Kennisgeving aanmeldingsnotitie M.E.R.-beoordeling Mts. G. en K.J. Heideman

Burgemeester en wethouders maken als bevoegd gezag, gelet op artikel 7.8b, lid 5 van de Wet milieubeheer het volgende bekend: op 29 maart 2010 is voor het bedrijf van Mts. G. en K.J. Heideman in de gemeente Olst-Wijhe, een aanmeldingsnotitie m.e.r.-beoordeling krachtens de Wet milieubeheer ingediend voor een varkenshouderij aan de Kappeweg 12 in Wijhe.

Het voornemen van Mts. Heideman is om de varkenshouderij te wijzigen, namelijk door in stal G 1.223 gespeende biggen in een traditioneel stalsysteem en in een stalsysteem met ondiepe mestkelder met water- en mestkanaal 1.232 gespeende biggen te houden.

Verder zullen in een nieuw te bouwen stal 534 guste en dragende zeugen, 2 dekberen, 39 opfokzeugen en 24 kraamzeugen worden gehouden in een stalsysteem met chemisch luchtwassysteem 95% emissiereductie. Deze activiteit is onderworpen aan een m.e.r.-beoordelingsplicht door het bevoegd gezag ingevolge het Besluit milieueffectrapportage 1994 (gewijzigd 7 mei 1999 en 16 augustus 2006) jl. artikel 7.4 van de Wet milieubeheer.

Burgemeester en wethouders van Olst-Wijhe hebben op 15 juni 2010 besloten dat door Mts. Heideman geen milieueffectrapportage hoeft te worden opgesteld, voordat door hen een definitieve beslissing wordt genomen op een aanvraag om een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer voor de voorgenomen activiteit. Volgens burgemeester en wethouders van Olst-Wijhe leidt de voorgenomen activiteit, gezien de omstandigheden waaronder zij wordt ondernomen, niet tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu.

Inzage

Het besluit en de relevante stukken liggen tijdens openingstijden van 2 juli 2010 tot en met 12 augustus 2010 ter inzage bij de publieksbalie van het gemeentehuis, locatie Wijhe. Buiten openingstijden kan dit op afspraak.

Het besluit betreft een procedure ter voorbereiding van het besluit op de aanvraag om een milieuvergunning. Conform artikel 6:3 van de Algemene wet bestuursrecht is tegen deze beslissing geen bezwaar of beroep mogelijk, tenzij deze beslissing de belanghebbende, los van het voor te bereiden besluit, rechtstreeks in zijn belang treft.

Naar boven