stcrt-2010-1231-001.png Wijziging bestemmingsplan ex artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening

Burgemeester en wethouders van Opsterland maken bekend dat zij de volgende bestemmingsplanwijzigingen hebben vastgesteld:

Op 15 december 2009 een wijziging van het bestemmingsplan ‘Landelijk Gebied’ ten behoeve van het verschuiven van de woning en het mogelijk maken dienstverlenende activiteiten op het perceel Hegedyk 56 in Luxwoude. Hiertoe is de bestemming ‘agrarisch gebied’ gedeeltelijk gewijzigd in de bestemming ‘woondoeleinden’.

Op 12 januari 2010 een wijziging van het bestemmingsplan ‘Bedrijvenpark Drachten, Zuidwest-kwadrant 1997’ voor het vestigen van een onbemand tankstation aan de Bohrlaan 8 in Drachten Azeven. Hiertoe is de aanduiding ‘verkooppunt van motorbrandstoffen exclusief LPG’ toegevoegd op de plankaart.

Op 26 januari 2010 een wijziging van het bestemmingsplan ‘Landelijk Gebied’ voor het vestigen van een brandbeveiligingsbureau aan het Selmien 14 in Ureterp. Hiertoe is in de bij het plan behorende bijlage B de nadere specificatie gewijzigd in ‘brandbeveiligingsbureau’.

Op 26 januari 2010 een wijziging van het bestemmingsplan ‘Landelijk Gebied’ voor het wegenproject N 392 Terwispel − Gorredijk. Hiertoe zijn de bestemmingen ‘agrarisch gebied’ en ‘agrarisch bedrijf’ gewijzigd in de bestemming ‘wegen’.

De wijzigingsplannen en de bijbehorende stukken liggen vanaf maandag 1 februari 2010 gedurende een termijn van zes weken voor eenieder ter inzage op de afdeling Publiekszaken, cluster vergunningverlening in het gemeentehuis te Beetsterzwaag (Hoofdstraat 82). U kunt het vastgestelde wijzigingsplan ook inzien op onze website www.opsterland.nl. U vindt het wijzigingsplan onder wonen, werken en inkomen/bouwen en wonen/ruimtelijke plannen/ter inzage liggende bestemmingsplannen.

Tegen deze besluiten kan binnen de genoemde termijn van zes weken beroep ingesteld worden bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 AE Den Haag:

  • door degenen die tijdig een zienswijze hebben ingediend op het ontwerp wijzigingsplan;

  • tegen wijzigingen die bij vaststelling in de wijzigingsplannen zijn aangebracht;

  • door belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest hun zienswijzen bij het college van burgemeester en wethouders in te dienen.

Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Daartoe moet binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Naar boven