Besluit houdende departementale herindeling met betrekking tot innovatie

14 oktober 2010

Nr. 10.002845

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 14 oktober 2010, kenmerk 3096356;

Gelet op artikel 44 van de Grondwet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wordt belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van innovatie, voor zover deze voor 14 oktober 2010 was opgedragen aan Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en Onze Minister van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 2

De taken van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het ministerie van Infrastructuur en Milieuworden dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 3

De organisatorische, personele en rechtspositionele aspecten van de in artikelen 1 en 2 bedoelde herindeling van departementale taken worden uitgewerkt in overleg tussen Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Onze Minister van Infrastructuur en Milieu en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 14 oktober 2010.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Onze Minister van Infrastructuur en Milieu en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de in dit besluit genoemden, de Hoge Colleges van Staat, de Raad van Ministers, de Gevolmachtigde Ministers van Aruba, van Curaçao en van Sint Maarten en de ministeries.

’s-Gravenhage, 14 oktober 2010

Beatrix

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

M. Rutte.

TOELICHTING

Met dit besluit wordt uitvoering gegeven aan hetgeen in het eindverslag van formateur drs. M. Rutte van 14 oktober 2010 is opgenomen inzake de overgang van innovatie naar de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

Hiermee worden de taken inzake het innovatiebeleid en innovatiemiddelen overgeheveld naar de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, voor zover het gaat om taken die voor 14 oktober 2010 berustten bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, met inbegrip van TNO, en bij de Minister van Verkeer en Waterstaat, met inbegrip van de grootschalige technologische instituten NLR en Deltares.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zal mede betrokken worden bij de aansturing van en de besteding van middelen door de KNAW en het NWO, die blijven ressorteren onder de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie is tevens belast met de coördinatie terzake.

De organisatorische alsmede de personele en rechtspositionele aspecten van de overgang van de verantwoordelijkheid voor het genoemde beleidsterrein zullen nader worden uitgewerkt in overleg tussen de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Minister van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Dit betreft onder meer de overgang c.q. toerekening van personeel behorende tot algemene, staf- en bedrijfsvoeringsonderdelen.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

M. Rutte.

Naar boven