Kennisgeving van het voornemen tot het opstellen van een project-MER voor de N31 Traverse Harlingen

De minister van Verkeer en Waterstaat en de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijk Ordening en Milieubeheer maken bekend dat zij voornemens zijn een milieueffectrapport (MER) op te stellen voor het m.e.r.-plichtige project N31 Traverse Harlingen.

Het probleem

De N31 is de directe verbinding tussen Amsterdam en Leeuwarden. Het gedeelte van de autoweg tussen Zurich en Harlingen is recent verbreed van 2x1 naar 2x2 rijstroken. Het deel van de autoweg dat door Harlingen loopt, de N31 Traverse Harlingen, heeft op dit moment een 2x1 rijstrook en vormt een knelpunt (flessenhals) op de doorgaande route. Daarom heeft een verkenning plaatsgevonden naar de problemen en mogelijke oplossingen.

In de verkenning is een aantal problemen geconstateerd.

Zo is door een toename van het verkeer de capaciteit van dit wegvak op termijn onvoldoende en staan de verkeersveiligheid en de leefbaarheid onder druk. Daarnaast doorsnijdt de hooggelegen N31 de stad Harlingen en vormt het een barrière voor de omgeving.

Tot slot heeft de flessenhals ter hoogte van Harlingen een negatief effect op de bereikbaarheid van Fryslân, de economische kernzone (Westergozone) en de stad Harlingen.

De oplossing

In de verkenning is een aantal oplossingsrichtingen verkend. Een beoordeling van de verschillende alternatieven heeft geleid tot de keuze voor een verdubbeling van de weg van 2x1 naar 2x2 rijstroken in beide richtingen, een verdiepte ligging en de centrale aansluiting op het onderliggende wegennet ter hoogte van het Spaansen/Perseverantiaterrein. Dit is het bestuurlijk voorkeursalternatief dat het Rijk, de provincie Fryslân en de gemeente Harlingen zijn overeengekomen (zie kaartje).

In het alternatief is tevens een aquaduct onder het Van Harinxmakanaal opgenomen. Het project N31 Traverse Harlingen is een samenwerkingsverband van Rijkswaterstaat, de provincie Fryslân en de gemeente Harlingen.

Publieksparticipatie

Belanghebbenden die persoonlijk of zakelijk in hun belang geraakt worden, zijn de afgelopen periode van de plannen op de hoogte gebracht en zijn geïnformeerd over hoe tot het bestuurlijk voorkeursalternatief is gekomen. In deze gesprekken is ook aangegeven dat deze belangen zorgvuldig worden meegenomen in de verdere planuitwerking en dat waar nodig naar mogelijkheden voor compensatie zal worden gezocht.

Tijdens een inloopmarkt op 19 maart 2009 is het bestuurlijk voorkeursalternatief gepresenteerd. Iedereen kon zich hier persoonlijk laten informeren over het bestuurlijk voorkeursalternatief. Daarbij werd het publiek de gelegenheid geboden wensen en suggesties kenbaar te maken.

Voor belangengroeperingen is eind 2009 en in het voorjaar van 2010 een drietal bijeenkomsten gehouden. Ook tijdens deze bijeenkomsten werd gelegenheid geboden wensen en suggesties naar voren te brengen. Op al deze bijeenkomsten bleek maatschappelijk draagvlak voor het bestuurlijk voorkeursalternatief. In het voorjaar 2010 is men op basis van wensen en suggesties vanuit de omgeving en vanuit ontwerpoptimalisaties gekomen tot een geoptimaliseerd bestuurlijk voorkeursalternatief.

Dit geoptimaliseerde bestuurlijk voorkeursalternatief is gepresenteerd op 17 juni 2010. Ook hiervoor bleek maatschappelijk draagvlak. Het geoptimaliseerde bestuurlijk voorkeursalternatief houdt in dat de nieuwe N31 grotendeels wordt aangelegd naast de bestaande weg. De bereikbaarheid en doorstroming tijdens de aanleg zijn daardoor ook beter geworden en er zijn tevens kansen voor een betere ruimtelijke inpassing gecreëerd.

Voornemen tot opstellen project-MER

Deze kennisgeving is de start voor een nieuwe fase in het besluitvormingsproces. De verkenning is afgerond. In de planuitwerkingsfase wordt het voorkeursalternatief nader uitgewerkt volgens een in de wet vastgestelde procedure. Voor de aanpassing van de Traverse Harlingen moet de wettelijke verkorte tracé-/m.e.r.-procedure worden doorlopen. Onderdeel van deze procedure is het opstellen van een milieueffectrapport (MER). In dit rapport worden de milieueffecten van het bestuurlijk voorkeursalternatief in kaart gebracht. Deze kennisgeving maakt het voornemen bekend een milieueffectrapport op te stellen voor dit project.

De aanvangsbeslissing voor de start van de tracé-/m.e.r.-procedure is op 21 augustus 2009 genomen door de minister van Verkeer en Waterstaat in overeenstemming met de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

De planuitwerkingsfase kent drie stappen:

  • 1. het voornemen tot het opstellen van een project-MER;

  • 2. het ontwerp-tracébesluit en project-MER (voorzien in 2011);

  • 3. het tracébesluit (voorzien 2012).

Op de eerste twee momenten is het mogelijk een zienswijze te geven op de voorliggende onderwerpen, op het derde moment kan beroep worden ingesteld bij de Raad van State.

Het project is tevens opgenomen in Bijlage II van de Crisis- en herstelwet. Dat betekent dat in de m.e.r.-procedure kan worden volstaan met het onderzoeken van één alternatief en dat het inwinnen van advies bij de Commissie voor de milieueffectrapportage niet verplicht is. De Commissie m.e.r. brengt geen advies uit over het voornemen.

Wat gebeurt er verder?

Mede op basis van de zienswijzen op dit voornemen en diverse adviezen stelt de minister van Verkeer en Waterstaat in overeenstemming met de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer de reikwijdte en het detailniveau voor de MER vast. Als u reageert op het voornemen tot het opstellen van een project-MER wordt u hiervan op de hoogte gesteld.

Ook in de planuitwerkingsfase zal het publiek betrokken worden. Hierbij wordt – mede vanuit het oogpunt van ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid – gezocht naar een optimale inpassing van het project in de omgeving. De wensen en voorkeuren van belanghebbenden zullen, indien mogelijk en passend binnen de financiële kaders, worden meegenomen in het ontwerptracébesluit. Daarnaast wordt door overleg met belanghebbenden, partners en organisaties uit de omgeving gezocht naar gezamenlijke kansen om de bereikbaarheid van Fryslân, de economische kernzone (Westergozone) en de stad Harlingen te verbeteren.

Reageren?

Eenieder kan reageren op het voornemen tot het opstellen van een project-MER voor de N31 Traverse Harlingen of aandachtspunten meegeven voor het verdere proces. Hierbij stellen we het op prijs als u ingaat op de volgende vragen:

  • Wat vindt u van de manier waarop de effecten onderzocht gaan worden in de project-MER?

  • Wat mag volgens u niet worden vergeten in het onderzoek naar de milieueffecten?

  • Hoe wilt u betrokken worden bij de verdere planuitwerking?

Van 15 september tot en met 12 oktober 2010 kunt u informatie over de N31 Traverse Harlingen downloaden via www.centrumpp.nl. Ook kunt u gedurende deze periode online uw zienswijze geven via het reactieformulier op bovengenoemde website.

Op de website vindt u de volgende stukken:

  • de verkenning N31 Flessenhals Harlingen (mei 2009);

  • de aanvangsbeslissing (d.d. 21 augustus 2009);

  • de bestuursovereenkomst tussen rijk en regio (d.d. 29 mei 2010);

  • de brief van de minister van Verkeer en Waterstaat aan de Tweede Kamer (d.d. 15 juni 2010, bijlage 3) over het Voorkeursbesluit;

  • de toelichting op de kennisgeving N31 Traverse Harlingen.

Als u geen internet heeft, kunt u de stukken inzien bij:

  • het projectbureau Gebiedsontwikkeling N31 Traverse Harlingen, (MFC ’t Vierkant) Johan van Oldebarneveltstraat 2 te Harlingen;

  • het provinciehuis van de provincie Fryslân, Snekertrekweg 1 te Leeuwarden;

  • het stadskantoor De Groenlandsvaarder, Voorstraat 35 te Harlingen;

  • het ministerie van Verkeer en Waterstaat, Plesmanweg 1−6 te Den Haag;

  • het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Rijnstraat 8 te Den Haag.

U kunt van 15 september tot en met 12 oktober 2010 een schriftelijke reactie sturen naar:

Centrum Publieksparticipatie, N31 Traverse Harlingen

Postbus 30316

2500 GH Den Haag

Vragen?

Voor vragen en nadere informatie kunt u contact opnemen met de informatielijn van Rijkswaterstaat, telefoon 0800 8002 (gratis nummer) of het projectbureau Gebiedsontwikkeling N31 Traverse Harlingen, telefoon 06 52 33 32 08. Voor vragen over de procedure kunt u terecht bij het Centrum Publieksparticipatie, telefoon 070-456 96 02.

Naar boven