Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Openbaar Ministerie (OM) | Staatscourant 2009, 80 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Openbaar Ministerie (OM) | Staatscourant 2009, 80 | Besluiten van algemene strekking |
Categorie: strafvordering
Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130, lid 4 Wet RO
Afzender: College van procureurs-generaal
Adressaat: Hoofden van de parketten
Registratienummer: 2009R003
Datum vaststelling: 06-04-2009
Datum inwerkingtreding: 01-05-2009
Geldigheidsduur: 30-04-2013
Publicatie in Stcrt.: PM
Vervallen: Richtlijn voor strafvordering ten aanzien van de bepalingen betreffende de maximum constructiesnelheid voor brom- en snorfietsen d.d. 1 januari 2006 (2006R003)
Relevante beleidsregels OM: Aanwijzing maximumconstructiesnelheid brom- en snorfietsen (2009A009), Aanwijzing OM-afdoening (2008A028)
Wetsbepalingen: artikelen 5.6.1 en 5.6.8 Regeling Voertuigen
Jurisprudentie: –
Bijlagen: –
Voor brom- en snorfietsen is in artikel 5.6.8 lid 1 van de Regeling Voertuigen (RV) bepaald dat de door de constructie bepaalde maximumsnelheid niet meer mag bedragen dan de op het kentekenbewijs of in het kentekenregister vermelde maximumconstructiesnelheid, vermeerderd met 5 km/h.
Blijkt deze snelheid overschreden te kunnen worden, dan is dat een indicatie dat de brom- of snorfiets is opgevoerd. Voor de meting van deze snelheid moet gebruik worden gemaakt van de daartoe bestemde en geijkte bromfietsrollentestbanken die de maximumconstructiesnelheid vaststellen.
Deze richtlijn voor strafvordering bevat het transactie- en strafvorderingsbeleid van het OM voor de maximumconstructiesnelheid van brom- en snorfietsen.
Voor zover het ‘Mulder-gedragingen’ betreft, zijn de tarieven en feitcodes voor het overtreden van artikel 5.6.8 lid 1 van de RV van toepassing, zoals opgenomen in de geldende bijlage bij de Wet Administratiefrechtelijke Handhaving Verkeersvoorschriften. Dit betreft de feitcodes N 083 a/b. Het in de onderstaande tabel vermelde vaste tarief betreft de tarieven zoals deze zijn opgenomen in de Tekstenbundel voor misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen bij de feitcodes N 083 c t/m f.
Overschrijding maximumconstructiesnelheid met | |||||
---|---|---|---|---|---|
Overtreding | > 15 t/m 20 km/h | > 20 t/m 25 km/h | > 25 t/m 30 km/h | > 30 km/h | |
1e overtreding | Transactie/strafbeschikking | Vast tarief | Vast tarief | Vast tarief (minderjarigen € 115) | € 240 (minderjarigen € 115) |
eis ter zitting | € 100 | € 160 | € 250 | € 280 | |
2e overtreding | Transactie/strafbeschikking | nvt | nvt | nvt | nvt |
eis ter zitting | dagvaarden € 150/ OBM 4 mnd vv | dagvaarden € 210/ OBM 4 mnd vv | dagvaarden € 330/ OBM 4 mnd vv | dagvaarden € 380/ OBM 4 mnd vv | |
3e en volgende overtreding(en) | Transactie/strafbeschikking | nvt | nvt | nvt | nvt |
eis ter zitting | dagvaarden € 180/ OBM 4 mnd ov/OAV brom-/snorfiets | dagvaarden € 250/ OBM 4 mnd ov/OAV brom-/snorfiets | dagvaarden € 390/ OBM 4 mnd ov/OAV brom-/snorfiets | dagvaarden € 450/ OBM 4 mnd ov/OAV brom-/snorfiets |
vv: voorwaardelijke veroordeling
OBM: ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen
OAV: onttrekking aan het verkeer
Van recidive is alleen sprake als de overtreding wordt begaan binnen twee jaar na afdoening1 van de vorige overtreding. Het OM stelt via raadpleging van het Justitieel Documentatie Systeem (JDS) vast of sprake is van recidive.
Als aan de voorwaarden voor inbeslagneming, zoals genoemd in paragraaf 6 van de Aanwijzing maximum constructiesnelheid brom- en snorfietsen, is voldaan, wordt van dit ‘recidive-beginsel’ afgeweken en wordt de ‘recidive’ bepaald aan de hand van het aantal door de verdachte gepleegde identieke overtredingen. Hiervan is sprake als dezelfde verdachte voor de derde keer binnen twee jaar een onder strafrecht vallende overtreding van art. 5.6.8 RV heeft begaan en aan de verdachte bij één van de voorgaande overtredingen een waarschuwingsbrief is uitgereikt of toegezonden.
Voor minderjarigen wordt een aangepaste regeling getroffen. Ingevolge artikel 489 lid 1 aanhef en onder b van het Wetboek van Strafvordering moet aan minderjarigen ambtshalve een raadsman worden toegevoegd als het OM een transactie hoger dan € 115 wil aanbieden2. Aan minderjarigen wordt voor de eerste overtreding bij een overschrijding van de maximumconstructiesnelheid met meer dan 25 km/h een aangepaste transactie aangeboden, conform het in de bovenstaande tabel vermelde tarief. Voor de daaropvolgende overtredingen wordt het geldboetedeel in de eis ter terechtzitting gehalveerd.
Bij inbeslagneming van het voertuig zijn er de volgende mogelijkheden (zie ook de Aanwijzing inbeslagneming verkeersdelicten):
1. de eigenaar/houder doet vrijwillig afstand ter vernietiging;
2. de eigenaar/houder voldoet aan het schikkingsvoorstel van de officier van justitie en doet daarmee afstand van het inbeslaggenomen voertuig. Het voertuig moet hierna worden vernietigd;
3. de officier vordert ter zitting de onttrekking aan het verkeer van het niet in Nederland toegelaten voertuig of de verbeurdverklaring van het in Nederland wel toegelaten voertuig. De officier van justitie bepaalt aan de hand van de vermelde waarde van het voertuig of van de hierboven genoemde standaardeis wordt afgeweken en een meer op de situatie toegesneden eis moet worden geformuleerd.
Deze richtlijn voor strafvordering is van toepassing op alle overtredingen betreffende de maximumconstructiesnelheid van brom- en snorfietsen gepleegd op of na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2009-6322.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.