De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie,
Gelet op artikel 25b, tweede lid, van
het Besluit beheer sociale-huursector;
Besluit:
TOELICHTING
Artikel 25b, tweede lid, Besluit beheer sociale-huursector (Bbsh)
bepaalt dat het model aan de hand waarvan door de toegelaten instelling de
samenvatting van de kernvoornemens moet worden opgesteld is opgenomen in
bijlage I. De in het model opgenomen kernvoornemens kunnen worden gezien als de
in artikel 25a, tweede lid, Bbsh bedoelde hoofdlijnen van het beleid op de
verantwoordingsvelden. Op grond van de inventarisatie actualisatie van de
gegevensopvraag van de Prospectieve informatie (dPi) 2009 doen zich een beperkt
aantal wijzigingen in de vraagstelling voor. Bijlage I wordt daarom vervangen
door de bijlage als opgenomen in de bijlage bij deze regeling. Onderstaand is
een opsomming en motivatie van de wijziging opgenomen.
(Project)verliezen na balansdatum vorig verslagjaar
De effecten op het vermogen van de reguliere projecten, door middel
van opgave van investeringen en de bedrijfswaarde per saldo de verliezen
(onrendabele top) of door middel van opgave van investeringen en verkoopprijzen
de winsten of verliezen, worden zichtbaar gemaakt in de schermen van de
hoofdstukken over productie. Omdat het uitgangspunt voor (dPi)
continuïteitsoordeel als basis het solvabiliteitsoordeel is, zou ook informatie
over substantiële effecten op het in de verantwoordingsinformatie (dVi)
gepresenteerde vermogen in dPi zichtbaar moeten worden gemaakt van projecten
die niet in het overzicht worden vermeld. Voorbeeld hiervan zijn projecten die
niet doorgaan, maar wel aanloopkosten kennen, die in dat geval ten laste van
het vermogen moeten worden gebracht. Dit kan ook het geval zijn als dit om
aanzienlijke bedragen gaat van andere dan projectgebonden kosten. Dit is nodig
om daarmee op een juiste manier het vermogen te corrigeren. Er is een extra
vraag hierover opgenomen.
(FVA) Kasstroomoverzicht
Bij FVA (financieel vast actief) wordt een splitsing gemaakt voor
FVA dat zich binnen de toegelaten instelling afspeelt (tijdelijke beleggingen
of vrijval van beleggingen) en FVA dat betrekking heeft op relaties met de
verbinding (funding via kapitaal en financiering; of aflossingen en/of
rentebetalingen op leningen u/g). Voor de helderheid is dit een nuttig
onderscheid. Er wordt dan dezelfde vraag gesteld (vraag 3.1.2 regel 17 en 18
ontvangsten en uitgaven FVA), maar nu gesplitst naar FVA verbindingen en overig
intern FVA.
Toelichting kasstroomoverzicht
Van het effect op de rentabiliteitswaardecorrectie (rwc) van nieuwe
volumes financiering wordt verzocht aan te geven welk gedeelte hiervan al is
meegenomen in de opgegeven rwc dVi van het verslagjaar waarover het laatst
verslag is gedaan.
Wijziging tekst vraagstelling waardeverandering
In de vragen over de verantwoording van sloop en de
waardeverandering bij verbetering (hoofdstuk 3.3.2) zijn aspecten zoals de
waardebegrippen die onduidelijk waren. Er is daarom in een verbeterde
omschrijving en een toelichting voorzien.
Wijziging tekst sloopuitgaven
De vragen over de specificatie rondom sloop (hoofdstuk 3.3.2) waren
onduidelijk. De wijze waarop door toegelaten instellingen in dat verband naar
waardebegrippen wordt gekeken kan afwijken van de wijze waarop het Centraal
Fonds voor de Volkshuisvesting daar naar kijkt. Er is voorzien in een
verbeterde omschrijving en een toelichting met voorbeelden.
Wijziging tekst vraagstelling toelichting
kasstroomoverzicht
De vraagstellingen in het kader van de toelichting op het
kasstroomoverzicht 3.2.1 a. ‘Renteuitgaven toe te rekenen aan investeringen’ en
c. en d. ‘Toerekening personeelsuitgaven aan onderhoud en leefbaarheid’ zijn
scherper geformuleerd.
Nieuwbouw in verbindingen
Vaak wordt een constructie aangehouden voor het bouwen van nieuwe
woongelegenheden via een verbinding ten behoeve van de toegelaten instelling.
Dat wil zeggen dat bij de verantwoording in dPi twee maal de specificatie van
productie per postcodegebied moet worden ingebracht. Een keer als productie
nieuwbouw voor derden (inclusief toegelaten instelling) bestemd voor verhuur op
te geven door de verbinding en een keer voor het deel dat wordt aangekocht door
de toegelaten instelling op te geven door deze toegelaten instelling. De
vraagstelling voor dit onderdeel is gebruiksvriendelijker geworden. De
nieuwbouw huur voor derden verdwijnt uit het activiteitenoverzicht 3.4.2 (en
ook 2.1) en behoeft daarom niet meer op postcodeniveau te worden opgenomen,
maar moet in plaats daarvan wel op totaal jaarniveau in de overzichten 3.4.5
(en ook 3.3.3 ) worden opgenomen. De inbreng (aankoop) bij de toegelaten
instelling (of de verbinding) wordt uiteraard wel nog steeds per postcode
opgevraagd. Uitsluitend de (beperkt voorkomende) eventuele bouw van
huurwoningen voor derden anders dan een toegelaten instelling of een verbinding
wordt dan niet op postcodeniveau weergegeven. Dat behoeft geen bezwaar te
zijn.
Verkoop onder voorwaarden (VOV)
In toenemende mate werken toegelaten instellingen met koopvormen in
combinatie met een terugkoopregeling en in een aantal gevallen met een
terugkoopplicht. Het kan voor de gebruiker als er sprake is van terugkoop en
wederverkoop onduidelijk zijn waar deze categorie verantwoord moet worden. De
wijziging betreft een toevoeging van het aantal regels in het overzicht
productie bij de toegelaten instelling zowel voor aantallen als ook voor
bedragen in deze ‘VOV’-categorie in hoofdstuk 3.3 onder 3.3.3 Aa. en Ee. Door
deze mogelijkheid hoeft deze specifieke aan- en verkoop niet gespecificeerd per
postcode in het activiteitenoverzicht 2.1 ‘Mutaties vastgoedportefeuille’ te
worden opgenomen.
Administratieve lasten
De wijzigingen in de vragen met betrekking tot de
(project)verliezen na balansdatum vorig verslagjaar zullen tot een beperkte
vermeerdering van de administratieve lasten op de sector leiden omdat de
situatie zich vermoedelijk bij het merendeel van de toegelaten instellingen
niet zal voordoen.
Hoewel de vraag over het financieel vast actief
kasstroomoverzicht al gesteld wordt zou de splitsing van deze vraag uitgelegd
kunnen worden als een lichte vermeerdering van de administratieve last bij die
corporaties die financiële banden met verbindingen hebben. Aan de andere kant
komt een dergelijke splitsing in het reguliere en door de Raad voor de
Jaarverslaglegging aanbevolen rekeningschema van een corporatie standaard al
voor en is er daarom sprake van het rechtstreeks overnemen hiervan, hetgeen
geen vermeerdering van de administratieve lasten vormt.
De wijzigingen in de toelichting van het kasstroomoverzicht en de
verkoop onder voorwaarden betekenen een vermindering van de administratieve
lasten.
De wijzigingen in de teksten van de vraagstelling over de
waardeverandering, sloopuitgaven en van de toelichting over het
kasstroomoverzicht hebben geen gevolgen voor de administratieve lasten.
De Minister voor
Wonen, Wijken en Integratie,
E.E. van der Laan.