De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;
Gelet op artikel 20, eerste lid, van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;
Besluit:
HOOFDSTUK 1 MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Artikel 1
De Wet materieel ambtenarenrecht BES wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 43 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, wordt ‘Bij algemene maatregel van bestuur’ vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur.
2. In het tweede lid wordt ‘Met inachtneming van de algemene maatregel van bestuur’ vervangen door: Met inachtneming van de
algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling.
B
Na artikel 120 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK XIIa
Artikel 120a
1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de competentiegerichte eindtermen voor het onderwijs
van ambtenaren van politie op de kwalificatieniveaus:
a. VSBO/MBO;
b. HBO, en
c. WO.
2. Met inachtneming van de regels, bedoeld in het eerste lid, worden bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels
gesteld over de opleidingen voor ambtenaren van politie, gericht op de voorbereiding van de uitoefening van algemene politietaken,
alsmede over opleidingen voor ambtenaren van politie of andere door Onze Minister in overeenstemming met Onze Minister van
Justitie aan te wijzen categorieën van personen, gericht op de voorbereiding van de uitoefening van specialistische en leidinggevende
politietaken, alsmede over de instantie die in ieder geval wordt belast met het ontwikkelen en de verzorging van deze opleidingen
en het examineren van de studenten die deze opleidingen hebben gevolgd.
Artikel 2
De Pensioenwet ambtenaren BES wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 4, onder c, wordt na ‘in dienst van de staat’ ingevoegd: en werkzaam op Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
B
In artikel 6, eerste lid, vervalt onderdeel c en wordt de puntkomma aan het slot van onderdeel b vervangen door een punt.
C
Artikel 112b wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na ‘Staat der Nederlanden’ wordt ingevoegd: , indien zij tot het tijdstip van transitie:
a. werkzaam waren in openbare dienst van het eilandgebied Bonaire, Sint Eustatius of Saba, dan wel
b. werkzaam waren in openbare dienst van het Land Nederlandse Antillen en standplaats hadden op Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
2. In het tweede lid wordt ‘laatstelijk werkzaam’ telkens vervangen door: werkzaam.
3. In het vierde lid vervallen de woorden ‘of onderstand’.
D
Artikel 112h, eerste lid, komt te luiden:
E
Artikel 112g, negende lid, komt te luiden:
HOOFDSTUK 2. MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER
Artikel 3
De Wet huurcommissieregeling BES wordt als volgt gewijzigd:
A
‘Huurcommissie’ wordt telkens vervangen door: huurcommissie.
B
In artikel 26 wordt de zinsnede ‘Een woning, die op 1 augustus 1939 (voor wat betreft de eilanden Aruba en Curaçao) of 1 maart
1977 (voor wat betreft de eilanden Bonaire, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten) ‘vervangen door: Een woning die op 1 maart
1977 voor wat betreft de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
C
In de artikelen 29, 34, 37, 38, 44 en 51 wordt de aanduiding ‘f’ telkens vervangen door: USD.
D
In artikel 90 wordt huurcommissie-regeling vervangen door: huurcommissieregeling
HOOFDSTUK 3. SLOTBEPALINGEN
Artikel 4
Deze regeling treedt inwerking met ingang van 10 oktober 2010 om 00:00 uur in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba en om 06:00 uur in het Europese deel van Nederland.
Artikel 5
Deze regeling wordt aangehaald als: Tweede aanpassingsregeling BES-wetten.
TOELICHTING
Artikel 1
Onderdeel A (artikel 43)
Artikel 43 is aangepast, zodat ook krachtens algemene maatregel van bestuur bij ministeriële regeling nadere regels kunnen
worden gesteld over verlening van verlof en toekennen van verlofsbezoldiging.
Onderdeel B (HOOFDSTUK XIIa)
Op 1 juli 2010 is tussen Nederland, Curaçao en Sint Maarten de Regeling kwaliteitscriteria en opleidings- en trainingsvereisten
van de politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba overeengekomen. Deze onderlinge regeling
berust op artikel 41, eerste lid, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en
Saba. Op grond van de onderlinge regeling is het aan elk van de desbetreffende ministers van Curaçao, Sint Maarten en Nederland,
voor wat betreft Bonaire, Sint Eustatius en Saba, om de onderwijstrajecten voor de politieambtenaren aan te wijzen. De competentiegerichte
eindtermen die gelden voor deze onderwijstrajecten worden door de ministers van landen gezamenlijk overeengekomen (artikel 3.1
van de onderlinge regeling).
De grondslag voor het aanwijzen van de onderwijstrajecten, de competentiegerichte eindtermijnen voor deze onderwijstrajecten
alsmede de instantie die wordt belast met het ontwikkelen van de opleidingen en het afnemen van examens ligt voor de BES-eilanden
in artikel 120a van de Wet materieel ambtenarenrecht BES. De Veiligheidswet BES kon hierop niet meer tijdig, te weten vóór
de staatkundige veranderingen van het Koninkrijk op 10 oktober 2010, worden aangepast.
De nadere regels zijn uitgewerkt in het Besluit rechtspositie korps politie BES.
Artikel 2
De wijzigingen in onderdeel A en onderdeel C, subonderdelen 1 en 2, betreffen een technische en redactionele verbeteringen.
Onderdeel B
In verband met de flexibilisering van de pensioeningangsdatum is in artikel 6, eerste lid, onderdeel c geschrapt.
Onderdeel C
In het derde lid van artikel 112b is geregeld dat de Nederlandse Staat de verplichtingen van de werkgever met betrekking tot
de duurtetoeslag overneemt. Omdat het hier pensioenuitkeringen betreft, zullen deze uitkeringen op basis van kapitaaldekking
in het fonds worden ondergebracht. Ditzelfde geldt voor de uitkering bij wijze van pensioen, dat in het vierde lid van artikel
112b geregeld is. Bij nader inzien zal de onderstand bij wijze van pensioen niet ten laste van de staat komen. In verband
hiermee worden in het derde subonderdeel van onderdeel C de woorden ‘of onderstand’ geschrapt.
Onderdeel D
Inmiddels is overeengekomen dat het BES Pensioenfonds de Vut-regeling zal uitvoeren. In verband hiermee is in onderdeel D
artikel 112h, eerste lid, aangepast.
Onderdeel E
Ten slotte is in onderdeel E artikel 112g, negende lid aangepast. Dit is nodig omdat het onderwijs na de transitie niet langer
via de eilandbesturen wordt betaald.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten.