Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 4 juni 2009, VGP/PSL 2932633, houdende wijziging van de Warenwetregeling nadere eisen cosmetische producten

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken;

Gelet op artikel 2, zevende lid, van het Warenwetbesluit cosmetische producten;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 7 van de Warenwetregeling nadere eisen cosmetische producten wordt ‘bijlage V van richtlijn 67/548/EEG’ vervangen door:

de bijlage van verordening (EG) nr. 440/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 30 mei 2008 (PbEU L 142) houdende vaststelling van testmethoden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH).

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

TOELICHTING

In artikel 7 van de Warenwetregeling nadere eisen cosmetische producten staat een verwijzing naar bijlage V van richtlijn 67/548/EEG. Met ingang van 1 juni 2008 zijn de in bijlage V van richtlijn 67/548/EEG vervatte testmethoden opgenomen in de bijlage bij verordening (EG) nr. 440/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 30 mei 2008 (PbEU L 142) houdende vaststelling van testmethoden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH). Deze regeling zorgt voor een verwijzing naar de bijlage van verordening (EG) nr. 440/2008.

Administratieve lasten en bedrijfseffecten

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven en kent verder ook geen bedrijfseffecten.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

Naar boven