Regeling van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 12 augustus 2010, nr. CZW/WVOB 2010-0000532943, tot wijziging van de Spaarloonregeling rijkspersoneel in verband met het vrijgeven van spaarloonbedragen die zijn gespaard in de jaren 2006 tot en met 2009

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 20e van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Besluit:

ARTIKEL I

De Spaarloonregeling rijkspersoneel wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8a

In afwijking van artikel 8, eerste lid, onderdeel a, kunnen de bedragen die zijn gespaard in de jaren 2006 tot en met 2009 vrij worden opgenomen.

B

Artikel 8a vervalt.

C

In artikel 9a, tweede lid, wordt ‘het bevoegd gezag overlegt de spaarloongegevens’ vervangen door: het bevoegd gezag legt de spaarloongegevens over.

ARTIKEL II

  • 1. Deze regeling treedt met uitzondering van artikel I, onderdeel B, in werking met ingang van 15 september 2010. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 14 september 2010, treedt deze regeling in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 15 september 2010.

  • 2. Artikel I, onderdeel B, treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten.

TOELICHTING

1. Algemeen

Het kabinet heeft besloten het spaarloon dat is opgebouwd in de jaren 2006 tot en met 2009 vrij te geven ter ondersteuning van het herstel van de economie. Spaarders kunnen nu dus desgewenst eerder over hun spaarloon beschikken dan wanneer de blokkeringsperiode van vier jaar zou zijn aangehouden. Onderhavige wijziging van de Spaarloonregeling rijkspersoneel formaliseert het kabinetsbesluit voor het rijkspersoneel.

De Minister van Financiën heeft een wijziging aangekondigd van de Wet op de loonbelasting, waarmee het spaarloon over de jaren 2006 tot en met 2009 met ingang van 15 september 2010 zonder fiscale consequenties kan worden opgenomen. In afwachting van deze wetswijziging geeft de Minister van Financiën zijn goedkeuring aan werknemers om, zonder heffing van loonbelasting, te kunnen beschikken over het tegoed van de spaarloonrekening dat betrekking heeft op de jaren 2006 tot en met 2009. Mocht het aangekondigde wetsvoorstel niet tot wet worden verheven, dan zal de goedkeuring van de Minister van Financiën vervallen. In dat geval zal ook dit besluit aangepast worden, zodat het zonder heffing van loonbelasting opnemen van spaarloon vanaf de datum van inwerkingtreding van die aanpassing niet langer mogelijk is.

2. Artikelsgewijs

Artikel I

  • 1. Artikel 8, eerste lid, onderdeel a, van de Spaarloonregeling rijkspersoneel staat een deblokkering van spaartegoeden pas toe als het spaarbedrag ten minste vier jaar op de spaarloonrekening heeft gestaan. Gelet op voornoemde kabinetsbesluit is nu voor de jaren 2006 tot en met 2009 in artikel 8a een uitzonderingsmogelijkheid opgenomen.

  • 2. De wijziging in artikel 9a, tweede lid, is louter van redactionele aard.

Artikel II

Artikel 8a vervalt per 1 januari 2014: na die datum kan het spaarloon over de genoemde periode in alle gevallen volgens de regeling in artikel 8 worden opgenomen.

Artikel III

De regeling treedt in werking per 15 september 2010, tegelijk met de inwerkingtreding van het hiervoor genoemde besluit van de Minister van Financiën. Mocht de publicatie niet tijdig, dat wil zeggen op 14 september 2010 zijn geschied, dan werkt de regeling terug tot en met 15 september 2010. Aangezien het een begunstigende maatregel betreft, is deze terugwerkende kracht niet bezwaarlijk.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten.

Naar boven