het bepaalde in artikel 56 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening juncto artikel 6:13 van de Algemene wet bestuursrecht geen beroep kan worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen bedenking bij Gedeputeerde Staten heeft ingediend.

Het besluit van Gedeputeerde Staten treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt. Indien binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingediend, wordt de werking van het besluit van Gedeputeerde Staten opgeschort totdat op dit verzoek is beslist.

Aan de indiening van zowel een beroepschrift als een verzoek om een voorlopige voorziening zijn kosten verbonden. Nadere inlichtingen daarover kunnen worden ingewonnen bij het gemeentebestuur of het provinciaal bestuur van Gelderland te Arnhem.

Arnhem, 27 oktober 2010

Naar boven