Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 29 april 2009, nr. MC-U-2927498, houdende de instelling van de Regieraad Kwaliteit van Zorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister:

de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

b. de Regieraad:

de Regieraad, genoemd in artikel 2, eerste lid;

c. beroepsorganisaties:

de organisaties van zorgverleners die primair verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen en implementeren van richtlijnen;

d. andere belanghebbenden:

andere partijen zoals cliënten, verzekeraars, kennisinstituten, College voor Zorgverzekeringen en de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

Artikel 2. Taak Regieraad

  • 1. Er is een Regieraad kwaliteit van zorg.

  • 2. Deze Regieraad heeft tot taak:

    • a. het agenderen van knelpunten rond de ontwikkeling en implementatie van richtlijnen voor zorgverlening;

    • b. het faciliteren van beroepsorganisaties door handvatten en procedures te ontwikkelen waarmee de knelpunten zoals genoemd onder 2a van dit artikel kunnen worden opgelost;

    • c. het stimuleren van beroepsorganisaties in het oplossen van de knelpunten.

Artikel 3. Samenstelling Regieraad

  • 1. De Regieraad bestaat uit ten minste 5 leden en ten hoogste 9 leden, waaronder de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter.

  • 2. De leden hebben voldoende kennis van de ontwikkelingen op het terrein van kwaliteit van zorg en zijn gezaghebbend en kunnen onafhankelijk optreden.

  • 3. De leden worden op persoonlijke titel benoemd voor een periode van ten hoogste vier jaar en zijn eenmaal herbenoembaar.

  • 4. De leden van de Regieraad worden benoemd, geschorst en ontslagen door de Minister.

  • 5. Het lidmaatschap eindigt tussentijds door overlijden, schorsing en/of ontslag door de Minister.

  • 6. Indien een tussentijdse vacature ontstaat, vindt een benoeming voor die vacature plaats voor de resterende duur van de zittingsperiode.

Artikel 4. Ondersteuning

  • 1. De Regieraad heeft ten behoeve van de voorbereiding en uitvoering van zijn werkzaamheden een secretariaat ter beschikking.

  • 2. Het secretariaat is voor de inhoudelijke uitoefening van zijn taak uitsluitend verantwoording schuldig aan de Regieraad en wordt ondergebracht bij ZonMw.

Artikel 5. Werkwijze

  • 1. De Regieraad bepaalt zijn eigen werkwijze met dien verstande dat de Regieraad bij meerderheid van stemmen tot zijn oordeel komt over zijn agenda en werkplanning. Bij het staken van de stemmen, beslist de voorzitter of bij diens afwezigheid diens plaatsvervanger.

  • 2. De Regieraad stelt voor zijn werkwijze bij aanvang van zijn werkzaamheden een reglement op.

  • 3. Het reglement wordt ter kennisname aan de Minister gestuurd.

  • 4. In het reglement worden waarborgen opgenomen die de onafhankelijkheid van de Regieraad garanderen.

Artikel 6. Vergoeding

De leden van de Regieraad ontvangen een vergoeding, gebaseerd op het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies van 13 februari 2009 op grond van de gelijknamige Wet van 13 november 2008.

Artikel 7. Werkplanning en voortgangsrapportage

  • 1. De Regieraad stelt jaarlijks een werkplanning op en stuurt die ter goedkeuring aan de Minister. Deze werkplanning is gebaseerd op een met beroepsorganisaties en andere belanghebbenden afgestemde meerjarenagenda en bevat eventueel een bijlage met aanbevelingen van de Regieraad voor ondersteunend onderzoek en een begroting daarvoor ten behoeve van het kunnen uitvoeren van de regiefunctie.

  • 2. De Regieraad zendt de werkplanning voor het komende jaar uiterlijk 1 november aan de Minister.

  • 3. De Minister keurt de werkplanning voor het komende jaar voor 31 december goed.

  • 4. De Minister geeft jaarlijks voor 1 oktober het maximum budget aan dat hij wil besteden aan de uitvoering van de aanbevelingen van de Regieraad voor ondersteunend onderzoek ten behoeve van het kunnen uitvoeren van de regiefunctie in het komende jaar.

  • 5. De Regieraad zendt de werkplanning voor 2009 uiterlijk 1 juli 2009 aan de Minister. In deze werkplanning moet ten minste worden opgenomen: een met beroepsorganisaties en andere belanghebbenden afgestemde knelpuntenanalyse ten behoeve van een meerjarenagenda voor richtlijnontwikkeling en -implementatie, deze meerjarenagenda zelf en het ontwikkelen van een geharmoniseerde procedure voor het efficiënt ontwikkelen van richtlijnen en de implementatie daarvan.

  • 6. De Regieraad zendt halfjaarlijks uiterlijk 1 mei en 1 november een voortgangsrapportage van zijn werkzaamheden zoals omschreven in artikel 2, tweede lid aan de Minister. Deze voortgangsrapportages moeten geschikt zijn om als uitgangspunt te dienen voor de evaluatie van de Regieraad en moeten voldoen aan de criteria, zoals genoemd in artikel 8, derde lid.

Artikel 8. Evaluatiebepaling

  • 1. De Regieraad zal binnen twee jaar na zijn instelling voor het eerst worden geëvalueerd en daarna ten hoogste om de vier jaren.

  • 2. In ieder geval zal worden geëvalueerd de uitvoering door de Regieraad van zijn taak en de effectiviteit van de bijdrage van de Regieraad aan het ontwikkelen en implementeren van richtlijnen.

  • 3. Criteria die bij de evaluaties zullen worden betrokken zijn:

    • a. er is een breed gedragen visie op richtlijnontwikkeling en -implementatie opgesteld en die wordt uitgevoerd;

    • b. er vindt voldoende afstemming plaats tussen de Regieraad en beroepsorganisaties en andere belanghebbenden, bijvoorbeeld bij het opstellen van een meerjarenagenda;

    • c. voldoende inhoud en omvang van een meerjarenagenda, bijvoorbeeld worden op het gebied van prioritaire thema’s voldoende activiteiten ontplooid;

    • d. de meerjarenagenda sluit goed aan op bestaande trajecten op het gebied van richtlijnontwikkeling en -implementatie en daaraan gerelateerde trajecten;

    • e. goede uitvoering van de meerjarenagenda door de Regieraad, bijvoorbeeld is de voortgang van de uitvoering voldoende;

    • f. voldoende bijdrage van de Regieraad aan het tot stand komen van richtlijnen en de implementatie ervan in de praktijk.

Artikel 9. Archivering

  • 1. Het beheer van de archiefbestanden van de Regieraad geschiedt op overeenkomstige wijze als het beheer van de archiefbescheiden door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of overeenkomstig eventueel aanvullend gemaakte afspraken.

  • 2. De archiefbescheiden van de Regieraad worden na opheffing, of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het archief van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 11. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Regieraad Kwaliteit van Zorg.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

TOELICHTING

Per brief van 31 oktober 2008 (Tweede Kamer, 2008–2009, 31765, nr. 1) hebben de Minister en Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de Tweede Kamer geïnformeerd over de impuls die zij willen geven aan het benoemen van kwaliteitscriteria in de zorg door onder andere meer structuur en aansturing in het ontwikkelen en implementeren van richtlijnen te geven. De term richtlijn moet hierbij breed worden geïnterpreteerd; hieronder vallen bijvoorbeeld ook zorgconcepten en handelingsleidraden. Om betreffende impuls te geven wordt de Regieraad Kwaliteit van Zorg geïnstalleerd, die een agenderende, faciliterende en stimulerende functie moet gaan bekleden op dit terrein. De reikwijdte van de activiteiten van de Regieraad betreft het hele zorgveld, dus preventieve, curatieve en langdurige zorg en toepassing van geneesmiddelen en medische technologie, ongeacht de wijze van verzekeren (dus ook zorg die buiten de reikwijdte van de Zorgverzekeringswet en AWBZ valt). De activiteiten van de Regieraad zullen met name gericht zijn op vergroting van de veiligheid, op versterking van het cliëntperspectief en op stimulering van de doelmatigheid van zorg.

In dat kader vragen de Minister en Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de Regieraad om de volgende taken uit te voeren:

  • agendering van knelpunten: het maken van een (periodieke) inventarisatie van bestaande knelpunten – rond veiligheid, cliëntgerichtheid en doelmatigheid van zorg – bij de ontwikkeling en de implementatie van richtlijnen, waarbij de raad de relevante partijen dient te betrekken. De Regieraad wordt gevraagd aan de hand van deze knelpuntenanalyse vervolgens een meerjarenagenda op te stellen en te onderhouden voor verbeteringsacties op het gebied van richtlijnontwikkeling en -implementatie.

  • faciliteren bij het wegnemen van knelpunten: het ontwikkelen van handvatten en procedures en het verzamelen van kennis die kunnen bijdragen aan het wegnemen van de onder voornoemd punt bedoelde geïdentificeerde knelpunten. De raad zal deze handvatten en procedures en kennis ter beschikking stellen aan de betrokken partijen in het veld.

  • Om ook op dit terrein een voortvarende start te kunnen maken worden aan de Regieraad voor 2009 een aantal suggesties meegegeven voor het uitvoeren van een aantal analyses, die zijn uitgewerkt in een meer uitgebreide taakomschrijving van de Regieraad Kwaliteit van Zorg.

  • stimuleren bij het aanpakken van knelpunten: beroepsorganisaties (mede) stimuleren om de knelpunten daadwerkelijk aan te pakken. In dat kader zal de Regieraad ook periodiek rapporteren over de voortgang van de uitvoering van zijn werkzaamheden en de meerjarenagenda.

De Regieraad heeft een secretariaat ter beschikking. De Regieraad bepaalt zijn eigen werkwijze en stelt daarvoor een reglement op. Een belangrijk uitgangspunt voor de werkwijze van de Regieraad is afstemming en samenwerking met beroepsorganisaties en andere belanghebbenden.

Voor ondersteunend onderzoek ten behoeve van het van het kunnen uitvoeren van de regiefunctie stelt de Minister voor het jaar 2009 een bedrag van 1 miljoen euro beschikbaar.

De Regieraad zal binnen twee jaar na zijn instelling voor het eerst worden geëvalueerd. Bij de eerste evaluatie zal gezien de korte tijdsduur dat de Regieraad functioneert het accent vooral liggen op de criteria zoals genoemd in artikel 8, derde lid, onderdelen a tot en met d.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink.

Naar boven