Aanwijzing
Burgemeester en wethouders van de gemeente Lopik maken
ingevolge artikel 7 lid 1 van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) bekend dat
de gemeenteraad op 21 april 2009 hun voorlopig aanwijzingsbesluit van
10 februari 2009 heeft bestendigd en heeft besloten de gronden gelegen in het
plangebied Benschop Oost op grond van artikel 2 en artikel 5 van de Wvg aan te
wijzen waarop de artikelen 10 t/m 24, 26 en 27 van de Wvg van toepassing
zijn.
Het besluit van 21 april 2009 treedt in werking een dag na de
publicatie in de Staatscourant van 29 april 2009, te weten 30 april 2009.
Ter inzage
Het besluit ligt met de bijbehorende bijlagen met ingang van
heden ter inzage in het gemeentehuis van Lopik, Raadhuisplein 1, 3411 CH
Lopik.
Gevolgen
De vestiging van het voorkeursrecht houdt in dat eigenaren en
andere rechthebbenden op de aangewezen gronden, wanneer deze die gronden
respectievelijk erop gevestigde beperkte rechten wensen te vervreemden, deze
eerst aan de gemeente Lopik te koop moeten aanbieden. De eigenaren en de
rechthebbenden op beperkte rechten zijn schriftelijk op de hoogte gebracht over
de inhoud van het besluit en de gevolgen hiervan.
Bezwaar en beroep
Tegen het aanwijzingsbesluit van de gemeenteraad staat bezwaar
en vervolgens beroep open ingevolge de Algemene wet bestuursrecht (verder
'Awb').
Ingevolge de Awb kunnen belanghebbenden gedurende een termijn
van zes weken, ingaande op de dag na dagtekening van deze bekendmaking, een
bezwaarschrift indienen bij de gemeenteraad van Lopik, postbus 50, 3410 CB
Lopik.
Indien bezwaar is gemaakt en indien onverwijlde spoed, gelet op
de betrokken belangen, dat vereist, kan op grond van artikel 8:81 Awb tevens
een verzoek om voorlopige voorziening worden gevraagd bij de
voorzieningenrechter van de rechtbank te Utrecht, postbus 16005, 3500 DA
Utrecht.
Reeds ingediend bezwaar
Diegenen die tegen het voorlopige aanwijzingsbesluit van
burgemeester en wethouders van 10 februari 2009 betreffende het vestigen van
het voorkeursrecht met betrekking tot bovengenoemde locaties reeds een
bezwaarschrift hebben ingediend, hoeven niet opnieuw een bezwaarschrift in te
dienen. Een bezwaar dat tegen boven genoemd besluit van burgemeester en
wethouders gericht was, wordt thans geacht gericht te zijn tegen het
raadsbesluit.