Gedeeltelijk goedgekeurd bestemmingsplan ‘Rivierzone’

Burgemeester en wethouders maken bekend dat gedeputeerde staten van Gelderland bij besluit van 16 juli 2010 gedeeltelijk goedkeuring hebben verleend aan

het bestemmingsplan ‘Rivierzone’

Dit bestemmingsplan is vastgesteld door de gemeenteraad bij besluit van 30 november 2009.

Het plangebied betreft de rivieren de Rijn en de IJssel, voor zover gelegen binnen de gemeentegrenzen, de uiterwaarden en de noordelijke kades. De gebieden Stadsblokken en Meinerswijk liggen niet meer in het plangebied.

Het doel van het bestemmingsplan is behalve het actualiseren van verouderde bestemmingsplannen, de Beleidslijn Grote Rivieren te implementeren. Er is meer ruimte voor de rivier nodig. Naast rivierverruiming moet er ook een afweging zijn of ruimtelijke ingrepen in het rivierbed, zoals bouwen, wonen, werken en recreatie, wel toelaatbaar zijn.

Goedkeuring is onthouden aan de bestemming ‘Wonen-Woonschepenligplaats’ ter plaatse van de onderstaande adressen, zoals weergegeven in de bij de tabellen in bijlage 2 van de bestemmingsplanvoorschriften opgenomen kaarten:

  • Boterdijk 23 en 25; Haven van Coers 3, 16 en 19; Klingelbeekseweg t.o. 25 en t.o. 27; Onderlangs 102, 105, 106, 108, 119, 120, 123 en 127; Rosandepolder 8, 9, 10, 11, 13, 14, 40 en 42; Westervoortsedijk 94.

Het bestemmingsplan en het besluit van gedeputeerde staten liggen gedurende een termijn van zes weken, ingaande 19 augustus 2010 voor een ieder ter inzage in het stadshuis, loket BWL, Koningstraat 38.

Tegen het besluit van gedeputeerde staten kan een belanghebbende gedurende deze termijn van zes weken beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Voorts kan, indien beroep is ingesteld, een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

Daarbij geldt dat op grond van het bepaalde in artikel 56 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening juncto artikel 6:13 van de Algemene wet bestuursrecht geen beroep kan worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen bedenking bij gedeputeerde staten heeft ingediend.

Het besluit van gedeputeerde staten treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt.

Indien binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingediend, wordt de werking van het besluit van gedeputeerde staten opgeschort totdat op dit verzoek is beslist.

Aan de indiening van zowel een beroepschrift als een verzoek om een voorlopige voorziening zijn kosten verbonden. Nadere inlichtingen daarover kunnen worden ingewonnen bij het gemeentebestuur of het provinciaal bestuur van Gelderland te Arnhem.

Arnhem, 18 augustus 2010

Naar boven