Besluit betreffende de instelling van de deltacommissaris

28 januari 2010

Nr. CEND/HDJZ-2010/119 sector water

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

deltaprogramma:

programma van maatregelen en voorzieningen van nationaal belang op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening, jaarlijks gelijktijdig met de begroting aangeboden door de minister aan de Staten- Generaal.

minister:

Minister van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 2

• 1. Er is een deltacommissaris.

• 2. De deltacommissaris is onder verantwoordelijkheid van de minister belast met het bevorderen van de totstandkoming en uitvoering van het deltaprogramma.

Artikel 3

Tot de taken van de deltacommissaris behoren:

• a. het jaarlijks doen van een voorstel voor het deltaprogramma en dit voorleggen aan de minister en de ministers wie het mede aangaat;

• b. het bevorderen en voeren van bestuurlijk overleg met en het onderhouden van relaties met betrokken bestuursorganen, bedrijven en maatschappelijke organisaties;

• c. het bewaken van de voortgang van de uitvoering van het deltaprogramma en daarover rapporteren en rechtstreeks adviseren aan de minister en de minister wie het mede aangaat;

• d. het doen van voorstellen voor de agenda van de vergaderingen voor de betrokken onderraad van de ministerraad;

• e. het doen van voorstellen aan bestuursorganen van de bij het deltaprogramma betrokken overheden om hun bevoegdheden in te zetten, indien dat de voortgang van het deltaprogramma ten goede komt en voor de realisatie daarvan noodzakelijk is;

• f. het adviseren, bijstaan en vertegenwoordigen van de minister, in verband met het deltaprogramma en de uitvoering ervan;

• g. het op verzoek bijstaan van de minister bij de behandeling van het deltaprogramma in het parlement, waarbij de deltacommissaris desgewenst het woord kan voeren over feiten en omstandigheden betreffende het deltaprogramma;

• h. het nemen van initiatieven in het opbouwen en in stand houden van maatschappelijk, politiek en bestuurlijk draagvlak voor het deltaprogramma;

• i. het bevorderen van de communicatie over het deltaprogramma.

Artikel 4

• 1. De deltacommissaris heeft een eigen bureau ter ondersteuning van zijn werkzaamheden, eigen huisvesting en een budget dat toereikend is voor de hem toebedeelde taken. De middelen hiervoor worden verstrekt vanwege het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

• 2. De deltacommissaris maakt waar mogelijk gebruik van de faciliteiten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

• 3. De archiefbescheiden van de deltacommissaris en zijn projectbureau worden na beëindiging van zijn werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 5

• 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Indien het besluit wordt geplaatst na 31 januari 2010, treedt het in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt het terug tot 1 februari 2010.

• 2. Dit besluit vervalt op een door de Minister van Verkeer en Waterstaat te bepalen tijdstip.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit deltacommissaris.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa.

TOELICHTING

Algemeen

In september 2008 heeft de commissie duurzame kustontwikkeling, onder voorzitterschap van prof. dr. C.P. Veerman, het advies ‘Samen werken met water’ uitgebracht, over de bescherming tegen de gevolgen van klimaatverandering. De commissie adviseert tot het opstellen en uitvoeren van een maatregelenprogramma, het instellen van een fonds en het aanstellen van een regeringscommissaris die de samenhang en voortgang van de uitvoering bevordert. Naar aanleiding van dit advies heeft het kabinet besloten om een Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening te maken, waarin een deltaprogramma, een deltafonds en een deltacommissaris hun wettelijke verankering krijgen. De Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening is in voorbereiding en zal naar verwachting in de loop van 2010 in werking treden.

De Tweede Kamer heeft op 5 november 2009 een motie van de leden Koppejan en Boelhouwer aangenomen, waarin de regering wordt verzocht om de deltacommissaris zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk eind 2009 te benoemen. Dit besluit voorziet in instelling van de functie van regeringscommissaris voor het deltaprogramma. Deze regeringscommissaris wordt aangeduid met de titel ‘deltacommissaris’. Met dit besluit wordt vooruitgelopen op de inwerkingtreding van de Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening.

Taken deltacommissaris

De deltacommissaris bevordert de totstandkoming en uitvoering van het deltaprogramma. Hij handelt hierbij onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Verkeer en Waterstaat, die is aangewezen als coördinerend minister voor het deltaprogramma.

De deltacommissaris maakt de planning voor het deltaprogramma, begeleidt de jaarlijkse herziening van het deltaprogramma, volgt de voortgang van lopende projecten en inventariseert eventuele plannen voor nieuwe projecten. De deltacommissaris zorgt dat de inbreng van alle betrokken partijen tijdig beschikbaar is en bewaakt de samenhang van de voorstellen. Op basis daarvan doet de deltacommissaris een voorstel voor het deltaprogramma, inclusief de financiële consequenties daarvan.

De deltacommissaris zal daarnaast de voortgang van de uitvoering van het deltaprogramma bewaken en daarover regelmatig rapporteren en adviseren aan de coördinerend bewindspersoon en aan de andere ministers die een actieve rol hebben in de uitvoering van het Deltaprogramma, te weten de Ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

De deltacommissaris beoordeelt wat nodig is om de (nationale) samenhang en consistentie van het deltaprogramma te waarborgen. De deltacommissaris entameert waar nodig overleg tussen betrokken partijen om de besluitvorming te bevorderen en bevordert het draagvlak voor het deltaprogramma via contacten met centrale en decentrale overheden en maatschappelijke organisaties.

De deltacommissaris wordt naast de ambtelijke lijnorganisatie in het bestuurlijke veld gepositioneerd. Hij zal de coördinerend bewindspersoon onafhankelijk van de staande organisatie adviseren, bijstaan en vertegenwoordigen in intern en extern overleg.

Op grond van artikel 69 van de Grondwet kan hij op verzoek van de Minister van Verkeer en Waterstaat het woord voeren in de Tweede en Eerste Kamer, waar het feitelijke informatie over het deltaprogramma betreft.

De deltacommissaris kan, vanuit zijn signalerende en coördinerende rol, de bij het deltaprogramma betrokken bewindspersonen en bestuurders van decentrale overheden voorstellen hun bevoegdheden in te zetten als de voortgang van het deltaprogramma dreigt te stagneren.

Ten slotte zal de deltacommissaris een actieve rol spelen in het opbouwen en in het in stand houden van het draagvlak voor het deltaprogramma. Dit is nodig omdat het doel van het deltaprogramma – waterveiligheid en zoetwatervoorziening op lange termijn – geen acute opgave is, waardoor het ‘waterbewustzijn' en het gevoel van urgentie kunnen wegzakken. Communicatie is een belangrijk middel bij het opbouwen van draagvlak. Om die reden krijgt de deltacommissaris een coördinerende rol op het gebied van de communicatie.

Het bureau van de deltacommissaris

De deltacommissaris heeft een eigen bureau ter ondersteuning van zijn werkzaamheden en een budget dat toereikend is voor de hem toebedeelde taken. Het stafbureau zal 10 tot 15 fte omvatten. De taken van deze medewerkers zijn afgeleid van de taken van de deltacommissaris.

Het budget voor de deltacommissaris is bedoeld voor materiële zaken (huisvesting, ict en andere bureaukosten) en voor communicatieactiviteiten. De uitvoering van het deltaprogramma valt hier niet onder. De middelen voor het bureau en het budget komen ten laste van de begroting van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Artikelsgewijs

Artikel 3

In onderdeel a is opgenomen dat de deltacommissaris voorstellen doet aan onzeMinister en de minister wie het mede aangaat. In onderdeel d is opgenomen dat de deltacommissaris agendavoorstellen kan doen aan de relevante onderraad voor de ministerraad. Voor beide gevallen is op dit moment voorzien dat de deltacommissaris zich richt tot de Ministeriële Stuurgroep Deltaprogramma (MSD). De MSD is voor het eerst bijeengekomen in november 2008. De MSD functioneert ten aanzien van het deltaprogramma als onderraad voor de ministerraad. De voorzitter van de MSD is de Minister-president, voorts hebben zitting de bewindspersonen van Verkeer en Waterstaat, Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Economische Zaken, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Financiën.

Artikel 5

Dit instellingsbesluit loopt vooruit op de voorgenomen wijziging van de Waterwet en de Wet Infrastructuurfonds in verband met de bescherming tegen overstromingen en de zorg voor de zoetwatervoorziening in relatie tot verwachte klimaatveranderingen (Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening). Ten tijde van vaststelling van dit besluit is het wetsvoorstel in voorbereiding, maar nog niet ingediend bij de Tweede Kamer. Het is daarom juridisch-technisch niet mogelijk de vervaldatum te koppelen aan de inwerkingtredingsdatum van dit wetsontwerp. Dit neemt niet weg dat dit besluit een tijdelijk karakter heeft. Dit besluit zal worden ingetrokken op het moment dat de Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening in werking treedt.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa.