Kennisgeving ontwerp koninklijk besluit tot aanwijzing van gronden ter onteigening in de gemeente Rijnwoude ter uitvoering van het bestemmingsplan ‘Bentwoud’

Onteigeningsplan Bentwoud

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer maakt bekend dat krachtens artikel 78 van de onteigeningswet op het gemeentehuis van Rijnswoude met ingang van 28 juli 2010 tot en met 7 september 2010 een (voor)ontwerp koninklijk onteigeningsbesluit met de daaraan ten grondslag liggende stukken ter inzage ligt. De in het ontwerp koninklijk besluit op verzoek van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland ten name van de provincie ter onteigening aan te wijzen gronden zijn nodig voor de uitvoering van het bestemmingsplan ‘Bentwoud’ van de gemeente Rijnwoude. De in het onteigeningsplan ‘Bentwoud’ begrepen gronden hebben de bestemmingen ‘Recreatiebos’, ‘Natuurbos’, ‘Water’ en ‘Verkeersdoeleinden’. Op de te onteigenen gronden zullen werken en werkzaamheden worden uitgevoerd die er toe strekken dat het huidige agrarische akkerbouwgebied wordt omgezet in een natuur- en recreatiegebied dat openbaar toegankelijk zal worden gemaakt voor fietsers en wandelaars.

De Minister van VROM is – onder voorbehoud van naar voren gebrachte zienswijzen – in beginsel bereid het verzoek van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland in te willigen.

Gedurende de periode van terinzageligging kunnen belanghebbenden bij het besluit schriftelijk zienswijzen naar voren brengen bij de Kroon, per adres de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (postbus 20951/BJZ ipc 880/2500 EZ te Den Haag, onder vermelding van: dossiernummer 11.2010. Zienswijzen kunnen ook mondeling naar voren worden gebracht bij de Minister van VROM.

Voor nadere inlichtingen over deze procedure of voor het maken van een afspraak indien men een zienswijze mondeling naar voren wil brengen, kan men contact opnemen met het ministerie van VROM, telefoon 070-339 3875 (de heer A.R. Verbeek) of 070-339 2894 (de heer B. Vink).

Het ontwerpbesluit c.a. ligt gedurende bovengenoemde periode ook ter inzage bij het ministerie van VROM.