Besluit tot aanwijzing van Forensisch Centrum Teylingereind als inrichting in de zin van artikel 198 Wetboek van Strafvordering

29 april 2009

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op artikel 198, derde lid, Wetboek van Strafvordering;

Overwegende, dat het gewenst is ten aanzien van verdachten op wie het jeugdstrafrecht kan worden toegepast en waarvan de rechter-commissaris van oordeel is dat een onderzoek naar de geestvermogens dient plaats te vinden als bedoeld in artikel 196 Wetboek van Strafvordering, een justitiële jeugdinrichting als zodanig aan te wijzen;

Overwegende, dat het Forensisch Centrum Teylingereind te Sassenheim gelet op de bouwkundige voorzieningen en de personele en materiële toerusting geschikt is om onderzoeken uit te voeren als bedoeld in genoemd artikel 196 Wetboek van Strafvordering;

Besluit:

  • 1. Het Forensisch Centrum Teylingereind te Sassenheim aan de Rijksstraatweg 24 te Sassenheim aan te wijzen als inrichting in de zin van artikel 198 Wetboek van Strafvordering.

  • 2. Dat dit besluit gepubliceerd zal worden in de Staatscourant en per 1 mei 2009 in werking zal treden.

Den Haag, 29 april 2009

De Staatssecretaris van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

TOELICHTING

In verband met de noodzakelijk geachte kwaliteitsverbetering van de forensische observatie is een convenant gesloten tussen de verschillende initiatiefnemers van het zogenaamd Forensisch Consortium Adolescenten (ForCA). Het ForCA is een samenwerkingsverband van justitiële jeugdinrichtingen (JJI’s), het Nederlands Instituut voor Forensische Psychologie (NIFP), de forensische jeugd GGz en universitaire centra. ForCA legt zich toe op de verbetering van de diagnostiek en behandeling van jeugdigen in de justitiële jeugdinrichtingen, zoals verbetering van het onderzoek pro Justitia van jeugdigen en de advisering over een eventuele verlenging van de pij-maatregel. Het betreft daarmee jeugdigen die in voorlopige hechtenis verblijven en jeugdigen die behandeld worden in het kader van een pij-maatregel.

De jeugdigen zullen volgens een door ForCA beschreven observatiemethodiek worden onderzocht. Daarbij wordt ook gebruik gemaakt van observaties die plaatsvinden tijdens onderwijs, bezoek van ouders, gezinsleden en therapie. Met dit besluit wordt voorzien in een basis voor de plaatsing van jeugdigen in specifiek voor de observatie toegeruste omgeving met personeel dat voor de systematische observatie juist is gekwalificeerd. Dit personeel biedt ondersteuning aan de psychologen en psychiaters bij het opstellen van hun rapportage. De kwaliteit van de diagnostiek en daarmee het advies aan de rechter zal naar verwachting sterk verbeteren als de jeugdigen kunnen worden onderzocht in een specifiek daarvoor toegeruste locatie.

In juli 2008 heeft het ForCA geadviseerd twee observatieafdelingen in te richten in een justitiële jeugdinrichting.

De onderhavige observatieafdeling, die per 1 mei 2009 in gebruik wordt genomen, is bestemd voor de jeugdigen die voor pro justitia onderzoek daar worden geplaatst. Deze jeugdigen worden onderzocht in een groep waar alleen preventief gehechte jeugdigen ter observatie worden geplaatst voor maximaal zeven weken. Hiertoe dient dit besluit waarmee het Forensisch Centrum Teylingereind wordt aangewezen als inrichting tot klinische observatie bestemd, in overeenstemming met artikel 198, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering.

Voor de inrichting van een tweede observatieafdeling, bestemd voor jeugdigen die de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen ondergaan, komt een afzonderlijke regeling.

De Staatssecretaris van Justitie,

E.M.H. Hirsch Ballin.

Naar boven