Beschikking van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 28 september 2010, tot plaatsing in de Staatscourant van de teksten van ministeriële regelingen met betrekking tot de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zoals gewijzigd bij de Aanpassingsregeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ivm BES

28 september 2010

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 24, tweede lid, van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

Besluit:

de teksten van de navolgende ministeriële regelingen, zoals gewijzigd bij de Aanpassingsregeling BES van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, in de Staatscourant te plaatsen als bijlage bij deze beschikking.

  • Regeling tot vaststelling model geneeskundige verklaring krankzinnigheid BES;

  • Regeling visserij producten 1998 BES;

  • Regeling visserij producten 1998/2 BES;

  • Regeling invoer vis of visserij producten uit derde landen BES;

  • Regeling gezondheidscontroles visserij producten BES;

  • Regeling residuen van genees- en bestrijdingsmiddelen in visserijproducten BES;

  • Regeling verpakking visserij producten BES;

  • Regeling identificatie van visserij producten BES;

  • Regeling houdende nieuwe voorschriften met betrekking tot de aflevering en het voorschrijven van middelen als bedoeld in de artikelen 3 en 4 van de Opiumwet 1960 BES;

  • Regeling in-, uit- en doorvoer van verdovende middelen BES;

  • Regeling van 15 september 1967 ter uitvoering van artikel 3 van het besluit van 23 april 1964 ter uitvoering van de artikelen 6 lid 2 en 7 lid 1 tweede alinea van de Opiumwet 1960 BES;

  • Regeling van 6 januari 2005 ter uitvoering van artikel 3, eerste lid, onder f, Opiumwet 1960 BES.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

Tekst van de Beschikking van den 8sten december 1939 N. 2377 tot vaststelling van een model-geneeskundige verklaring ter constateering van krankzinnigheid

  • 1°. Onder vervallenverklaring van het bestaande formulier, vast te stellen de volgende geneeskundige verklaring ter constateering van krankzinnigheid:

    Geneeskundige Verklaring

    Bedoeld bij het derde lid van artikel 8 van de Wet tot regeling van het toezicht op krankzinnigen BES;

    Naam:

    Geslacht: ...... geboortedatum: ...... burgerlijke staat: ......

    Naam van den echtgenoot (bij gehuwde vrouw):

    Verblijfplaats (nauwkeurig aangeven in welke woning of inrichting de patiënt zich bevindt):

    Vragen antwoorden (van den geneesheer)

    • 1. Zijt Ge de huisarts van patiënt(e)?

      Zoo neen,

      • a. in welke andere kwaliteit hebt Ge patiënt(e) dan bezocht (behandeld)?

      • b. wie is de huisarts (naam en adres)?

      • c. hebt Ge overleg met hem gepleegd?

    • 2.

      • a. Hoe lang is patiënt(e) U bekend?

      • b. Hoe vaak hebt Ge hem (haar) in de laatste drie weken bezocht?

      • c. Op welken datum het laatst?

    • 3. Verricht patiënt(e) nog zijne (hare) gewone werkzaamheden?

      Zoo neen sedert wanneer niet?

    • 4. Welke feiten en verschijnselen, op grond waarvan Ge oordeelt, dat patiënt(e) in zijne (hare) geestvermogens gestoord is zijn door U zelven waargenomen?

    • 5.

      • a. Welke feiten en verschijnselen zijn U door anderen medegedeeld?

      • b. Van wien hebt Ge deze inlichtingen ontvangen?

    • 6. Om welke redenen zijt Ge van meening, dat patiënt(e) niet in zijne (hare) omgeving kan blijven?

      (Indien patiënt(e) gevaarlijk wordt geacht voor zichzelf of voor anderen, vermelden, waaruit het gevaar gebleken is).

    • 7. Om welke redenen is volgens Uw zienswijze de plaatsing van patiënt(e) in een gesticht voor krankzinnigen te verkiezen boven de plaatsing in eene andere omgeving of inrichting?

    • 8. Werd patiënt(e) reeds eerder in een gesticht, kliniek of andere inrichting verpleegd, zoo ja waar en wanneer?

    • 9. Welke mededeelingen en wenken acht Ge nog van belang?

      De ondergeteekende,

      bevoegd tot uitoefenen der geneeskunst hiertelande, wonende te

      tel. no. , verklaart in

      aansluiting aan zijne antwoorden op de gestelde vragen, dat voornoemde persoon lijdende is aan krankzinnigheid1

      voorts, dat zijne (hare) plaatsing in een gesticht voor krankzinnigen noodzakelijk2 respectievelijk wenschelijk is.

      Dagteekening: Handteekening:

  • 2°. te bepalen, dat deze beschikking in de Staatscourant zal worden opgenomen.


XNoot
1

Zoo mogelijk hier vermelden den vorm van krankzinnigheid.

XNoot
2

Onderstrepen wat bedoeld wordt.

Naar boven