Regeling van de Minister van Economische Zaken van 21 september 2010, nr. WJZ/10134115, tot wijziging van de Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2010

De Minister van Economische Zaken;

Gelet op artikel 16 van het Kaderbesluit EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling openstelling en subsidieplafonds EZ 2010 wordt als volgt gewijzigd:

A

In de tabel in artikel 1 wordt bij nummer 3.3, Subsidieregeling sterktes in innovatie (IOP’s), achter ‘Maritiem’ in kolom 6 het bedrag ‘1.200.000’ vervangen door 1.375.000.

B

In de tabel in artikel 2 worden de volgende regels toegevoegd:

7.

Subsidieregeling sterktes

in innovatie (IOP’s)

3.2

Maritiem (periode

vooraanmelding)

04-10-2010 t/m 29-10-2010

   

Maritiem (Offshore)

31-01-2011 t/m 25-02-2011

1.075.000

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 21 september 2010

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

TOELICHTING

1. Algemeen

Met deze regeling wordt het subsidieplafond voor de Subsidieregeling sterktes in innovatie, IOP Maritiem, verhoogd met € 175.000, −. Tevens wordt een nieuwe tender voor het Maritieme Innovatieprogramma opengesteld van 31 januari 2011 tot 25 februari 2011, met een daarbij behorend subsidieplafond van € 1.075.000,−. De vooraanmelding voor deze tender zal opengesteld worden van 4 oktober 2010 tot 29 oktober 2010.

2. Administratieve lasten

In de Subsidieregeling sterktes in innovatie wordt het budget voor de eerste tender van het IOP Maritiem opgehoogd. Gelijktijdig wordt een nieuwe tender uitgeschreven met een specifieke focus (thema Offshore).

Ophoging van het subsidiebedrag van de eerste tender verandert niets aan de administratieve lasten: er komt daardoor weliswaar een extra (vierde) project bij, maar in de AL-berekening destijds was al rekening gehouden met het honoreren van ongeveer vier projecten.

De uitschrijving van een tweede tender levert wél extra administratieve lasten op.

Het IOP Maritiem valt onder de Ministeriële Regeling ‘Sterktes in Innovatie’. De in de Subsidieregeling ‘Sterktes in Innovatie’ gebruikte systematiek is gericht op het minimaliseren van administratieve lasten voor ondernemers en wordt dus ook in de tenders voor het IOP Maritiem toegepast.

Concreet worden de administratieve lasten via de volgende werkwijze laag gehouden:

  • 1. De administratieve lasten voor het aanvragen van subsidie bestaan uit het invullen van het aanvraagformulier en het opstellen van een projectplan (volgens een vaste structuur). Er wordt gestart met een tender van verkorte aanvragen (A4), gevolgd door een tender van uitgewerkte voorstellen. Tussen de A4-ronde en de ronde van de uitgewerkte voorstellen wordt een beargumenteerd positief of negatief pre-advies aan de aanvragers toegekend. Hierdoor ontstaat er een redelijke kans op succes voor de indieners van een uitgewerkt voorstel en wordt er zo weinig mogelijk werk voor niets gedaan.

  • 2. Het is in de tweede tender mogelijk om aanvragen elektronisch in te dienen.

  • 3. Onderdeel van de IOP projecten is kennisoverdracht via begeleidingscommissies. De rapportages aan de begeleidingscommissies zijn gelijktijdig bedoeld voor de partners en voor de subsidiegever. Dit scheelt extra rapportages.

  • 4. Er is geen aparte accountantsverklaring voor het IOP project nodig. Voor bedrijven blijft het subsidiebedrag onder de drempel van € 125.000 waarboven een accountantsverklaring nodig zou zijn. Voor kennisinstellingen geldt dat ze gebruik kunnen maken van SISA.

Om de totale administratieve lasten van de tweede tender te berekenen is er van uitgegaan dat er tien verkorte aanvragen worden ingediend, waarvan er zes leiden tot een uitgewerkt voorstel, waarvan er drie worden gehonoreerd. Voorts is uitgegaan (op grond van ervaring) dat per project één kennisinstelling met twee bedrijven samenwerkt.

Op grond van deze uitgangspunten komen de totale administratieve lasten voor het oriënteren op, het verkrijgen van en het verantwoorden van de subsidie uit op € 106.320,−. Afgezet tegen het beschikbare subsidiebedrag van € 1.075.000,− komt dat neer op 9,89 procent relatieve lastendruk. Dit getal is relatief hoog enkel doordat het subsidiebedrag relatief laag is.

3. Afwijking Vaste Verandermomenten

De inwerkingtredingsbepaling wijkt af van het Kabinetsstandpunt inzake de Vaste Verandermomenten. Het betreft een nieuwe budgetpublicatie en een tweede openstellingsperiode waarvoor afwijking in dat kabinetsstandpunt wegens uitzonderingsgrond 1 in dit geval is toegestaan. De doelgroepen zijn gebaat bij een zo spoedig mogelijke inwerkingtreding.

De Minister van Economische Zaken,

M.J.A. van der Hoeven.

Naar boven