Regeling voorwaarden deelname intredetoets en examen keurmeester lichte en zware (bedrijfs)voertuigen respectievelijk keurmeester zware aanhangwagens

27 mei 2009

Nr. JBZ 2009/2132/jg

De Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW),

Gelet op artikel 20, tweede lid, van de Regeling Erkenning en keuringsbevoegdheid APK1;

Besluit:

§ 1. Algemene Bepalingen

Artikel 1 Aanvraagformulier

  • 1. De in artikel 3, eerste lid, onder j, artikel 5, eerste lid, onder h, artikel 6, eerste lid, onder h en i, artikel 9, eerste lid, onder g, artikel 11, eerste lid, onder f en artikel 12, eerste lid, onder h, genoemde verklaringen worden ingediend volgens een door de Directie van de Dienst Wegverkeer vastgesteld aanvraagformulier bij de Dienst Wegverkeer.

  • 2. De in artikel 3, eerste lid, onder j, artikel 5, eerste lid, onder h, artikel 6, eerste lid, onder h en i, artikel 9, eerste lid, onder g, artikel 11, eerste lid, onder f en artikel 12, eerste lid, onder h, genoemde verklaringen worden op aanvraag en tegen betaling, op de door de Dienst Wegverkeer vastgestelde wijze, van het door de Dienst Wegverkeer vastgestelde tarief verleend aan de aanvrager die aan de in deze regeling genoemde eisen voldoet.

Artikel 2 Melden deelname intredetoets of examen

  • 1. Degenen die in het bezit zijn van de in artikel 4, 6 of 7 genoemde documenten kunnen zich voor deelname aan de betreffende intredetoets rechtsreeks wenden tot de Stichting VAM (IBKI).

  • 2. Degenen die in het bezit zijn van de in artikel 10, 12 of artikel 13 genoemde documenten kunnen zich voor deelname aan het betreffende examen rechtstreeks wenden tot de Stichting VAM (IKBI).

Artikel 3 Berekening praktijkervaring

  • 1. Onder de in artikel 10, derde en vierde lid, artikel 13, derde en vierde lid, en artikel 14, derde en vierde lid, genoemde praktijkervaring wordt niet verstaan de tijd die de aanvrager werkt tijdens:

    • a. de avonduren, of

    • b. vakantieperiodes, of

    • c. een dagopleiding.

  • 2. Relevante stageperiodes, als genoemd in artikel 10, derde en vierde lid, artikel 13, derde en vierde lid, en artikel 14, derde en vierde lid, worden meegerekend voor de genoemde praktijkervaring, indien de aanvrager een stageverklaring overlegt.

§ 2. Voorwaarden deelname intredetoets keurmeester lichte voertuigen

Artikel 4 Intredetoets keurmeester periodieke keuring lichte voertuigen

  • 1. Voorwaarde voor deelname aan de intredetoets keurmeester periodieke keuring lichte voertuigen is het bezit van:

    • a. het diploma tweede monteur automobielen, afgegeven door de Stichting VAM vóór 1971, of

    • b. het diploma monteur motorvoertuigen, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • c. het diploma monteur personenautomobielen dan wel het diploma monteur bedrijfsautomobielen, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • d. het diploma monteur personenautomobielen tevens genoemd diploma autotechnicus dan wel het diploma monteur bedrijfsautomobielen tevens genoemd diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • e. het diploma autotechnicus dan wel het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie ingevolge artikel 2.19.2 van de Wet Cursorisch Beroepsonderwijs (WCBO), of

    • f. het diploma autotechnicus dan wel het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

    • g. het diploma BC van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • h. het diploma KMBO Motorvoertuigentechniek, of

    • i. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 2 personenautomobielen, of

    • j. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring intredetoets lichte voertuigen.

  • 2. Indien een diploma of een EVC rapport wordt overgelegd zoals genoemd in het eerste lid, onder a tot en met i, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaand aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor de intredetoets wordt aangevraagd.

Artikel 5 Eisen verklaring intredetoets lichte voertuigen

  • 1. De in artikel 4, eerste lid, onder j, genoemde verklaring intredetoets wordt slechts afgegeven indien de aanvrager blijk geeft van voldoende theoretische en praktische kennis.

  • 2. Degene die een verklaring intredetoets aanvraagt geeft blijk van de in het eerste lid bedoelde kennis door het overleggen van:

    • a. een diploma dat tenminste gelijkwaardig is aan één van de in artikel 4, eerste lid, onder a tot en met i, genoemde diploma’s, en

    • b. een werkgeversverklaring of getuigschrift waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaand aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor de intredetoets wordt aangevraagd.

§ 3. Voorwaarden deelname intredetoets keurmeester periodieke keuring zware (bedrijfs)voertuigen respectievelijk keurmeester periodieke keuring zware aanhangwagens

Artikel 6 Intredetoets keurmeester periodieke keuring zware (bedrijfs)voertuigen

  • 1. Voorwaarde voor deelname aan de intredetoets keurmeester periodieke keuring zware bedrijfsvoertuigen is het bezit van:

    • a. het diploma monteur bedrijfsautomobielen, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • b. het diploma monteur bedrijfsautomobielen tevens genoemd diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • c. het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie ingevolge artikel 2.19.2 van de Wet Cursorisch Beroepsonderwijs (WCBO), of

    • d. het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

    • e. het diploma BC van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • f. het diploma KMBO Motorvoertuigentechniek (bedrijfsauto’s), of

    • g. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 2 bedrijfsautomobielen of

    • h. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen.

  • 2. Indien een diploma, of een EVC- rapport wordt overgelegd zoals genoemd in het eerste lid, onder a tot en met g, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaand aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor de intredetoets wordt aangevraagd.

Artikel 7 Intredetoets keurmeester periodieke keuring zware aanhangwagens

  • 1. Voorwaarde voor deelname aan de intredetoets keurmeester periodieke keuring zware aanhangwagens is het bezit van:

    • a. het diploma monteur bedrijfsautomobielen, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • b. het diploma monteur bedrijfsautomobielen tevens genoemd diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen, of

    • c. het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door de centrale examencommissie ingevolge artikel 2.19.2 van de Wet Cursorisch Beroepsonderwijs (WCBO), of

    • d. het diploma bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

    • e. het diploma BC van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • f. het diploma KMBO Motorvoertuigentechniek (bedrijfsauto’s), of

    • g. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 2 bedrijfsautomobielen, of

    • h. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen, of

    • i. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring intredetoets zware aanhangwagens.

  • 2. Indien een diploma of EVC rapport wordt overgelegd zoals genoemd in het eerste lid, onder a tot en met g, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaand aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor de intredetoets wordt aangevraagd.

Artikel 8 Eisen verklaring intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen

  • 1. De in artikel 6, eerste lid, onder h, en artikel 7, eerste lid, onder h, genoemde verklaring intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen wordt slechts afgegeven indien de aanvrager blijk geeft van voldoende theoretische en praktische kennis.

  • 2. Degene die een verklaring intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen aanvraagt geeft blijk van de in het eerste lid bedoelde kennis door het overleggen van:

    • a. een diploma dat tenminste gelijkwaardig is aan één van de in artikel 6, eerste lid, onder a tot en met g genoemde diploma’s en

    • b. een werkgeversverklaring of getuigschrift waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaand aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van zware bedrijfsvoertuigen.

Artikel 9 Eisen verklaring intredetoets zware aanhangwagens

  • 1. De in artikel 7, eerste lid, onder i, genoemde verklaring intredetoets zware aanhangwagens, wordt slechts afgegeven indien de aanvrager blijk geeft van voldoende praktische kennis en ervaring.

  • 2. Degene die een verklaring intredetoets zware aanhangwagens aanvraagt geeft blijk van de in het eerste lid bedoelde kennis door het overleggen van werkgeversverklaringen of getuigschriften waaruit blijkt dat in een periode van 10 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 6 jaar, waarvan de laatste 2 jaar aaneengesloten, ervaring is opgedaan in het onderhouden, en repareren van zware aanhangwagens.

§ 4. Voorwaarden deelname examen keurmeester lichte voertuigen

Artikel 10 Examen keurmeester periodieke keuring lichte voertuigen

Voorwaarde voor deelname aan het examen keurmeester periodieke keuring lichte voertuigen is het bezit van:

  • a. een resultatenlijst waarop is vermeld dat men geslaagd is voor het examen leerlingwezen voortgezette opleiding onderstellen personenautomobielen, die ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • b. het diploma Leerlingwezen voortgezette opleiding (Eerste Monteur) personenautomobielen, dat ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • c. het diploma eerste monteur automobielen, afgegeven door de Stichting VAM vóór 1971, of

    het diploma eerste autotechnicus dan wel het diploma eerste bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

  • d. het nog geldige diploma keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen, afgegeven door de Stichting VAM dan wel de daarbij behorende nog geldige bevoegdheidspas, of

  • e. een certificaat dat wordt afgegeven door de Stichting VAM (IBKI) na het met goed gevolg hebben afgelegd van de intredetoets, of

  • f. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 3 personenautomobielen en een werkgeversverklaring of getuigschrift waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor het examen wordt aangevraagd, of

  • g. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring examen keurmeester lichte voertuigen.

Artikel 11 Eisen verklaring keurmeester examen lichte voertuigen

  • 1. De in artikel 10, onder g genoemde verklaring wordt slechts afgegeven indien de aanvrager blijk heeft gegeven van voldoende theoretische en praktische kennis.

  • 2. Degene die een verklaring aanvraagt geeft blijk van de in het eerste lid bedoelde theoretische kennis door het overleggen van één van de navolgende diploma’s:

    • a. diploma middelbaar bedrijfstechnicus voor de motorvoertuigenbranche, afgegeven door de Stichting Beroepsopleidingen VAM, of

    • b. diploma A of B van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • c. diploma HTS werktuigbouwkunde, of

    • d. diploma MTS werktuigbouwkunde, of

    • e. diploma keurmeester lichte voertuigen of het diploma keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen of de daarbij behorende bevoegdheidspas die door het verstrijken van de tijd hun geldigheid hebben verloren, of

    • f. een buitenlands diploma dat tenminste gelijkwaardig is aan één van de in dit artikel onder a tot en met e, of g tot en met i genoemde diploma’s, of

    • g. diploma HTS autotechniek, of

    • h. diploma MTS autotechniek, of

    • i. diploma commercieel bedrijfsleider / ondernemer kleinbedrijf (niveau 4), met differentiatie Personenautotechniek of Bedrijfsautotechniek.

  • 3. Indien een diploma, wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 11, tweede lid , onder a tot en met f, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor het examen wordt aangevraagd.

  • 4. Indien een diploma wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 11, tweede lid, onder g tot en met i, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 2 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van voertuigen waarvoor het examen wordt aangevraagd.

§ 5. Voorwaarden deelname examen keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen respectievelijk keurmeester zware aanhangwagens

Artikel 12 examen keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen

Voorwaarden voor deelname aan het examen keurmeester periodieke keuring zware (bedrijfs-)voertuigen is het bezit van:

  • a. een resultatenlijst waarop is vermeld dat men geslaagd is voor het examen leerlingwezen voortgezette opleiding onderstellen bedrijfsautomobielen, die ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • b. het diploma Leerlingwezen voortgezette opleiding (Eerste Monteur) bedrijfsautomobielen, dat ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • c. een certificaat dat wordt afgegeven door de Stichting VAM (IBKI) na het met goed gevolg hebben afgelegd van de intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen, of

  • d. het diploma eerste bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

  • e. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 3 bedrijfsautomobielen een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegt waaruit blijkt dat in de periode van 6 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van de voertuigen waarvoor het examen wordt aangevraagd, of

  • f. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring geldig voor deelname aan het examen keurmeester zware bedrijfsvoertuigen.

Artikel 13 Examen keurmeester zware aanhangwagens

Voorwaarde voor deelname aan het examen keurmeester periodieke keuring zware aanhangwagens is het bezit van:

  • a. een resultatenlijst waarop is vermeld dat men geslaagd is voor het examen leerlingwezen voortgezette opleiding onderstellen bedrijfsautomobielen, die ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • b. het diploma Leerlingwezen voortgezette opleiding (Eerste Monteur) bedrijfsautomobielen, dat ingevolge artikel 19 van de Wet op het leerlingwezen (Stb. 1966, 215) is afgegeven door de centrale examencommissie van de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

  • c. het diploma eerste bedrijfsautotechnicus, afgegeven door het ROC, ingevolge de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB), of

  • d. een certificaat dat wordt afgegeven door de Stichting VAM (IBKI) na het met goed gevolg hebben afgelegd van de intredetoets zware (bedrijfs)voertuigen, of

  • e. een certificaat dat wordt afgegeven door de Stichting VAM (IBKI) na het met goed gevolg hebben afgelegd van de intredetoets zware aanhangwagens, of

  • f. een EVC-rapport, afgegeven door een erkende EVC-aanbieder en gebaseerd op een proeve van bekwaamheid, dan wel een werkplekobservatie, waarin is vermeld dat de deelnemer een werk- en denkniveau heeft op niveau 3 bedrijfsautomobielen, of

  • g. een door de Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring geldig voor deelname aan het examen zware (bedrijfs)voertuigen, of

  • h. een door Directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) afgegeven verklaring geldig voor deelname aan het examen zware aanhangwagens.

Artikel 14 Eisen verklaring examen zware (bedrijfs)voertuigen

  • 1. De in artikel 13, onder g, genoemde verklaring worden slechts afgegeven indien de aanvrager blijk heeft gegeven van voldoende theoretische en praktische kennis.

  • 2. Degene die een verklaring aanvraagt geeft blijk van theoretische kennis door het overleggen van één van de navolgende diploma’s:

    • a. diploma middelbaar bedrijfstechnicus voor de motorvoertuigenbranche, afgegeven door de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

    • b. diploma A of B van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • c. diploma HTS werktuigbouwkunde, of

    • d. diploma MTS werktuigbouwkunde, of

    • e. diploma keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen of de daarbij behorende bevoegdheidspas die door het verstrijken van de tijd hun geldigheid hebben verloren, of

    • f. een buitenlands diploma dat gelijkwaardig is aan één van de in dit artikel onder a tot en met e of g tot en met i genoemde diploma’s, of

    • g. diploma HTS autotechniek, of

    • h. diploma MTS autotechniek, of

    • i. diploma commercieel bedrijfsleider /ondernemer kleinbedrijf (niveau 4), met differentiatie Bedrijfsautotechniek.

  • 3. Indien een diploma wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 14, tweede lid, onder a tot en met f, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 10 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van zware (bedrijfs)voertuigen.

  • 4. Indien een diploma wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 14, tweede lid, onder g tot en met i, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 10 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 2 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van zware (bedrijfs)voertuigen.

Artikel 15 Eisen verklaring examen zware aanhangwagens

  • 1. De in artikel 13 onder h, genoemde verklaring wordt slechts afgegeven indien de aanvrager blijk heeft gegeven van voldoende theoretische en praktische kennis.

  • 2. Degene die een verklaring aanvraagt geeft blijk van theoretische kennis door het overleggen van één van de navolgende diploma’s:

    • a. diploma middelbaar bedrijfstechnicus voor de motorvoertuigenbranche, afgegeven door de Stichting Beroepsopleiding VAM, of

    • b. diploma A of B van het Instituut voor de Autohandel B.V., of

    • c. diploma HTS werktuigbouwkunde, of

    • d. diploma MTS werktuigbouwkunde, of

    • e. diploma keurmeester zware (bedrijfs)voertuigen of de daarbij behorende bevoegdheidspas die door het verstrijken van de tijd hun geldigheid hebben verloren, of

    • f. een buitenlands diploma dat gelijkwaardig is aan één van de in dit artikel onder a tot en met e, of g tot en met i genoemde diploma’s, of

    • g. diploma HTS autotechniek, of

    • h. diploma MTS autotechniek, of

    • i. diploma commercieel bedrijfsleider /ondernemer kleinbedrijf (niveau 4), met differentiatie Bedrijfsautotechniek.

  • 3. Indien een diploma wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 15, tweede lid, onder a tot en met f, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 10 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 4 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van zware (bedrijfs)voertuigen of zware aanhangwagens.

  • 4. Indien een diploma wordt overgelegd zoals genoemd in artikel 15, tweede lid, onder g tot en met i, wordt tevens een werkgeversverklaring of getuigschrift overgelegd waaruit blijkt dat in de periode van 10 jaar, direct voorafgaande aan het tijdstip van de aanvraag, gedurende ten minste 2 jaar ervaring is opgedaan in het onderhouden en repareren van zware (bedrijfs)voertuigen of zware aanhangwagens.

§ 6. Slotbepalingen

Artikel 17 Overgangsbepaling

De voor inwerkingtreding van deze Regeling aangevraagde en verleende verklaringen blijven hun geldigheid behouden.

Artikel 18 Intrekking regelingen

De Regeling voorwaarden deelname intredetoets keurmeester lichte voertuigen, Stcrt. 2008, 83, de Regeling voorwaarden deelname examen keurmeester lichte voertuigen, Stcrt. 2008, 83, de Regeling voorwaarden deelname examen keurmeester zware (bedrijfs) voertuigen respectievelijk keurmeester zware aanhangwagens, Stcrt. 2008, 83, de Regeling voorwaarden deelname intredetoets keurmeester zware (bedrijfs) voertuigen respectievelijk intredetoets keurmeester zware aanhangwagens, Scrt. 2008, 83, worden ingetrokken.

Artikel 19 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij worden geplaatst en werkt terug tot en met 1 mei 2009.

Artikel 20 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling voorwaarden deelname intredetoets en examen keurmeester lichte en zware (bedrijfs)voertuigen respectievelijk zware aanhangwagens.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Directie van de Dienst Wegverkeer,

Algemeen Directeur,

J.G. Hakkenberg.

TOELICHTING

Deze publicatie vindt plaats in verband met de invoering van het Besluit voertuigen en de Regeling Erkenning en keuringsbevoegdheid APK. De juridische grondslag, namelijk de Erkenningsregeling APK, is per 1 mei 2009 komen te vervallen. Met deze regeling wordt voorzien in de bekendmaking van de voorwaarden deelname examen keurmeester periodieke keuring zware (bedrijfs)voertuigen en keurmeester periodieke keuring lichte voertuigen. Aangezien er geen inhoudelijke wijzigingen zijn opgenomen ten opzichte van de eerder geldende regelingen, is er geen beletsel voor de terugwerkende kracht tot 1 mei 2009.

De Directie van de Dienst Wegverkeer,

Algemeen Directeur,

J.G. Hakkenberg.


XNoot
1

Stcrt. 2009, 76.

Naar boven